ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. BEKENDMAKING. 6879 Donderdag 21 Augustus 1919. 59e jaargang. t ABONNEMENT: ADVERTENTIfiN: Aanmelding Veriofgangers BUITENLAND. Telefoon 25. Dit Blad verschijiit Maanflag-, Woensdag- en VrydagaYonil, uitgezonderd op Feestdagen, bij de Firma P. J. VAN DE 8ANDE te Ter Neuzen. In verband met de Feestdagen op 22 en 23 Augustus zal ons blad van Vrijdagavond, reeds VRIJBAGOCHTEND ver- schijnen. Advertentien voor dit num- mer kunnen tot uiterlijk DONDERDAGMIDDAG 1 uur worden aangenomen. DE UITGEEFSTER. MILITIE TE LAND, ZEEMILiTIE EN LANDWEER. 8INNEWLAN0. Per 3 maanden binnen de stad 1.20. Franco per post voor Nederland 1.40. Bij vooruitbetaiing: voor Belgie en Ned.-Indie 1.80, overig Buitenland/2. Voor Nederland: Per jaar bij vooruitbetaiing 5, Men abonneert zich bij de Uitgeefster, of buiten Ter Neuzen ook bij alle Boekhandelaren, Postkantoren en Hulppostkantoren. Van 1 tot 4 regels 0 ^0. Voor elken regel meer 0.15 Qrootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend. Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief, hetwdl op aanvraag verkrijgbaar is. Inzending van advertentien voor 1 uur op den dag der uitgave. van die COURANT De Burgemeester van TER NEUZEN maakt in verband met de feestelijkheden op 22 en 23 Augustus a. s. bekend dat het verboden is a. met rij- en voertuigen door de kom der ge- meente te rijden gedurende den tijd dat de optoeht wordt gehouden, of zich met een rijwiel op te houden tusschen het publiek tangs den weg, en b. het opdringen naar-, het achtervolgen van- en het medeloopen met den stoet. Bij het loopen of zich verplaatsen door de straten en overwegen meet steeds de rechterzijde van de straat of den weg gehouden worden. Met het oog op het brandgevaar wordt een ieder verzocbt bij het uitsteken der vlaggen er op te letten, dat deze niet in aanraking kunnen komen met de electrische draden. Ter Neuzen, den 19 Augustus 1919. De Burgemeester voornoemd, J. HUTZINGA. Ingevolge bevelen van de Ministers van Oorlog en van Marine moeten aiie dienstpiichtigen van de militie te land, de zeemilitie en de landweer, die, met groot verlof of met onbepaald fklein) verlof zijnde, in deze gemeente woonachtig zijn of geacht worden in deze gemeente woonachtig te zijn, zich in persoon aanmelden ter gemeente-secretarie, waar- voor gelegenheid zal bestaan tusschen 1 en 1.5 Sep tember 1919 op elken werkdag van 9 tot 12 uur. Bij de aanmelding moeten worden overgelegd het zakboekje van den verlofganger, zijn verlofpas en verdere op zijn militairen dienst betrekking liebbeade papieren. Deze verplichtingen gelden niet voor hendie op 31 Juli liHO nil den dienst bij de militie of de landweer zijn ontslagen; echter wel voor hendie op 1 Augustus 1019 van de militie naar de land- teeer zijn overgegman. Voor hen, die verhinderd zijn zelf de aanmelding te doen, kan deze onder hun verantwoordelijkheid door een ander geschieden. Deze mag echter niet jonger zijn dan 20 jaar. Veriofgangers, die zich tusschen 1 en 15 September 1919 in het buitenland ophouden, kunnen zich in dat tijdvak schriftelijk in plaats yan in persoon aan melden. Bij schriftelijke aanmelding moet de verlof ganger de bovenbedoelde stukken toezenden aan den Burgemeester der gemeente zijner woonplaats hier te lande of, indien hij hier te lande geen woonplaats heeft a. zoo hij tot de militie behoortaan