Algemeen Nieuws- en Advertenti eblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
No. 6466.
Zaterdag 9 December 1916.
56e Jaargaog.
IIISILIJI RISIAFT.
De Oorlog.
i
Regeerings-eieren
ITdeze week 11 cent per stuk.
BINNENLAND.
0
TW PO blad
De PRIJS der
De Burgemeester van TerNeuzen.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van 7 December.
Additioneele artikelen.
Aan de orde is de voortzetting van de
behandeling der additioneele artikelen.
A m en1 e m en t-D ri o n
De heer Driou (vrij-lib.) verdedigt by
de verdere besprekiDg van het evenredig
stemrecht een amendement ter voorkomiDg,
dat de overbiijver.de plaatsen worden toe
gekend aan candidaten met een te gering
stemmencijfer, luidende als volgt
//Voor het toekenuen van deze overblij-
vende plaatsen komen niet in aanmerkiug
lijsten, wier stemcijfer lager is dan 50 pCt.
van den kiesdeeler, en iysteu, wier stem
cijfer lager is dan de helft van het totale
aantal uitgebrachte stemmen, en die door
toekenning van een der overblijvende
plaatsen meer dan de helft van de te ver-
vullea plaatsen zouden ontvangen. Wan-
neer alle lijsten, die hiervoor in aanmer-
kiDg komen, een der overblijvende plaat
sen hebben ontvangen en er nog plaatsen
toe te kennen blijven, worden deze plaat
sen opnieuw toegekend aan de lijsten, die
na deeling van het stemcijfer door den
kiesdeeler het grootste overschot oplever-
den, zoodat aan de lijst met het grootste
overschot het eerst. een plaats wordt toe
gekend en zoo achtereen.volgens. Indien
nog overblijvende plaatsen toe te kennen
zijn en hiervoor geen lijsten iu aanmer
kiug komen of meer in aanmerking komen,
worden deze toegekend aan de lijsten, wier
stemcijfer lager is dan 50 pCt. van den
kiesdeeler, en wel met dien verstande, dat
het eerste een plaats wordt toegekend aan
de lijst wier stemcijfer na deeling door den
kiesdeeler het grootste overschot oplevert,
en zoo achtereenvolgens wanneer hierna,
nog plaatsen toe te kennen zijn, moeten
deze opnieuw aldus worden toegekend."
De heer De Geer (christ.-hist.) bestrijdt
het amendement-Drion, welks stelsel nog
nergens is ingevoerd en van de deugde-
lijkheid waarvan men niets afweet. Het
doel van het amendement wordt niet be-
reiktspreker toont met voorbeelden aan
dat dikwyls een kieine groep, misschien
door een minderwaardig beiang bijeenge-
houden, nog aanspraak op een zetel zou
maken.
De heer Albarda (soc.-dem.) geeft in
overweging uit het amendement-Drion te
schrappen de bepaling nopeDS de meerder-
heid der zetels, maar daarentegen te be-
houden de voortreffelijke bepaling, dat lijsten
met een stemcijfer lager dan 50 pCt. van
den kiesdeeler niet in aanmerking komen.
Aittendemenl-Dsrion gewijzigd.
De heer Drion (vrij-lib.) geeft gehoor
aan het advies van den heer Albarda en
schrapt uit het amendement de woorden
^en lijsten, wier stemcijfer lager is dan de
helft van het totale aantal uitgebrachte
8temmen, en die door toekenning van een
der overblijvende plaatsen meer dan de
helft van de te vervullen plaatsen zouden
ontvangen".
Amendement-Drion overgjenomen.
Minister Cort van der Linden neemt
alsnu het amendement over.
F E XT 1L I
Mijn neef wilde juist plaats nemen in
het rijtuig en keek even vluchtig om;
Cat is iets wal mij niet aangaat, ani-
woondde iiij barsch, spreek met mijn inten-
clant, ik heb geen tijdge ziet inimers, dat ik
juist wit uitrijdenl
Ue grijisaard kwam ©en paar stappen nader-
bij. Tranen stonden in zijn oogen.
