ALGEMEEN NiEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
No. 6956.
Donderdag 19 Februari 1920.
60e Jaargang.
M I L 1 T I E.
B U I T E nTa TbT
INL1J VING-UITSTEL.
Hoofdelijke Omslag,
Aflialen Zakboekjes.
Broodkaarten.
BINNENIAND.
De Burgemeester van TER NEUZEN
maakt bekend, dat voor het 127e tjjdvak
(1927 Feb-uari) geldig zijn de zwarft
gekleurde wittebroodkaarteo.
Ter Neuzen, 18 Februari 1920.
De Burgemeester voornoemd,
J. HUJZ1NGA.
Geleidelijke huurprijsvcrhooging.
Ingediend is een wetsontwerp tot wijzi-
ging der Hnurconimissiewet.
Aan de memorie van toelichting wordt
het volgende ontleend;
Dat de Huurcommissiewet tot dusverre
haar diensten heeft verricht, kan, zegt de
Regeering, niet worden ontkend. Zij heeft
groote stijging van huur, waartoe anders
de woningnood de gelegenheid bood, teuen-
gegaan.
Overgangsmaatregelen noodzakelijk.
De wetgever heeft zich destijds op het
standpunt gesteld, alsof slechts gedurende
een beperkten tijd de huren zouden stre-
ven in opwaartsche richting. Wanneer een-
rcaal de' oorlog zou zijn geeindigd, zouden
'He prijzen in korten tijd automatisch zak-
£en en alsdan zou de vaststelling van den
nuurprijs zonder meer wederom aan de
wet van vraag en aanbod kunnen worden
vwnioj Edoch, zegt de Regeering, de
hrl n geeft een ander beeld te
aanhnH ™oningen z"Hen, zoolang niet het
een V eel vraa8/anmerkelijk overtreft,
ten \te| hooger bedrag moeten opbrengen
hunrnrii<5 Hf> Lffat "U den
Id ken ft laatste womngen door wet-
Wht" ste.eds °P hetzelfde of een
huurnriis 8 verli0,^d Ped> dan zal die
eindelHk wordt u" Hui»"«>nimissiewet
Daarom wordt voorgesteld het tweede
fe schmnnp a4 u er Huurcon»nissiewet
thtappen en de huurcommissie bij haar
beslissingen slechts d.t richtsnoer te geven
dat zy zorg drage „voor een redelijke hum-
erhooging, die geleidelijk voert tot den no■•-
malen pnjs van het vrije verkeer"
Men zal een huurprijs niet in eens bren
gen van f 500 op f 800, maar de huurcom
missie zal toestaan b.v. eerst 600 en later
700 enz. Tot een dergelijke huurverhoo-
ging is de huurcommissie echter verplicht
rnede te werken; zij kan niet een redelijkc
verhooging weigeren op grond, dat zij elke
verhooging, welke niet evenredig is aan
hoogere woninguitgaven, verkeerd acht.
20 pCt. boven de huur van I Jan. 1916 vrij.
De wet zelf kan bij het toestaan van huur-
verhooging de huurcommissie voorgaan
door het bedingen van een zeker percentage
boven de vroeger rrofmaie huur vrij te laten.
In het ontwerp wordt als zoodanig voorge
steld 20 pCt. boven de normale hu^r van
1 Janttari 1916 en, voor woningen, waarop
de Huurcommissiewet van toepassing is
verkiaard, 10 pCt. boven de normale huur
van 1 Jan. 1918.
Voor de huurders zijn ze niet te drukkend,
vooral niet wanneer men bedenkt, dat een
groot deel der procenten ai reeds door luuir-
verhooging onder goedkeuring der huur
commissie kan zijn verbruikt.
Tegen ,,sleutelgeld"
Dd strafbepaling van artikel 9 der Huur
commissiewet, welke bepaling alleen is ge-
richt tegen den verhuurder, is onvoldoen-
de ter bestrijding van het euvel van het zoo-
genaamde „sleu.telgeld" en dergelijke prak-
tijken. Het arrest illustreert dit met een jong
voorbeeld.