den Bur gemeester der gemeente, voor welke hij is ingelijfd b. zoo hij tot de landweer behoortaan den Burgemeester der gemeente, welke als zijn woonplaats hier te lande moet worden beschouwd. Bij schriftelijke aanmelding moet tevens het adres in het buitenland worden opgegeven. Zij, die aan de hiervoor vermehte verplichtingen voldoen, zullen voor zoover zij nog geen groot verlof genieten met ingang van 1 October 1919 in het genot van groot verlof worden gesteld. De veriofgangersdie zonder bekende geldige reden niet aan die verplichtingen voldoen, stellen zich er aan bloot onder de wapenen te worden geroepen. Blijkt by hun opkomst, dat zij nalatig zijn geweest, dan worden zij gestraft m blijven zij onder de wapenen totdat de straf is geeindigd. Ter Neuzen, 18 Augustus 1919. De Burgemeester voornoemd, J. HUIZINGA. De strategische positie van Limburg. Als een voordruk uit de eerstvolgende aflevering van de Militaire Spectator is verscheheh: „De manoeuvre orn Limburg" een studie over de strategische positie van Limburg, door kapitein „Ronduit" (bij A. W. Bruna en Zoon's Uitg:-Mij., Utrecht), met drie schetsen. Het geschrift behandelt hetzelfde onderwerp als dezer da- gen door generaal Van Terwisga in ons blad is besproken. Over de manoeuvre tot forceering van de vesting Luik lezen wij: 6 brigaden, op der oorlogssterlcte, mar- cheerden, op de vleugels gesteund door 2 ster- ke cavalerieverbanden, in den morgen van 4 Aug. 1914 over de Belgische grens tusschen Gemmenich en Malmedy, Dienzelfden dag werd de Maas beneden Luik bereikt. De Belgische troepen, een batal- jon (400 man sterk), ontruimden, niettegen- staande zij bij Lixhe aan Nederlandsch grond- gebied aangeleund waren en hun vleugel al- daar dus niet omtrokken kon worden, na een veriies van sleehts 2 dooden en 10 gewonden den Westelijken Maasoever, In den avond van 5 Augustus is reeds eene geheele infanterie- brigade over de Maas gebracht en zijn ver- kenningseskadrons op marsch naar Tongeren. Waar biijft de zoo hoog geroemde Maas- verdediging door de Belgen? Eene verdedi- ging, waar zij zoo groot op gaan, dat zij thar.s ook het Maasvak MaastrichtVenlo voor hun rekening willen nemen. Op 4 Augustus 1914 bleek standhouden over het luttel aantal kilo meters tusschen fort Pontisse en de Neder- landsche grenspalen zelfs niet mogelijk; men liet de Belgische Maas daar na een spiegel- gevecht vrij, „ter beschikking" van den vijand. Wat de positie Luik zelf betreft zij in het kort vermeld, dat in den morgen van 6 Augus tus eene brigade onder bevel van generaal Ludendorff reeds Noord van fort Fleron de vestinggordel heeft doorbroken. Generaal Leman, de militaire gouvemeur van Luik, geeft spoedig daarop bevel tot den terugtocht der geheele 3e Belgische divisie van de Maas. De forten worden vanaf dat oogenblik, als afzonderlijke grootheden, aan zichzelf over- gelaten. Het Belgische veldleger met 5 divi- sien (ongeveer 80,000 man) achter de Gette, op 2 dagmarschen van de Maas opgesteld, biijft passief; het tracht zelfs niet door of- fensief optreden van daaruit het bekken van Luik en de Maas indirect te verdedigen, maar wacht, tot 18 Augustus, gelaten op de dingen, die zullen komen. 