I I II De krijgsto&rijven. ■;,i I If Landbouwberichten. po r •J 1 V !ilII It i r- V i ■r i Duitschers zich hebben gesteld: Verdun te veroveren.. Of zij dit doel al verwacht bad- den, spoediger te kunnen bereiken, of de Rijkskanselier gehoopt had in zijn redevoe- ring bij de begrooting in den Rijksdag den val van Verdun te kunnen mededeelen, zoo- als een Ilavas-tetegram uit Parijs verklaarde, is natuurlijk niet na te gaan. Zeker is het ■wet, dat de krachtige tegenjstand, dien zij ondervinden bij de uitvoering van bun plan, een tegenstand, die bet noodig maakt elken duimbreed groiids met bloed te betalen, de uitvoeringvan het plan uiterst moeilijk njaakt. En dat doel de vraag rijzen, of de irizet den prijs wel waard is, die daarvoor moot worden betaald, wat de Framsehen noemen: „esl-ce que le jeu vaut la chandelle?" Er moet een zeker gewicht geheclit war den aan het bezit van deze Maasvesting, waarom twee legers thans al maandenlang met onverminderde dapperheid strijden; deze vesting moet een belangrijke beteeke- nis .hebben, zoowel voor den verdediger, die alles opoffert om haar te behouden, als voor den aanvaller, die niets spaart om haar te verwerven. Ware dat miet bet gevalx dan zou het waarlijk onnoodig zijn, daarvoor zoo ontzet- tend veel menschenlevens op te offeren. De Duitsche generate staf scliijnt een ont- zettend groote beteekenis te hechten aan de vesting Verdun. Hij ziet daarin het schar- nier, het draaipunt van het Fransche front, en meent, zoo dit scharnier wordt vernie- tigd, dat het front zijn steunpunl verliest; krfn het Duitsche leger hier doorbreken, en de beide van elkaar gescheiden deelen van het front beletten zich weder te vereenigen, dan zou dit punt kunnen (worden beschouwd als een bres in de Fransche vesting, waar- door de Duitsche reserves Erankrijk zouden kunnen binnenrukken. Tegenover dit doel van den Duitschen generalen staf moet de Fransche opperbe- velhebber zich met alle beschikbare midde- len verzetten. Hij moet trachten Verdun te behouden, den tegenstand zoo krachtig te maken, dat van doorbreken der Fransche lime geen sprakle is, en in elk geval zorg dragen, dat. zoo de stelling van Verdun moet worden opgegeven, daarachter een nieuwe stelling is ingericht, waar tegen de slrijd opnieuw moet worden gevoerd. Het is in de krijgsgeschiedenis wel meer voorgekomen,- dat bij de belegering van een vesting een bres geschoten werd in de omwalling, doch dat de belegeraar "niet door die bres in de vesting kon binnendringen, wijl de belegerde partij achter den buiten- muur, toen deze dreigde le bezwijken onder het daarop gerichte artillerievuur, een nieu- wen muur had opgericht, die opnieuw moest worden onder vuur genomen, zoodat de be legering moest worden voortgezet, ondanks de geschoten bres. Zoo zou het ook kunnen gaan bij Ver dun; zoo gaat het op verschillende andere plaatsen aan het front. In het anderhalf jaar, dat de beide leger- machten in het Westen tegenover elkander liggen, is daar een ontzaggelijk net van versterkingen ingericht, die ten doel hebben een doorbraak, op eenig punt van het front onmogelijk te maken. Door een kunstig net- werk van loopgraven, schansen, artillerie- stellingen en hindernissen, waarin de ter- reinvoorwerpen, dorpen, hoogten, bosschen enz. zijn opgenomen, is aan beide fronten een ondoordringbare veslingreeks ontstaan, die, moge op eenig punt ook een gedeelte der voorste of tweede linie worden geno men, den aanvaller telkens weer voor nieu we moeilijkheden plaatst. Vandaar, dat ondanks de geweldige daartoe aangewende pogingen, tot nog toe een doorbraak ner- gens mogelijk bleek. De hevigste stoot, die kon worden toegebracht, met de grootst mogelijke artillerie-voorbereiding en den kraclitigslen, meest onversaagden infanterie- aanval, kon niet leiden tot een doorbraak, kon eenvoudig de vijandelijke linie over een zekeren afstand indrukken, maar telkens vond deze nieuwe versterkingen gereied om haar op le nemen en daarin den strijd voort te zetten. Dit veroorzaakte den vaak grilligen, gol- venden vorm dien de linies