Tsr Heuzessefis Cour&nt Bin mm nn. BUITENLAND. GEMENGDE BERICHTEN. Zaterdag 3 April 1920. No. 6975. OTWIEIIEDDIE] JEGLi-A-D- nederland en belgie. DE TSAAR NOG IN LEVEN Kapitein Lasies, voormalig Fransch Ka- merlid, die behoorde tot de Fransche mis- sie onder generaal Janin bij Koltsjak, vertelt in de Matin belangwekkende bizonderheden over twee bezoeken, die hjj heeft gebracht aan het huis te Ekaterinenburg, waar de tsaar en zpn gezin zouden zgn vertnoord. Lasies betwijfelt of de verhalen over den moord juist zjjn en licht zyn twjjfel toe aan de hand van twee brieven, gedagteekend uit April 1919 en gericht aan een Russisch offlcier. Om de veiligheid van dezen offi- cier en vanzjjn familie niet in gevaar te bren gen verzwjjgt Lasies zjjn naamen woonplaats. In de brieven komt o. a. deze zinsnede voor ,/De tsaar leeft nog en woont hier." Ten einde te trachten licht in deze duis- tere zaak te brengen is Lasies toen naar Ekaterinenburg gegaan en hjj verklaart zich overtuigd dat het gezin van den tsaar in elk geval niet is vermoord. Hq acht het echter mogeljjk dat de tsaar zelf is omge- bracht. Lasies voegt hieraan toe, dat de Engelsche militaire vertegenwoordiger in Koltsjak's hoofdkwartier overtuigd was dat de tsaar nog in leven is en met plannen rondliep om Koltsjak in Rusland de rol te laten spelen die Monk indertjjd in Engeland heeft gespeeld. VAN DE TRANSPORTARBEIDERSSTAKING. Men meldt uit Amsterdam: Naar wij vememen zijn in de huishoudelijke vergadering van den modemen transportar- beidersbond aan het bestuur machtiging ver- leend om die maatregelen te treffen, welke tot een bevredigende oplossing van net con flict kunnen leiden. DE STAKING IN HET TRANSPORT- BEDRIJF. De Centrale Bond van Transportarbeiders heeft aan Minister Aalberse. den volgenden brief verzonden, in aansluiting op de bespre- kingen van Vrijdag j.L: „In antwoord op de vraag, door Uwe Ex- cellentie gesteld, in uw missive van 22 Maart j.l. hebben wij de eer u te berichten, dat wij het niet wel mogelijk achten, over de vraag of het huidig conflict in het transportbedrijf voor arbitrage vatbaar is, te beslissen, zoolang onbekend is, of tusschen partijen overeen- stemming te bereiken zou zijn over de grond- slagen der arbitrage. Inmiddels zullen wij echter gaarne de wen- gelijkheid tot oplossing van het conflict be- vorderen en verklaren ons daarom, voor onze oi'ganisatie, bereid, met de tegenpartij in het geschil in een bespreking te treden, tenemde te onderzoeken, of er gemeenschappelijke grondslagen ter arbitrage van het geschil bestaan. HET VERDRAG MET BELGIE. De Libre Belgique geeft den volgenden uit- leg nopens het geschil ten aanzien van het Belgisch-Nederlandsch verdrag. Het betreft inderdaad een meeningsgeschil ten aanzien van de toepassing van het economisch verdrag voorzoover dit een nieuw regime instelt op de Wester-Schelde en met name in de Wielin- gen, het voornaamste toegangsgat tot de mond van de Schelde. Nederland eischt het uit- sluitende souvereiniteitsrecht op voor de Wie- lingen. Tengevolge van de gesteldheid van de kust buiten de territoriale wateren in Zee- burgge, onze eenige maritieme basis, uitslui- tend aangwezen op een strook onzijdig wa ter, dat in tijd van oorlog door mijnen enz. versperd kan worden. Zeebrugge zou hier- door op een zeer ondiepen, nauwen toegangs- weg zijn aangewezen en zou niet meer veilig door een Engelsch eskader bereikt kunnen worden, waardoor de heele maritieme ver- dediging van Belgie zou worden opgeofferd aan de belangen van de Nederlandsche scheep- vaart of de Nederlandsche onzijdigheid. Het blad eischt, dat omtrent deze kwestie duidelijke en stipte verklaringen zullen worden afgelegd. De Belgische regeering heeft hierop al sinds verscheidene maanden bij de Neder landsche aangedrongen, doch kreeg geen be- vredigend antwoord. Op het oogenblik, dat het economisch en politick verdrag gereed ligt ter teekening, is dit hoofdpunt nog altijd niet aangesneden. Het vraagstuk blijft onbeslist. De commissie van XIV te Parijs