ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTiEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. No. 6446. Dinsdag 24 October 1916. 56e Jaargang. ilimiJI HSIiPT. De Oorlog. ABONNEMENT: ADVERTENTlEN: TeleSoon 25, Bit Blad verschijnt Maaitlag-, Woensdag- en Yrijdagavond, uitgezsndsrd op Fssstdagen, bij tie Firma P. J. YAN DE 8ANDE te Ter Ksnzen. BINNENLAN P. F E UIL i. Jsi' 0 H. ysna Per 3 maanden binnen de stad 1—Franco per post voor Nederland 1.10. 0i| Vooruitbetalingvoor Belgie /1.40, voor Ned.-Indie en Amerika /1.65, overig Buitenland 2. Men abonneert zich bi} de Uitgeefster, of buiten Ter Neuzen ook bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievenbushouders. Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0.10. Bi] ctir^crt^ opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend. Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief. Inzending van advertentien voor 1 tmr op den dag der uitgave. Grondwetsherziening en troonopvolging In den Amsterdammer wijst prof. J. A. v» Hamel op den door den oorlog op nieuw in het licht gestelden persoonlij- ken invloed van de gekroonde hoofden en van hun familiebetrekkingen op de politiek van hun eigen land. Dit leert ons, hoe gezegend Neder land is met het bezit van ons oud en aan- geerfd Koningskuis, met zoo sterke ban- den aan Nederland en aan Nederland al leen verbonden, dat niemand, ook de vreemdeling niet, de raadkamers der Kroon voor andere dan enkel Nederland- sche belangen toegankelijk houden kan. Maar prof. v. Hamel meent toch aldus te moeten waarschuwen: Geeft men er zich wel voldoende re- kenschap van, dat volgens onze op het oogenblik geldende grondwettelijke re- geling der troonopvolging de achtereen- volgens na Prinses Juliana tot den troon geroepenen alien prinsen zijn van Duit- sche geslachten, meerendeels officieren in het Duitsche leger, natuurlijk alien met hart en ziel verknocht aan de Duit sche politiek en aan deze politiek, ook aan de toekomstpolitiek, vastgelegd. Monarchale samenkoppeling door een prins, die bezwaarlijk iets anders dan een keizerlijke zendvorst zou zijn en tot wien men van uit't buitenland zou kun- nen en durven zeggen: „Gij behoort u als een braaf Duitscher te gedragen"; van wien men bovendien, naar't woord van Tellegen, te onzent, niets anders Weet dan dat hij op ons land niet de min- ste betrekking heeft, ware voor de ko- m,ende tijden een zeer bedenkelijk geval. De Oranjeboom bloeit, Gode zij dank; en bloeit voort met een frissche en hoop- volle loot. Maar wijdvertakt bloeit hij niet. Een enkel, gezegend afgeloopen, ongeval, dat voor korten tijd de Konin- gin en de Prinses te zamen heeft be- dreigd, maakt het voelbaar, dat onze troonopvolging buiten de directe lijn op het oogenblik geregeld is op een wijze, die niet meer voldoet aan de hoogste be langen van den Staat. Een der grondregels van dit.belang is immers, dat Nederland zoo vrij mogelijk moet gehouden worden van elken band, dus ook van elken dynastieken band, met eenige der aanliggende groote mogend- heden. Dat het hier eeh teedere aangelegen- heid geldt, zal een ieder erkennen. Doch het uiterst groote naticmale belang, dat er mede gemoeid kan zijn, maakt het eenvoudig tot een duren plicht, daar- voor toch niet terug te deinzen. Een Grondwetsherziening komt thans aan de orde. Dit is de eenige gelegen- heid, waarbij ook de regeling der troon opvolging in nadere overweging kan worden genomen. Het initiatief daar- toe behoort bij de Regeering. Zal mem dit verst-strekkende van alle punten stilzwijgend voorbijgaan? Geen deserteur? Naar de Resb. verneemt, heeft het vertrek naar Oostenrijk en het dienst- Nu nam men in de wagens plants. Hans kwam naasl lord A Ivor te zitten. Op de bank voor hem lagen twee buksen, prach- tige W in ch es ter geweren. De lord was opmerkelijk stil. Het viel Hans nu nog meer dan gisteren in het oog, dat hij er'zoo sleeht uitzag. - Voelt u u niel wel, mylord? Was het niet beter geweest, dat wij.thuis waren ge- bleven? vroeg Hans bezorgd. Lord A Ivor jschudde