Mylord, ik heb niet geklaagd, toen u
de pacht telkens liebt verhoogd. Ik heb be-
taald, zoolang ik kon, ik heb zelfs sehuidten
moeten maken. Maar nu kan ik niet meer.
De tijden zijn slecht verleden zomer die
zware hagetslag, ziekte onder het vee ik
ben geheel geruineerd.
Arthur zat nu in het rijtuig.
Nonsens, kerel! En wat gaat mij dat
eigeniijk ook aan? herhaalde hij nog on-
vriendelijker dan te voren. Ik heb geld
noodig. Wie er niet weet te komen, kan
ik niet als pachter gebruiken.
Toen keerde hij zieh tot mij en riep:
Kom, Francis, waar blijft ge?
Ik stond geheel verslagen. -Ik herinnerde
mij, dat mijn vader tot aan zijn dooa
steeds bijzonder ingenomen was met dezen
ouden Eons ter, en de wijze, waarop mijn
neef deze zaak behandelde, ergerde mij ge-
duclit.
Maar Arthur, hoe kunt ge zoo 011-
Evenredige verlegenwocrtliging voor den
Geinoentefaad.
De heer Albarda (soc.-dem.) verdedigt
amendementen strekkende om art. 27 der
gemeentewet eerste alinea als volgt te lezen
,/De leden van den Raad hebben zitting
gedurende vier jaren."
II. Artikel 27, tweede en derde alinea
wordt gelezen
//Zij treden met den eersteu Dinsdag van
September tegelijk af.
De aftredenden zijn dadelijk herkiesbaar."
In de toelichting zegt de voorstellerDe
verhouding, waarin, na een verkieziug met
evenredig kiesrecht, de te bezetten zetels
worden verdeeld, ban meer afwijken van
de verhouding tusschen de stemmencijfera
der verscbillende candidatenlijsten naar
gelang" het aantal der te bezetten zetels
kleiner is. Deze overweging leidde de Re-
geering er toe, voor geraeenten met niet
meer dan ^0 000 zielen, de aftreding van
den raad bij gedeelten te doen vervallen.
Dezelfde overweging pleit voor de af-
senaffing van dteze aftreding by gedeelten
in grootere gemeenten.
Hiervoor pleit nog een andere omstar-
digheid. Uit het voorgestelde artikel VII
der additioneele artikelen volgt, dat in 1919
overal verkiezingen zullen moeten plaats
hebben voor de gemeenteraden in bun ge
heel. Die verkiezingen zullen een even-
redige vertegenwoordiging in elken gemeen-
teraad als resultaat opieveren.. Blijft het
voorgestelde artikel 27 (der Gemeentewet)
ongewijzigd, dan zal .door het lot worden
bepaald, wie der in 19 <9 geknzen leden
in 1921, in 1923 en 1925 moeten aftreden,
De kai.s, dat een aftredende groep zal zijn
samengesteld overeenkomstig de partijver-
houdingen in den raad, is uiterst gering.
0"k is op andere wijze, dan door loting,
zulk een evenredige samenstellmg van de
aftredende grOepen slecbts hoogst zelden
te verkrijgen, aangezieu 't aantal der op
een zelfde candidatenlijst gekozenen meestai
niet door 3 deelbaar zal zijn. De even
redige samenstelling van de gemeenteraden,
wordt dus in 1921 en 1923 in alle gemeenten
met meer dan 20.000 zielen, behoudens
toevallige uitzonderingen, vertoond. Het-
zelfde ongewenschte feit zal zich, ook in
latere jaren, voordoen in gemeenteD, weiker
zielental dan het cyfer 20.000 heeft over-
schreden.
Het hier aangewezen euvel is alleen af-
doende te vermijden, door met het stelsel
der aftreding by gedeelten geheel en al te
breken.
