ALGEMEEN NIEUW8- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
BinnEntkun.
No. 6444.
Donderdag 19 October 1916.
56e Jaargang.
Schoolgeld.
Bekendmaking.
De Oorlog.
ABONNEMENT:
ADVERTENTlfiN:
Telefoon 25S,
Bit Blait verschynt Maandafp, Woensflag- en VrijdagaYond, aiipzonderd op Feestdagen, Mj de Firraa P. J. YAM BE SANDE te Ter Menzen.
Keuring jeugdige personen
en vrotiwen.
Belasting op het houden van honden.
Per 3 maanden binnen de stad f\.Franco per post voor Nederland /1.10.
SisJ vooruitbetalingvoor Belgie /1.40, voor Ned.-Indie en Amerika /1.65,
overig Buitenland /2.
Men abonneert zich bij de Uitgeefster, of buiten Ter Neuzen ook bij alle
Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievenbushouders.
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0.10,
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de
prijs slechts tweemaal berekend.
Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief.
Inzending van advertenfien voor 1 uux* op den dag der uitgave.
Zangonderwijs voor de Prinses.
De Koningin en de Prins hebben aan
mejuffrouw Catharina van Rennes opge-
dragen aan de Prinses zangonderwijs te
geven. Hiertoe zal een kleine zangklasse
worden gevormd. Het onderwijs zal be
gin November een aanvang nemen.
Tegen hui.ropdrijving.
Een wetsontwerp tot het treffen van
maatregelen tegen het opdrijven der wo
ninghuren, is bij de Tweede Kamer inge-
komen.
De opstand in Djambi en Palembang.
(Officieel). Van den gmiverneur-g'e-
neraal van Nederlandsch-Indie is onder
dagteekening van 14 dezer het volgende
telegrafische bericht ontvangen:
De gemeenschap tusschen Soeroelan-
goen (Djambi) en Bangko is hersteld.
De troepen patrouiileeren in de Tabir-
streek, waar de bevolking vijandig is en
de doesoms verlaten zijn. Volgens be-
richten houden zich 300 opstandelingen
op nabij Loeboek Kepagang (aan de
Soengei Katj asoeng, rechter-zij rivier
van de Tabir.)
Een patrouille uit de Ajer-Itamstreek
kwam in Brantanpandjang aan de boven
Tabir aanongeveer 30 opstandelingen
werden gevangen genomen. In Korintji
zijn 12 ontevredenen, in Pamenang aan
de Merangin 5 verzetsleiders gevangen
genomen.
Kolonel Kroesen vertrok naar Palem-
bang. Eene patrouille onder luitenant
De Quant, vergezeld door den assistent
van de Palembangsche Benedenlanden
kwam Zondag te Moera Roepit aan. Een
patrouille onder kapt. Frankamp vertrok
Zondag in auto's van Moera Klingi aan
de Moesie naar Trawas (aan de Lakitan,
linker-zijrivier van de Moesi).
Op den 12den dezer deden 2000 op
standelingen 'n aanval op Soeroelangoen
Rawas, welke werd afgeslagen. De op
standelingen verstrooiden zich na een
verlies van 38 dooden. De leider Gerabit
van Loeboek Roembai sneuvelde. De
gouvernementsgebouwen zijn onbescha-
digd gebleven, de passar van Soeroelan
goen Rawas is gedeeltelijk verbrand, die
van Moeara Roepit is geplunderd. De
Iheeste aanvoerders der opstandelingen
zijn bij name bekend. De opstandelingen
beschikken niet over vuurwapens, daar
deze eenige dagen voor het uitbreken
van het verzet in de weerspannige doe-
soens in beslag waren genomen. De con-
troleur van Rawas bericht, dat de vrou
wen en kinderen in de doesoens begin-
nen terug te keeren.
De Tel. teekent hierbij aan:
Er blijkt uit dit telegram, dat er nog
geen aanleiding bestaat ook maar in het
minst van een meer bevredigenden toe-
stand te spreken, al blijkt wel, dat men
de zaak krachtig schijnt aan te pakken.
De opstand schijnt thans het em-
stigst te zijn in de streken ten zuiden
van Bangko, in Djambi, tot aan de stre
ken van de Rawas, in het noorden der
residentie Palembang.