8 Augustus bivakeeren reeds de geheele 2e en de 4e cavalerie divisie (7200 karabijnen en 24 vuurmonden) zonder lastig gevallen te worden hij Tongereh. De Belgische cavalerie-divisie tkekt intus schen van Waremme op St. Truyen en daarna op Diest en Haelen terug, waar op 12 Augus tus een offensieve verkenning der Duitsche cavalerie wordt afgewezen. Nogmaals vragen wijwaarop berust his- torisch de Belgische eisch, dat de Maasver dediging ook in Limburg aan andere handen, dan Belgische, moet worden toevertrouwd Waaruit blijkt hun superioriteit in deze terie? Allerminst uit de feiten van Augr«ws» 1914, hoe dapper overigens enkele Luiksche forten stand hielden. De belangrijke burg bij Maeseyk was aan Belgische zijde bezet door enkele met geweren gewapende burgers! De vesting Huy wordt zonder slag of stoot geruimd. Namen is binnen 4 dagen met alle forten in Duitsch bezit, terwijl daarentegen de sterk verouderde Fransche vesting Mau- beuge het 15 dagen houdt, Scbr. gaat dan na een gewijzigde manoeuvre voor het geval Limburg in 1914 Belgisch ge- bied ware geweest, Ook hij wijst dan op de groote voordeelen, welke den Duitschers dan zouden zijn toegevallen: meer en korter marscbwegen, enz. In de bijeenkomst van 20 Mei 1919 van de Ministers van Buitenlandsche Zaken der 7 mogendheden te Parijs, wenschte de Belgische Minister Hymans in zijn resume: „in het bij— zonder de aandacht te vestigen op de stad MaastrichtMosae Trajectum de eeuwen- oude invalspoort der Germanen in Westelijk Europa", als van groot belang voor de verde- diging van Belgie. Na het vorenstaande moe ten wij zijne verouderde uitlating wel als „pour le besoin de la cause" opgemaakt be- schouwen. Wij zouden evenwel daaraan de vraag willen vastknoopen: „Waarom bebben de Germanen hun eeuwenoude invalspoort in 1914 dan nief gebezigd?" Napoleon marcheerde in 1805 bij een gelijk geval het operatief omtrekken van zijne tegenpartijhet Oostenrijkscbe leger onder Mack bij Ulm toch wel over het onzijdige Pruisisch gebied van Ansbach en liet niet minder dan 4 legerkorpsen, ondanks bet protest vah den Koning van Pruisen, door deze pro- vincie mareheeren, waardoor de omtrekking eerst tot haar recht kon komen. Hij had toen van Pruisen evenwel weinig te duchten en waagde het er op. Omdat het gereed staande Nederlandsche leger offensief zou zijn opgetreden in flank en rug der Duitschers. De toestand zou dus slechter voor Belgie zijn geweest, indien Limburg op 1 Augustus 1914, b.v. tot Venlo inbegrepen, Belgisch ge bied ware geweest A1 waren om Maastricht, Roermond en Venlo met groote kosten vestingsystemen naar den trant van Luik ingericht geweest, waar moesten dan de bezettingstroepen vandaan komen? Trok niet de 3e Belgische divisie reeds 6 Augustus van de Maas* af om voor het veldleger behouden te blijven? De weer- stand aan het zooveel langere Maasfront zou dan nog veel geringer geweest zijn dan in 1914. De vermeerdering, die het Belgische leger dObr het Limburgsche contingent zou ondergaan hebben, zou toch in schrille tegen- stelling zijn gebleven met de groote lengte van het te verdedigen Limburgsche Maas vak. 1) De doormarsch van Duitsche troepen over de Maas te en beneden Maastricht zou alsdan eenvoudig en alleen eene zaak van Belgie zijn geweest, ging buiten Nederland om. Nederland zou zich m dat geval niet met zijne gansche kracht, met zijn gereedstaand veldleger, met al zijn rijke hulpbronnen in den strijd geworpen hebben. Onbegrijpelijk is het bij bezonken overwe- ging dus, op welke strategische gronden Bel gie vermeent, thans de hand naar Neder landsch grondgebied te