Daar de invloed der kiezers op den gang
van zaken in den gemeenteraad te klein
geacht kan worden wanneer slechts eeus
in de zes jaren herkiezingen plaats hebben,
wordt tevens voorgesteld den zittingstyd
der raadsleden van zes tot vier jaren te
verkorten.
Spreker neemt aan het slot zijner rede
over een sub-amendement van Beresteyn,
zoodat acbter de woorden //treden" in het
tweede amendement worden ingevoegd uom
de 4 (of 6) jaren".
Hegeling van werkzaamheden.
Goedgekenrd wordt het voorstel van den
Voorzitter om den heer Duys verlof te
verleenen tot het houden eener interpellate
jegens den Minister van Buitenlandsche
Zaken betreffende de wegvoering der Bel-
gische burgerbevolking door de Duitsche
autoriteiten. De interpellate zal plaats
hebben op een nader te bepalen dag.
AcWilloncele artikelen.
Voortgezet wordt de behaedeling van de
wijziging der additioneele artikelen.
Sub-amenilemenl-van Beresteyn.
De heer van Beresteyn (viyz -dem.) ver
dedigt een sub amendement op het atnen-
barmhartig zijn? bracht ik eindelijk met
moeite uit.
De ouae man scheen mij nu eerst te
herkenneit Hij kwam op mij af en zei
treurig:
Mylord, ik wilde deit uw vader nog
leefde. Hij"was altijd goed voor ons, hij
zou het ook nu niet duldeu, dat men een
ouden man, die zijn geheele ieven hand ge-
werkt Iieeft. zoo behandelde.
Ik reikie hem de hand en zei:
Wees maar gerust, ik zal met mijn
neef over de zaak spreken. Men heeft hem.
zeker verkeerd onderricht, ik zal alles wel
voor u in orde maken.
Terwijl de oude man mijn hand kuste,
lachte mijn neef luid en Spot tend. En toen
de wagen over het |slotplein reed, piep hij uit:
Wat liebt gij toch altijd voor dwaze,
filantropisclie ideecn! Wat zijl" ge nu eigen
iijk van plan te doen? Die mcnseheii heb
ben zich velgemest op onze goederen, en nu
wij de pacht een weinig verhoogen, wat niet
meer dan recht en billijk is, nu klagen zij
sleen en been. Is bet dan zoo'n wonder, dat
men eindelijk zijn geduld verliefft?
Ik zei hem mijn meening, aanvankelijk
kalm en bedaard, maar toen hij drif tig wend,
verloor ook ik mijn kalmte. Zobals het bij
dergelijke gelgenneden gaat, kwam het van
net een op het ander en kregen wij hevigen
twist, Wij dachten cr niet aan, dat de koet-
sier en de jager op den bok alles konden
venslaan. Toen wij echter ons doel bereikt
hadden, kreeg Arthur berouw, klopte mij
op den schouder en zei lachend:
dement-Albarda, strekkende toe te voegen
een 4e alinea aan het ameudement-Albarda
van den volgenden inhoud:
z/De gemeenten boven 20.000 zielen wor
den voor de verkiezing van de leden van
den gemeenteraad verdeeld in drie kies-
kringen. Gedeputeerde Staten, den raad
gehoord, regelen de verdeeling der kies-
krirgen. Zij zorgen daarbij dat iedere kies-
kring een oageveer evenredig gedeelte der
bevolking omvat. De overige gemeenten
vormen voor de verkiezing van de leden
van den gemeenteraad een kieskring."
Het gelyktijdig aftreden der leden van
den gemeenteraad, u;dus spreker, alhoewel
het logisch gevolg van de invoering der
evenredige vertegenwoordiging is afgestuit
van de groote gemeenten op de bezwaren
verbonden aan de inlevering van lijsten
met ee* groot aantal candidaten. Het be-
zwaar heeft evenwel den Minister niet
weerhouden om voor te stellen in 1919 dit
stelsel eenmaal toe te passen. De heer Al
barda heeft een amendement ingediend om
op dien weg voort te gaan.