heeft ge- tracht beide partijen bij elkaar te brengen, maar tevergeefs. De Belgische afgevaardigden bleven onWrikbaar op hun stuk staan. Het schijnt, dat de officieuse gedachtenwisseling op het oogenblik nog voortduurt, zonder dat er iets is, dat reden geeft om er eenig prac- tisch resultaat van te verwachten. Men meldt uit Brussel, dat er bij den Bel- gisehen Senaat van tal van Belgische ge- meenten adressen zijn ingekomen, waarin de wenschelijkheid wordt te kennen gegeven, dat er bij de Nederlandsch-Belgisch onderhande- lingen rekening wordt gehouden met eert reeks desiderata betreffende de waterwegen in de industrieeentra in midden en Oostelijk Belgie naar de Schelde en den Rijn. DE ZWEEDSCHE KRUISER. Het Nederlandsche Correspondentiebureau in Den Haag meldt: Naar aanleiding van verhalen in de Belgi sche dagbladen inzake de vaart van den Zweedsche kruiser Fylgra naar Antwerpen kunnen wij mededeelen, dat de Nederlandsche regeering reeds in de maand December haar toestemming voor de doorvaart verleent heeft. Bij aankomst ter reede van V'issingen onder- vond de kruiser een gering oponthoud, door- dien de bereids gegeven toestemming ter plaatse uit het oog was verloren en dienten- gevolge namens den Minister van Marine op- nieuw toesteming werd verleend. EEN ONGELUK. Dinsdagavond ongeveer halfzes heeft aan het begin van den Kruisweg, bij Heemstede, een ongeluk met een motorfiets plaats gehad. De 35-jarige bakker M. J. Tibboel van het Wilhelminaplein te Haarlem, kwam in zeer snelle vaart met een motorfiets uit de Haar- lemmermeer rijden; achter op de motorfiets zat de 21-jarige bakkersknecht D. Bonte. Bij de bocht van den weg kon Tibboel, na een in dezelfde richting rijdenden wagen gepasseerd te zijn, door de snelle vaart de bocht niet nemen. Hij reed tegen een boom, werd eerst tegen den boom geslingerd en kwam daama onder den motor terecht. Hij was onmiddellijk dood. De knecht kreeg een verwonding aan het schouderblad en inwendige kneuzingen. Hij werd per rijwielbrancard naar zijn woning te Haarlem vervoerd. EEN KRANKZINNIGE. Woensdagmorgen heeft de 18-jarige W. G. te Harderwijk zich toegang weten te verschaf- fen tot den stadhuistoren aldaar. Hij ging de klok luiden en bond een roodenzakdoek aan de spits van den toren. Met veel moeite is de jongen, die krankzinnig bleek te zijn, van den toren gehaald. Hij zal naar een krank- zinnigengesticht worden overgebracht. EEN BOOZE HUISEIGENAAR Iemand, wonende aan den Ridder van Cats- weg te Gouda, had van de huurcommissie huurverlenging verkregen tegen den zin van den huiseigenaar. Deze, verontwaardigd over de uitspraak der huurcommissie, heeft een nieuw middel bedacht om den huurder te pla- gen. Hij nam een emmer met teer en be- smeerde daarmee de raamkozijnen, brievenbus en naambordje van den geplaagden huurder. De woning heeft veel bekijks. De politie, tot wie de heer F. zich wendde, kon niets anders doen dan hem raden een ci- viel-rechtelijke actie tegen den huis-eigenaar in te stellen. PAPIERPRIJZEN. De Fransche dagbladen gaan hun prijs ver- hoogen vanwege de duurte van het papier. De socialistische Humanite wil, dat de regeering bij besluit een minimum prijs zal vaststellen. berekend naar de werkelijke kosten. Anders zullen, zoo beweert de Humanite, de groote bladen met verborgen hulpbronnen al te ge- makkelijk, door hun prijzen beneden den kost- prijs te houden „aan de onafhankelijke" bla den een oneerlijke concurentie aan kunnen doen Om de pers niet in de verleiding te brengen onzuivere geldsubsidies aan te nemen van of- ficieele zijde en van financieele en industrieele ondememingen of kwade praktijken te betrach- ten om aan geld te komen, moet de staat den prijs van de kranten verhoog-en en op een naar verhouding gelijk tarief brengen. De noodzakelijkheid van bescherming tegen verleidingen wordt een veel gebruikt, zij het ook niet zeer verheffend argument in Frank- rijk. Het hoofdargument, dat door de parlements- leden zelf gebruikt werd om de verhooging van hun schadeloosstelling