Het nieuw voorgestelde artikel 9 steit
daarom in het eerste lid 66k den niet-vef-
huurder strafbaar, die eenig voordeel be-
dingt ter zake van een huur. Redeiijke ver-
goeding is evenwel voor daadwerkelijke
verriehte diensten geoorloofd.
Naast het bedingen wil het eerste lid ook
het aannemen van eenig voordeel strafbaar
stellen.
De huurcommissie krijgt de bevoegdheid
aan haar uitspraken terugwerkende kracht
te verieenen, uiterlijk tot den dag, waarop
het verzoek om goedkeuring van een huur
prijs is ingekomen.
W1JZIGING WONINGNOOD WET.
Ingediend is een wetsontwerp tot aanvul-
ling van de Woningnoodwet.
In de memorie van toelichting zet de
Minister van Arbeid uiteen, dat afdoende
verbetering van de woningvoorziening
slechts te verkrijgen zou zijn door voldoende
productie, welke evenwel wordt tegenge-
houden door de abnormaal hooge prijzen
van de bcuwmaterialen. En voorts, dat de
woningnood heeft aanleiding gegeven tot
een ernstig misbruik, doordien de woningen
voor het overgroote deel worden onttrok-
ken aan de huurmarkt en alieen te koop
aangeboden tegen buitensporige prijzen.
Voorgesfeld wordt nit in de eerste plaats
in de Woningwet eenige bepaiingen in te
lasschen, ten doel hebbende, het ledig laten
staan van woningen en de speculatie in wo
ningen tegen te gaan.
Groote perceelen kunnen worden onteigend.
Wanneer men een woning opzettelijk le
dig Iaat staan, kunnen twee wegen worden
ingeslagen. Men kan den eigenaar aanzeg-
gen, de woning te verhuren of de woning
voor hem te verhuren. Dit middel is neef-
gelegd in het ontwerp Huuraarizeggingswet.
Maar niet voor alle woningen kan dit
middel baat geven. Met name voor de
grootere woningen zal het dikwijls zeer
moeilijk vallen een huurder aan te wijzen,
die financieel in staat is de woning te hu
ren en te bewonen. Dergelijke woningen
moeten eerst verbouwd worden tot verdie-
pingwoningen of tot boven- en benedenwo-
ningen. Voor die gevalien is onteigening
het aangewezen middel.
Onteigening zal in drie gevalien moge
lijk zijn: indien de woning onbewoond is
2e. indien zij ten deele bewoond is; 3e. in
dien haar onderhoud verwaarloosd wordt.
Tegen speculatie.
Ten einde de speculatie in woningen tegen
te gaan wordt voorgesteld in de wet vast
te leggen wat in gegeven gevalien als wer-
kelijke waarde moet worden beschouwd.
Nog wordt bepaald, dat steeds moet wor
den rekening gehouden met de verandering
van de koopkracht van het geld.
Behoort de woningnood tot het verleden,
dan moet de vrijheid van beweging ook we-
der hersteld worden.
EEN HUURAANZEGGINGSWET.
Een wetsontwerp houdende maatregelen
tegen het onbewoond laten van woningen
is ingediend, met het doel de Huurcommis
sie in wier gebic' een woning geiegen is,
in welker werkelijke bewoning met op ern-
stige wijze is voorzien, bevoegd te verkla-
ren die woning te verhuren met inachtne-
ming van verschillende bepaiingen.
Onder herinnering aan het tegelijkertijd
ingediende wetsontwerp tot aanvuliing van
de Woningnoodwet houdende voorschriften
van een onteigening van leegstaande wo
ningen, wijzen de Ministers van Justitie en
van Arbeid er op, dat, doordien de beschik-
king wordt verkregen over onteigening zoo-
wel als over gedwongen verhuring, in elk
voorkoinend geval dat middel zal kunnen
worden toegepast, hetweik, alle omstandig-
heden in aanmerking genomen, aan het doel
het meest bevorderlijk is.