Ondcgeteekende, de bezwaren verbonden
aan de groote lijsten erkennende, is van
meening dat daaraan tegemoet gekomen kan
worden, met behoud van de gelijktijdige
aftreding, door de groote gemeenten boven
20.000 zielen in drie kieskriugen te ver-
deeler. Het maximum aantal leden voor
die kieskringen bedraagt dan ongeveer 16
a 17, het geen ongeveer overeehkomt met
het getal van 19 leden dat volgens vqorstel
der Rcgeering tegelijk zal aftreden in de
gemeenten onder 20.000 zielen.
Minister Cort van der Linden neemt de
amendementen-Albarda en van Beresteyn
over.
AmendemenhSnceck II fluke mans.
De heer Snoeck Henkemans (christ.-hist.)
verdedigt een amendement bedoelende de
kieskringen voor de Kamerverkiezing te
vormen door samenvoeging van twee of
meer aan elkander grenzende provinciale
kieskringen. Daardoor wordt vermeden het
ongerief, dat de gemeenten, die samen een
kieskring (distrikt) vormen voor de keuze
der leden van de Provinciale Staten behooren
tot verscbillende kieskringen (distrikten)
voor de keuze der leden van de Tweede
Kamer.
By dit amendement is zoo min mogelyk
afgeweken van het wetsontwerp en de kies
kringen, gelegen in dezelfde provincie, zul
len zooveel mogelijk een gelijk aantal in-
woners tellen.
Minister Cort van der Linden neemt het
amendement over.
AiMillonee! omterwijs-tartikel.
Aan de orde is het voorgestelde addi
tioneele artikel betreffende het onderwijs,
bepalende, dat biunen 3 jaren na de af-
kondiging van de herziening der Grondwet
een herziening der Lager Onderwijswet
ingediend moet worden.
Amend emenl-van *ler M olan.
De heer van der Molen (ant.-rev.) ver
dedigt een amendement, dat binnen een
jaar na de afkondiging der Grondwets-
herziening een herziening der Lager On
derwijswet moet worden ingediend. Het
tweede deel van het amendement stelt voor,
dat, als binnen een jaar na de afkondiging
der Grondwetsherzieniug de Lager Onder
wijswet niet gewijzigd is, een algemeene
verbetering der onderwijzerssalarissen auto-
matisch in werking treedt. Door den voor
steller is voor die verbetering een 'stelsel
neergelegd in het amendement. Dit stelsel
bepaalt, dat de bijzondere en openbare onder-
wijzers dezelfde jaarwedden zullen genietm.
In dit steisel worden de gemeenten ver
deeld volgens de tabel der personeele be-
lastingen. In Den Haag zal een onder-
Kom latfln wij niet vender ruzie maken,
Ge zult uw zin hebben, ik zal mijn intendant
izeggen, dat hij den ouden Forster uitstel ver-
leen I.
Zoo was alles dus weer geschikt en be-
gaven wij ons opgewekt ten jacht.
Nu moet ik u nog even zeggen, dat wjj
beiden uitistekende schutlens wanen en dat
wij op het voorbeeld van een Amerikaan-
schen beroepsschutler, mr. Carver, waarmee
wij in Londeu in aanraking wanen gekomen,
hadden afgesproken, dien dag slechts met
kogels te schietcn.
Ongeveer "tachtig schreien van elkaar ver-
wijdend, liepen wij nu over de lieide voort.
De jager kwam, om ons niet te storen, be-
scbeiden een eind achter ons aau. Reeds
dadelijk was een troep snippen opgevlogen,
wij hadden beiden ft ink misgesclioten. Een
kwartier later vloog er in een rechte lijn
voor Arthur weer een troep op. Ik zag hoe
mijn neef zich idikte om' iets op te rapen
en de langisnavels niet bemerkte. Ik schoot.
