ALGEMEEN NiEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. No. 6956. Donderdag 19 Februari 1920. 60e Jaargang. M I L 1 T I E. B U I T E nTa TbT INL1J VING-UITSTEL. Hoofdelijke Omslag, Aflialen Zakboekjes. Broodkaarten. BINNENIAND. De Burgemeester van TER NEUZEN maakt bekend, dat voor het 127e tjjdvak (1927 Feb-uari) geldig zijn de zwarft gekleurde wittebroodkaarteo. Ter Neuzen, 18 Februari 1920. De Burgemeester voornoemd, J. HUJZ1NGA. Geleidelijke huurprijsvcrhooging. Ingediend is een wetsontwerp tot wijzi- ging der Hnurconimissiewet. Aan de memorie van toelichting wordt het volgende ontleend; Dat de Huurcommissiewet tot dusverre haar diensten heeft verricht, kan, zegt de Regeering, niet worden ontkend. Zij heeft groote stijging van huur, waartoe anders de woningnood de gelegenheid bood, teuen- gegaan. Overgangsmaatregelen noodzakelijk. De wetgever heeft zich destijds op het standpunt gesteld, alsof slechts gedurende een beperkten tijd de huren zouden stre- ven in opwaartsche richting. Wanneer een- rcaal de' oorlog zou zijn geeindigd, zouden 'He prijzen in korten tijd automatisch zak- £en en alsdan zou de vaststelling van den nuurprijs zonder meer wederom aan de wet van vraag en aanbod kunnen worden vwnioj Edoch, zegt de Regeering, de hrl n geeft een ander beeld te aanhnH ™oningen z"Hen, zoolang niet het een V eel vraa8/anmerkelijk overtreft, ten \te| hooger bedrag moeten opbrengen hunrnrii<5 Hf> Lffat "U den Id ken ft laatste womngen door wet- Wht" ste.eds °P hetzelfde of een huurnriis 8 verli0,^d Ped> dan zal die eindelHk wordt u" Hui»"«>nimissiewet Daarom wordt voorgesteld het tweede fe schmnnp a4 u er Huurcon»nissiewet thtappen en de huurcommissie bij haar beslissingen slechts d.t richtsnoer te geven dat zy zorg drage „voor een redelijke hum- erhooging, die geleidelijk voert tot den no■•- malen pnjs van het vrije verkeer" Men zal een huurprijs niet in eens bren gen van f 500 op f 800, maar de huurcom missie zal toestaan b.v. eerst 600 en later 700 enz. Tot een dergelijke huurverhoo- ging is de huurcommissie echter verplicht rnede te werken; zij kan niet een redelijkc verhooging weigeren op grond, dat zij elke verhooging, welke niet evenredig is aan hoogere woninguitgaven, verkeerd acht. 20 pCt. boven de huur van I Jan. 1916 vrij. De wet zelf kan bij het toestaan van huur- verhooging de huurcommissie voorgaan door het bedingen van een zeker percentage boven de vroeger rrofmaie huur vrij te laten. In het ontwerp wordt als zoodanig voorge steld 20 pCt. boven de normale hu^r van 1 Janttari 1916 en, voor woningen, waarop de Huurcommissiewet van toepassing is verkiaard, 10 pCt. boven de normale huur van 1 Jan. 1918. Voor de huurders zijn ze niet te drukkend, vooral niet wanneer men bedenkt, dat een groot deel der procenten ai reeds door luuir- verhooging onder goedkeuring der huur commissie kan zijn verbruikt. Tegen ,,sleutelgeld" Dd strafbepaling van artikel 9 der Huur commissiewet, welke bepaling alleen is ge- richt tegen den verhuurder, is onvoldoen- de ter bestrijding van het euvel van het zoo- genaamde „sleu.telgeld" en dergelijke prak- tijken. Het arrest illustreert dit met een jong voorbeeld. Het nieuw voorgestelde artikel 9 steit daarom in het eerste lid 66k den niet-vef- huurder strafbaar, die eenig voordeel be- dingt ter zake van een huur. Redeiijke ver- goeding is evenwel voor daadwerkelijke verriehte diensten geoorloofd. Naast het bedingen wil het eerste lid ook het aannemen van eenig voordeel strafbaar stellen. De huurcommissie krijgt de bevoegdheid aan haar uitspraken terugwerkende kracht te verieenen, uiterlijk tot den dag, waarop het verzoek om goedkeuring van een huur prijs is ingekomen. W1JZIGING WONINGNOOD WET. Ingediend is een wetsontwerp tot aanvul- ling van de Woningnoodwet. In de memorie van toelichting zet de Minister van Arbeid uiteen, dat afdoende verbetering van de woningvoorziening slechts te verkrijgen zou zijn door voldoende productie, welke evenwel wordt tegenge- houden door