ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
No. 7057.
Zaterdag 13 October 1920.
60e Jaargang.
Kamer van Koophandel en Fabiieken.
S U I K E R.
li I 11 HI N L A «H.
BUITENLAND.
TWBBDB BLAD
Mond- en Klauwzeer.
VERKlJbi/ilXi
De Burgerneester van TER
NEUZEN maakt bekend
De Minister van Landbouw, Npverheid
en Handel heeft bepaald
a. Het is met irgang van 1 November
1920 verboden, om voile, geheel of
gedeelteljjk afgeroomde of op andere wijze
verwerkte melk te verwerken tot kaas
b. het sub a ge>telde verbod is niet
wan toepassing ten aanzien van
melk, tot welker verwerking lot kaas door
of vaDwege den Minister van Landbouw,
Nijverbeid en Handel, zoonoodig onder
daarbij te stellen voorwaaraen, toesiemming
is of wordt verleend.
Ter Neuzen, 14 October 1920.
De Burgerneester voornoemd,
J. HUIZINGA.
De Burgerneester van TER NEUZEN
maakt bekend, dat bou no. 55 van de
Rjjksmikerkaart, geldig is van Maandag
18 t/m Zondag 24 October.
Ter Neuzen, 15 October 1920.
De Burgerneester voornoemd,
J. HUIZINGA.
HET VOORZITTERSCHAP DER
TWEEDE KAMER.
De Tweede Kamer plaatste als No. 1 op
de voordracht voor het Voorzitterschap Mr.
Dr. D. A. P. N. Koolen.
De heer Koolen behoort tot de R.-K.
StaatsDartij. Hij werd 21 Januari 1871 ge-
boren en is dus bijna 50 jaren oud. Na te
Utrecht zijn gymnasiale en akademische
opleiding te hebben genoten promoveerde
hij daar in 1894 tot doctor in de rechts- en
staatswetenschappen.
In dezelfde stad oefende hij vervolgens
gedurende eenige jaren de advokatenprak-
tijk uit.
In 1897 werd de heer Koolen benoemd
tot schoolopziener in het arrondissement
ljsselstein en in 1899 werd hij tot lid van
den gemeenteraad van Utrecht verkozen.
Toen in 1903 zijn benoeming tot lid van
den Centralen Raad van Beroep voor de
Ongevallenverzekering volgde, legde de
heer Koolen de advokatenpraktijk neer.
Eenige jaren later werd hij ondervoor-
zitter van den Centralen Raad. Bovendien
was hij vele jaren o.a. voorzitter van den
Alg. Bond van R.-K. kiesvereenigingen in
Nederland.
Zijn parlementaire loopbaan begon hij
in 1905, toen hij in het district Grave, dat
jarenlang door oud-Minister Harte van
Tecklenburg vertegenwoordigd was ge-
weest, tot Tweede Kamerlid werd gekozen.
Sindsdien is hij onafgebroken Tweede
Kamerlid gebleven. De laatste jaren was hij
bovendien plaatsvervangend Voorzitter der
Kamer.
In de Kamer voerde hij voornamelijk bi1
financieele onderwerpen het woord.
HONGAARSCHE KINDEREN.
Het Centraal Comite voor. Hongaarsche
kinderen brengt dank aan de duizenden
pleegouders, die maandenlang hebben ge-
steund.
Opnieuw wordt echter dringend steun
gevraagd in velerlei vorm, in geld, in
aanbieding tot huisvesting, enz.
Secretaris van het Comite is Dr. T. v.
Schelven, Nassau Odijckstraat 36, Den
Haag.
DAGZEOELS INVALID1TEITSWET.
Bij Kon. besluit van 28 September is
een algemeene maatregel van bestuurvast-
gesteid, houdende een regeling der pre-
miebetaling door middel van dagzegels.