te rechtvaardigen, was ook het betoog, dat de parlementsleden door een hoogere schadeloosstelling beschermd moesten worden tegen omkooping. Beneden een zekere som waren ze dus niet zoo heel zeker van hun deugdzaamheid. De Homme Libre heeft een bittere grap op de duurte van het papier en den slechten stand van den Franschen wisselkoers. Men ziet op een plaatje een dagblad-directeur met de han- den in de haren over den steeds stijgenden prijs van het papier. Iemand geeft hem dezen raad: Laat je krant op' papier-geld drukken, dat keldert naar beneden. TER NEUZEN, 2 April 1920. HET MONUMENT VOOR WIJLEN G. A. VORSTERMAN VAN OYEN. Naar aan de Telegraaf uit Apeldoom wordt gemeld -is aan den heer P. Puijpe, beeldhou- wer aldaar opgedragen de vervaardiging van het monument van wijlen den heer G. A. Vorstermn van Oyen, den op 13 October 1915 te Aardenburg overleden secretaris van de Z. L. M. Het monument, da.t een hoogte heeft van 4 M. en een voetbreedte van 2 M., zal volgens hetzelfde bericht geplaatst worden op het plein voor het gemeentehuis te Aardenburg. ZAAMSLAG. Woensdagnamiddag j.l. werd de 75jarige vrouw van den rustend landbouwer W. d. Klerk op den Ter Neuzenschen weg en binnen de kom van het dorp door een stoomfiets om- ver gereden. Haar kleeren en een boodschap- mand die zij bij haar droeg werden erg be- schadigd, terwijl een harer armen bij de pols bleek gebroken te zijn. De fietsrijder vermoe- delijk wonende te Kloosterzande had een niet a) te vlugge vaart en had aan het ongeval, volgens ooggetuigen weinig sehuld. SAS VAN GENT. Raadsoverzicht. Wanneer onze vroede vaderen ter groene tafel worden uitgenoodigd is er in den regel een heel wat langer menu te veror'oeren dan dat bij gelegenheid van de verkiezing van de Ea rner van Koophandel werd opgediend. Ik meen zelfs, dat de spijskaart van ver- leden Dinsdag 15 verschillende gangen telde) doch daar er verschillende entremets" op prijken, zal ik mij slechts bepalen tot het ver- melden der hoofdschotels. Gedachtig aan het slagwoord van Horatius „Gustibus non disputandum" „Over den smaak valt niet te twisten", neem ik mij voor de noodige objectiviteit te betrachten en derhalve slechts te vermelden wat de Geest van Mani- toe, den Oorlogsraad van Zessen inblies. Hun bleeke Broeder luisterde. Naar aanleiding van een missive van Gede- puteerde Staten werd de vergoeding voor het geven van vakonderwijs aan meisjes vastge- steld op f 1,50 per wek. lesuur voor de ge- diplomeerde en 1 voor de niet-gediplomeerde vakonderwijzeres. De pensioengrondslag der Iaatste werd vastgesteld op 156. Den Burgemeester werd voor 1920 een duur- tetoeslag toegekend van f 150. De heer Van Hecke meende, dat dit bedrag minstens f 300 moest wezen. De heer Warrens steunt. Gedeputeerde Staten hebben de begrooting over 1920 teruggestuurd met begeleidend schrijven, dat zij het wenschelijk achten daar- op gelden uittetrekken voor de aanstelling van een tweeden veldwachter. Maar de heeren Marquinie, Gijsberts en Neeteson doen een paar stevige trekken aan de kalumet en Ma- nitoe spreekt door hun mond, dat zij van Ge- deputeerden verwachten de gronden te hooren, waarop deze wenschelijkheid steunt. De heer Marquinie wil zelfs een Commissie naar Middelburg zenden om Gedeputeerde Sta ten van de niet-wenschelijkheid te overtuigen. Dit zal evenwel later gesqhieden als het ant woord van Gedeputeerde Sfaten is ingekomen. De centenkwestie vormt een nieuw gerecht. Burgemeester en Wethouders stellen voor, een crediet op te nemen van f 5000 a 6 om in het noodige kasgeld te voorzien. De zes Groote Opperhoofden knikken goed- keurend, overtuigd als zij zijn dat „Wo du nicht bist, Herr Organist Da schweigen alle Floten." Dit is, zonder meel kun je geen spekpanne- koek bakken. Na nog eenige schotels van minderen rang, overschrijvingen van dit bedrag op de rekening van zus of zoo, waarin en raadsleden en pu- bliek toch maar heel weinig belang stellen om- dat het in den regel bloote formaliteiten zijn van administratieven aard, waarover