de abnormaal hooge prijzen van de bcuwmaterialen. En voorts, dat de woningnood heeft aanleiding gegeven tot een ernstig misbruik, doordien de woningen voor het overgroote deel worden onttrok- ken aan de huurmarkt en alieen te koop aangeboden tegen buitensporige prijzen. Voorgesfeld wordt nit in de eerste plaats in de Woningwet eenige bepaiingen in te lasschen, ten doel hebbende, het ledig laten staan van woningen en de speculatie in wo ningen tegen te gaan. Groote perceelen kunnen worden onteigend. Wanneer men een woning opzettelijk le dig Iaat staan, kunnen twee wegen worden ingeslagen. Men kan den eigenaar aanzeg- gen, de woning te verhuren of de woning voor hem te verhuren. Dit middel is neef- gelegd in het ontwerp Huuraarizeggingswet. Maar niet voor alle woningen kan dit middel baat geven. Met name voor de grootere woningen zal het dikwijls zeer moeilijk vallen een huurder aan te wijzen, die financieel in staat is de woning te hu ren en te bewonen. Dergelijke woningen moeten eerst verbouwd worden tot verdie- pingwoningen of tot boven- en benedenwo- ningen. Voor die gevalien is onteigening het aangewezen middel. Onteigening zal in drie gevalien moge lijk zijn: indien de woning onbewoond is 2e. indien zij ten deele bewoond is; 3e. in dien haar onderhoud verwaarloosd wordt. Tegen speculatie. Ten einde de speculatie in woningen tegen te gaan wordt voorgesteld in de wet vast te leggen wat in gegeven gevalien als wer- kelijke waarde moet worden beschouwd. Nog wordt bepaald, dat steeds moet wor den rekening gehouden met de verandering van de koopkracht van het geld. Behoort de woningnood tot het verleden, dan moet de vrijheid van beweging ook we- der hersteld worden. EEN HUURAANZEGGINGSWET. Een wetsontwerp houdende maatregelen tegen het onbewoond laten van woningen is ingediend, met het doel de Huurcommis sie in wier gebic' een woning geiegen is, in welker werkelijke bewoning met op ern- stige wijze is voorzien, bevoegd te verkla- ren die woning te verhuren met inachtne- ming van verschillende bepaiingen. Onder herinnering aan het tegelijkertijd ingediende wetsontwerp tot aanvuliing van de Woningnoodwet houdende voorschriften van een onteigening van leegstaande wo ningen, wijzen de Ministers van Justitie en van Arbeid er op, dat, doordien de beschik- king wordt verkregen over onteigening zoo- wel als over gedwongen verhuring, in elk voorkoinend geval dat middel zal kunnen worden toegepast, hetweik, alle omstandig- heden in aanmerking genomen, aan het doel het meest bevorderlijk is. Wanneer in de bewoning eener woning niet is voorzien gaa'f de Huurcommissie niet zonder meer tot verhuring over; doch eerst wordt aan den reclithebbende aangezegd m alsnog binnen een termijn van ten min- ste een maand voor een behoorlijke be woning te zorgen. Aangenomen worst, dat in de bewoning is voorzien zoowel inoten de woning reeds Bewoond wordt, als ook indien b.v. op 1 Janttari de woning verhuttrd is met ingang van een lateren datum. Is onherroepelijk uitgemaakt, dat in de werkelijke hervorming niet op ernstige wijze is voorzien, dan staat het alleen ter beoor- deelinn der iLiurcommissie of aan haar aanzegging is voldaan. De iiiurcommissie verhuurt volgens art. -r namens den rechthebbende. Deze laatste wordt dus van reciitswege verhuurder. Wie dt woning wil huren, zai zijn verlangen daartoe dan aan de Huurcommissie ken- baar kunnen maken.- Deze wet zal kunnen worden aangehaald als Huuraanzeggingswet. DE EX-KEIZER. Het antwoord op de Nederlandsche nota. Volgens een telegram uit Londen luidt de tekst van de antwoord-nota der geallieer- den aan Nederland aldus: De mogendheden namen nota van het ant woord der Nederlandsche regeering op haar nota van 15 Januari betreffende de uitleve- ring van Wilhelm von Hohenzollern, den Duitschen ex-Keizer. De ontzaggelijke opofferingen, die de mogendheden zich tijdens den oorlog in het algenteen belang hebben getroost, geven haar het recht, aan Nederland te vragen, zich nog eens te beraden over