ontkennend het hoofd, De frissche lucht zal mij wel weer op- knappen, over ,een uurtje zal ik wel veel beter zijn. Men trok naar het noorden. Eerst ^loor de nauwe slraten van de stad Bhuj en ver- volgens door een nauw dal langs een stroom. Eindelijk wa>s de Weg niet meer geschikt voor rijluigen. men steeg uit. De olifanten, dip men voor de jacht gebruiken zou, slon- den reads gereed, adi I prachtige dieren, die op !iun rug de jachtmand en op hun nek den drijver drocjgen. Deze, de mahout genaamd, droeg een tulband op het hoofdi De rao besteeg met een zijner adjudanteU nemen aldaar van den luitenant G. A. Mallinckrodt geleid tot de ontdekking van een groote nalatigheid bij het leger- fiestuur in de eerste dagen der mobili- satie. Daar de in Albaneeschen dienst over- gegane officieren hadden opgehouden Nederlandsch officier te zijn, zouden zij bij het weder intreden in het leger hier te lande opnieuw den eed of ,belofte heb- ben moeten afleggen. Dit nu schijnt niet te hebben plaats gehad, zoodat het nog een groote vraag is of de van hier ver- trokken officier zich aan desertie vol gens de wet heeft schuldig gemaakt. De Tubantia. De heer B. Nierstrasz, lid der Tweede Kamer, heeft de volgende vragen ge- richt aan den Minister van Buitenland- sche Zaken: 1. Is de Regeering van oordeel, dat in de zaak van de Tubantia een voorloo- pige bevredigende uitkomst is verkre- gen? 2. Is de Regeering bereid de over- eenkomst met de Duitsche Regeering, waarvan in de dagbladen melding is ge maakt, openbaar te maken? 3. Heeft de Regeering zorg gedra gen, dat. het bewijsmateriaal van Neder landsche zijde in behoorlijken, authen- tieken, onaanvechtbaren vorm is vast gelegd, met name wat betreft o.a. de ver- klaringen van alle getuigen eh deskun- digen 4. Heeft de Regeering zich ervan verzekerd, dat het Duitsche bewijsma teriaal evenzeer in zoodanigen vofm is vastgelegd, en zoo ja, op welke wijze? Duikbooten in Nederlandsch rechtsgebied. Het Nederlandsch Correspondentiebu- reau in Den Haag meldt: Wij vernemen, dat het bekende me morandum" van de geallieerde mogend- heden in zake de toelating van duikboo ten in de neutrale wateren, eenigen tijd geleden ook aan de Nederlandsche re geering is overhandigd. De regeering heeft in haar antwoord van 14 dezer doen uitkomen, dat, bij gebreke van spe- ciale bepalingen ten aanzien van duik booten, de regelen, in het algemeen voor oorlogsvaartuigen voorgeschreven, ook op de oorlogsduikbooten van toepassing zijn. De regeering heeft er verder op ge- wezen, dat, krachtens de neutraliteits- proclamatie, de toegang tot de Neder landsche territoriale wateren, havens en reeden aan alle oorlogsschepen der belli- geranten dus ook aan de oorlogsduik booten is ontzegd, en dat slechts in de, in voornoemde proclamatie uitdruk- kelijk vermelde uitzonderingsgevallen een verblijf binnen het Nederlandsche rechtsgebied wordt toegestaan. Wat de handelsduikbooten betreft, heeft de regeering opgemerkt, dat geen enkel volkenrechtelijk beginsel haar in- terneering zou rechtvaardigen. Wordt een duikboot in het Nederland sche rechtsgebied aangetroffen, dan is het, evengoed als zulks het geval is bij niet-ondefzeeers, mogelijk, door een on- den eensteri olifant, lord Alvor en Hans den tweed en. De overige gasten de andere. De husuri Kaluba scheen den maliout zijn be- velen reeds gegeven te hebben en de stoet zelte zich in beweging. VoormI gipg het in de groene jangles, in den schijnbaar ondoordringbaren chaos van struiken en bamboesriet. Geen menscbelijke voeL zou deze wildernis hebben kunnen be- treden, maar de logge olifanten baandien zicii met hun zware licliamen overa'l een weg. Wel tien minuten draafde de olifant door idje jungles, toldat de mahout hem liet slilstaan. Hij had de plek bereikt, die men hem als zijn standplaats had aangewezen. Toen Hans zich in zijn korf oprichtte, zag hij op eenigenafstand aan weerskanten de andere olifanten istaan. Lord Alvor en Hans namen terstond hun geweren tea' hand en knielden in de liouda, de jachtmand, neer. Hoe gaat het u, mylordvroeg Hans nog eens met een bezorgden hlik op liet vale gelaat van zijn vriend. Niet hijzonder goedmijn jongen, ant- woordde deze. Maar ik den'k, dal het wel beler zal worden! Uit de verte klonk liet lawaai, dat de dragers maakten, die aangesteld waren om het tijgerpaar ,uit zijn sehuilhoek op te jagen. De Inidische vorslen ontzicn zich niet om zdiider plichtplegingen de bewoners van de derzoek met zekeriieid vast te stellen, of het schip het ka. 