moeten uitsteken. Niet anders dan de onbezonnen dilettantisme voert hiertoe. „Onklare, onjuiste, averechtsche voorstel- lingen van historischen en rechtskundigen aard vertroebelen het antwoord", aldus merkt staatsraad prof. Struycken in een historisch- juridisch betoog betreffende de rechtspositie van Nederland ten aanzien van de herziening der tractaten van 1839, op. Onklare, onjuiste, averechtsche voorstellin- gen vertroebelen ook de quaestie van de stra tegische positie van Limburg. Mocht in de toekomst weder een groote oorlog uitbreken, dan zal Nederlahdsch-Limburg dezelfde strategische waarde ten voordeele der Westelijke mogendheden blijken te hezitteh" als in 1914 het geval is geweest. Dat uit de „manoeuvre om Limbrug" deze les getrokken worde! Dan zal de „(politieke) manoeuvre om (het bezit van) Limburg, die thans van zekere zijde wordt gevoerd, als ernstige misvatting worden erkend! N R. Crt. 1) Bij eene legersterkte, evenredig aan het Belgische leger van 1914, zou Limburg een aandeel van 4500 man geleverd hebben, d. i. een aantal ver beneden de troepensterkte, die in 1914 aan Nederlandsche troepen voor recht- streeksche verdediging in Limburg aanwezig was, Nederland eii Belgie. Men seint uit Brussel: Renkin, de Minister van spoorwegen, is naar -Parijs vertrokken, waarbij hij dringend ont- boden was door de Belgische afvaardiging om zijn meening uit te drukken over enkele vraagstukken, die het verkeerswezen en de waterwegen betreffen, nopens de herziening van de verdragen van 1839. De correspondenl vani de N. R. Crt: te Parijs seint: In eera brief uit Belgie in de Petite Re publique ischrijft Raymond Colleye, dat in de bioskopen landkaartai vertoond woi> den, (die van de pretenlties der Belgische annexioniisten spreken. Na verfeld tje heb ben, dat deze betooginig sleclits nialige ira- sterniming onltnoet, schrijft ColleyeDaft ia maar (goed ook, Belgie moet zijn room niet bevuiten door uitimg te geven aam een bdlachelijke iiebzucht. Colleye zet daw vender uitleen, dat de anniexiwnisttsche theo- rieen weinig kanis van slagetn hebben bij het vredesconlgres, dat als giYjudslag voor d,e reconslructie van Europa de beginseleu van bet recht aanJvaajrd: heei'L Hij vev volgt De bewoners van Zeeuwseh-Ylaauderein en Nederlandsch-Limburg verlanlgen er vol- strekt niet'naar Belgisch te worden1 en er is in Limlburg of Zeeuiwsch-\'ltiajideren' nooiti, eenige pro-Belgisclie beWeging geweest, zoo^ als er bijv. een pro-Fransche befweging was In Lotharingen I Colleye wijst voorls op het verschil in tajal (en opvattSIng tusschen de Limburgers e|i (de Wjajlen en zegt d,an(: Indien wij het n,atioinalit}e'itsbeg'|nsel zca den inroepen om Zeeuwsch-\'laafidereai en Limburg te annexeerejn, da(n zou Nedeiiialnd evengoed Maanderen als Nederlandsch kun nen opeisclien,. j Wat de militaire en economische redeneti betreft, Colleye imeent, dat men op dat ge bied ninxineg hopenj kan Wilson te over- tuigen, Onze idiplonialen zouden veel be- tea- gedaan hebben npoit de territoriale be- palingem ter spraise te brenlgen. Dat zou ihun meer dan eem kras echec d«i de reputh,- tie van iimperialisljen), die zij zich te Parijs verwierven, bespaard hebben. Voor Neder land beslgat in Belgie veel sympatthie. Alle le Belgen wenischen met dqn noorderhuur In goede verstandlioudinig te leven. Mm 'bei- grijpt gemakkelijk, djat Nederland gekwetst is door onzie