Lord Alvor had tot nog toe zijn verhaal
geregeld gedaan, nu hield hij plotseling op.
Hij haalde zijn zakdoek te voorschijn en
Wischte het zweet van zijn voorlioofd.
Het vermoeit u zeker te veel. Francis,
zei Hans, vertel het mij liever op een anderen
keer.
Doch Alvor vervolgde reedS:
Hel ischot knalde en pp hetzelfde oogen-
blilc zag ik, hoe mijn neef zijn handen op-
hief, zijn jgeweer liet vallen en met een
kreet voorover viel!
Ik wis! zeker, dat ik goed gemikt had.
wijzer een salaris genieten tusschen 700
en 1700 gulden; het laatste na 13
dienstjaren Voor de hoofdakte wordt
het salaris met 200 gulden vermeerderd
en voor elke by-akte met 100 gulden tot
een maximum van 300 gulden. Een hoofd
der school met meer dan 200 kinderen ziet
bovenomschreven salaris met 600 gulden
verhoogd van een school met minder dan
200 kinderen met 500 gulden.
Spreker, zijn amendement toelichtende,
noemt de door de Regeering voorgestelde
termijnbepaling van drie jaren te lang en
betoogt dat de verbetering der onderwyzers-
salarissen niet langer mag worden uitge-
steld, daar de onderwijzers de dupe niet
mogen worden van een verschuiving van
de herziening der Lager Onderwijswet.
Onaannemfllijk rerklaaril!
Minister Cort van der Linden zegt, dat
de 3jarige termijn niet te lang is, daar
men met den oorlog moet rekening houden.
Het gaat volgens den Minister niet aan,
de salarisregeling uit het ontwerp der Staats-
commissie uit te schakeleD. Ook gaat het
niet aan, een dergelijke uttgaaf vast te stel
len, zonder dat men weet, waar de midde-
ien er voor vandaan moeteu komen. Ook
komt het den Minister voor, dat een derge
lijke allerbelangrijkste maatregel als het
amendement-Van der Molen niet genomen
mag worden zonder dat de Raad van State
er over is gehoord en zonder schriftelijke
voorbereiding door de Tweede Kamer. Het
amendement is voor den Miuister volstrekt
ODaannemelijk. (Beweging.)
De heer de Meester (Unie-!ib.) wijst op
den slechten finaucieelen toestand eh op
het tekort 20 millioen, dat door het laatste
votum van de Eerste Kamer niet wordt
gedekt. (Geroep //Och kom bij rechts,
instemming bjj links.) Dit votum is in
't geheele land afgekeurd T
De heer Duymaer van Twist (anti-rev.).
Het votum over Treub is ook afgekeurd
De heer de Meester (Unie-lib.) Dat
heeft hier letterlijk niets mee te maken.
Sprektr wil verbetering der onderwijzers
salarissen en hoopt, dat men het over een
bescheiden stap in de richting hiervan een#
zal worden.
De heer de Jong (Unie-lib.) spreekt er
zijn teleurstelling over uit, dat de Minister
aan de onaannemelijkverklaring niet de
minste toezegging heeft verbonden om ook
slechts eenigermate tot salarisverbetering
over te gaan.
Een mo!ie-K. ter Laan.
In den loop vau verdere besprekingen
dient de heer K. ter Laan (soc.-dem.) een
motie in, waarin de Kamer als haar oordeel
uitspreekt, dat de minima der onderwijzers
salarissen met tweehonderd gulden is ver
hoogd.
De voorzitter stelt voor de motie te be-
handelen, tegeljjk met de begrooting van
Binnenlandsche Zaken.
Mijnen.
Gedurende November j.l. zijn op de Ne-
derlandsche kust aangetroffen 23 mijnen,
waarvan ,16 van Engelschen, 1 van Fran-
schen, 2 van Duitschen en 4 van onbeken-
den oqrsprong.