slechts weinig gezegd, nooit iets gevragd wordt, krij- gen we weer een vleeschschotelH. O. In deze beide hoofdletters ligt verbazend veel „zins". Je kunt er Haver Oats uit lezen, maar met eenigen goeden wil maak je er met evenveel gemak „De Hooge Oomes Hebben 't Over den Hoofdelijken Omslag" van. De heer Van Hecke dan, die de eer had dezen schotel te mogen opdragen, deed een voorstel om bfj het bepalen van den aanslag in mindering te brengen een bedrag van 800 gulden voor gehuwden benevens voor resp. 1 2, 3 en meer kinderen een bedrag van 50, f 75, f 100, f 125 enz. Inwonende ouders, die door hun kinderen onderhouden werden, wilde liij ook als kinderen beschouwd zien. De heer Warrens steunt weer. De heer Neeteson, die misschien bij het zien der beide characterteekens H. O. zich voor- stelde daaruit te kunnen lezen: Heeren Ouderlingen, 't Heet Oppass.cn met dien Hoof- lijken Omslag want 'tis wis^pn zeker geen bord Haver Oats, meende tot voorzichtigheid te moeten aanmanen, want 't effect kon wel eens 't tegenovergestelde zijn, dan dat wat de voorsteller meende te bereiken n.l. verlichting van den belastingdruk voor arbeiders met groote gezinnen, doch de heer Gijsberts maak- te gebruik van deze goede gelegenheid om het voorstel eenigszins gewjjzigd ter tafel te brengen n.l. voor te stellen als bedrag voor noodzakelijk levensonderhoud af te trekken f 700 voor gehuwden 600 voor ongehuwden en 100 vobr ieder kind, hetgeen werd aan- genomen. Het eigenlijke menu, verwerkt zijnde, was thans de beurt aan 't dessert en eigenaardig genoeg bestond het desert weer uit een vol- ledig menu. Hoe riimt zich dat te saam? Wel: de heer Gijsberts \yilde het nog eens hebben over het kostelijk menu, dat hij met den Voorzitter en confrater Van Hecke bij gelegenheid van de verkiezing van een lid voor de Kamer van Koophandel en Fabrieken genuttigd had. De heer Giisb. cts ok van oordeel, dat zoo'n dinertje vrij wat minder kon. Hij had „filee" gegeten en nog twee andere soorten vleesch, hij wist niet eens wat „filee" was (nu zal hij 't toch wel weten!) en had bij 't verorberen van dien Lucullusmaaltijd bij zich zelven gezegd: „Als dat nu eens een arbeider zag, die 's middags zijn sober maal op tafel ziet!" (Wordt vervolgd.) BRESKENS. Door den gemeenteraad alhier werd Maan- dag met 5 tegen 2 stemroen besloten aan de Z. VI. Trmw. Mij. een subsidie te geven van 400 gedurende tien jaar, nadat met 4 tegen 3 stemmen verworpen was het voorstel van den voorzitter om overeenkomstig het verzoek der maatschappij f 650 gedurende 20 jaar te geven. GEMEENTERAAD VAN AXEL. Vergadering van Dinsdag 9 Maart 1920, des voormiddags 10 uur. Voorzitter de heer L. J. den Hollander, Bur gemeester. Tegenwoordig de leden: J. M. Oggel, C. T. van de Bilt, A. E. C. Kruij'sse, Ph. J. van Dixhoorn, J. de Kraker, J. Weijns, J. Dekker, J. M. Baert, F. Dieleman, J. de Feijter, M. W. Koster, benevens de Secretaris. (V e r v o 1 g). 2. Aanbieding beredeneerd verslag, inge- volge artikel 52 der Woningwet, Door Burgemeester en Wethouders wordt ingevolge artikel 52 der Woningwet den raad aangeboden het beredeneerd verslag, van het geen gedurende 1919 in deze gemeente is ver- richt ten opzichte der volkshuisvesting. Daaruit blijkt, dat 4 aanschrijvingen werden gericht; de bewoning werd niet gestaakt. Aangenomen voor kennisgeving. 3. Wijzigen gemeentebegrooting voor 1919. Burgemeester en Wethouders stellen voor, de begrooting voor 1919 te wijzigen als volgt: onder de inkomsten te verhoogen de pos- ten: „bijdrage van het rijk, krachtens art. 48 der wet tot regeling- van het lager onderwijs" f 5745, ,,bijdrage van het rijk in de kosten van de arbeidsbemiddeling" 35, samen 5780; onder de uitgaven te verhoogen de volgende posten: „onderhoud, schoonhouden, meubilee- ren en brandwaarborg van het gemeentehuis" f 200 „licht en brandstoffen" 25, „schrijf- en andere kantoorbehoeften" 20, „drukwerk, aankoop van gedrukte stukken en boeken, bindwerk" f 750, „adverteeren, aanplakken of op andere wijze bekendmaken van de