thans hebben verkregen; hier ging men wat vooruit, daar wat achteruit, maar een strategisch doel kon niet worden bereikt, en dbs ook het eind- doel van dien wanhopigen of hopeloozen? strijd niet naderbij worden gebracht. Waarschijnlijk zal het bij Verdun al niet anders gaan. Zou, wat nu nog niet te voorzien is, de vesting in Duitsche hahden vallen, dan is daarmede weinig anders bereikt, dan dat de linie eenigszins wordt verplaatst, maar een doorbraak is er al evenmin te verwach- ten als ergens anders. De aanvaller zal, slaagl hij erin, de ont- zettead sterke Fransche verschansingen te nemen, daarachter een nieuwe reeks ver sterkingen en linies aangelegd vinden, waar legen hij opnieuw den strijd moet opnemen. En zoo „ad infinitum1". Voorloopig is er echter, naar het scliijnt, niet veei leans, dat .Verdun zal vallen. Om de terreinvoorwerpen, in de lijn die de Duitsche legers nu hebben bereikt, duurf de strijd onafgebroken voort. Zoowel ten Oosten van de Maas als ten Westen moet iedere lioogte. ieder bosch, ieder dorp wor den genomen, bernomen en nog weer -eeirs genomen, voordat zij zeggen kunnen: „J'y sui^ j'y resle". Dat kon Mac Mahon zeg gen bij Malakof, in dezen oorlog zijn de toestanden zoo geheel anders geworden, wis- selen de bezitters en beziltingen zoo snel en zoo voorldurend, dat niemand kan be- weren, lioe het er morgen of overmorgen zal uitzien. 'De jongste berichten geven daarvoor op nieuw het bewijs. Terwijl de strijd nog voortduurl in het bosch van Avocourt, en de daarbij gelegen plaatsen, die voqj-loopig geen ander doel heeft dan de bezetting van Jiisnes, het dorp en het kasteel, met den weg, die tusschen de forten Rois Rourrus en de Marre naar Verdun loopt, is op den Ooste- lijken oever van de Maas. een Fransche vooruitgang te constateeren. Wel niet veel, maar toch genoeg om het verblijf der Duit schers in het dorp en het fort Douaumont zeer onaangenaam te maken. Het jongste Fransche bericht meldt, dat de Fransche linie nu 300 Meter ten Zuiden van dorp en fort loopt, en dat deze beide door de Duit schers bezelte punten voortdurend onder vuur kunnen worden igehouden. Op verschillende andere punten wordt nog gestreden met meer of minder succes. In bet geheele terrein, dat zich in een grooten halven cirkel van Avocourt over Malancourt, Bethincourt, Regneville, Champneuville, Douaumont, Damloup, tot bezuiden Blanzee en Chatillon uilstrekt, wordt het vuren van arliberie, van machinegeweren en geweren, het werpen van granaten, het gebruik van vlammende of verstikkende gassen, het ge- vecht van man tegen man, met bajonet of geweerkolf, onafgebroken voortgezet. Hoe kleiner en onbeteekenender de telegrammen worden, des te heviger woedt de strijd. Duizenden en duizenden menschenlevens worden aan beide zijden opgeofferd. En verbaasd 1 vraagt men zich afWaar- voo-r? Waarvoor? UIT DEN DUITSCHEN RIJKSDAG. Bij de tweede lezitig der begrooting werd door Von Payer (vooruitstr. partij) o.m. ge- zegd, dat de beslissing in die commissiie over den duikboot-oorlog verkregen, hem be- vredigt, de rede van den kanselier wekt be- vrediging in het land, en zal in het buiten- land zeker belangrijken indpuk maken. Daar- uit is de overtuiging der regeering te lezen, dat geen macht ter wereld in staat is ons te ontnemen, wat wij reeds veroverd heb ben. De medegedeelde oorlogsbedpelingen in het Oosten en Westen, waarbij de regee ring eenerzijds bezomienheid, anderzijds kracht loonde, zijn met de eischen der pro- gressisten in overeensleanming. Von Payer wees er vervolgens op, dat niet kan worden verwacht in te gaan op het voorstel van de soc.