ALGEMEEN MIEOWS- EH ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-YLAANDEREN.
No 7003.
Zaterdag 12 Juni 1920.
60e Jaargang
binnenland.
ABONNEMENT
ADVERTENTIEN:
Telefoon 23.
Dit Biad ?erscbljnt Maandag-, Wognsdag^ bo Yrijdagayond, aitgezoBderd op Feestdagen, by de Firma P. J. VAN DE SAflOE te Ter Nenzen.
BBE/STB BLAD-
Sciioonmaak.
SEMENGDE BERICHTEN.
Per 3 maanden binnen de stad 1,40. Franco per post voor Nederland 1,60.
Bij vooruitbetaling voor het Buitenland p*r 3 maanden J 2,20, perjaar J 8,
Voor NederlandPer jaar bij vooruitbetaling 5,80.
Men abonneert zich bij de Uitgeefster, of buiten Ter Neuzen ook bij alle
Boekhandelaren, Postkantoren en Hulppostkantoren.
0.20.
Van 1 tot 4 regels 0,80. Voor elken regel meer
Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwellr
op aanvraag verkrijgbaar is.
Inzending van advertentien liefst een dag voor de uitgave.
DE VERVOLG1NG DER HOOGLEERA-
REN VAN DE HOOGESCHOOL
VAN GENT.
229627 119263 110364
GEMEENTERAAD VAN TER NEUZEN.
2°. Resultaat van het ACCQUKTANTS-
0NDERZ0EK betreffende de exploitatie
der Electrische Verlichting te Ter
Neuzen.
Selliik met, lezer! het is niet mijn bedoe-
ling u de narigheden voor den geest te roe-
pen, uie verbonuen zijn aan de huishoude-
hjke scnoomaak, die elk jaar in ons midden
piaats iieeft. Daar wordt al genoeg over
gesproken, iedereen ondervindt er het zijne
van, en het zou dus maar herhalen zijn,
oude dingen zeggen, indien ik daarover wil-
de uitwijden. Bovendien is op 't oogenblik
bijna overal de schoonmaak achter den rug,
en we doen het best deze zaak te laten rus-
ten. Echter zou ik even widen' wijzen op
het goede, dat die schoonmaak ons leert,
dat kan toch geen kwaad. Ik geloof dat
wij te weinig den moed bewonderen waar-
mede onze huismoeders telken jare die
schoonmaak beginnen, doorzetten en vol-
eindlgen. Het komt ons wel eens voor alsof
zij met welbehagen hieraan beginnen, of zij
er pleizier in hebben om alles van zijn piaats
en overhoop te zetten. Doch ik geloof dat
wij dan te weinig er aan denken, dat onze
huismoeders ook wel tegen die taak opzien.
Zij toch moeten met hunne helpsters alles
maar weer op zijn piaats brengen, en dat
zoo spoedig mogelijk. Zij weten ook wel,
dat zij den huisgenooten veel onaange-
naams bezorgen, dat zij die tegen zich krij-
gen, en dat widen zij toch liever niet, zij
ook widen vrede en rust. Maar het moet
nu eenmaal en ai die moeilijkheden en on-
aangenaamheden kunnen hun den moed niet
antnemen om toch te beginnen en door te
zetten.
Zij zijn doordrongen van de noodzakelijk-
heid waarvan de man niet altijd overtuigd
is, zij vangen aan en zetten door en
als dan de schoonmaak achter den rug is
verrassen zij ons met te zeggen: zie nu eens
dit 'vertrek of die kamer, is't niet netjes in
orde, is't niet opgeknapt? En dan zeggen
wij: ge hebt gelijk. Dan moeten we toe-
•mven: Ja de schoonmaak is toch een noo
dig ding en ook een heel goed ding als
ze achter den rug is. En daarom laat ons
maar -eerlijk zijs en den moed en de vol-
harding bewonderen van het vrouwelijk ge-
slacht, en hen brengen een eeresaluut.
Doch ik wilde't nu nog even hebben over
een andere schoonmaak. Als de huiselijke
schoonmaak achter den rug is, dan zijn we
er nog niet, 'dan is nog niet alles in orde.