aan- kondigingen van het bestuur" 70, ,,kiezers- lijsten, uitoefenen der kiesverrichtingen, kos ten der stembureaux" f 60, ,,bevolkingsregis- ter en nummering der huizen" 20, „jaar- wedden van beambten straatverlichting' 80, „kosten der straatverlichting" 460, „ont- smetting, verpleging van lijders aan besmet- telijk ziekten, verdere kosten voortvloeiende uit de ziektenwet" 5, „reinigingsdienst" f 60, „kosten van het nemen van noodzakeljjke po- litiemaatregelen" f 60,25, ..onderhoud van rio- len, slooten, putten, waterleidingen, pompen enz." f 460, .onderhoud van begraafplaats en lijkenhuis" f 5, „jaarwedden der onderwijzers, pensioensbijdragen" f 2209,88%, „herhalings- onderwijs" 39, „aanschaffen en onderhou den van schoolboeken, leermiddelen en school- behoeften" f 75, „verlichting, verwarming en schoonhouden der lokalen" 225, „commissie tot wering van schoolverzuim" f 30, „subsidie aan dp avondvakteekenschool" f 150, „pre- mien voor en andere kosten van markten" f 60, „jaarwedde van den correspondent voor de arbeidsbemiddeling" f 87,50, „bedrag (der onvoorziene uitgaven) waarover alleen met goedkeuring van Gedeputeerde Staten kan worden beschikt" 250, idem dat zonder- machtiging van Gedeputeerde Staten kan worden gebruikt" f 413,61%, totaal 5780. Het voorstel wordt aangenomen met alge- meene stemmen. 4. oorstel tot het aangaan eener geld- leening van f 1700 voor eene automa- tische lantaarnontsteking. De Voorzitter stelt namens Burgemeester en Wethouders voor, voor bestrijding der kos ten van het aanschaffen der automatische lantaarnontsteking eene geldleening aan te gaan ten bedrage van f 1700 tegen eene rente van hoogstens 5% af te lossen in 10 jaar. De heet; Koster*Kunnen die gelden niet ge- vonden worden uit de geldmiddelen der fa- briek? Dan zou het niet noodig zijn eene geld leening aan te gaan. De Voorzitter: Dat is niet te verwachten; de rekening van het vorig jaar sluit weer met een tekort en de kolen worden weer duurder, terwijl de loonen van het personeel zijn ver- hoiogd en het personeel is uitgebreid. We zou den de leening ook op korter termijn kunnen aflossen. De heer Koster: In vijf jaar dan. De heer Oggel: Er is toch geen bezwaar om de leening in 10 jaar af te lossen, want de automatische ontsteking zal toch wel 10 jaar duren? Dan is daar heelemaal geen bezwaar tegen. De Voorzitter: Het is een goed standpunt, dat ook door Gedeputeerde Staten gehuldigd wordt, dat wanneer een leening wordt gesloten voor een of ander, dat aan slijtage onderhe- vig is, de leening moet afgelost zijn, tegen den tijd, dat het oude door nieuw moet worden vervangen. Eene leening voor ovens voor de gasfabriek moest op 3 jaar worden afgelost. De automatische ontsteking zal zeker wel 10 jaren duren. De heer Oggel: Ja, als er niet meer haast gemaakt wordt met het aanleggen, zal zij misschien wel 30 jaar kunnen duren. De heer Kruijsse: Ik hoorde, dat die al 2 maanden aan de fabriek ligt, waarom wordt die toch niet aangebracht? De Voorzitter bevestigt, dat de automatische ontsteking een. kleine 2 maanden aan de fa briek ligt, en den directeur is persoonlijk reeds verzocht, met het aanbrengen voortgang te maken. Hij zal daarvoor echter hulp noo dig hebben en kan die nu voor het oogenblik niet krijgen. De heer Koster: Hij moet wachten, tot er een fitter is benoemd. De Voorzitter geeft ook toe, dat de vacature van fitter oorzaak is van de vertraging; er is een fitter geweest, voor een maand op proef, maar die voldeed niet. Het installeeren zou ook - kunnen geschieden met iemand van de fabriek die het toestel leverde, maar het is nu, met de toestanden in Duitschland niet gemakkelijk daar nu iemand van. daan te krijgen. Spreker zal gaarne zien, dat het spoedig in orde komt, want het toestel is niet gekocht, om het on- gebruikt te laten liggen. De heer Dieleman: Ik meen, mijnheer de Voorzitter, dat we het niet hebben over den automaat, maar over de vraag of de geldlee ning in 5 of in 10 jaar zullen aflossen. De Voorzitter stemt dit toe! hij herhaalt, dat