Overwegend, dat het wenschelijk is ten
aanzien vande premiebetaling van ar-
beiders, wier dienstbetrekking voor min
der dan 4 dagen is aangegaan en korter
dan 4 dagen duurt, alsmede voor arbei-
ders, die in den regel in dezelfde kalen-
derweek niet langer dan drie dagen in
dienst van denzelfden werkgever werk-
'zaam, zijn daarbij regelen gesteld, welke
afwijken van hetgeen te dien aanzien in
de invaliditeitswet bepaald is.
Over elken dag, een gedeelte van eei\
dag voor een geheelen dag gerekenb,
wordt een premie geheven ten bedrage:
in loonklasse 1 van 7,5 cent, in loonklasse
II van 7,5 cent, in loonklasse III van 10
cent, in loonklasse IV van 12,5 cent, in
loonklasse V van 12,5 cent.
De premie wordt betaald door het plak-
ken van zegels, dagzegels genoemd, op
de rentekaart van den verzekerde.
Dit besluit treed in werking op een
nader te bepalen tijdstip.
HULDIG1NG VAN DR. DE VISSER
EN JHR. MR. LOHMAN.
Woensdagmiddag zijn op een door de
afdeeling Rotterdam van de Christelijk
Historische Unie belegde samenkomst Mi
nister Dr. J. Th. de Visser en. Jhr. Mr.
A. F. de Savornin Lohman op warme wij-
ze gehuldigd in verband met hun aandcel
in de beeindiging van den schoolstrijd.
De bijeenkomst werd door Dr. A. F.
Krull met gebed 'geopend, nadat gezon-
gen was Psalm 135 1.
Het woord werd gevoerd door prof.
Slotemaker de Bruijne, pas uit Amerika
teruggekeerd en verder door de hee
ren Snoeck Henkemans en Mr. Dr.
Schokking.
De heer D. van Hilten overhandigde
Mr. De Savornin Lohman en Ds. De
Visser een herinneringsmedaille van Be-
geer, aangeboden door de afdeeling Rot
terdam van de Christelijk Historische Unie.
Deze medailles dragen aan de eene zijde
de voorstelling van een pelikaan, die haar
jongen voedt met haar hartebloed; aan
de andere zijde is er o.a. een Bijbel en
palmtak op gegraveerd, met behalve de
opdracht, de woorden: ,,Uw woord is een
licht op mijn pad, een lamp voor mijn
voet."
Nadat deze spreker mevr. De Visser
nog bloemen had aangeboden,- zongen
de aanwezigen: „Dankt, dankt nu alien
God."
Mr. De Savornin Lohman had moeite
om de woorden te vinden, die zouden
kunnen vertolken, wat in hem omgaat.
Hij had deze huide nooit verwacht, hij
had immers zijn werk als Christen slechts
gedaan, zijn plicht. Spreker wilde nog
even doen uitkomen. wat de schoolstrijn
voor Groen geweest is en wat nu op den
weg ligt van het Nederlandsche volk.
Dr. De Visser, met applaus begroet,
zeide dat hij in de laatste dagen voort-
durend heeft gedacht aan den zegen, dien
ons land gedurende den oorlog genoot
en nog thans geniet. Door den partij-
strijd kan in het buitenland weinig groot
binnenlandsch werk tot stand worden ge-
bracht, terwijl in ons gezegend land de
beeindiging van den schoolstrijd met me-
dewerking van bijna alle partijen geluk-
te. Wat is er toe noodig geweest om
de rechtsche en daarna om alle politieke
partijen tot elkaar te brengen? Er is
maar een antwoord daarop in ons hart:
„Soli Deo Gloria". Nederland is alle lan-
den van Europa met den schoolstrijd voor-
uit. Dien strijd moeten de meest voor-
aanstaande cultuurvolken van Europa nog
doormaken. Waarom genieten wij dien
grooten zegen van God? Er is weer
maar een antwoord en wel: Soli Deo
Gloria.
DE TOESTAND.
Het bericht, dat de wapenstilstand en
de voorloopige vrede Dinsdagavond tus-
schen de vertegenwoordigers van Sovjet-
Rusland en Polen te Riga geteekend zijn,
zou voor Europa heuglijk nieuws zijn,
schrijft de N. R. Crt., indien men tege-
lijk de overtuiging kon hebben, dat de
daar totstandgekomen verzoening op duur-
zame grondslagen rustte, wat, gelijk her-
haaldelijk betoogd is* niet het geval is.