zijn weige- ring, die gebaseerd is op de gewichtige, maar geheel op zichzelf staande overwe- gingen van een staat, die zich buiten den oorlog hield en wellicht de gevaren en plichten van dit oogenblik niet voldoende kan beseffen. De verplichting der mogendheden tegen- over de andere naties, de ernst der onder- havige kwestie, zoowel als de zeer ernstige politieke gevolgen, die de verzaking der eischen van de gerechtigheid tegen den ex- Keizer kunnen teweegbrengen, dit ailes be- weegt -de mogendheden haar eisch te handhaven en te herhalen. De mogendheden verlangen niet, dat Hr. Ms.'s regeering zal afwijken van haar tra- ditioneel beleid, maar zijn van oordeel, dat de aard van haar verzoek, dat naar hare meening niet enkel of hoofdzakelijk afhan- kelijk is van de Nederlandsche wet, niet voldoende op prijs gesteld is. Er staat geen kwestie van presige op het spel en de mogendheden schenken evenvee! aandacht aan de gewetensvolle gevoelens van een staat met beperkte belangen, als aan het na rijp beraad genomen besluit der mogendheden. Zij kunnen echter niet wach- ten op de instelling van een wereldgerecht, bevoegd om internationale misdaden te on- derzoeken, als men de verantwoordelijke bewerkers van de catastrophe van den groo- ten oorlog voor het gerecht te brengen. Het is juist deze voorgenomen vervol- ging, die den weg zou kunnen banen voor zulk een wereldgerecht, en het demonstreert de eenparigheid van gevoelens, die het ge- weten van de naties der wereld bezielen. De mogendheden wenschen er op te wijzen dat de Volkenbond nog niet in een zooda- nigen staat van ontwikkeling is, dat daarop met succes een beroep kan worden gedaan. Zou niet de weigering van Harer Majesteits- regeering om den ex-Keizer uit te leveren, indien daarin wordt volhard, Een noodtottig precedent. scheppen, waardoor toekomstige vervol- gingen, door een internationaal gerecht te- ge- hooggeplaatste misdadigers ingesteld, ondoeltreffend zou kunnen worden? De re geering van Nederland legt nadruk op het feit, dat het verzoek om den ex-Keizer uit •e leveren, slechts kan worden beschouwd van het standpunt van haar eigen plicht. De regeering blijkt niet in te zien, dat zij met andere beschaafde naties de plicht deelt van de bestraffing van misdaden tegen de gerechtigheid, en tegen de beginselen van menschelijkheid, daden, waarvoor Wilhelm von Hohenzollern ontegenzeggelijk een zwa- re verantwoordelijkheid draagt. De nota van 15 Januari was gezonden in naam van alle geallieerden, 26 in getal, die het vredesverdrag hebben onderteekend en de mandatarissen zijn van de meerderheid der beschaafde naties der wereld. Het is onmogelijk de collectieve kracht van dit ver zoek over het hoofd te zien en het is niet enkel de uitdrukking van de gevoelens van verontwaardiging der slachtoffers, maar ook een eisch van gerechtigheid, gesteld door het geweten van de gansche mensch- heid. De Nederlandsche regeering is stellig niet vergeten dat de politieke en de persoonlijke daden van den man, dien de mogendheden opeischen, het leven hebben gekost van tien millioen inannen, vermoord in den bloei van hun leven, en dat hij verantwoordelijk is voor de verminking en verwoesting van de gezondheid van bijna driemaal zooveel, en de verwoesting en vernieling van millioenen vierkante mijlen grond en van een geheele nijvere, vreedzame, gelukkige landelijke be- volking, en de ophooging van oorlogsschuld tot billioenen, terwijl de suachtoffers man- nen waren die indirect ook de vrijheid van Nederland hebben verdedigd. Het economische en maatschappelijke be- staan van al deze naties is in de grootste verwarring gebracht en aan moord en ge- brek prijsgegeven als de verschrikkelijke gevolgen van den oorlog, welke door Wil helm von Hohenzollern is aangesticht. Onderscheidingen. „De Maasbode" weet mee te deelen waar- aan de gewijzigde houding moet worden toegeschreven inzake het aanvragen van toestemming voor het dragen van eere- teekens. Voor den oorlog werd er niet zoo nauw- lettend