het een goede financiering is, als men een geldleening laat loopen over een tijd die het -daarvoor gekochte zal duren. Er is geen enkele reden om het tegenwoordig geslacht meer dan noodig is te belasten voor een in- riehting, waar zij die na ons komen ook nog genot van zullen hebben. Hij acht, het overi- gens niet noodig daarover eene professorale beschouwing te houden, daar het zoo'n kleirt bedrag geldt. Het voorstel van Burgemeester en Wethou ders om de geldleening te sluiten, af te lossen in 10 jaar, wordt aangenomen met 7 tegen 4 stemmen. Voor sternm^n de heeren Oggel, Van de Bilt, Kruijssf," De Feijter, Van Dixhoorn, Weijns en De Kraker; tegen stemmen de hee ren Dekker, Dieleman, Koster en Baart. De heer Kruijsse zou nu nog in overweging willen geven, dat den directeur wordt verzocht, om, hoe dan ook, de automatische ontsteking ten spoedigste aan te brengen. Deze mag zich, naar hij meent, niet op het ontbreken van een fitter beroepen. De directeur en de fitter weten, dat ze hunne betrekking drie maanden te voren moeten opzeggen, maar toen Van Duren elders benoemd werd, was de eene week benoemd en de andere al vertrokken. De Voorzitter: Wij wilden het op minstens 14 dagen houden, maar de directeur en de fitter gaven te kennen, dat het best me^ 8 dagen kon. De heer Van Dixhoorn: Het spijt mij, dat den leverancier niet is opgedragen de inrich- ting- aan te brengen. De Vborzitter: Dat kon niet, met het oog op de moeilijkheid om uit Duitschland te komen. De heer Oggel: De directeur had gezegd, dat hij het kon doen en nu schijnt dit niet het geval te zijn. Met het weggaan van Van Duren is het evenzoo, wij wilden hem langer houden, maar de directeur gaf te kennen, dat hij zonder bezwaar kon gaan. Had hij toen gezegd, de ontsteking niet te kunnen aan brengen zonder hulp van een fitter, dan was het natuurlijk niet gebeurd. De Voorzitter: Het spreekt van zelf, als de directeur zegt dat het kan, gaat het voor ons moeilijk om te zeggen: we geven het niet. De heer Van Dixhoorn: Maar Burgemees ter en Wethouders staan toch boy en den di recteur De heer Van de Bilt: Volkomen juist, maar wij weten toch niet wat er in het bedrijf noo dig is; als de directeur advies geeft, kunnen wij als gewoon mensch daar toch niet tegen in handelen? De heer Kruijsse: Maar als de directeur toen gezegd heeft, dat hij den fitter kon missen, gaat het niet aan, dat hij zich nu op de be- staande vacature beroept, om de automatiscne ontsteking niet aan te brengen. De heer Oggel: Ik begrijp de zaak niet goed; het toestel was er en dit was den direc teur bekend; hij wist ook, dat wij er haast mee wilden maken om het in gebruikgenomen te zien. Ik begrijp niet, dat de directeur nu ook niet meer haast maakt, aangezien het toch op zijn eigen voorstel is, dat het is aan- geschaft. Als hij het alleen niet kan, dan moet hij hulp vragen. De heer Koster: Zouden we niet een ter mijn kunnen stellen? De heer Oggel:- Een maand bijvoorbeeld. De heer Kruijsse: Als men een termijn gaat stellen, moet men ook strafbepalingen stellen indien er geen gevolg aan gegeven wordt. De Voorzitter: We zouden den directeur kunnen opdragen, ten spoedigste tot het in orde brengen van de automatische ontsteking over te gaan, dan kan de raad ten slotte be- oordeelen of het nog te lang duurt. De heer Van Dixhoorn: Wat men voorstelt hier uit te spreken, zou al wat op een motie van wantrouwen tegen den directeur gaan ge- lijken en zoover is het toch nog niet. Als hij de wenschen van den raad vemeemt, zal hij er wel toe overgaan, om het toestel aan te brengen. Ik kan mij daarom vereenigen met het voorstel van den Voorzitter om hem aan te schrijven .,xen spoedigste" tot den aanleg over te gaan. De heer Oggel: Je kent hem nog niet! Met algemeene stemmen wordt overeen komstig het voorstel van den Voorzitter be sloten. 