Wanneer in de bewoning eener woning
niet is voorzien gaa'f de Huurcommissie niet
zonder meer tot verhuring over; doch eerst
wordt aan den reclithebbende aangezegd
m alsnog binnen een termijn van ten min-
ste een maand voor een behoorlijke be
woning te zorgen.
Aangenomen worst, dat in de bewoning
is voorzien zoowel inoten de woning reeds
Bewoond wordt, als ook indien b.v. op 1
Janttari de woning verhuttrd is met ingang
van een lateren datum.
Is onherroepelijk uitgemaakt, dat in de
werkelijke hervorming niet op ernstige wijze
is voorzien, dan staat het alleen ter beoor-
deelinn der iLiurcommissie of aan haar
aanzegging is voldaan.
De iiiurcommissie verhuurt volgens art.
-r namens den rechthebbende. Deze laatste
wordt dus van reciitswege verhuurder. Wie
dt woning wil huren, zai zijn verlangen
daartoe dan aan de Huurcommissie ken-
baar kunnen maken.-
Deze wet zal kunnen worden aangehaald
als Huuraanzeggingswet.
DE EX-KEIZER.
Het antwoord op de Nederlandsche nota.
Volgens een telegram uit Londen luidt de
tekst van de antwoord-nota der geallieer-
den aan Nederland aldus:
De mogendheden namen nota van het ant
woord der Nederlandsche regeering op haar
nota van 15 Januari betreffende de uitleve-
ring van Wilhelm von Hohenzollern, den
Duitschen ex-Keizer.
De ontzaggelijke opofferingen, die de
mogendheden zich tijdens den oorlog in het
algenteen belang hebben getroost, geven
haar het recht, aan Nederland te vragen,
zich nog eens te beraden over zijn weige-
ring, die gebaseerd is op de gewichtige,
maar geheel op zichzelf staande overwe-
gingen van een staat, die zich buiten den
oorlog hield en wellicht de gevaren en
plichten van dit oogenblik niet voldoende
kan beseffen.
De verplichting der mogendheden tegen-
over de andere naties, de ernst der onder-
havige kwestie, zoowel als de zeer ernstige
politieke gevolgen, die de verzaking der
eischen van de gerechtigheid tegen den ex-
Keizer kunnen teweegbrengen, dit ailes be-
weegt -de mogendheden
haar eisch te handhaven en te herhalen.
De mogendheden verlangen niet, dat Hr.
Ms.'s regeering zal afwijken van haar tra-
ditioneel beleid, maar zijn van oordeel, dat
de aard van haar verzoek, dat naar hare
meening niet enkel of hoofdzakelijk afhan-
kelijk is van de Nederlandsche wet, niet
voldoende op prijs gesteld is.
Er staat geen kwestie van presige op het
spel en de mogendheden schenken evenvee!
aandacht aan de gewetensvolle gevoelens
van een staat met beperkte belangen, als
aan het na rijp beraad genomen besluit der
mogendheden. Zij kunnen echter niet wach-
ten op de instelling van een wereldgerecht,
bevoegd om internationale misdaden te on-
derzoeken, als men de verantwoordelijke
bewerkers van de catastrophe van den groo-
ten oorlog voor het gerecht te brengen.
Het is juist deze voorgenomen vervol-
ging, die den weg zou kunnen banen voor
zulk een wereldgerecht, en het demonstreert
de eenparigheid van gevoelens, die het ge-
weten van de naties der wereld bezielen.
De mogendheden wenschen er op te wijzen
dat de Volkenbond nog niet in een zooda-
nigen staat van ontwikkeling is, dat daarop
met succes een beroep kan worden gedaan.
Zou niet de weigering van Harer Majesteits-
regeering om den ex-Keizer uit te leveren,
indien daarin wordt volhard,
Een noodtottig precedent.
scheppen, waardoor toekomstige vervol-
gingen, door een internationaal gerecht te-
ge- hooggeplaatste misdadigers ingesteld,
ondoeltreffend zou kunnen worden? De re
geering van Nederland legt nadruk op het
feit, dat het verzoek om den ex-Keizer uit
•e leveren, slechts kan worden beschouwd
van het standpunt van haar eigen plicht.