houding. ,Wij; hebbenl te zij- fuen opzichie een ergerlijk ding gedaan. Wij moeten Jiel de verzekering geven, dat die poging pi lee n maiar gedaan) is door diplo;- inalen, (die geenszins de Belgische open- bare imeeninlg weerg|even. Het geheime stuk, dat volgens een dezer dagen gepulilieeerd bericht door' den Bel- giichen minister \ran buikfiilandsche za- ken op 3 Juli jl. zou feijn- gerichj tot het Groot Algemeen Hoofdkwartier van het Bel gische leger met betrekking tot het doen slagen van' em Belgiische polit$<eke pro- pagandja An Limburg, biijft bet onldqrwerp van vele gesprekken. Het heeft ook in regeeringskringen de aandacht getrokken, te rnfeer, omdat deze nota, indien) zij inder- daad Imocht zijn uitgjegaani, het besvijs zou Icvenen, (daL de Belgische regeering, niadatt zij pfficiieel had verklaard zich te vereeni- gen met de beslissjng der Groote Mogend heden1 yani 4 Juuir. dat de herziening der t,ractat|en van' 1839 geen overdracht yan souvereinifeit en geen: vesljging Van inter'- nationiale iservituten) tengevolg-e zou heb ben in het geheitn maakregeleni zou hebbeji neraanid ter bmeiking v,ani een) doel, dat' met id.ie beslissfng in lijnrechteji stjrijd zou zijn. Naar wij vernemen heeft de minister v,an buitenlandsche zaken' aah ons gezantschap tie Brussel opgedragen zich om iniidhliingeh l)o t fie Belgische regeering te wend en. flavas seint ons uit Brussel De uittreksels uit de vertrouwelijke me- dedeelingen aan het groote hoofdkwartier, die in enkele Nederlandsche bladen openbaar zijn gemaakt, moeten wijzigingen bevatten (contiendraient), die ten doel hebben de beteekenis van het document in een verkeerd daglicht te stellen. De gepubliceerde tekst moet zgn (serait) verminkt, de datum ver- valscbt en het origineel moet niet door Hpmans onderteekend zjjn geweest. De aanhalingen uit de vertrouwelflke, door den Belgiscben minister van buiten landsche zaken onderteekende en tot het groote hoofdkwartier gerichte nota bevatten in den vorm, waarin zij in ons avondblad van Maandag zijn vermeld, ongelooflijke mededeelingen. Het leek een voorbeeld van zoo verregaande perfidie en zoo verachte- ijjke lafbartigheid, dat indien dit stuk in- derdaad echt is, de Parijsche besprekingen alle kans zouden hebben, er door voorshands op het doode punt te komen. Nu seint Havas uit Brussel bovenstaande z/tegenspraak", die van geen stelligheid ge tuigt en die nog niet de opheldering geeft, waarop men hier te lande recht heeft, om het vertrouwen, dat voor de onderhande- lipgen allereerst noodig is, te berstellen. Havas geeft te verstaan, dat er een ori gineel bestaat, al zou dit ook afwjjken van wat bet Viaamsche Persbureau mededeelde. Hoe luidt dit origineel en van wien is het uitgegaan Op deze vragen vindi men in het telegram uit Brussel geen antwoord. (N. R. Crt.) Vrijwillige landstorm Naar de .Minister van) Oorlog in; de me- morie van anLwoord impetus da supplet|Oire begrootfng voor dit jaajr bericht, ligt het an het voormeanani de propaganda voor toe- treding tot den vrijwilligeai, li^idsloilm door! zoogename buitiengewone vrijlwilligers met kracht voort l|e zettoh. Het voeren yap die propagan'da (br,emgt ui!)gaven made voor auto ll uui", zaaAhupr, reis- en yerblijfkostjen, kps- t|On van drukwerkara, enz. ,Voon het j,aah 1919 Avorden (deze kosten geraamd op 114.000 gulden. Tengevolge van de door, die propaganda reeds lyqrkregen