5. Voorstel tot het aangaan eener geld leening voor kasgeld ad f 20.000 voor de gasfabriek. De Voorzitter stelt namens Burgemeester en Wethouders voor ten behoeve der gasfa briek over te gaan tot het sluiten eener geld leening van ten hoogste ,f 20.000 tegen eene rente van ten hoogste Als toelichting deelt hij mede, dat tegen woordig dikwijls groote bedragdn noodig zijn voor kolen. Als het geld niet noodig is, wordt het niet opgenomen. Het voorstel wordt aangenomen mpt alge meene stemmen. 6. Voorstel om de kosten der straatver lichting in verband met den geldenden gasprijs te bepalen op 4200. De Voorzitter deelt mede, dat de kosten der straatverlichting in verband met kosten van het gas en de branduren te laag zijn gesteld, waarom Burgemeester en Wethouders voor- stellen die te stellen op 4200. Het blijft ten slotte wel gelijk, daar de gemeente dien hoo- geren prijs moet betalen, maar de zaak wordt er zuiverder door gesteld. De heer De Kraker kan zich met dit voor stel goed vereenigen; er is nu meermalen ge zegd, dat de rekening van de gasfabriek met een tekort sluit, maar hij is overtuigd, dat, als de gemeente voor de straatverlichting den kostenden prijs betaald had, dit niet het geval zou geweest zijn. De Voorzitter meent ook, dat er dan een mooie winst zou geweest zijn; in elk geval zouden de rijfers een beeld hebben gegeven van den werkelijken toestand van het bedrijf. Het voorstel wordt aangenomen met alge meene stemmen. 7. Wijziging van art. 4 der verordening overeenkomstig art. 114bis der gemeen- tewet (gasliedrijf). De Voorzitter stelt namens Burgemeester en Wethouders voor, artikel 4 der verordening tot regeling der instructie voor den boekhouder der gasfabriek te wijzigen. Het komt ieder jaar voor, dat er nog in de maanden Maart en April rekeningen inkomen ten laste van de gasfabriek. Daardaor is het niet mogelijk, dat de boekhouder voldoen kan aan de be- paling in art. 4 der instructie, om vo6r 1 Maart de rekening van het bedrijf in te zen den. Burgemeester en Wethouders stellen daarom voor te bepalen „voor 1 Juni", dan is het tot 30 Juni, het tijdstip dat de gemeente- rekening moet worden afgesloten nog I maand tijd. Het voorstel wordt aangenomen met alge meene stemmen. 8 Verzoek van G. Gilijamse, om al'wijking van art. 12 der bouwverordening. Ingekomen is een adres van G. Gilijamse. die daarin te kennen geeft, dat het hem te- leurgesteld heeft, het besluit van Burgemees ter en Wethouders om afwijzend te beschikken over zijn verzoek om een verbouwing te mogen doen aan zijn perceel; dat het hem onmogelijk is, andere bouw- plannen te maken, om reden het perceel tus schen rijksgebouwen ligt en alzoo de kans uit- gesloten is, om grooter open terrein te houden; dat de reden der verbouwing is, om te trach ten zijn bedrijf te verbeteren, door eene groo- tere bovenzaal te verkrijgen. redenen waarom hij beleefd verzoekt, hem dispensatie te verleenen van art. 12 der ge- meentelijke bouwverordening. De Voorzitter deelt mede, dat volgens de bouwverordening een derde der oppervlakte van het perceel open ruimte moet blijven, doch aan die bepaling voldoet adressant niet, daar hij nauwelijks een achtste zal overhouden. Burgemeester en Wethouders konden geen toestemming geven, en hebben hem daarom naar den raad verwezen, die de afwijking wel kan toestaan. De heer Kruijsse: Kan de gemeenteraad hierover wel beslissen zonder advies van de Gezondheidscommissie De Voorzitter: Die vraag is wel overwogen, doch het is niet noodig geacht. In de oude verordening was zulks voorgeschreven, doch in de laatst vastgestelde is die bepaling ge- schrapt. De heer Kruijsse: Ik geloof niet, dat de verordening daaromtrent iets behoeft te be palen, maar dat dit in artikel 6 der Gezond- heidswet is omschreven, daar het hier een punt van de vo'kshuisvesting raakt. Overigens ben ik van meening, dat ook Burgemeester en Wethouders hier in dit geval afwijking kunnen toestaan, op grond van art. 46 der verordening, die hen machtigt afwijking toe te staan van de bepalingen omschreven in de artikels 4 tot en met 45. De Voorzitter deelt die opvatting niet, daar dan het eene artikel in strijd is met het andere. Wat de bemerking van den heer Kruijsse