De grondslagen zijn zelfs zoo weinig
duurzaam, dat de Lithauers dadelijk een
leger op de been brengen, om een van
de voornaamste bepalingen, de toewijzing
van Wilna aan Polen, omver te werpen
en de mannen van den Volkenbond op
nieuw radeloos naar een uitweg zoeken.
Want men moet goed begrijpen, dat hun
verzet niet zoo zeer tegen de bezetting
van Wilna door de Polen, die immers tij-
delijk zou kunnen zijn, gaat als wel te
gen het blijvend verlies van deze stad, die
een van de steunpunten is in den Pool-
schen corridor. Als het de Poolsche re-
geering werkelijk ernst is met hare ver-
loochening van generaal Zeligowski, zou
dat voort kunnen komen uit de vrees,
dat de generaal tenslotte noch het gezag
van Warschau noch dat van Kovno, waar
de Lithausche regeering nu zetelt, erken-
nen zal, want er is al een bericht, dat
hij een Centraal Lithauen wil stichten,
waarvan de grens met Noord-Lithauen,
het Lithauen dat Kovno als hoofdstad
zou hebben, door een volksstemming be
paald zou worden. Dit bericht heldert
meteen op, wat hij met de volksstemming
waarvan aanstonds sprake was, voor had.
De krachtdadige maatregelen, die de Pool
sche gezant te Parijs tegen Zeligowski
aankondigt, zouden daardoor deze betee-
kenis krijgen, dat Polen een gebied, dat
de vrede van Riga het geeft en het oude
Lithauen het betwist, niet aan een nieuw
Lithauen wil verspelen. In zoover is de
coup van Zeligowski dan ook iets anders
dan de overrompeling van Fiume door
d'Annunzio. Zeligowski en zijn mannen
zijn Polen, afkomstig uit de stad en de
streek, die zij bezet hebben, en hun grief
tegen de Lithausche regeering is dat zij
twee dagen nadat zij een tractaat met de
bolsjewiki had gesloteft, dezen met hun
buitengewone commissie in Wilna een
slachting ondter de Polen liet aanrichten,
zonder daartegen in verzet te komen. De
slachtoffers van dat bloedbad waren bloed-
verwanten van de mannen van Zeligows-
ki's divisie, en deze mannen ziedden van
verontwaardiging tegen de Lithausche re
geering, die zich, alleeil volgens de af-
spraak met de bolsjewiki en zonder goed-
vinden van de bevolking, te Wilna ge-
vestigd had en daarna geen vinger ver-
roerde, om te verhinderen dat hun ge-
zinnen uitgeroeid werden.
Om nu weer op den voorloopigen vre-
de tusschen Polen en Sowjet-Rusland te-'
rug te komen, de nauwkeurige inhoud van
het tractaat is nog altijd niet bekend, maar
hetgeen ervan bekend is, kwalificeert het
als een volledige capitulatie van de bols
jewiki. Joffe, de voorzitter van de Rus-
sische delegatie, en Dombski, zijn Pool
sche collega, hebben zich bij de ondertee-
kening hoffelijke mannen betoond, die bij
het verkondigen van enormiteiten geen
spier vertrekken. Joffe prees Dombski om
de inedewerking, die hij bij het totstand-
komen van den Vrede had verleend, en
zeide vervolgens, dat de „volken" zelf
zouden zorg dragen, dat de oorlog niet
vernieuwd werd. Men wist inderdaad dat
de oorlog met Polen bij het Russische
volk zeer impopulair was, maar het is
iets nieuws om uit den mond van een
Sowjet-commissaris te vernemen, dat het
volk in Rusland iets te zeggen heeft. Op
den top van de geweldige pyramide van
het Sowjet-stelsel, dat uitloopt in de buurt-
sowjets, troont Vadertje Lenin, zonder
wiens wil geen muschje in Rusland van
het dak valt. Dombski antwoordde iets,
waaruit bleek, dat hij vertrouwen had in
de duurzaamheid van dezen vrede, die
immers op „rechtvaardigheid" gegrond
was Toen Witos, de Poolsche minister-
president het ontwerp van Riga goedkeur-
de omdat de vrede, naar zijn zeggen, op
de „overwinning" gegrond was, sprak hij
oprechter, zou men meenen. Alaar men
vergist zich dan: wij mogen immers niet
vergeten, dat in de terminologie van de
hedendaagsche vredescongressen, als men
het over den vrede heeft, rechtvaardigheid
en overwinning synoniem zijn.