'akter van een oor- logsschip of van een handelsvaartuig heeft. De volledige tekst van dit antwoord zal in het eerstvolgend Oranjeboek wor den opgenomen. Aanvoer van cacao stop gezet. Naar het Hbl. verneemt, is de aan voer van cacaoboonen voorloopig geheel stop gezet. De N. O. T. heeft aan de Kon. Neder landsche Stoomboot Mij., Kon. Holland- sche Lloyd en Kon. West-Indische Mail- dienst verzocht, tot nader order, geen cacaoboonen, resp. van Portugal, Brazi- lie en West-Indie naar Nederland te ver- voeren, ook niet die partijen waarvoor reeds vergunning was gegeven. Daar de Nederlandsche fabrieken het ruwe pro duct in hoofdzaak uit deze landen be- treklten, Worden deze door den geno men maatregel zwaar getroffen. DE ALGEMEENE TOESTAND. Aan de Sdmtne regenweer. Toch he- vige strijd. Artilleriegevechten en in- fanterieaanw^len. Ditmaal van Duit sche zij de.AHef* Duitsche bericht zegt, dat een aanv^l ojadernomen werd tegen de Engelsche^jftellingen, die op 18 Oc tober werden- ^roverd. Bij dien aanval werd een deel "der yerloren positie, langs den weg Eaucourt I'.AbbayeLa Barque door de Duitschers hernomen. Het En- gelsche bericht weet van niets. Een po- ging der Duitschers, seinde Sir Douglas Haig, om ten westen van het Schwaben- reduit een aanval te doen, werd afge- slagen. Het Duitsche bericht meldt verder, dat de Engelschen aanvallen onderna- men ten N. van Courcelette en ten O. van Le Sars, die eveneens mislukten. Het FraiijSche bericht spreekt slechts van artillerie-actie, vooral bij Sailly-Sal- lisel, ten N. van de Somme, en bij Berny- en-Santerre, ten Z. van de rivier. Aan het oostelijk front eveneens he- vige strijd. Ook Duitsche aanvallen, bij Swistelniki, aan den westelijken oever van de Narajofka; het Russische bericht meldt, dat de strijd nog voortduurde, het Duitsche, dat een Russische hoogte- stelling met aansluitende linies, werd ge nomen, waarbij 14 officieren en 2000 man gevangen genomen werden. Russi sche tegenaanvallen werden afgeslagen. Russische aanvallen in de streek van de Siniawka en van de Stochod, nog steeds in de richting van Kowel, mis lukten. In de Karpathen, die met sneeuw be- dekt zijn, werd gevochten bij Dorna Watra, waar de Duitschers offensief op- traden en de Russen verdreven. Ook bij Rusului werden Russische stellingen ge nomen. Het Russische bericht meldt, dat bij Moentelos de Russen een reeks hoogten in bezit namen, gevangenen maakten en vier mitrailleurs buit maakten. naburige doi-pen daarloe op te roepen, die dan onder aanvoering van den shikaris, den Ojgerjager, met fluiten en kleppers aanruk- ken. Weldra fladdeadien een menigte opge- jgagde bonte pauwen luidruchtig door de jungles, hier en daar brak ook reeds een hyena door de keten, die de olifanten vormden. Deze diertjes zijn vandaag veilig voor de buksen van de jagers dezen is liet nu om edeler wild te doen, merkte lord Alvor op. Weer verliepen er vijftien minuten in ademlooze spanning. Daar hoorl men eensklaps een dof, mor- rend geiuid, dpt. ver in het rond klinkend voor een ooigenblik het- helsche lawaai1 van' de kleppers, fluiten en tamtams overstemt en tot zwijgen brengt. Uit de diepte van de jungles komend, bereikt het dreigend luid de ooren van ide jagers, die in de houda van de olifanten tronen. En niet alleen, dat de spieren van dC mannen- zich onwille- keurig sterker spannen en hun handen de buksen vaster omklemmen, oqk de zware lichamen van de olifanten, die aan dergelijke jachten g'ewoon zijn, schokken en sidderen. Opgewqnden zwcepte het dier waarop Hans en dp lord zaten, zijn zijden rn^t zijn