Veel waard is een wel ingericht huis, maar
dat zijn alles ten slotte doode dingen. Zij
staan daar, liggen daar. De menschen die
Lri dit huis leven, zij geven door hun optre-
den, door hun handel en wandel eerst de
beteekenis aan het huis. Zij zijn de bewer-
kers van aangename en onaangename din
gen. Zonder menschen die medewerken aan
het geluk van het gezin is een prachtig
schoongemaakt huis niets. En zoo ook zon
der menschen die het goede willen, die
medewerken willen aan het gemeenschappe-
lijk welzijn is een maatschappij met al haar
goed niets. Men weet dit wel, maar wordt
daaraan wel genoeg gedacht? En indien in
het optreden van de menschen allerlei ver-
keerde dingen zijn, zou dan in dat opzicht
een schoonmaak niet aan te bevelen, niet
noodig zijn? In onze samenleving zijn ze
binnengeslopen, in het groot en in het klein,
vele ninderlijke dingen die veroorzaken, dat
de machine heel moeilijk loopt, en is het
niet goed gezamenlijke pogingen in het
werk te stellen opdat de machine weer gaat?
Hoeveel stof is er gekomen over de teedere
famiiiebanden die daar liggen in het gezin.
Het mooie is er zoo vaak af. Waar zijn de
liefde en *de gehoorzaamheid die het huise-
lijk leven sieren? Waar zijn in onze maat
schappij de achting, de eerbied voor elkan-
der; waar de trouw en het wederzijdsch ver-
trouwen? Zondei deze dingen kan toch een
samenleving niet bestaan.
Hoe dwalen we af in onze waardeeringen!
Wat wordt het geld overmatig gewaar-
deerd. Daa'rvan wordt alles verwacht, en
telkens ondervindt men 't dwaze daarvan.
En wat wordt de arbeid als iets minder-
waardigs beschouwd, terwijl zij toch niet
hoog genoeg te schatten is. Daar zou veel
meer op te noemen zijp. Genoeg om duide-
lijk te maken; dat er veel van Gjn piaats
is in onze samenleving. En daar lijden wij
alien onder. Zou er in dien zin niet iets
gedaan moeten worden, meer gedaan moe
ten worden wat gelijkt op een schoonmaak?
Ik weet dat ik niets nieuws zeg als ik
over deze dingen spreek, maar wil toch den
nadruk leggen hierop: er is dringend een
schoonmaak noodig, doch geen afbraak.
Velen die de verkeerde verhoudingen ken-
nen in onze maatschappij, zij willen haar af-
breken, haar geheel omverwerpen en dan op
hare puinhoopen £en nieuwe bouwen. Maar
dit acht ik zeer gevaarlijk en ook onnatuur-
lijk. Zal men een eeuwenoude maatschappij
die nu zoovele gebreken telt, afbreken en zal
men in onzen tijd de bekwaamheid bezitten
om een nieuwere en betere op- te bouwen?
Zij die daarover spreken geven allerminst
in eigen kring blijk, dat zij daartoe in staat
zijn. Laat ons oppassen. Indien het wer-
kelijk waar was, dat er alleen iets beters
komen' kon door het bestaande omver te
werpen, wij zouden het ons moeten laten
welgevallen.
Doch leert de natuur ons niet iets anders?
Als in de eerste maanden van het jaar alles
dood en kaal is in de natuur, is er veran-
dering, vernieuwing noodig, maar hoe
brengt de natuur die tot stand? Niet door
alle boomen te vellen en alle planten uit te
rukken en te vervangen door nieuwe; maar
wat z7en wij "gebeuren? De adem van de
lente komt en aan de oude boomen en plan-
ten komen nieuwe teekenen van leven en
straks staat al 'toude in zijn frischheid
da'ar, zoo dat't iedereen verkwikt.
Welk een heerliiken aanblik biedt die na
tuur een tijd te voren zoo dor en dood en
na eenigen tijd vol leven en schoonheid. Zoo
zal het ook in onze samenleving moeten
gaan. De oude verhoudingen en waardee
ringen moeten niet afgeschaft, maar ver-
nieuwd worden.