In dit geval behoeft men zich boven
dien niet al te zeer op te winden, omdat
de Russen, indien zij het gewonnen had-
den, den Polen vermoedeiijk een vrede
zouden opgelegd hebben, die er nog heel
anders zou uitgezien hebben. Wij be-
hoeven maar te herinneren aan het vroe-
gere Russische vredesprogram op de mid-
daghoogte van het succes der roode legers
met voorwaarden als: ontwapening van
het Poolsche leger, uitlevering van al het
oorlogsmateriaal, vee, zout, fabrikaten, ma
chines, 70 pet. van al het spoorwegmate-
rieel, instelling van een Sowjet-regeering
in Polen voor een jaar, waarna Polen zijn
eigen regeeringsvorm zou kiezen; mili-
taire bezetting van Polen voor vijf jaar;
ontginning onder toezicht van de Sowjet
van de Poolsche kolen- en zoutmijnen,
enz. Kortom: finis Poloniae. Het kan
verkeeren. Polen is voorloopig voor veel
behoed en West-Europa misschien tege-
lijk. Voorloopig, want niemand zal dur-
ven zeggen, dat er al een streep onder
den robber staat.
Delacroix, de Belgische minister-presi
dent, heeft tfe Londen, waar hij oolc nut-
tig werk schijnt verricht te hebben om
Engeland te overreden mee te doen aan
het om hals brengen van de conferentie
te Geneve, geruststellende verklaringen af-
gelegd aangaande de inschrijving van de
Fransch-Belgische overeenkomst in de re
gisters van den Volkenbond. Als men
goed toeziet, merkt men echter, dat de
ze formaliteit alleen zal gelden voor de
„beginselen" van de verbondsoorkonde
en Ale tusschen beide staven gewisselde
brieven tot bevestiging van de afspraak.
De bijzonderheden van de regeling kun
nen niet openbaar gemaakt worden, omdat
het militaire geheimen betreft, die dan
hun waarde zouden verliezen. Volgens
de oorkonde van den Volkenbond zijn
zulke geheim gehouden afspraken niet
rechtsgeldig. Nu men echter eenmaal op
dezen weg aangeland is, heeft de wereld
niet den minsten waarborg, dat geheime
bepalingen van andere internationale trac-
taten, die er pas hun beteekenis aan ver-
leenen, niet op dezelfde wijze weggemof-
feld worden.
DE KOLENPOS1T1E IN EUROPA.
Naar aanleiding van opmerkingen in de
Duitsche pers gemaakt omtrent beschou-
wingen van den correspondent der N. R.
Crt., schreef deze dezer dagen o. m. het vol-
gende:
Dat „de Duitsche industrie kolen of andere
grondstoffen heeft" is natuurlijk niet waar.
Ik had geschreven „brandstoffen" waarvan
door een zetfout grondstoffen gemaakt is.
Met brandstoffen meende ik minder goede
kolen, vooral bruinkolen, teerolie, turf, hout.
En wat de steenbakkerijen aangaat, zoo Is
het zeer juist, dat een groot aantai stilligt
maar niet door gebrek aan kolen, maar vee;
meer door gebrek'aan afzet van steenen.
Er wordt immers niets gebouwd! De voor-
uitzichten voor deze industrie zijn zelfs zoo,
dat reeds 250 z.g. ringovens afgebroken
zijn.