snuit en wierp stralen van water over buik en, rug. Onafgebroken sloeg de mahout met zijn ijzeren hooka op den kop van het kolossale Aan de Roemeensche grens wordt in het Randgebergte, in de passen, hevig gevochten, en op enkele punten konden de Roemeniers, naar luid hunner berich- ten, de opdringende Duitsche, Oosten- rijksche en Hongaarsche afdeelingen te- genhouden; maar op verschillende pun ten is de strijd reeds op Roemeensch ge- bied overgebracht. In de „Victoire", het blad van den vroegeren anti-militairist Herve, wordt op hartstochtelijke wijze aangedrongen op spoedige hulp voor Roemenie. De militaire, financieele en moreele beteekenis van een Roemeen sche catastrofe, zegt Herve, maken het ondenkbaar, dat de geallieerden niet de krachtigste pogingen zullen doen, om Roemenie te helpen. Men redt echter Roemenie niet door krachtsontwikkeling op verschillende fronten, Roemenie kan alleen geholpen worden in den Balkan. De Russen kunnen het best en het snelst hulp brengen, maar ook de anderen moe ten offers brengen Het is juist Herve, die voortdurend aandringt op krachtiger optreden van Sarrail. Deze anti-militairist, die gevan gen gezeten heeft voor zijn artikelen tegen den dienstplicht en voor den so- cialen oorlog, is thans de grootste voor- stander van krachtig offensief optreden aan alle fronten. Hij verwijt den geal lieerden voortdurend, dat zij en op mili- tair en op politiek gebied te kort schie- ten. In de Dobroedsja gingen de Duitsch- Bulgaarsch-Turksche troepen tot het of fensief over, met het gevolg, dat op den linkervleugel de Russisch-Roemeensche troepen in noordelijke richting moesten terugtrekken. In Macedonie werden de hevige Ser- vische aanvallen aan de Tsjerna en den spoorweg MonastirFiorina voortgezet. Een Reuter-bericht uit Saloniki meldt, dat de Bulgaren in wanorde werden te- ruggeslagen uit hunne stellingen, doch het Bulgaarsehe en Duitsche bericht, er- kennende dat de Serviers in den boog van de Tsjerna een hevigen aanval deden waarin zij vooruitkwamen, melden, dat bij tegenaanvallenjiunne voordeelen ver- loren gingen. Het Bulgaarsehe bericht zegt, dat aanvallen in de richting van Tarnova werden afgeslagen. Ook bij Kenali, aan den spoorweg, wordt hevig gevochtende Serviers, door Fransche artillerie gesteund, doen daar krachtige aanvallen, maar een re- sultaat van dien strijd is nog niet te mel den. In Albanie hebben de Italiaansche troepen aan den weg van Janina naar Koritza, in de Iskerische bergen, Ljas- kowiza, ten noorden van de Wajoesa, be- zet, een plaatsje, dat 50 K.M. oostelijk van het reeds vroeger door de Italianen genomen plaats je Tepelini ligt. Hier breiden dus de Italianen hun front ten noorden van de Wojoesa uit. DE OOSTENRIJKSCHE MINISTER-PRESIDENT VERMOORD. De minister-president graaf Stiirgkh is Zaterdag tijdens het middageten dood- geschoten. Graaf Karl Stiirgkh was den 30en Oc- dier en Irapte met zijn voeten tegen zijn ooren om liet te beletten op de vlucht te gaan. Nadat het dier van den eensten schrik bekomen was, gehoorzaamde het weer. En nu hoorde men nog eens, maar ditmaal veel dichlerhij, het dreigend gebrui van den manne tjes-tijger. F.inidelijk kwam hij voor den dag. Krui- pend, met ingetrokken staart, kwam liet dier juist op den olifant af, waarop lord Alvor zat. Houd u ferm, fluisterde de lord Hans toe.. Ik zal sclneten. Een oo,genhlik verdween liet dier weer in de struiken, toen kwam het opnieuw te vooriscliijii, vlak voor den olifant. Luid en schetterend kloilken de tamtams, de fluiten en kleppers van de drijvers. De tijger bukte zich. Hij zweepte een oogenblik den grond met zijn staart daarna. richtte hij zich op, gereed voor den sprong. Opgepast. Lord Alvor heeft de buks reeds tegen zijn •wang g ;elegd. Zijn schot loxalt door de jungles, midderiin zijn sprong zakt de tijgea- in het voorhoofd getroffen, ineen. Luid -jubelt de mahout: Sahib,, sahib, hij is dood! Lord Alvor had goed geraakt, nog een- maal riclitte het dier zich op, toen viel het dood neer, onder het uiten van een dioor merg en