De regeering blijkt niet in te zien, dat zij
met andere beschaafde naties de plicht deelt
van de bestraffing van misdaden tegen de
gerechtigheid, en tegen de beginselen van
menschelijkheid, daden, waarvoor Wilhelm
von Hohenzollern ontegenzeggelijk een zwa-
re verantwoordelijkheid draagt.
De nota van 15 Januari was gezonden in
naam van alle geallieerden, 26 in getal, die
het vredesverdrag hebben onderteekend en
de mandatarissen zijn van de meerderheid
der beschaafde naties der wereld. Het is
onmogelijk de collectieve kracht van dit ver
zoek over het hoofd te zien en het is niet
enkel de uitdrukking van de gevoelens van
verontwaardiging der slachtoffers, maar
ook een eisch van gerechtigheid, gesteld
door het geweten van de gansche mensch-
heid.
De Nederlandsche regeering is stellig niet
vergeten dat de politieke en de persoonlijke
daden van den man, dien de mogendheden
opeischen, het leven hebben gekost van tien
millioen inannen, vermoord in den bloei van
hun leven, en dat hij verantwoordelijk is
voor de verminking en verwoesting van de
gezondheid van bijna driemaal zooveel, en
de verwoesting en vernieling van millioenen
vierkante mijlen grond en van een geheele
nijvere, vreedzame, gelukkige landelijke be-
volking, en de ophooging van oorlogsschuld
tot billioenen, terwijl de suachtoffers man-
nen waren die indirect ook
de vrijheid van Nederland
hebben verdedigd.
Het economische en maatschappelijke be-
staan van al deze naties is in de grootste
verwarring gebracht en aan moord en ge-
brek prijsgegeven als de verschrikkelijke
gevolgen van den oorlog, welke door Wil
helm von Hohenzollern is aangesticht.
Onderscheidingen.
„De Maasbode" weet mee te deelen waar-
aan de gewijzigde houding moet worden
toegeschreven inzake het aanvragen van
toestemming voor het dragen van eere-
teekens.
Voor den oorlog werd er niet zoo nauw-
lettend toegezien of eene onderscheiding wel
binnen het kader viel van artikl 67 der
Grondwet, waarbij is bepaald, dat Neder-
landers geen vreemde ordeteekenen, titels,
rang of waardigheid mogen aannemen zon
der bijzonder verlof van den Koning. Men
dacht toen blijkbaar: een vergunning te veel
schaadt niet. En zoo was het ook gebruik
geworden dat voor het aannemen van de
vermelde eereteekenen verlof werd gevraagd
en verleend. Niemand had daar eenig na-
deel van. -Hierin kwam echter verandering
door de Zegelwet 1917. Artikel 41 primo
van die wet bepaalt, dat de aan belangheb-
benden uitgereikt wordende afschriften van
het Koninklijk besluit, waarbij het verlof tot
het aanemen van vreemde ordeteekenen, ti
tels, rang of waardigheid wordt verleend,
onderworpen zijn aan een zegelrecht van
50.
Hierdoor is het dus voor de betrokkenen
van belang geworden, dat niet onnoodig
een Kon. besluit wordt uitgelokt. Met het
})og daarop is op last van den Minister van
Binnenlandsche zaken een nauwkeurig on-
derzoek ingesteld, in hoeverre vreemde on
derscheidingen onder artikel 67 der Grond
wet vallen. Het resultaat van dit onderzoek
is geweest, dat bovenbedoelde eereteekenen
er niet onder begrepen moeten worden.
Het handelsregister.
Dezer dagen heeft, naar men weet, de
Tweede Kamer een ontwerp tot wijziging
der handelsregisterwet 1918, verband hou
dende met de reorganisatie der Kamers
van Koophandel en Fabrieken, aangenomen.