en nog te verwachtjc-n uit- breiding, (is het |noodig de bedrageni, bescliik- baar voor transport e:r bewakinig van wa- pens, ledei-g'oed en munitpe, bezoldigigig van- on'dj'er 'de wapenen zijnd persoineef, bekos- tiging van bureelhuur, adminiistratiekosten en voor het tajdelijk inl dienjst nemen van hulpschrijvei-s, te vetrhoogen. Daarvoor jworidt' voor 1919 meer gef- vraagd 324.400 gulden5 hetgieeni met bovem- geno'and badrag een totapl geeft van 438.400 jguldten. Ex-Keizer Wilhelm. De ,,Tel." dee It 4hans defiinitief mee, dat He ex-keizer Vrijdiag het huls Doom te Doom gekoclit heeftf De overdracht era beschrijving ha|d plaafs tjera overstaara van eenige nofarissei^ wfaajoo.nider notaris Schrool Le Amerongen era in tegcnwoordiig- heid der eigenares, baronesse van) Heems- stra de Beaufort, ten huize van) Ilsemanln, 's keizers vertktouweling. Wanracer de exr keizer jliet kas'teel beR-ekl1 is nog niet be kend. Het Huis te Doom. De perstc berichleu over liet Huis l)e Doom dagt|eekenien( naar wij in de ,,N. R. Crt." lezen, uit lief begin der 14e eeuw, lien bet zou gesti'cht zijra door den domproost Floris van Juiphaas, die in' 1337 overleed. De voltooiing er vanl .yolgde eerst oii]d|er zij.nl opvolger Henldi-i'K va(n Meerlaam In (1356. Het was met alle pracht vara die jdagen ingericht tpt verblijfl van) de macli- tige proost,en vaiu St. Maartera tot 1634. Inmiddels had liet in 1420 en( 1421 sterk geleden (door ide Geldersche benden, die in Doom era omgeving kwamcfi braltiden en plunderera era i;n 1584, toen er s^aatlgclie soldaten on'der Philips Cassjel Lagera. In 1634 dan1 werd het Huis met het hof en 124 moijgenJ-lanjd in vollan eigendom ge- kocht door Reinier van: Golstteijn, „kanun- nik ten Dom Hij nmakt'o de goederien jn het volgendie jaar wederonn leenpLiclitig aan Frederik Hendrik, prints van Oranje, als graaf van Bunen. N|a hetf ovqidiijden van Reinier van Golsteijm ging de bezitv ting over op zijn weduwe, lat#r op zijn zoon Filips van Golsteijn, die het in 1699 oveidroeg aan Bej-15land van| BroksdoirT, wiiens zoon Cajus Laureratius, proost en aar'tsdiaken van de Domkierk tf Utji-epht, het jn 1709 erfde. Zoo kwamf het huis aan zijn nude bezitbers terug. Lang bleef liejj huis niiet! aan lien, Ifi 1702 verkocht ge- noemde Cajus ide geheele proosdij met alles wat er bij behoorde, onder goedkeurirag vaB st'adhouder WiJleni ill, aara Fneder.ik WiL- lem van Diesf vrijheer vara het Hamb. Door huweilijk zijraer dochttJr Anna Juliana kwam ,het Jn 1730 aan Aren|t Kared baroip Von Hammersteira en in 1761 door koop aan Herman Frederik Richai-d Lyraslager. In het midden der vorige eeuw was het 577 HA. groot en eigendom van jonkheer A. C. W Munljer, terwijl het thans aan de familie Labouchere behoort, De voorloopige lijst der Nederlandsche monument^! vaji geschiedenis en kiuist Ver1-. mieldt bangaan.de dit huis: Het' Huis Doom, gestioht in 1356, is verbouwd In fief laatsbe kwai~t der 47e eeuw en later. Aan een der hoeken is een tbren era pen ijzereh, hek tusschen har)di- steenen peraaJnten, omstreeks 1700. De vertrouwelijke Belgische hota. Het Centum schrijft: De vertrouwelijke omzendbrief', door he* Belgische minis terie van. buitenlatodsche za ken aan: de Belgische agenttein in Limburg gericht, geeft wel een fraai speciemera van de wijze, waarop deze annexionisfische veld- tocht Xvordt gevoerd. Maar leveras blijkt daaruit hoe