Een goed ding is, dat men de politie-
soldaten vervangen heeft door de mare
chaussee.
Het is namelijk gebleken, dat die poli-
tie-soldaten (inlanders) niet vertrouw-
baar zijn. Kort na het uitbreken van
den opstand in Djambi liepen ze in
massa's naar de Sarekat Islam over.
Ook mag van belang geacht worden,
dat thans te Palembang twee stations
voor draadlooze telegrafie zijn opge-
richt, waardoor onmiddellijke communi-
catie kan worden verkregen met de „Ko-
ningin Regentes", die in de buurt is.
(Officieel). Bij het departement van
Kolonien is 't volgende bericht van den
Gouverneur-Generaal van Ned.-Indie
ontvangen
De controleur van Djambi bezocht alle
doesoens in het district Pemagoeng,
waar hij den toestand gunstig vond, bij-
na de geheele bevolking was terugge-
keerd. De hoofden gehoorzaamden on-
middellijk aan alle bevel en. Kapitein
Snell bericht van Moeara Tambesi, dat
van de veertienduizend gulden, die door
de opstandelingen op 26 Augustus aldaar
werden gestolen, meer dan achtduizend
gulden zijn teruggebracht.
Aan het westelijke front bepaalde de
strijd zich Maandag naar het Alg.
Hbl. schrijft voornamelijk tot artil-
lerieactie, afgewisseld door plaatselijke
aanvallen, die echter den toestand niet
konden veranderen. De Duitschers
deden een aanval op de Schwabenredou-
te, die, volgens het Engelsche bericht,
met zware verliezen werd afgeslagen; de
Engelschen drongen bij Gueudecourt in
de Duitsche loopgraven, doch werden er
bij een tegenactie weder -uit verdreven,
en de Franschen deden aanvallen bij
Sailly, waardoor zij naar het Fran-
sche legerbericht zegt hunne stellin-
gen bij Sailly-Salfisel konden versterken,
en namen ten zuiden van de Somme een
klein bosch tusschen Genermont en Al-
blaincourt.
Ook in het gebied ten Z.-O. van Ype-
ren deden de Engelschen aanvallen bij
St. Eloi en Pioegsteert op de Duitsche
loopgraven, hoofdzakelijk met het doel
Duitschers te dooden of gevangen te ne
men.
Hieruit blijkt, dat de Engelschen op
hun geheele frontlijn aanvallen op de
Duitsche linie ondernemen, die voorloo
pig nog van plaatselijken aard zijn, maar
toch in een onderling verband staan, als
't "ware proefnemingen, tastbewegingen
zijn, om na te gaan, waar de vijandelijke
linie het minst krachtig is en waar de
kans op succes bij een nieuwe offensieve
beweging het meest gunstig zou kunnen
zijn. Reuter meldt uit het Engelsche
hoofdkwartier, dat het resultaat der
jongste operaties de Engelsche posities
heeft verbeterd en geconsolideerd en dat
het nu zaak is, hem voortdurend te ver-
ontrusten en hem niet de gelegenheid
te geven zijn linies te verkorten.
Op het oostelijk front is wat meer le-
vendigheid ontstaan. Sedert eenige we-
ken was het vrij rustig geweest, doch
nu hebbe^de Russen opnieuw gepoogd, i
ten W. van Loezk en meer naar het zui
den bij Brody, in de richting van Lem-
berg op te dringen, zonder daarin even-
wel geslaagd te zijn. De krachtige aan
vallen aan beide zijden vap den spoorweg
BrodyLemberg werden door v. Bohm-
Ermolii afgeslagen. En de aanvallen bij
Satoerzi, ten W. van Loezk, die door
krachtig artillerievuur waren voorbe-
reid, mislukten evenzeer.
Aan de Karpathen, waar Duitsche ba-
taljons er in geslaagd waren de Smo-
trec-stelling, die voor eenigen tijd verlo-
ren was, te herwinnen, hadden hevige
gevechten tegen die stelling plaats,
evenals bij Kirlibaba en aan den Drie-
landenhoek, bij Dorna Watra, waarin
beide partijen zich de overwinning toe-
schrijven, maar waarvan het resultaat
in ieder geval niet den minsten invloed
heeft voor de verandering van positie.