Voor de inschrijving eener handelszaak
in het handelsregister zal, zoodra dit ont
werp van kracht zal zijn, voortaan ver-
schuldigd zijn: bij een in die zaak gestoken
kapitaal van niet meer dan 10.000 een
bedrag van f 5, bij meer dan 10.000 tot
cn met 25.000 j 15, bij meer dan 25.000
tot en met f 50.000 f 50, bij meer dan
f 50;000 tot en met f 100.000 100, bij
meer dan J 100.000 tot en met f 500.000
f 250, bij meer dan f 500.000 tot en met
f 1.000.000 500 en bij meer dan 1.000.000
f 1000.
De jaarlijksche bijdragen varieeren van
J2.50 voor de kleinere ondernemingen tot
f 500 voor die met een kapitaal van meer
dan vijf millioen.
De correspondent van het Hbl. te Sittard
meldt:
In een gesprek, dat ik heden had met
den heer Van Groenendael te Sittard, deel-
de deze mij mede, niet van plan te zijn zijn
mandaat van Kamerlid neder te leggen. Hij
meende nog wei het vertrouwen van een
zeer groot gedeelte van zijn kiezers te heb
ben.
De heer Van Groenendael meende, dat
wanneer een stemming kon plaats hebben
volgens het vroegere kiessysteem, hij bij be-
danken zeker weer zou worden herkozen.
De tegen hem gerichte beweging schreef hij
voornamelijk toe aan persoon-iijke antipa-
thieen.
De heer Van Groenendael zal binnenkort
voor zijn kiezers de.geheele zaak en wat
daar achter zit duidelijk uiteenzetten.
Het Nederl. Belgische verdrag.
Renter seint uit Brussel d.d. 10 Febr.:
Tijdens den Ministerraad, onder presi
dium van den Koning gehouden, gaven de
gevolmachtigden voor de onderhandelingen
te Parijs Segers en Orts een overzicht van
de bepaiingen van het Nederlandsch-Bel-
gische verdrag, dat zij aanraden goed te
keuren.
DE ONTHULL1NGEN.
Men meldt aan de „Nieuwe Courant":
De meeste leden van den Bond van re-
volutionaire intellectueelen hebben zich be-
schikbaar gesteld voor het persbureau van
de 3e Internationale, dat gevestigd is te
Amersfoort. De rev. soc. studenten hebben
zich bereid verklaart opdraehten te aan-
vaarden van Sovjet-Rusland.
Besproken is de oprichting op last van
Sovjet-Rusland van afdeelingen van het
Roode leger in een aantal grensplaatsen
om zoo in voortdurende verbinding te kun
nen staan, hoofdzakelijk tot het over de
grenzen smokkelen van personen die niet
van voldoende papieren zijn voorzien voor
den berichtendienst en ook voor den koe-
rierdienst.
Voorts werd ter vergadering te Amster
dam besproken sterke propaganda onder
de vrouwen te voeren met het oog op de
verkiezingen. Dezen zomer zal er in 't bij
zonder propaganda gemaakt worden onder
de dienstboden.
Handelsrelaties wil men pogen aan te
knoopen met verschillende firma's, om aldus
over dek-adressen te kunnen beschikken.
Bovendien zullen de afdeelingen de han-
delsspionnage krachtig ter hand nemen.
Hun rapporten gaan naar het persbureau
der 3e Internationale.
Men meldt uit Amersfoort aan het Utr.
Dagblad, dat het stellig in de bedoeling der
communisten Iigt binnen drie maanden tot
revolutionnaire actie over te gaan. Men v
trachten internationaal in elke fabriek of
werkplats onder de werklieden een gn
te vormen, die bij staking of revolut
kern moeten uitmaken van de in die fabric!,
of werkplaats te vormen bedrijfsraad of
sovjet.
Amersfoort is thans een communistisch
persbureau rijk. Alle stakingen, die een re-
volutionnair karakter dragen, zullen door
dit persbureau executief worden onder-
steund. Tot de stakingen, die ondersteund
zullen worden behoort, de ontkenning
van Wijnkoop, Sneevliet c. s. ten spijt
de reeds tiitgebroken staking der transport-
arbeiders. De correspondent acht hierdoor
opghelderd waarom de stakers in plaats
van J8 per week, f 21 uitbetaald zullen
krijgen, al.is dit daar door de federatie ont
kend. Het Persbureau bestaat uit Ir. Rut
gers (leider), mevr. Roland Hoist en D.