Er is helaas in het huisgezin heel veel
wat verkeerd is in de verhouding van man
en vrouw, van ouders en kinderen. Onze
tijd wil daarom al die banden doorsnijden
en alles op losse schroeven zetten. Geen
liefde en geen gehoorzaamheid, maar wat
dan? Komt dan het geluk? Als nu die oude
banden eens met nieuw leven vervuld wer-
den, als 't stof eens werd afgenomen zou
dan de schoonheid niet voor den dag komen
tot innerlijk geluk? Geen afbraak maar
schoonmaak! Er is in de verhouding tus-
schen werkgevers en werknemers, tusschen
rijk en arm, tusschen verkoopers en verbrui-
kers zooveel bitterheid. Welk een zelfzucht;
welk een abnorinale dingen aan beide kan-
ten! Nu ziet men, dat in onze dagen ook
wel, en tot verbetering wil men met geweld
afbreken, gelijk maken, zooveel mogelijk
die verhoudingen weg. Doch wat krijgen
we dan? Indien het roest van de zelfzucht
eens afgedaan werd van de oude verhou
dingen en de geest der naastenliefde meer
de harten vervulde zou dat geen betere op-
lossing zijn? Dan zou de glans van een
goede samenleving weer te aarschouwen
zijn. Geen afbraak, maar schoonmaak.
Doch hoe moet die schoonmaak nu tot
stand komen? Ik geloof dat we het in onze
dagen teveel verwacliten van een verkeerden
kant. Van nieuwe wetten die van boven
worden opgelegd wordt alle heil verwacht.
Dit is dwaas, met alle respect dat wij heb
ben voor een goede wetgeving. Doch geen
wetten zijn in staat de samenleving beter
te maken als de menschen onwillig zijn.
Daarom moeten we het van een anderen
kant verwachten.
Ik denk nog even aan de huishoudelijke
schoonmaak. Hoe komt die tot stand, in kor-
ien tijd in alle woningen? Onze huismoeders
vragen aan geen wetgevende macht om hier
in te grijpen. Neen iedere huisvrouw begint
in haar eigen huis. Zij gevoelt de Tioodza-
kelijkheid, zij denkt aan de uitkomst die
straks heerlijk zal zijn en zij slaat de han-
den aan't werk. Straks is overal de schoon
maak klaar. Zoo moet ook iedereen bij
zichzelf beginnen, in eigen gezin, in eigen
verhoudingen, daar de handen aan t werk
slaan om te verbeteren. Een ieder beginne
bij zichzelf en volharde. Niet op een ander
wachten, niet van een ander eischen dat hij
beginnen zal. Ieder beginne zelf in eigen
kring, zoo volgen anderen, zoo komt er ver
betering.
Wie werkelijk ernstig denkt in onze da
gen, en ziet dat er noodig is aan den op-
bouw van onze maatschappij mede te wer-
ken, hij beginne bij zichzelf en brenge ver
betering in de verhoudingen waarin hijzelf
gesteld is. Dat is ons opgelegd. Dien
plicht vervullen is beter dan aanhoudend
klagen over onzen tijd. Deze schoonmaak
belooft iets goeds. En mogen we alien veel
bezitten van dien moed die 't deel is van
onze huismoeders, die tegen den schoon
maak niet opzien, maar aanpakken.
Maurits F.
DE ANT1-REV0LUT1EWET
Zoo rumoerig het eergisteren op straat in
de omgeving van het Tweede Kamergebouw
was zoo rustig was het althans aanvankelijk j
in de Kamer zelf. Wel was natuurltjk
iioch op de gereser-'eierde, noch op de
publieke tribune een plaatsje onbezet. Ze
puilden letterijjk uit van helaugstelleDden.
Ook de presidentsioge eu alle daarnaast g6-
legen loges voor diplomaten en autoriteiten
wareu geheel bezel door dames en heeren.
Voor den ingacg tot de publieke tribune
op straat, bleef geduldig eere file van men
schen wachten, in de hoop nog een plaatsje
boven ie kunnen veroveren, wat nu dan
lukte.
Zooals gemeld, bleef het heel roerig bui
ten, in den omtrek van Binnen- en Buiten-
tenhof, Piaats en LaDge Vpverberg. Er
was klaarbljjkeljjk, wat de politie noemt
,/knok volk" volk op straat, dat elke ge-
legenheid aangrjjpt om te trachten volks-
verzamelingen te veroorzaken en daarait
relletjes zich t,e laten ontwikkelen, Gisteren-
middag moesten het, op den Langen Vjjver-
berg, de conducteurs en bestuurders der
trainwagens ontgelden, die aan het stakings-
parool geen gevolg hadden gegeven. De
beambten werden negejouwd en voor al
wat leeljjk was gescboldeD, terwijl men er op
een gegeven oogenblik hoe weet nie-
mand in geslaagd schjjnt te zpn een
teugel van een der niotorwagers in het
ongereede te breDgen. Hierdoor ontstond
een korte stagnatie in den geregelden tram-
men loop. De bereden politie was er vlug
bij en men maakte beenen voor haar.