Nog altoos waren de Russen niet in staat
de Karpathen over te trekken en in de
Hongaarsche vlakte te vallen.
In Roemenie zal de toestand nu spoe-
dig interessant worden, daar de centra-
len nu ook in het oosten van Zevenber-
gen vlak bij de gr'ens zijn gekomen, en
dus dra zal moeten blijken, wat hun ver
dere voornemens zijn. Zijn deze recht-
streeks tegen Roemenie gericht, dan
mag men met spanning afwachten, of de
Entente dit land alleen met fraaie zin-
nen en redevoeringen enz. of ook tijdig
met troepen zal helpen.
Aan de Roemeensche grenspassen
wordt, naar de Roemeensche berichten
melden, hevig gevochten, met afwisse-
lend resultaat. Op sommige punten sloe-
gen de Roemeniers de gedane aanvallen
af, op andere moesten zij voor de aan
vallen der Duitsche en Oostenrijksche
troepen terugtrekken. Het is mogelijk,
dat de New-York Tribune gelijk heeft,
als dit blad zegtDe Roemeensche grens
is gemakkelijk te verdedigen, maar
moeilijk over te trekken in den winter.
Het leger van Falkenhayn, dat tegen
de Roemeniers in Zevenburgen oprukte,
was, volgens deze mededeeling, oor-
spronkelijk bestemd om de Russen aan
te vallen, maar moest nu dit plan op-
geven, om in Zevenburgen op te treden.
Dit nu acht de Entente een voordeel,
door de interventie van Roemenie ont
staan, wijl daardoor een deel van het
aanvalsfront aanmerkelijk werd uitge
breid, en het gevaar voor Rusland ver
minderd.
Wat er in Macedonie zal gebeuren is
voorloopig nog een raadsel. De Entente'
heeft zoomin de voorloopige regeering
te Saloniki, als de regeering van prof.
Lambos te Athene erkend, doch ge-
draagt zich in Griekenland als heer en
meester. En juist nu schijnt ook een
Duitsche strijdmacht, onder Macken-
sen's bevel, zich naar Griekenland te zul
len begeven, voor een offensief optreden
tegen de daar aanwezige Entente-macht.
Een andere beteekenis is niet te hecht-
ten aan de proclamatie, door Mackepsen
uitgevaardigd, en waarin gezegd wordt:
„Maandenlang hebben wij ons buiten uw
grenzen gehouden, lieten uw onafhanke-
lijkheid en uwe rechten onaangetast"
en verder: „Tusschen u en ons, die door
het noodlot ^edwongen zijn uw grenzen
te overschrijden, bestaat geen vijand-
schap en wij koesteren geen nevenbedoe-
lingen; zoodra wij ons werk yoltooid heb
ben, zullen wij het Grieksche grondge-
bied verlaten."
Tot dusver waren het voornamelijk de
Bulgaren, die in Griekenland streden
tegen het leger van Sarrail, en die tot
dusver belet hebben, dat dit leger de
Grieksche grens overtrok. Wel zijn de
Serviers, door Fransche troepen ge-
steund, in staat geweest bij Fiorina
eenige Bulgaarsche stellingen te nemen,
doch de strijd aan de Tsjerna, en aan
beide zijden vart den spoorweg Fiorina
Monastir duurt nog steeds voort, zonder
dat de Serviers er in slagen konden daar
vooruit te komen.
Aan de overige deelen van het Mace-
donische front is een afwisselende arti.1-
lerie-actie gaande, en aan het Stroema-
front, waar de Engelschen thans voor
Seres en de spoorwegverbinding met
Demir-Hissar staan, worden slechts ge
vechten tusschen verkenningsafdeebn-
gen geleverd, die den grooten strijd moe
ten voorbereiden.
yHBOmSSSSSOBSB
TPP
I tlfli
COURANT
De Burgemeester van TER NEUZEN noodigt de
jeugdige personen en vrouwen in deze gemeente, die
zich aan een geneeskundig onderzoek willen onder-
werpen, teneinde, bij goedkeuring, het a. s. seizoen
in de handviasserijen werkzaarn te zijn, uit, daarvan
aangifte te doen ter gemeente-secretarie, voor
21 October 1016.
Ter Neuzeq, den 17 October 1916.