Wijnkoop.
Uit een hoofdartikel van „Het Volk":
„Wij staan aan het begin van een der
moeilijkste perioden, van een der zwaarste
crisissen wellicht, die de Nederlandsche ar-
beidersbeweging nog kreeg te doorstaan.
Alleen dan zullen onze organisaties een
schild voor de arbeidersklasse blijven, in
dien zij thans vaster dan ooit haar eigen
zelfstandigheid, haar eigen inzicht, haar
eigen strijdmethode handhaven. Storinen
zullen over ons heengaan; wij hebben ons
voor te bereiden op aanvallen van alle kan-
ten. De romantici in de arbeiderswereld be-
schouwen ons als sukkels, zouden ons gaa'r-
ne half ongemerkt laten afsukkelen naar
hun politiek van avontuur weldra zou zoo
niet alleen de moderne arbeidersbeweging,
maar de heele arbeidersklasse in de versuk-
keling komen. Hiertegen is slechts een mid-
del van verweer: dat de sterke man, die de
moderne beweging is, nuchter, vastbesloten,
bewust van zijn doel en vertrouwend op zijn
kracht, tegenover elke tyrannie of zij komt
uit de heerschende klasse of van dichterbij,
onverstoord haar eigen weg gaat. Wij la
ten ons niet verpletteren door de macht -van
het kapitaal; wij laten ons niet beentje-
lichten door politici uit de arbeidersbewe
ging, die hun zwakte en hun vertwijfeling
achter avontuurlijkheid pogen te verbergen".
DE FRANSCHE PERS EN DE UITLEVE-
RINGSNOTA.
De min of meer officieuse Fransche bla-
den geven over de beslissing der Londensche
conferentie inzake de nota der entente over
de uitlevering van Duitschers wegens oor-
logsmisdaden beschouwingen. „Wij hand
haven strikt het verdrag. Wij doen in geen
enkel opzicht afstand van onze rechten",
zoo zeggen ze in hun beschouwingen. De
Petit Parisien voegt er nog deze bijzonder-
hen bij: De geallieerden zullen zich ervan
onthouden deel te nemen aan de vervolgin-
gen, die Duitschland te Leipzig of elders
zal kunnen insleilen.
Verscheidene andere bladen uiten zicti
echter op geheel andere wijze. De Homme
Libre, Clemenceau's blad, zet met groote
leters boven aan zijn eerste kolom: De ca-
pitulatie. En het blad schrijft: „Wij wijken
dus terug. Jawel, men noemt het nu we!
schikking, of verstandigheid, men geeft er
zelfs den poinpetisen naam „zin voor reali-
teiten" aan, maar het fijne van de zaak is
toch maar, dat het bij ontleding toch maar
goed en wel terugwijken is." lets verder
in hetzelfde artikel luidt het nog: „De her-
zioning van het vredesverdrag is niets dan
een vraagpunt. De herziening gaat al karm
haar gang, om te beginnen met de artikelen,
die juist het meest teekenend zijn."
De Liberte schrijft: Gisteren zagen wtj
at van het opeischen van den keizer; van-
daag zien .wij zelfs at van het opeischen
van de onmiddellijke r'aders van misdrijven.
Elk bcricht uit Londen meldt een nieuwe
zwakheid.
Het is overbodig, met woorden te spe
onder het motto schikking of Europeesch
herstel, is het eenvoudig weg op een kapi
taal punt de herziening van het vredesver
drag in minder dan acht maanden na de
onderteekening.
Dit is een eerste bras in het monument
van de Fransche verdediging, dat de bel-
denmoed van onze soidaten in vijf jaar van
strijd opgebouwd had."