toegezien of eene onderscheiding wel binnen het kader viel van artikl 67 der Grondwet, waarbij is bepaald, dat Neder- landers geen vreemde ordeteekenen, titels, rang of waardigheid mogen aannemen zon der bijzonder verlof van den Koning. Men dacht toen blijkbaar: een vergunning te veel schaadt niet. En zoo was het ook gebruik geworden dat voor het aannemen van de vermelde eereteekenen verlof werd gevraagd en verleend. Niemand had daar eenig na- deel van. -Hierin kwam echter verandering door de Zegelwet 1917. Artikel 41 primo van die wet bepaalt, dat de aan belangheb- benden uitgereikt wordende afschriften van het Koninklijk besluit, waarbij het verlof tot het aanemen van vreemde ordeteekenen, ti tels, rang of waardigheid wordt verleend, onderworpen zijn aan een zegelrecht van 50. Hierdoor is het dus voor de betrokkenen van belang geworden, dat niet onnoodig een Kon. besluit wordt uitgelokt. Met het })og daarop is op last van den Minister van Binnenlandsche zaken een nauwkeurig on- derzoek ingesteld, in hoeverre vreemde on derscheidingen onder artikel 67 der Grond wet vallen. Het resultaat van dit onderzoek is geweest, dat bovenbedoelde eereteekenen er niet onder begrepen moeten worden. Het handelsregister. Dezer dagen heeft, naar men weet, de Tweede Kamer een ontwerp tot wijziging der handelsregisterwet 1918, verband hou dende met de reorganisatie der Kamers van Koophandel en Fabrieken, aangenomen. Voor de inschrijving eener handelszaak in het handelsregister zal, zoodra dit ont werp van kracht zal zijn, voortaan ver- schuldigd zijn: bij een in die zaak gestoken kapitaal van niet meer dan 10.000 een bedrag van f 5, bij meer dan 10.000 tot cn met 25.000 j 15, bij meer dan 25.000 tot en met f 50.000 f 50, bij meer dan f 50;000 tot en met f 100.000 100, bij meer dan J 100.000 tot en met f 500.000 f 250, bij meer dan f 500.000 tot en met f 1.000.000 500 en bij meer dan 1.000.000 f 1000. De jaarlijksche bijdragen varieeren van J2.50 voor de kleinere ondernemingen tot f 500 voor die met een kapitaal van meer dan vijf millioen. De correspondent van het Hbl. te Sittard meldt: In een gesprek, dat ik heden had met den heer Van Groenendael te Sittard, deel- de deze mij mede, niet van plan te zijn zijn mandaat van Kamerlid neder te leggen. Hij meende nog wei het vertrouwen van een zeer groot gedeelte van zijn kiezers te heb ben. De heer Van Groenendael meende, dat wanneer een stemming kon plaats hebben volgens het vroegere kiessysteem, hij bij be- danken zeker weer zou worden herkozen. De tegen hem gerichte beweging schreef hij voornamelijk toe aan persoon-iijke antipa- thieen. De heer Van Groenendael zal binnenkort voor zijn kiezers de.geheele zaak en wat daar achter zit duidelijk uiteenzetten. Het Nederl. Belgische verdrag. Renter seint uit Brussel d.d. 10 Febr.: Tijdens den Ministerraad, onder presi dium van den Koning gehouden, gaven de gevolmachtigden voor de onderhandelingen te Parijs Segers en Orts een overzicht van de bepaiingen van het Nederlandsch-Bel- gische verdrag, dat zij aanraden goed te keuren. DE ONTHULL1NGEN. Men meldt aan de „Nieuwe Courant": De meeste leden van den Bond van re- volutionaire intellectueelen hebben zich be- schikbaar gesteld voor het persbureau van de 3e Internationale, dat gevestigd is te Amersfoort. De rev. soc. studenten hebben zich bereid verklaart opdraehten te aan- vaarden van Sovjet-Rusland. Besproken is de oprichting op last van Sovjet-Rusland van afdeelingen van het Roode leger in een aantal grensplaatsen om zoo in voortdurende verbinding te kun nen staan, hoofdzakelijk tot het over de grenzen smokkelen van personen die niet van voldoende papieren zijn voorzien voor den berichtendienst en ook voor den koe- rierdienst. Voorts werd ter vergadering te Amster dam besproken sterke propaganda onder de vrouwen te voeren met het oog op de verkiezingen. Dezen zomer zal er in 't bij zonder propaganda gemaakt worden onder de dienstboden. Handelsrelaties wil men pogen aan te knoopen met verschillende