been dringend gehrul. tober 1859 te Graz geboren, waar hij ook zijn academische studie in de rechten en staatswetenschappen voltooide. In 1881 in staatsdienst getreden, werd hij, na in verschillende functies werkzaam te zijn geweest, in 1891 door het graaf- schap Stiermarken tot lid van den Rijks- raad gekozen, waar hij deel uitmaakte van de groep der groot-grondbezitters. In 1909 werd hij tot minister van onder- wijs en eeredienst in het kabinet-Bie- nerth benoemd, 2 jaar later tot minis ter-president. De aanslag is gepleegd in het hotel Meissl und Schadn. Terwijl graaf Stiirgkh daar aan tafel .zat, kwam de schrijver Friedrich Adler op hem toe en loste snel achter elkaar drie schoten op den minister-president, die, in het hoofd getroffen, dadelijk dood was. •Over den moord op graaf Stiirgkh verneemt de Wiener Allgemeine Ztg. van een ooggetuige de volgende bijzonder- heden Graaf Stiirgkh zat zooals elken dag in de eetzaal van het hotel Meissl und Schadn, ditmaal in gezelschap van baron Aehrenthal, de broeder van den overle- den minister van buitenlandsche zaken. Drie tafels verder zat de Weensche schrijver Dr. Friedrich Adler, een zoon van den afgevaardigde naar den Rijks- raad Dr. Viktor Adler. Plotseling stond deze op, deed drie stappen in de rich ting van de tafel waaraan Stiirgkh zat, en loste drie revolverschoten op hem. Graaf Stiirgkh zakte ineen; hij was ter stond dood. Een schot, dat miste, wond- de baron Aehrenthal aan den voet. Baron Aehrenthal ving graaf Stiirgkh in zijn val op en liet dadelijk geneeskun- dige hulp halen. Toen de schoten vielen ijlden de aan- wezige O.-H. en Duitsche officieren op den dader toe en trokken hun sabels. Adler gaf hun zijn naam op en zeide: „Pardon, heerenIk weet wat ik gedaan heb en zal mij zonder verzet laten aan- houden." Op de vraag van een officier, waarom hij den aanslag had gepleegd, qntwoord- de hij„Dat zal ik voor het gerecht te verantwoorden hebben." De inmiddels aangekomen geneesheer kon slechts den dood van graaf Stiirgkh vaststellen. Enkele minuten later kwa- men de leiders van het ministerie van binnenlandsche zaken en van handel, stadhouder Bleyleben, landmaarschalk prins Licbtenstein en de president van politie Gorup de zaal binnen. De dader werd in hechtenis genomen en naar het huis van bewaring overgebracht. Het bericht, dat door bulletins van de bladen spoedig in de stad .bekend was, maakte overal de verontwaardiging over den zinneloozen moord gaande. Alge meen bleek, hoeveel sympathie de bevol- king voor den vermoorden minister-pre sident koesterde. TABORA. Het Belgisch Dagblad schrijft: Men is geneigd het spreekwo.ord poets wederom pbets aan te halen bij de verovering van Tabora door onze dappere troepen. Wij staan thans voor het feit. dat de Belgiscbe .so Ida ten zonder land, in Afrika een De mahout dreef den olifant voort, totdat hij vlak voor den tijger stond. Het leek wel alsof het verstandige dier zich eveneens ver- heugde over het gelukkige schot. Hij bo-og zich over den tijger, keerde met zijn snuit het doode lichaam om en om en stiet een beesch gehrul uit, dat bijna klonk als trom- petgaschal, Hans was reeds op het punt de touw- Ladder, die van de houda van den olifant beneden liing, af te klimmen, toen een door- dringende kreet van den mahout hem legen- hield. Het wouwtje! En waai'lijk, daar baande de tijgerin zich mei geweldige sprongen, hevig bruilende, een weg door de jungles. hen oogenblik scheen het, alsof zij aar- zelde, toen zij den olifant gewaar werd; daarna echter dook zij in elkaar, nog een, twee gewelchge sprongen. Lord Alvor had zich opgericht en dp tijgerin, wier oranjegeel, prachtig zwart en wit gestreept vet duidelijk door het groene loof schemerde, tot mikpunt gekozen. Ook Hans liief zijn buks op. Nu! De lord schoot, maar. hetzij dat zijn hand heefde van opgewondienheid of dat zij min der vast was door de koorts, die hem kwelde, liij schoot mis. (Wordt vervolgd. TER NEUZE COURANT osrzxmimr&r?,

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1916 | | pagina 1