De Burgemeester voornoemd,
J. HUIZINGA.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN,
brengen ter kennis dat bet kobier No. Ill van bet
schoolgeld voor bet meer uitgebreid lager onderwijs
in deze gemeente, over het tijdvak van 1 Septem
ber31 December 1916, in afscbrift, gednrende vijf
maanden op de secretarie der gemeente, voor een
ieder ter lezing is nedergelegd.
Ter Neuzen, den 17 October 1916.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
L. WABEKE, Secretaris.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN
brengen ter kennis, dat het suppletoir kohier van de
belasting op het houden van Honden No. 1 in,deze
gemeente voor 1916 in afscbrift gedorende vijf
maanden op de secretarie der gemeente, voor een
ieder ter lezing is nedergelegd.
Ter Neuzen, 17 October 1916.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
L. WABEKE, Secretaris'.
Burgemeester en Wethouders van HOEK
maken bekend, dat de jongens, die verlangen
deel te nemen aan het op 1 November a.s.
aan te vangen her haling sonderwija,
zich daartoe tot en met 38 «fi@aeen bij het
hoofd der openbare lagere school kunnen
aanmelden.
floek, 16 October 1916.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
A. WOLFERT, Burgemeester.
J. M. DREGMANS, Secretaris.
TWEEDE KAMER.
Vefgadering van 17 October.
Utlbreiding Technische Hoogesehool.
Bij een wetsontwerp, betreffende o. a. aan-
koop van een peroeel aan het Oude Delft
te Delft ter huisvesting der afdeeling decora-
tieve bouwkunst van de Technische Hooge-
schooi, verdedigl ide heer Bichon van IJssel-
monde, vol gens de H. Crt., een aniendement
tot sehrapping van dozen post, in verband
met te betrachten zuinigheid, waarbij bij ge-
steund wordt door den lieer Bongaerts en
bes treden door de heeren Albarda, Van de
Velde en De Visser, alsmede door Minister
Cort van der Linden, die er op wijist, dfat
de afaeehng decoratieve kunst sinds jaren
en jaren gebrekkig is gehuisvest en er in
de liuidige woning brandgevaar bestaat, te
bedenkelijker door die kostbaarbeden, er in
geborgen.
Het amendement-Biclion wordt daarop met
50 tegen 11 slemmen verworpen; waarna het
wetsontwerp wordt aangenomen.
Onderwijs in tie hnidziekte.
Bij een ander wetsontwerp zegt Minister
Cort van der Linden naar aanleiding eener
opmerking des heeren Van Leeuwen over
weging toe der mogelijklieid van verplich-
tendstellig van onderwijs in ide dennatologie,
liuid- en peslach'sziekten. aan de Utrechtsche
universiteit.
Jan Pieicr AdolfsticSiting.
Bij een voorstel om een. renteloos voor-
schot van f 10.000 te schenken aan de Jan
Pieter AdoIf|stichting, dringt de heer Ger
hard er np-men-s die commissie van rappor
teurs op aan, dat bet Rijk een rentedragendj
voorischot zal geven, daar de commissie uit-
gaat van Let beginsel, de vereeniging zielf
te laten doen, datgene, waartoe zij in staat is.
De heer Snoeek HenkemallS geeft den -Mi
nister in overweging, het voorstel in zijn
oorsp-ronkelijken vorm te herstellen, d. w. z.
er ©en subsidie agn toe te voegen en dan
het bed rag, groo t 20.000, te bestemmen
niet all een jvoor deze enkele stichting, tnaar
vopr algemeene hulp ban werkverschaffing
j voor hedelaars, het doel, dat ook de J. P. A.
stichting voorstaat.
-Minister Cort van der Linden neemt het
voorstel der commissie van rapporteurs over.
JD en heer (Snoeek Henkem ans amiwoordt spre
ker, dat er b eh a 1 vie de J. A. P.-istichting
maar twee andere dergelijke stichtingen zijn,
van een waarvan de statkken nog niet zijn
ingediend. Is dit geschied, dan zal de Minis
ter de zaak atsnog overwegen.
De heer De Visser meent, dat ook aan de
beide andere stichtingen, '„Pliilaidelphia" en
„'t Hoogeland", subsidies behoorden te wor
den gegeven. Er is geen enkele reden, hier-
rneJe king te wachten gelijk de Minister doet.