Wat Amerikaansche kolen aangaat, zoo
worden deze speciaal in Zuid-Duitschlan'd
veel aangeboden, maar zeer langzaam ver-
kocht, omdat de prijzen veel te duur zijn.
Om voor 10 tons prijzen van 20,000 Mark
te betalen is toch onzin als men bedenkt,
dat deze Amerikaansche kolen een calorieeif-
waarde van ca. 7800 hebben. Dan kan men
toch beter M, 4000 betalen voor magere
kolen met ca. 6500 calorieen of wel M. 1500
voor bruinkolen met ca. 2500 calorieen. Men
moet dan, wat intusschen bijna bij alle in-
dustrieen het geval is, de ketelvuren er op
inrichten, door b.v. onderwind ventilatoren
of door zg. „Vorfeuerungen". Zelfs vele fa-
brieken, die, voor export werken, en dus het
allereerst Amerikaansche kolen zouden kun
nen koopen, bedanken ervoor. Dat hier en
daar het een of andere groote werk eens
een enkele lading koopt, bewijst niet veel.
Wat nu Zuid-Duitschland aangaat, zoo
zijn mij de toestanden daar ook niet onbe-
kend. De groote steden zijn nu al veel beter
verzorgd dan het vorige jaar. Veelal zijn
sedert 1 April (dat is rn den kolenhandel
het begin van het zakenjaar) ongeveer 500
K.G. goede kolen aan ieder gezin afgeleverd,
tenminste voorzoover de menschen het be
talen konden. In vele steden zijn ook de
centrale verwarmingen al met een gedeelte
van de benoodigde winterkolen voorzien.
Volgens globale schatting is in het laatste
halve jaar ongeveer het dubbele van de
leveringen in het geheele vorige jaar ge-
leverd! Waarbij dan nog hout en turf in dc
grootste hoeveelheden aangeboden worden.
Dus ook hier is van een eigenlijken kolen-
nood geen sprake.
Wat nu de transportmiddelen betreft,
daar is ook nu nog de toestand meer dan
voldoende. Een duidelijk bewiis dat er geen
gebrek heerscht. is wel, dat de scheepsvrach-
ten op den Riin door overvloed van scheeps-
ruimte gedaald zijn van M. 1100 tot bijna
M. 400 van Ruhrort naar Mannheim, alles
voor 10 tons kolen! Daarbij zijn de spoor-
wegen in staat alle door de mijnen aange-
vraagde wagons beschikbaar te stellen. Ja
zelfs worden voor 'teerst sinds jaren, wa
gons beschikbaar gesteld voor het vervoer
van ruwe bruinkolen uit het Keulsche bruin-
kolengebied naar Zuid- en West-Duitsch-
land! Er wordt, als steeds in den herfst,
wel over gesproken, dat de oogstbeweging
een tekort aan wagons tengevolge kan heb
ben. Ik geloof daar dit jaar niet aan," omdat
het goederenvervoer door de algemeene
slechte oeconomische toestanden veel gerin-
ger is dan in normale tijden. Een meening
die mij door een der voornaamste sooorweg-
direeteuren als volkomen juist bevestigd
werd.
Wat nu nog de kwestie der bunkerkolen
voor de Duitsche scheepvaart aangaat
weet den inzender dan niet dat de rijks-com-
missaris aan de reederijen 2/3 heeft toege-
wezen van de door hen aangevraagde hoe
veelheden? Te weinig zullen ze zeer zeker
niet gevraagd hebben, zoodat men gerust
aannemen kan, dat ze er mee kunnen uit
komen. Overigens kan men juist hier bij de
scheepvaart zien, hoe foutief het is, de tegen-
woordige productie met het vroegere ver-
bruik te vergelijken. Welke reusachtige hoe
veelheden kolen werden er vroeger door de
Duitsche koopvaardjj- en oorlogsschepen
verslonden! Deze hoeveelheden zijn heden
ten dage toch bijna geheel voor andere doel-
einden beschikbaar.