Hierdoor komt het totaal der sedert het
uitbreken van den oorlog aangetroffen mij
nen op 1576, zijnde: 942 van Engelschen,
64 van Franschen, 253 van Duitschen en
317 van onbekenden oorsprong.
DE OVERTOCHT OVER DEN DONAU
In de Duitsche pers laat men de vol-
gehde beschrijving van gezaghebbende
zijde van den overtocht over den Donau:
het kwam ook niet eens bij mij op, tiai ik
Arthur gewond of gedood zou kunneu heb
ben. Ik snelde op liem toe en bereiktehem
tegelijk met zijn jager. Hij was vlak onuer
het hart getroffen, het bloed drong reeds
door zijn buis. Zijn oogen keken mij strak
aan, en hij bracht. met moeite het ontzetten-
de woord uit: „Moordenaar!" Toen sloot
hij de oogen. Tegelijkertijd drong de jager
mij opzijde Hij sprak geen woord, maar uit
de wijze, waarop hij mij aankeek, bemerkte
ik, dat ook hij mij voor den moord.en.aar van
mijn neef hield.
Mijn hemel, Hans, het is onmogelijk u
te vertellen, wat ik op dat oogenblik onder-
vonden hen. Ik wist vast en ^ekcr, dat ik
mijn geweer niet op Arthur Welsley, mijn
neef,' gencht had, ik meende ook te weten,
dat het geweer zeker in mijn hand was ge-
weest, dat mijn kogel niet de oorzaak was
van het ontzettende ongeluk.
Maar hoe was het dan geschied?
Ja, daarover heb ik weken en maancfen-
lang mijn hoofd gebroken, zonder een op-
lossing te kunnen vinden.
Mijn arme, anift Francis1, zei Hansen
idrukt© hem jliarteiijk de hand.
Ik was zoo verslagen op dat oogenblik,
dat lk alles liet gaan zooals het ging, ver-
telde Francis verder. De wagen kv^am met
een vliegende vaart aanrijden. Arthur werd
er door den jager en den koetsier ingedra-
gen; ik hoorde lioe-de jager den koetsier toe-
fluisteren, dat ik op nnjn neef haa geschoten
en ook, dat de koetsier sprak over den
twist, dien wij samen gehad hadden. Ik
Nadat gedeelten van het Zevenburg-
sche leger de laagvlakte van Walachije
hadden bereikt, was voor de legergroep
van Mackensen het tijdstip gekomen om
de reeds lang beraamde en in-alle bijzon-
derheden voorbereiden tocht ovef den
Donau te beginnen.
Voor den overtocht had men de smalle
plek van de grensrivier bij Svistov reeds
maanden geleden uitgekozen. De hoog
gelegen Bulgaarsche Donauoever be-
heerscht wijd en zijd de vijandelijke stel-
lingen. Boecharest ligt in noord-ooste-
lijke richting ongeveer honderd kilome
ter van Svistov af. Uit het noord-wes-
ten naderde de cavalerie van generaal
Von Falkenhayn. Het raderwerk uit het
noorden en uit het zuiden begon in el
kaar te pakken. De overblijfselen van
de verslagen Roemeensche troepen
trachten nog te ontkomen. Zij hadden
de verdediging van den oever bij Svistov
reeds opgegeven. Dit was een snel be-
haald voordeel van groote beteekenis.