firma's, om aldus over dek-adressen te kunnen beschikken. Bovendien zullen de afdeelingen de han- delsspionnage krachtig ter hand nemen. Hun rapporten gaan naar het persbureau der 3e Internationale. Men meldt uit Amersfoort aan het Utr. Dagblad, dat het stellig in de bedoeling der communisten Iigt binnen drie maanden tot revolutionnaire actie over te gaan. Men v trachten internationaal in elke fabriek of werkplats onder de werklieden een gn te vormen, die bij staking of revolut kern moeten uitmaken van de in die fabric!, of werkplaats te vormen bedrijfsraad of sovjet. Amersfoort is thans een communistisch persbureau rijk. Alle stakingen, die een re- volutionnair karakter dragen, zullen door dit persbureau executief worden onder- steund. Tot de stakingen, die ondersteund zullen worden behoort, de ontkenning van Wijnkoop, Sneevliet c. s. ten spijt de reeds tiitgebroken staking der transport- arbeiders. De correspondent acht hierdoor opghelderd waarom de stakers in plaats van J8 per week, f 21 uitbetaald zullen krijgen, al.is dit daar door de federatie ont kend. Het Persbureau bestaat uit Ir. Rut gers (leider), mevr. Roland Hoist en D. Wijnkoop. Uit een hoofdartikel van „Het Volk": „Wij staan aan het begin van een der moeilijkste perioden, van een der zwaarste crisissen wellicht, die de Nederlandsche ar- beidersbeweging nog kreeg te doorstaan. Alleen dan zullen onze organisaties een schild voor de arbeidersklasse blijven, in dien zij thans vaster dan ooit haar eigen zelfstandigheid, haar eigen inzicht, haar eigen strijdmethode handhaven. Storinen zullen over ons heengaan; wij hebben ons voor te bereiden op aanvallen van alle kan- ten. De romantici in de arbeiderswereld be- schouwen ons als sukkels, zouden ons gaa'r- ne half ongemerkt laten afsukkelen naar hun politiek van avontuur weldra zou zoo niet alleen de moderne arbeidersbeweging, maar de heele arbeidersklasse in de versuk- keling komen. Hiertegen is slechts een mid- del van verweer: dat de sterke man, die de moderne beweging is, nuchter, vastbesloten, bewust van zijn doel en vertrouwend op zijn kracht, tegenover elke tyrannie of zij komt uit de heerschende klasse of van dichterbij, onverstoord haar eigen weg gaat. Wij la ten ons niet verpletteren door de macht -van het kapitaal; wij laten ons niet beentje- lichten door politici uit de arbeidersbewe ging, die hun zwakte en hun vertwijfeling achter avontuurlijkheid pogen te verbergen". DE FRANSCHE PERS EN DE UITLEVE- RINGSNOTA. De min of meer officieuse Fransche bla- den geven over de beslissing der Londensche conferentie inzake de nota der entente over de uitlevering van Duitschers wegens oor- logsmisdaden beschouwingen. „Wij hand haven strikt het verdrag. Wij doen in geen enkel opzicht afstand van onze rechten", zoo zeggen ze in hun beschouwingen. De Petit Parisien voegt er nog deze bijzonder- hen bij: De geallieerden zullen zich ervan onthouden deel te nemen aan de vervolgin- gen, die Duitschland te Leipzig of elders zal kunnen insleilen. Verscheidene andere bladen uiten zicti echter op geheel andere wijze. De Homme Libre, Clemenceau's blad, zet met groote leters boven aan zijn eerste kolom: De ca- pitulatie. En het blad schrijft: „Wij wijken dus terug. Jawel, men noemt het nu we! schikking, of verstandigheid, men geeft er zelfs den poinpetisen naam „zin voor reali- teiten" aan, maar het fijne van de zaak is toch maar, dat het bij ontleding toch maar goed en wel terugwijken is." lets verder in hetzelfde artikel luidt het nog: „De her- zioning van het vredesverdrag is niets dan een vraagpunt. De herziening gaat al karm haar gang, om te beginnen met de artikelen, die juist het meest teekenend zijn." De Liberte schrijft: Gisteren zagen wtj at van het opeischen van den keizer; van- daag zien .wij zelfs at van het opeischen van de onmiddellijke r'aders van misdrijven. Elk bcricht uit Londen meldt een nieuwe zwakheid. Het is overbodig, met woorden te spe onder het motto schikking of Europeesch herstel, is