Nu sjaan de Homme Libre en de Liberte
tenslotte ook niet zoo heel ver van de re-
TER NEUZENSCHE COURANT
Up BURGEMEESTER van TER NEUZEN brengt fer algemeene kenuis dat de Minister van Oorlog
e.i., met afwijking van hetgcen dienaangaande vroeger is bepaaW, het volgende heeft vastgesteld
4. De inlijving van de lotetingeri der militielichting It#20, die zijn toegewezen aan de regiinenten
linzareii en niet bestenad zijn voor paardenoppassrr of paardenverzorger. zal geschieden in twee
gedeelten de inlijving van de in onderslaanden staat vermelde groepen lotelingen der lichting 19411
zal plaats hebben in de tijdvakken, welke acliter die groepen zijn aangegeven
GROEPEN.
1.
TIJDVAKKEN VAN [Nl.IJVim
2
I De niet-Israelieten
I De Israelieten
I De niet-Israclieten
t De Israelieten
•otelingen lic-liti" r 192". to credeelte*
gewezen aan de regiinenten c-crsic
huznrrn, niet besteind
voor paardenoppasser of Tweede gedeelte
paardenverzorger. I
De Israel ietische lotelingen, Induing 1920, toegewezen aan de
Ilde bataljons der regimenten lufuiiturie
De fsraelietische lotelingen, lichting 1920, toegewezen aan het
regiment <ileiii«Mroep«»n en besteind voor opleiding tot milicien*
telrgrafint of milicien.telephuni*!
into,
610 April.
12 en 13 April.
1 -5 October.
6 en 7 October.
6 en 7 October.
6 en 7 October.
Nader zal warden bekendgernaakt, wi-t van de lotelingen, toegewezen aan de regimenten huzaren i nie"
bestemd voor paardenoppasser of paardenverzorger) zullen worden bestemd voor het eerste en wie voor het
wcede in te lijven gedeelte.
II. Met uitzondering van de Israelieten, wordt ten aanzien van dienstpliebtigen van vroegere liehtingen
dan de lichting 1920, die nitstel of verlengiug van uitstel van eerste-oefening hebben tot het tijdvak van
nlijving der dienstplichtigen van de lichting 1920, toegewezen aan
I. de regimenten ti" uren, air I. bestemd voor paardenoppasser of paardenverzorger;
3. de Hide bataljons der regimenten iufauterie dan wel aan de regimenten iiil'anterie en
bestemd voor het tweede in te lijven gedeelte; of
8. het regiment gnietroepen, bestemd voor opleiding tot milicien-tulegralist of -telephonist
dit uitstel of deze verlengiug an uitstel geacht te zijn verleend lot 4 October 1920.
Voor zooveel betrelt de Israelieten van vroegere liehtingen dan de lichting 1920, die nitstel hebben
tot het tijdvak van inlijving van cen der hietboven onder 1 tot en met 3 genoemde groepen van dienst
plichtigen, wordt dit uitstel geacht te zijn verleend tot 6 October 1920.
Aan de betrokken dienstplichtigen zal zoo spoedig mogelijk rechtstreeks een- hieuvve verlofpas worden-
toegezonden, waarbij bun tot den voor hett tbans bepaalden datum verlof wortlt verleend.
Ter Neuzen, 17 Februari 1920.
De Curgemeqster,
.1. 11U1ZINGA.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN,
brengen ter openbare kennis dat het primitief Kohier
van den Iloofdelijken Omslag in deze ge-
/neente voor het dienstdag 1919 1920, in afschrift,
gedurende vij f maanden op desecretariedergeineente,
voor een ieder ter lezing is nedergelegd.
Ter Neuzen, den 16 Februari 1920.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZ1NGA, Burgemeester.
B. I. ZONNEVIJl.I.E, Secretaris.
De Burgemeester der gemeente TER NEUZEN
maakt bekend, dat de ingeleverde Zakboekjes van de
Landweer en Militie kuunen worden afgebaald op
het Gemeentehuis (Bodekamer) op elken workdag
tusschen 9 en 12 uur des voormiddags.
Ter Neuzen, den 18 Februari 1920.
De Burgemeester voornoemd,
J. HUIZINUA.
WIJZIGINO HUURCOMMISSIEWET.
S"'* verhoudingen gefolgc
Het Kamerlid Van Groenendael.
De helpers.
De communisten te Amersfoort.
Het oordeel van „Het Volk".