NEDERLAND EN JAPAN.
Naar aanleidicg van de schitterende ont-
vangst, welke onze marine in Japan ten
deel viel heeft het Haagsche „Aneta"-kaDtoor
den Japanschen gezant bij het Nederlandsche
hof, den heer Kentaro Otchiai, gevraagd
naar zjjn meening omtrent de relaties
tusschen Japan en Nederlandsche kolonien.
Op de vraag of de feeslelijkbeden die
dezer dagen piaats hadden, slechts als
onbeduidende intern ationale hoftelijkheid
moesten worden beschouwd of dat hier
werkeljjk sprake was van een uiting van
sympathie, antwoordde de gezant ongeveer
De Japanneis, en onder hen de kooplieden
in de eerste piaats. weten cog zeer goed,
hoe de Nederlanders langen tijd de eenige
Westerlingen waren, die geregelde betrek-
kingen met Japan onderhielden en dat de
JapaDners daar ook het eerst met de Wes
tersche beschaving in aanraking kwamen
door bemiddeling van de Nederlanders, welke
hen o. a. met de geDeeskundigewetenschap
en de groote scheepvaart deden kennismaken.
Geen wonder, dat vooral de Nederlandsche
vloot zeer gezien is in Japan. Daarbij komt,
dat in de jongste jaren de reeds levendige
handel met de Nederlandsche kolonien
werd uitgebreid en de Japanners wenschen,
dat deze economische betrekkingen zich
nog nader zullen ontwikkelen Van het
sluiten van den vrede verwacht de gezant
volstrekt geen teruggang in deze aangele-
genheden. Integendeel.
Toen even gezinspeeld werd op het
wantrouwen, dat in onze kolonien en in
Nederland nog steeds door velen wordt ge-
koesterd ten opzichte van de bedoelingen
van het steeds machtiger wordende Japan,
zeide de heer Kentaro Otchiai, dat er niet
de allerminste reden was om daarover maar
zelfs te spreken. Japan wenscht zonder
eenige ,/arriere pemee" goede betrekkin
gen met Nederland en diens kolonien te
onderhouden.
VERRUIMING VAN HET GEMEEN-
TELIJK BELAST1NGGEB1ED.
Naar de //N. C." verneemt, heeft het na
der overleg tusschen den minister van Fi-
cancien en de commissie van voovbereiding
thans tot het definitieve resultaat geleid,
dat het wetsontwerp tot verruiming van het
gemeenteljjk belastiDggebied alsnog aldus
gewflzigd zal worden, dat aan de gemeen-
ten de keuze zal wordeD gelaten tusschen
opcenten op de rjjks inkomstenbelasting en
een eigen plaatselgke inkomstenbelasting.
De grens der progressie zal bij deze laatste
dan eenigermate worden uitgebreid.
BOMMEN OP GOES.
(Officieel.) Het ministerie van Buiten-
landsche zaken deelt mee, dat de Britsche
regeeriDg thaDS de verantwoordelijkheid
voor het werpen van bommen op Goes op
22 December 1917 heeft op zicb genomen
en zich bereid heeft verklaard de daaruit
voortgevloeide scbade te vergoeden.
DE 0. W. BELAST1NG.
De tweede uitkeering aan -de gerneenten
uit de 0. W. belasting Amsterdam ruim
15 millioen, Rotterdam ruim 12 mil
lioen, Den Haag 3.6 millioen. In het
geheel wordt ruim 53 6 millioen uit-
gekeerd,
De Belgische bladen geven de namen
der 85 beklaagden inzake de vervolging
der gewezen hoogleeraren van de onder de
Duitsche bezetting vervlaamschte Hooge-
school van Gent.
Wij vinden er de volgende Nederlanders
onder vermeld
Buitenrust Hettema, leeraar te Zwolle,
De Vries Reilingh, leeraar te GroDingen,
Max Ischag, leeraar te Gent, van Amster
dam, Richard Kortmulder, leeraar, woon-
achtig te Gent, komende van Rotterdam,
Johan Labberton, leeraar, woonachtig te
Den Haag, Emiel Witsenburg, leeraar,
woonactftig te Bloemendaal, Ernest Koss-
man, hoogleeraar, woonachtig te Den Haag.