z w ak de drijvers zich voelen. Terwijl de onderhandelinggn aan den gang zijn, werkera zij met gehei'me circulai'res. Met (kunst- era vliegwerk, lan|gs zijpaadjeS en achBerwegjes wordt getVacht te bereiken^ wat langs den koniliklijken weg niet! te be- nadereni ,valt Dat zij daarbij nog den moed hebben van Belgie als van „het moederlanjd eenri* Nederlandsche provincie t) sprekenj, pasU volkomen in het kader van. dit jammerlijk gedoe. Maar het, ergeiiijksfe van lietjgeem deze vertrouwelijke omzendbv'ief" bevat, is wel, (dat id© stellers uit de gastvrijheid Cn |de liulp- vaardigheid door Limburg, even,als dooi gansch ons laud, jaremlang jegens een zoo groot deel der Belgische bevolking, geloorad^ een wapen trachten te srncden tegen Neder land, en ©en m idd el om Limburg van ons af te t-rekken. Dat is indei-daad het toppunt. Men had afgezieni nog van het dat aan onize zijde is Imogen rervvachUvn, dat gelled Belgie de harlfelijkheid en de goede buurschap, van Nederland ondervojn- den, op andere wijze zou bearatvyoondag, dan met aiiniexionistdsche pogingen. Dankba,arh.eid is echter geen gangb.aar ar- tikel in de politiek. Maar de dankbaarheid gebmikera als eao: middel, om zijn landliopger tie voldoen, is toch wel de politiek op haar suiaist, zuj- Jen wij maar zeggen. Zellis in dezeu an|nexionisl(ischeii veldj- tocht zouden wij-liet bezigera vani zulk een. middel niet mogelijk hebbenl geacht. De toestand. De jiieuwe Hongaarsche regeering heeflj zeker jgemeend, schrijft/ de N.. R. Crt, dat' 'zij niet Lot ini lengte van dagen drie minjp- nerszetols Ikon ppenlatem, tofdat het dea socialisllen Izou belie'ven er op te gaara zit- len, en zij heeft ze rau maar (bezet met een grootlhandelaar in ijzer, cRti balnkict. en een indusi(rieel. Het llo.ngaansche scliip van sfaat zeilL piu verder njaar het nionar- cliisme toe, zonder dat de socialisteni voor de koei-s miede veran t,woordolijJr kunnen worden gesteld. Zoo sniel is de Ireele toe stand veranderd, dat djel gematjgjste sociaa listen in Hongarije, straks pog als .aadtsreac- tionairen beschouwd, nu al tot de lipk- sche opposifie buiten de regeering behoort ien, En DuiIfich-Oos'Janirijk, kort geledqu ■nog zoo bang voor de bolsjewielrsche pro paganda uit Boedapesi, is niu opn(ienw be- vreesd vooi" besmetHing vara zdjn) Oostelijken nabuuix Maar het [i-3 nju reacfioraaim be- smettfog, die wordt geduclit. Sonnbei- gesfGmd over de bezwaarlijke voor- waarden vara de enLente, verklaarde men te Weenen aaravifnkelijk geen lust lie hebben in de overdracht vara Duitisclisprckend lajnd in Hongarije, de gerinjge recoiinponsafie, in uitjpcht gesteld voor zooveel zware veriicv zen. Alleen nadat (©en! geheel vrije vojksstemv- ming had pleats gehad, zou liet Weensdie gouvemement Meze vereenjgkig met Westk Hongarije aan'vaarden. Die .gelieei vrij© volksstemming" (hoeveel wordt daar t|egen>- woordig van gesproken, nnuu' hoe moeiiijk is die algeheele vrijheid van stemming te verwezenlijkera era tje co^itrofeeren), scjiijilt nu plotseling te hebben1 plaats gehad, alF thans lezen, we in. de telegraimmefti, dat 231 gemeentfen in West)-Hongarije zich voor aansluiting bij Dui 1 jseh-Oos 1 fen;rijk hebben, uitgesproken, dat de bevelhebber in het co- mifnat Ehenbuijg .aanizegging heeft gekregan niet le wageni zich; tegen; dejn uilslag van

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1919 | | pagina 1