Het ontwerp wordt goedgekeurd.
Aan de crtle zijn tie algemeene foesehomvin-
gen over de wetscntwerpen inzake
de grontilweSsherziening.
Rede van ulen heer van Idsinga.
De heer Van Idsinga beschouwt de rnemo-
rie van toelichting bij het kiesrechtontwerp
als een stuk vol ironie (beweging), maar in
de memorie van antwoord spreekt een man
met een ernstige overtuiging. Het doet spre
ker leed, te moetep verschillen van meening
met een bewindsinan, die in deze buileuge-
wone tijden zooveel goied.s vhor het land
doet, maar spreker zal zijn stem niet kunnen
geven- aan liet kiesrech tvoorstel, dat liij niet
kan achten in 's lands belang te zijn.
De Minister heeft het aigemeen stemrecht
een politieke noodzakelijkheid verklaard. De
Minister zou beter liebben gedaan met te
zeggen: .diet is voor mij en mijn kabinet de
noodzakelijke politiek". (Gelach.)
De Grondwet eischt kenteekenen van ge-
ischik heid en jmaatschappe'ijken welstand, en
de kieswet-van Houten was daarvan de uit-
werking waarin naar sprekers oordeel, ue
dooi; de Grondwet gestelde grenzen zelfs
werden overschreden. In elk geval volgl mail
lhans als men het standpunt dezer wet ver-
laat igelijk de Minister doet de iijn
niet langer, maar men breekt ze af. Men kan
heweren, dat de gesfelde waarborg voor ge-
schiktheiid niet deugt, maar 'tschijnt onwe-
dersprekelijk, dat iemand, die een 'bepaal-
den waarborg niet kan schenken, niet ge-
lijkwaardig kan worden geacht, met iemand,
Welke dit wel kan doen. Volgenis den Mi
nister is het WQnschelijk, dat alle voiksge-
nooten tevems Staatsburgers zullen zijn.
Spreker 4 gaat vender en verklaai-t, dat dit
niet alleen wenschelijk. maar behoorlijk is
tenzij men aanneemt, dat alleen kiezcrs
Staatsburgers zijn. Zijn vrouwen en per
sonen under den kiezerslcefLijd djan geen
Staatsburgers? Ieder volksgenoot is in ons
land levens Staalshurger. De vertegenwoor-
aiging word! altijd uitteraard door eendeel
der volksgenooten samengesteld en wie 'tot
dat deel beliooren, is geen vraag van recht
maar van Staatsbeleid en Staatskunst. Het
begrip, dat de .Minister aan woorden als
„SLaatsburger" toekent, werkt verwarrend
voop den ontwikkelde.
Men schermt veel met het woord „demo-
kratie", maar. zelfs indien wij leefden in een
demokratie, zou het bij ispreker de vraag
zijn, of kiesrechtuitbreiding in bet belang
dier demokratie kan zijn. Docli wij leven
buitendien in jeen constituiioneele monarchic,
en al heeft de volksvertegenwoordiging een
belangnjk deel in de Ilegeering, zij is niet
Staatsbewind.
Spreker betwijfelt zeeT, of door kiesrech Ls-
toeken'ning aan het minst ontwikkelde en
economiisch slechtste deel diea- natie de be-
lemmering der |rechtsvorming zou verdwijnen,
geiijk de Minister beweert. Integendeel zal
rechtsvorming in den hoek worden gedron-
gen door een bandeloos streven naar mate-
rieei voordeel, waaraan men 't Staatsgezag
wit dienslbaar maken.
De klezers hebben tot hun eenig moge-
lijke organ is a tie hun partij. Het pari^leven
nu is een bederf voor liet land, Wanncer men
niet, gelijk in Engeland, 2 groote partijen
heeft, maar verschillende kleine, walker op-
Ireden alleen kan strekken tot onderlinge
liaat en verbittering,- doeh niet tot verzoe-
ning en samenwerking, Kiesrechtuitbreiding
zal bet partij leven slechts aanwakkeren.
Spreker kan zich geen slechter samenstel-
ling dan met aigemeen kiesrech t denkan va'n
een college, waaraan men den naam vertegen-
woordiging geefl en waaraan men theoretisch
de verdere rechtsvormiiag zal to-everlrouwen.