De Roemeensche divisies, die voor de
troepen van Falkenhayn terug weken,
maar aan de groote rivieren nog taaien
tegenstand boden, trof de stoot van Ma
ckensen zoo onverwacht in de flank, dat
hun nieuwe stellingen onmiddellijk sterk
bedreigd waren. De verrassing had ook
hier weer een groote moreele uitwer-
king.-'
Terwijl de vijand nog geheel door de
gebeurtenissen in de Dobroedsja in be-
slag genomen werd, had men voor zjjn
oogen, maar zonder dat hij het merkte,
den overtocht over de Donau voorbe-
reid. Het grensverkeer had men volko-
men afgesneden. In de nachten ontston-
den zorgvuldig verdekte toegangswegen
tot den oever. Achter een masker ver-
borg de stad haar militair gezicht. Ach
ter de hellingen werd in alle stilte zwaar
geschut opgesteld. In het Belene kanaal
vonden Oostenrijk-TIoHgaarsche moni
tors, Duitsche patrouille- en motorboo-
ten, pontons en stukken brug, die in el
kaar konden worden gezet, een berg-
plaats. Langzaam had men, met behulp
van de spoorwegen, de voorraden aan
ammunitie, materiaal en levensmiddelen,
die voor den overtocht noodig waren, bij
elkaar gelegd.
Een verkenning van den tegenover ge
legen oever liet de kansen voor het waag-
stuk gunstig schijnen. Het was slechts
onzeker, of de vijand nog niet van de
toebereidselen had vernomen en verster-
kingen had aangevoerd. Nog weinige
dagen te voren lag het Bulgaarsche
landstadje Svistov onder zwaar artille-
rievuur. 's Nachts knetterden de vijan
delijke geweren ongunstig over het wa
ter.
Na den val van Crajov kwam voor de
ten zuiden van den Donau opgemar-
cheerde verbonden troepen het tijdstip
van handelen. Sterke Duitsche en Bul
gaarsche, Turksche en Oostenrijk-Hon-
gaarsche strijdkrachten zetten zich in.
beweging. Men had er voor zorg gedra-
gen, dat behalve het sterke leger, dat
in de Dobroedsja den veldtocht moest
voortzetten, aan den Donau een nieuw
leger ontstond, dat de overtocht kon tot
stand brengen.
Den 23n November lag een dikke mist
over het gele water van de rivier. Toen
vond, om den vijand te misleiden, tege
lijkertijd op verschillende plaatsen van
den Donau den aanval plaats. De de-
monstraties bepaalden zich echter niet
tot een kanonnade; er werden eilanden
bezet en op verschillende plaatsen de vij
andelijke oever bereikt. Zoo bleef de vij
and in het onzekere, waar de hoofdaan-
zag, dat zij mijn geweer, dat ik had ialen
vallen, in den wagen legden- en meenamen;
ik begreep dat zij dit leden om een bewfjs
van mijn schuld in iianden te hebben en ik
waagde het niet mij daartegen te verzetten.
Diaarna reed de wagen weg en bleef ik
hen als verlamd nastaren. Misschien wiT
den die twee belie nden, die neef is jaren-
lang in mijn familie in dienst waren. i lij
gelegenheid geven om te vlucliten, Ist
ik het?
Wel een kwartier lang bleef ik oni^e-
weeglijk op de eenzame hei staan. Toen
sioeg ik, met een diep ellendig geveel in
mijn hinnensle Ifen weg naar Abbon-Abbev
m. Ik wilde weten of Arthur nog leefde.
Niet ver van het 'kasteel verwijderd,
kwam ik den ouden Forsler tegen. Op zijn
gelaat. las ik, dat hij de ontzettende tij-
diug reeds had gehoord. Het eerste wat
hij mij toefluisterde, was, dat mijn neef nog
leefde. Hoelang hij echter nog te leven had,
was de vraag. En toen greep de oude man,
die wet zag, dat ik bijna niet meer op mijn
voelen kon staan, mij onder den arm en
trok mij voort, niet in de richting van hel
kasteel, maar in die van zijn eigen, eerizaam
gelegen hoeve. Toen ik mij daartegen ver-
zetle en zei, dat ik naar Abbon- Abbey wilde
gaan ,schudde hij zwijgend, doch beslist het
hoofd
Mylord! neen, neen! Volg mij, ik meeu
het goed, u moogt u niet in het ongeluk
storten.
(W ordt ver vo Igd.
TER SEEZESSCHE COURAST.
V
*s i
105) - wwbsmmbsi-»-