het eenvoudig weg op een kapi taal punt de herziening van het vredesver drag in minder dan acht maanden na de onderteekening. Dit is een eerste bras in het monument van de Fransche verdediging, dat de bel- denmoed van onze soidaten in vijf jaar van strijd opgebouwd had." Nu sjaan de Homme Libre en de Liberte tenslotte ook niet zoo heel ver van de re- TER NEUZENSCHE COURANT Up BURGEMEESTER van TER NEUZEN brengt fer algemeene kenuis dat de Minister van Oorlog e.i., met afwijking van hetgcen dienaangaande vroeger is bepaaW, het volgende heeft vastgesteld 4. De inlijving van de lotetingeri der militielichting It#20, die zijn toegewezen aan de regiinenten linzareii en niet bestenad zijn voor paardenoppassrr of paardenverzorger. zal geschieden in twee gedeelten de inlijving van de in onderslaanden staat vermelde groepen lotelingen der lichting 19411 zal plaats hebben in de tijdvakken, welke acliter die groepen zijn aangegeven GROEPEN. 1. TIJDVAKKEN VAN [Nl.IJVim 2 I De niet-Israelieten I De Israelieten I De niet-Israclieten t De Israelieten •otelingen lic-liti" r 192". to credeelte* gewezen aan de regiinenten c-crsic huznrrn, niet besteind voor paardenoppasser of Tweede gedeelte paardenverzorger. I De Israel ietische lotelingen, Induing 1920, toegewezen aan de Ilde bataljons der regimenten lufuiiturie De fsraelietische lotelingen, lichting 1920, toegewezen aan het regiment <ileiii«Mroep«»n en besteind voor opleiding tot milicien* telrgrafint of milicien.telephuni*! into, 610 April. 12 en 13 April. 1 -5 October. 6 en 7 October. 6 en 7 October. 6 en 7 October. Nader zal warden bekendgernaakt, wi-t van de lotelingen, toegewezen aan de regimenten huzaren i nie" bestemd voor paardenoppasser of paardenverzorger) zullen worden bestemd voor het eerste en wie voor het wcede in te lijven gedeelte. II. Met uitzondering van de Israelieten, wordt ten aanzien van dienstpliebtigen van vroegere liehtingen dan de lichting 1920, die nitstel of verlengiug van uitstel van eerste-oefening hebben tot het tijdvak van nlijving der dienstplichtigen van de lichting 1920, toegewezen aan I. de regimenten ti" uren, air I. bestemd voor paardenoppasser of paardenverzorger; 3. de Hide bataljons der regimenten iufauterie dan wel aan de regimenten iiil'anterie en bestemd voor het tweede in te lijven gedeelte; of 8. het regiment gnietroepen, bestemd voor opleiding tot milicien-tulegralist of -telephonist dit uitstel of deze verlengiug an uitstel geacht te zijn verleend lot 4 October 1920. Voor zooveel betrelt de Israelieten van vroegere liehtingen dan de lichting 1920, die nitstel hebben tot het tijdvak van inlijving van cen der hietboven onder 1 tot en met 3 genoemde groepen van dienst plichtigen, wordt dit uitstel geacht te zijn verleend tot 6 October 1920. Aan de betrokken dienstplichtigen zal zoo spoedig mogelijk rechtstreeks een- hieuvve verlofpas worden- toegezonden, waarbij bun tot den voor hett tbans bepaalden datum verlof wortlt verleend. Ter Neuzen, 17 Februari 1920. De Curgemeqster, .1. 11U1ZINGA. Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN, brengen ter openbare kennis dat het primitief Kohier van den Iloofdelijken Omslag in deze ge- /neente voor het dienstdag 1919 1920, in afschrift, gedurende vij f maanden op desecretariedergeineente, voor een ieder ter lezing is nedergelegd. Ter Neuzen, den 16 Februari 1920. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. HUIZ1NGA, Burgemeester. B. I. ZONNEVIJl.I.E, Secretaris. De Burgemeester der gemeente TER NEUZEN maakt bekend, dat de ingeleverde Zakboekjes van de Landweer en Militie kuunen worden afgebaald op het Gemeentehuis (Bodekamer) op elken workdag tusschen 9 en 12 uur des voormiddags. Ter Neuzen, den 18 Februari 1920. De Burgemeester voornoemd, J. HUIZINUA. WIJZIGINO HUURCOMMISSIEWET. S"'* verhoudingen gefolgc Het Kamerlid Van Groenendael. De helpers. De communisten te Amersfoort. Het oordeel van „Het Volk".

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1920 | | pagina 1