Theoretisch want piractisch zal er aan
die rechtsvorming niet zooveel veranderen.
Docli zelfs deze laatste overweging mag spre
ker niet bewegen zijn stem te geven aan
een stelsel, waarvan hij den gronidslag niet
alleen onjuist, maar ook onzinnig acht.
Wat belreft bet vrouwenkiesrecht, bet ar
gument van ongescbiktheid der vrouw kan
njel diengn voor de ontzegging van het kies-
recht aan de vrouw. Zelfs zal de minst ge-
ischikte vrouw altijd nog beter zijn dan de
minst geschikte man. (Gelach). Maar men
kan der vrouw liet kiesrecht niet geven, wijl
zij een hooger zedelijke taak heeft te ver-
vullen.
Nopens bet passief vrouwenkiesrecht zou
ispreker gevoelen voor lichamen, door en uit
vrouwen gekozen, die het recht zouden heb
ben wetisvoorstellen aan de Kamer te doen
betreffende openbare zedelijklieid. gezond
heid e. d. Die voorsteilen- zouden dan op
dezelfide wijze hehandeid worden als die
van ledsn der Kamer en in de Kamer ver-
dedigd dioor
De heer Schaper: De Koningin! (Gelach)
De beer Van Idsinga: Door een der leden
van het lichaam. Op deze wijze zouden de
vrouwen meer ontvangen dan waarvoor ze
nu ten strijde gaan.
Aan 't ondenvijs-grondwetsartikel zal spre
ker zijn stem wel kunnen geven, mits men
van een richlige uitvoering er van verzekerd
zij, doch spi-eker wenscht niet te treden in
een compromis van kiesrecht eener- en on
derwijs anderzijds.
La si gar in diensi imulden van ingelijfden.
Ingediend is een wetsontwerp tot het lar
ger in didnst houden van ingelijfden bij die
Militia.
In de memorie van Loeiichling wijzen de
Ministers van Oorlog en Marine er op, dat
de dienstpl ich tigen, op wie dft wetsvoor-
stel betrekking heeft, hoofdzakelijk liehooren:
bij de bereden korpsen tot de lichtingen
1900, 1907 en 1908;-
bij de korpsen pantserfort-artillerie en
torpedisLen tot de lichtingen 1906, 1907,1908
en 1909;
hij de jzeernililie tot de lichtingen 1909, 1910
en 1911.
Indien de heerschende buitengewone om-
standiglieden na 31 December a.s. voortd.u-
ren, is bet, zoo zeggen de Ministers, noodig,
dat deze groepen van "dienstplichtigen langer
vim de militie deel tVlijven uitmaken.
Landweer.
Vender is ingediend een wetsontwerp tot
het langer in dienst houden van ddepst-
plichtigen bij de landweer. Dit wetsont
werp heeft betrekking op de dienstplichtigen
van de landweerlichtingen 1907, 1908, 1909
en 1910 (militielichtingen 1899, 1900, 1901 en
1902).
Om gelijke reden als die, welke tot de
wet van 29 Juli 1916 (Stbl. no. 3-19) hebben
geleid, achlen de Ministers het noodig, er
voorloopig niet toe over te gaan bovenge-
noemde dienstplichtigen bij de landweer te
ontslsan, als de heerschende buitengewone
omstandigheden na 31 December nog voort-
duren.
Landstorm.
Voorts is ingediend een wetsvoorstel tot
verlenging van den duur van den dienst-
tijd bij iden landstorm.
De personen, te wier aanzien nadere ver
lenging van den dienstplicht bij den land
storm wordt voorgesteid, zijn die landstorm-
plichtigen, die in het ioopende jaar het 4Qe
ievensjaar vollirengeji of hebben volbraeht.
Het zijn voornamelijk personen, die land-
islormplichtig zijn geworden krachtens de
wet van 11 Juni 1915 en in 1911 als dienst-
plichtige van de landweerliehting 1901 (mi-
litielichting 1896) uit den dienst zijn ontslagen.
Dunen de heerschende buitengewone om
standigheden einde -dit jaar nog voort, dan
is bet volgens de Ministers noodig, dat be-
doelde personen voorloopig tot den land
storm blijven hehooren.
DE ALGEMEENE TOESTAND.