Ik geloof hiermede aangetoond te hebben,
dat er van een eigenlijken kolennood in
Duitschland geen sprake kan zijn. Over
vloed is er niet. En aan goede kolen zeker
niet. Zooals ik reeds vroeger schreef, kun
nen transportstoringen dezen winter nog
groote moeilijkheden veroorzaken. Vooral in
streken, die van het vervoer afhankelijk zijn.
zooals Noord- en Zuid-Duitschland.
Maar ik houd vol, dat Spa lang niet zoo
noodlottig is in zijn gevolgeu, als men het
in de Duitsche pers veelal lezen kan.
Het kq.n wellicht nuttig zijn, nog even in
het kort de toekomst van de West-Europee-
sche kolenmarkt te bespreken. De toestand
is nu ongeveer als volgt:
Belgie produceert meer dan voor den oor
log.
Frankrijk heeft naar de algemeene over
tuiging hier nu al kolen genoeg. Zoo zelfs,
dat er aan de Duitsche industrie entente-
kolen aangeboden worden, omdat Frank
rijk niet in staaf schijnt te zijn, de groote
hoeveelheden kolen te verwerken. Dat klopt
met wat Hue eenige weken geleden in Zurich
gezegd heeft: dat Frankrijk al aan 't opsta-
pelen van voorraden was. Dat er in Frank
rijk geen gebrek kan zijn, bewijst ook, dat
weer voor de Zuid-Duitsche industrieen de
mogelijkheid bestaat om aan Saarkole - e
komen.
Zwitserland schijnt op 't oogenblik voorra
den van Amerikaansche kolen te hebben.
Dat zijn dus zeer zeker aangename voor-
uitzichten. En begrijpelijk is, dat men hier
in toonaangevende kringen meent, dat
als de mijnwerkers rustig blijven binnen
twee of drie maanden de kolennood geheel
en al tot het verleden zal behooren.
DE KOLENVERSPILLING TE BRUSSEL.
Den laatsten tijd gingen herhaaldelijk
stemmen op tegen de kolenverspilling ten
gevolge van overdadige lichtreclame en ver-
lichting der groote magazijnen te Brussef.
Vooral trekt het de aandacht, dat
de voormalige magazijnen van den
Duitscher Tietz, in de Rue Neuve avond aan
avond tot laat in den nacht baden in een
zee van licht. De minister van economische
aangelegenheden heeft de aandacht van de
burgemeesters van Brussel en voorsteden op
deze verlichting gevestigd en adviseerde hen
de inwoners tot zuinigheid aan te manen.
TER NEUZEN, 15 October 1920.
Het weeibericht van het meteorologi-ch
instutuut te De Bildt van heden luidt als
volgt
Hoogste barometerstand 772.3 Seydestjord.
Laagste barometerstand 752.4 Haparanda.
Verwachtir g tot den avor d van 16 Oct.
Zwakke tot matige veiacderlijke wind,
netelig tot. zwaar bewolkt, weimg of gaen
regen, zelfde temperatuur.
AANBESTED1NG WEGSVERBETERiNG.
In ons vorig nummer is abusief als laag
ste inschrijver voor het maken van keibe-
strating en steenslagverhardingen op de
dijken van het kanaal van Ter Neuzen fra
ming f 27,500) vermeld de heer Van de Ven
te Vlissingen.
Laagste inschrijver is de heeF'G. A. van
der Straaten te Ter Neuzen voor 24.190
BOOT OMHOOG.
De dienst der prov. stoomboot op Vlis
singen ondervond heden stagnatie, omdat
de „Schouwen" vanmorgen te 7 uur van
hier vertrokken, door den mist omhoog
geloopen is in het pas nabij Ellewouts-
dijk. Daar het vallend water was, bleef
het stoomschip zitten. Eerst des namid-
dagfs 1 uur is de reis naar Vlissingen voort-
gezet.
De eerste reis uit Vlissingen en de
tweede van hier naar Vlissingen, zijn
daardoor vervallen.
PROV. STOOMBOOTDIENST.