Al de beklaagden zijn voortvluchtig.
DE DAL1NG DER PRIJZEN.
De voorzitter van de Kamer van Koop-
handel te Brussel, Delannoy, heeft in een
interview verklaard, dat volgens zjjn oordeel
een daliDg der prpzen onvermjjdelgk was.
De wereldproductie was op zulk een punt
gekomen, dat de hooge prgs der producten
sedert laDg niet meer was te rechtvaar-
digen. De Jerbetering van den wissel, de
vermindering van de vraag, hebben een
paniek in de wereld van de opstapelaars
van voorraden veroorzaakt.
En de goederen, opgestapeld in de hoop
eener steeds toenemende rijzing, werden in
dergeljjke hoeveelhedeD op de markt ge-
worpen, dat een daliDg thans fataal schjjnt.
Er 'oestaat niet de minste reden om te
veronderstellen, dat de staat van productie,
die meer en meer voldoening seheokc, zal
ophouden te verbeteren.
De plicht, alsook het belang van den
handelaar, is reeds aangeduid instee van
weerstand te bieden aan de daliDg, moet
hg haar loyaal helpen, en dus medewerken
om aan het sociale leven het evenwicht
terug te geven, hetwelk onontbeerlijk is
voor den goeden gang van zaken want de
bestaande toestand is nadeelig en gevaarljjk
voor iedereen,
lk meen dat de handelaars een prijsdaling
van goederen moeten wenschen. Wij heb
ben de uiterste grens van den opslag be-
reikt. Dat de daling nadeelig is voor
bepaalde handelaars, is onvermjjdelijkdit
maakt deel uit van de handelsbalans. Doch
deze overweging kan geenszins den veld
tocht reehtvaardigeD, die sommige leden
van de Kamer van Koophandel zouden
willen voeren tegen de daling der prjjzen.
Ik heb mij tegen die zienswjjze verzetik
denk niet dat het voorziehtig is, of dat
men het recht heeft in de huidige omstan-
digheden persoonljjke belangente vsrdedigen
MANNEN EN VROUWEN TER
STEM BUS.
In de stad Keulen heeft. men den invloed
van het vrouwenkie3recht. eens willen na-
gaan. De verhouding tusschen het aantal
stemmen door mannen en dat door vrou-
wen uitgebracbt, is daaruit goed te zien.
Totaal stemmen.
Cijfer. Mannen. Vronwen.
Centrum 82118 32964 49154
Soc. Dem. 60429 36295 24134
Duitsche Volksp. 33712 17768 15944
Onafh. Soc. 27218 18245 8973
Democr. 11231 6554 4677
Chr. Volkspartij 8307 4247 4060
Duitsch-Nat. 6612 3190 3422
Daar mannen en vronwen in Keulen in
afzonderiijke lokalen hun stem uitbrachten
heeft men deze lgsten kunnen aanleggen.
Uit bovenstaande cijfers bliikt, dat het
Centrum zjjn succes bjj deze verkiezing
grootendeels aan de vrouwen te danken
heeft. Bij de socialistisehe grodpen over-
treft het aantal door maunen uitgebrachte
stemmen aanmerkelijk dat der vrouwen,
vooral van de bfginselen der onafbankeljjken
schijnen de vrouwen niet veel te moeten
hebben. De Duitsche Yolkspartjj en de
democraten kregen meer stemmen van
mannen dan van vrouwen. Bij de Duitsch
Nationalen zien we juist. het omgekeerde.
GEBREK AAN PASSAGE IN AMERIKA.
Volgens den correspondent van de Daily
Telegraph te New-York, zullen tallooze
Amerikanen, die plan hadden om dezen zo-
mer Engeland en Frankrijk te bezoeken; te-
leurgesteld worden. En wel, omdat er ge-
brek aan scheepsruimte is. Het aantai men
schen, dat geen passage kan krijgen, wordt
op 100.000 geschat. Dit bezorgt Engeiand,
wanneer men het bedrag, dat -?lke Ameri-
kaan in Engeland zou verteren, op 200 pond
sterling schat. een schade van 20.000.000
pond sterling.