betreft, over het advies van de Gezondheids commissie, op grond van de Woningwet, dan zou men, consequent doorgaande, voor iedere bouwvergunning een advies aan die commissie moeten vragen. De heer Kruijsse: Ik besehouw het ook meer als een kwestie van vorm, en nu is het de vraag, of hier thans een wettig besluit ge- nomen kan worden, want, is dat niet het ge val dan heeft de belanghebbende er ook niets aan, daar hij of zijne rechtverkrijgenden zich dan daarop niet kunnen beroepen. De Voorzitter stemt toe, dat het in verband met de bestemming van het gebouw wel een kwesie is voor de Gezondheidscommissie, om er advies over te geven. De heer Van Dixhoorn: Moet dan van dat advies onze stem afhangen? De Voorzitter: De raadsleden kunnen stem- men zcoals zij zelf het beste achten. Men kan over deze zaak verschillend oordeelen. Er worden daar op de achterplaats urinoirs ge maakt en des zomers kan dat veel stank ver- wekken; de een zal het een vuile boel vinden, terwijl weer een ander het zoo erg niet acht. Het was wel goed, dat de Gezondheidscom missie hierover advies gaf. De heer Kruijsse: Ik herhaal, het is mij maar om de formaliteit te doen, daar het te nemen raadsbesluit anders vemietigd zoude kunnen worden. De raad kan van het advies der com missie afwijken, maar zij moet naar zijne mee ning gehoard worden. Hij heeft echter liever een wettig besluit, tenzij de verzoeker de risico van vernietiging van het raadsbesluit zelf wil dragen De Voorzitter: Als dat moet is er al dikwijls tegen gezondigd, dan zou dat verzoek betref fende het aanbrengen van luiken ook wel om advies naar de Gezondheidscommissie moeten worden gezonden. De heer Kruijsse: Neen, want dat is een politiemaatregel. De Voorzitter stelt voor, het verzoek eerst te zenden aan de Gezondheidscommissie om advies. De heer Oggel: Dat zal maar lastig zijn voor Gilijamse, want dan kan hij niet beginnen. Het voorstel van den Voorzitter wordt aan genomen met algemeene stemmen. 9. Wijziging begrooting burgerlijk arm- bestuur, over 1919. Burgemeester en Wethouders stellen over eenkomstig het verzoek van het Burgerlijk Armbestuur voor, in de begrooting van dat college voor 1919, af te schrijven: van ,,bedeeling in brandstoffen" 30,78, „bedeeling in kleedmg" 137,24, .bestedings- kosten" 321,75, ,',bijdragen aan kerke'ijken instellingen van weldadigheid" 123,50, kos ten van geneeskundigen bijstand" 93, „me- dicijnen" f 50, „begrafeniskosten" f 50, „on- voor^iene uitgaven" 157,61, samen 963,88. over te schrijven op „bedeeling in geld" f 360, „kosten van het houden van vergade- ringen" f 3,88, samen f 963,88. Het voorstel wordt aangenomen met alge meene stemmen. 10. Verzoek van P. J. Scheele om voor zijn winkelraam in de Nieuwstraat een raam te mogen plaatsen. De Voorziter stelt namens Burgemeester en Wethouders voor het verzoek in te willigen, onder voorwaarde, dat het niet over de stoep heensteekt. De gewone bepaling handhaven, dat het scherm 2 meters boven de straat moet worden aangebracht zal hier niet gaan, daar belanghebbende dan, omdat het maar een smal scherm kan zijn, er voor zijn winkel geen nut van hebben kan. De heer Van Dixhoorn meent, dat het wel zou kunnen, indien hij meerdere schermen on der elkaar aanbrengt. Het is jammer, dat het, waar hij het over zijn eigen stoep maakt, niet zonder vergunning kan. De heer Oggel: Men moet daarvoor altijd vergunning hebben. De heer Van Dixhoorn: Maar als men het toch maakt over zijn eigendom De heer Van de Bilt: Als hij het twee meters moet maken, is hij er niet mede geholpen. De Voorzitter: We kunnen toch geen toe stemming geven, om het over het trottoir te laten komen. We zullen die twee meters hoogte laten vervallen, maar bepalen, dat het scherm, uitstaande, niet over het trottoir mag steken. De heer Oggel: Ik geloof wel, dat adressant rekening zal houden met de hier uitgesproken wenschen. Het voorstel wordt aangenomen met alge meene stemmen. (Zie verder het Eerste Blad).

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1920 | | pagina 5