Door Ged. Staten is aan de heeren L.
van Beusekom, hoofdmachinist, J. J. van
Rosevelt en L. de Bakker, beiden kapi-
tein, alien bij den Prov. stoombootdienst
op de Wester-Schelde, met ingang van
1 Januari a.s. eervol ontslag verleend.
DE FOKPAARDENDAG TE AXEL OP
DE FILM.
Wij vestigen de aandacht der lezers op
de vertooning van den film opgenomen
ter gelegenheid van den fokpaardendag
te Axel, die, zooals uit de advertenties
in deze courant bleek, op morgen, Za
terdag, des avonds te 6 en te 8 ure zal
plaats Kebben in het „Hotel Centraal".
Wij hebben destijds het doel van deze
film vermeld: het maken van reclame voor
de Zeeuwsch-Vlaamsche paarden. Het zal
wel niet noodig zijn, die film met dai
doel alhier te vertoonen, maar toch zul
len, vennoeden wij, velen belangstellend
zijn, om kiekjes uit Axel op de film te
zien en bekenden op het concours-hip-
piqueterrein aan de oogen te zien voor-
bijdraaien. Op de plaatsen in de omge-
ving waar de film vertoond is, had deze
veel succes.
Om de vertooning nog bel&ngwekken-
der te maken wordt nog een traaie na-
tuuropname van den Niagarawaterval ver
toond en ook nog een humoristische film.
Moge door een goede opkomst het pu-
bliek het pogen der heeren die zich met
het organiseeren dezer vertooning hebben
belast, steunen.
Te Middelburg werd Donderdag de
film van den fokpaardendag te Axel voor
een vrij goed bezette zaal vertoond en viel
bij de aanwezigen zeer in den smaak, die
vol bewondering waren over de schat van
prachtdieren, waarover Zeeuwsch-Vlaande-
ren beschikt.
AANBESTEDING.
Bij de Donderdag te Middelburg ge
houden aanbesteding van den bouw van
114 eengezinswoningen en een winkel-
huis, raming f 644.000, was o.a. ingeschre-
De Burgerneester van TEK NEUZEN rnaakt bekend,
dat het vee van den landbouwer HERMANUS DE
REGT, wonende in deze gerneente, 0 35, door bet
mond- en klauwzeer is aangetast.
Ter Nenzen, den 14 October 1920.
De Burgerneester voornoemd,
J. HUIZINGA.
Burgerneester en Wethoudeis der Gemeente 1 ER
NEUZEN brengen biermede ter openbare kennis, dat
op Dinsdag, den 16en November *1920, vandesvoor-
middags elf tot des namiddags een ore, ten Raad-
huize de/.er Gemeente, zal plaats bebben eene ver-
kiezmg van drie leden van de KAMER VAN KOOP
HANDEL EN FABRIEKEN te Ter Neuzen en zulks
ter vervulling der plaatsen van de heerenE. 11.
T. VAN BORSSUM WAALKES, L. J. GEELHOEDT
en A. DE VRIEZE, wegens periodieke aftredingmet
1 lanuari 1921.
De stemming geschiedt bij ongeteekende briefjes,
waartoe niet het zegel der Gemeente gevraarmerkte
stembriefjes, ten minste acht dagen voor den dag
der verkiezing, door den Burgerneester aan de kies-
gerechtigden worden toegezonden.
Den kiezer die zijn stembriefje verloren of er geen
ontvangen beeft, wordt gelegenheid versehaft om er
aan het stembureau een te bekomen.
Het openen der stembriefjes geschiedt dadelijk na
alloop der verkiezing.
Van onwaarde zijn briefjes, welke niet zijn ge-
waarmerkt met het zegel der Gemeente, welke onder-
teekend zijn, welke niet duideljjk een persoon aan-
wijzen, of waarbij of waaraan andere stembriefjes
zijn ingesloten of vastgehecht.
Ter Neuzen, den 14 October 1920.
Burgerneester en Wethouders voornoemd,
De Burgerneester,
J. HUIZINGA.
De Secretaris,
B. L ZONNEVI.ILLE.