Vele Duitsche stooinschepen, die voor
den oorlog het meerendeel der Amerikaan-
sche reizigers vervoerden, zijn nog in han
den van de autoriteiten te Washington, in
afwachting van een beslissing, aan wie zij
toebehooren. Deze zijn nog ingericht als
transportschepen e,n het is niet te zeggen,
wanneer zij weer geschikt zullen zijn voor
passagiersvervoC'r, in elk geval niet dit jaar.
Honderden menschen wachten a! maan
den in New-York op een gelegenheid om
over te steken. Het is een merkwaardig
schouwspel, hoe op de vertrekdagen de af-
vaartplaatsen vol menschen staan, die op
de gelegenheid loeren, of zij nog niet door
ziekte of dood van een der passagiers on-
voorzien mee kunnen.
EEN SCHAT.
Vrijdag is te Lobith een Rijnboot uit
Duitschland aangekomen, welke o.m. met
bestemming voor Argentinie een kist gela-
den had inhoudende voor eenige millioenen
aan goud en diamante,n. Terwijl het schip
op inklaring wachtte, kwamen Duitsche de
tectives, die de kist in beslag en mede naar
Emmerik terug wilden nemen, aangezien
deze op handige wijze door kettinghande-
laren uit Duitschland was gesmokkeld. De
Hollandsche autoriteiten gaven hiertoe geen
toestemming, aangezien de kist reeds op
Hollandschen bodem was.
DIEFSTAL VAN 60 MILLIOEN.
Ruim een jaar geleden werden uk de ci
tadel van Spandau niet minder dan 60 mil
lioen lei gestolen. De daders zijn gisteren
aangehouden. Het bleke'n vier vroegere be-
wakers van de citadel te zijn geweest. Zij
hebben na den diefstal den buit verdeeld.
Een hunner had een prachtige villa gekocht
met een grooten tuin. Een tweede leefde
rustig en dreef aileen wat handel in sigaren,
uit tijdverdrijf. De derde stond op het punt
met zijn gezin naar Nederland te verhuizen,
de vierde had zijn gedeelte in de winst reeds
verbrast. De vier daders hadden de mil
lioenen links en rechts en meest ver bene-
den de waarde aan den man gebracht. Daar
men bij hen slechts betrekkelijk geringe
sommen vond, vermoedt men dat de dieven
het geld met het oog op een eventueele aan-
houding in veiligheid hadden gebracht. Zij
hadden ook aan verschillende personen
sommen moeten uitbetalen teneinde tegen
indiscretie verzekerd te zijn. Zoo kreeg een
persoon 7000 mark. Hij gaf er zelfs een
kwitantie voor, die thans in beslag geno
men is.
Het onderzoek in de zaak duurt voort
NIKS ERG.
Kind, wat doe je daar? vroeg moeder
verbaasd, terwijl ze naar haar jongste keek,
die ijverig bezig was een papier vol te sme-
ren met inkt.
Ik schrijf een brief aan Jantje van
hierover, antwoordde de dreumes.
Een brief schrijven, lachte moeder en
je kunt nog niet eens schrijven.
Dat is niks erg, jantje kan immers
toch niet lezen!
HIJ G1NG ER NIET GROOT OP'
De bij de geheele compagnie gehate
luitenant viel op een donkeren avond in
een sloot. Een soldaat haalde hem er uit
en de officier, erkentelijk voor die goede
daad, vroeg zijn redder wat hij wenschte.
Luit'nt, ik wou 't liefst, dat u er nooit
over sprak, verzocht de soldaat.
Waarom niet? vroeg de luitenant ver
baasd.
Ja, ziet u, als de soldaten 't te weten
komen, dat ik u er uit gehaald heb, dan
konden ze er mij wel eens insmijten!
Vergadering van Donderdag 3 Juni 1920.
des namiddags 2 uur.
10 Behandeling verhooging tarief voor
electrische stroomlevering door de In-
dustrieele Maatschappij en wijzigingder
eoncessievoorwaarden.
(Vervolg)
Hierbij heb ik eer U rapport uit te brengen
naar aanieiding van een onderzoek van de ad-
ministratie der Electrische Cenerale uwer ge-
meente.
In het bij zonder werd het onderzoek inge-
steld ter beantwoording van een aantai vragen
vermeld op den hierbijgaanden lijst (bijlage A).
Voorts werd bij de aanvaarding van mijn op-
dracht met uw college avereengekomendat
ik, behalve de beantwoording van de vragen,