-dein. Arbeitsge- ineinschaft, volgens hetwelk de kanselier door het aanvatten van vredesonderliande- lingen een scliikking tusschen de volkeren moet trachten tot stand te brengen. Zoo- lang bij de tegenstandefs de geneigdheid hiertoe ontbreekt, bhjft er niets anders over dan ze door militaire middelen daartoe te dwingen. (Levendige bewijzen van instem- ming.) De neutralen liggen niet op rozen; hun offers en martelaarschap zullen een 'afzonderlijk blad der geschiedenis vullen. De druk op Nederland kwam in een sta- dium, dat niet Nederland alleen meer be- treft. Nederland zag zich gedwongen zijn kust te beschermen, niet tegen de oentrale mpgendheden, maar tegen de Entente. Ne derland is door het tragisch lot van Grie- kenland gewaarschuwd. Wij moeten hier uiten, dat wij ,ons niet alleen aan Neder land stamverwant gevoelen, maar buiten- gewoon levendig gevoelen dat Nederland niet voor zich alleen. maar werkelijk ook voor ons lijdt: (Levendige bewijzen van instem- ming.) Het optreden tegen Nederland heeft ten doel het Duitsche volk die keel dicht te knijpen. (Instemming.) Ik heb diepen eerbied voor de sterke kracht van het Ne- derlandsche volk, (dat trouw aan zijn geschie denis, staat voor zijn zelfstandiglieid en zijn vrijheid. (Levendige toejuichingen.) De poiitieke invloed van Amerika op de wereld steeg met den oorlogsduur. Zijn groei laadt de zwaarste verantwoordel-ijk- heid op de Eui-opeesche slaten, die den oor log veroorzaakten. Wij moeten recht hebben op leven en worden geeerbiedigd. Wij voe- Len ons met Amerika door banden des bloeds verbonden en hopen dat het Amerikaansche volk rechtvaardig jegens ons zal zijn. Ame rika kan thans de wereld misschien den meest belangrijken dienst bewijzen, door de vlammen van den u^-eldoorlogbinnen de perken te houden. De conservatief graaf Westarp zegt: De voornaamste taak is Engeland te dwingen zijn vernietigingsplan op te geven. Wij wil- len vrouwen en kinderen niet laten uithon- geren, onze poiitieke en militaire ruggegraat laten breken. Engeland gaat, wat de belan- gen der neutralen betreft, over tot de orde van den dag. Flet oordeel van het Duitsche volk over Wilson's opvalling van neutrali- teit, waardoor de vijanden met ^eld en mu- nitie worden gesteund en de oorlog maan- den wordt verlengd, staat vast. Even vast is echter het Duitsche volk besloten on- rechtmatige eischen van Amerika ter zijde te schuiven. Wij eerbiedigen natuurlijk de rechtmalige belangen der neutralen, deze echter moeten ornzen plicht en ons recht er- kennen door krachtige toepassing van alle machtsmiddelen oris bestaan tegen Engeland te verdedigeri, ten einde den oorlog ten spoe- digste te beeindigen. (Levendige toejuichin gen.) Wij keuren de oorlogsbedoelingen van den kanselier goed. Alleen wat Belgie be treft zijn reeele waarborgen, dat Belgie niet weer een bol_werk der vijanden wordt, niet te verkrijgen door verdragen, maar daar- d oo r, dat w ij dit met bloed ver- overde land vast in onze handen b e houde n. De Irouwe w a pen broede rs ch ap tusschen ons en Ooslenrijk-Hongarije waarborgt een Oplossing van de Poolsche quaestie en toe- komstige poiitieke en economische samen- werking. (Toej ui chingen. Het lid der Duitsche fractie Werner (Giessen) merkt op: De sviccessen der Zep pelins openen het vooruitzicht, dat Enge land lamgeslagen lot den vrede hereid zal zijn. De \Tede moet eervol en duurzaam zijn. Wij verlangen vermeerdering van het terrein voor den landbouw en een politick van inwendige kolonisatie. Haase, soc.-dem. Arbeitsgemeinschaft: Wij komen uitdrukkelijk op tegen de verdee- ling van Polen. De Batten, Lithauwers en Letten wilden voor 'den oorlog geen aan- sluiting aan Duitschland. Het jegens Bel gie begane onrecht moet weder worden goedgemaakt door zijn herstel als staat. (Be- weging.) In 1913 verklaarde Von Jagow, dal Duitschland zou vasthouden aan de Belgische neutraliteit. Des te verrassender was de mededeeling van den kanselier van 4 Augustus 1914, dat de Duitsche troepen wellicht de grens van Belgie hadden over- schreden. Staatssecrelaris Von Jagow: Haase warmt weer oude Belgische histories op. Toen ik toentertijd de verklaring aflegde omtrent Belgie's neutraliteit, moest ik het als een neutraal land beschouwen. De kanselier kon op 4 Augustus 1914 niet weten, dat Belgie reeds innerlijk een positie had ingenomen. Later is bewezen, dat de schuld aan de zijde van Belgie lag. De uitwerking van uillalin- gen als van Haase in het buitenland blijkt uit een artikel in het tijdschrift „Oeuvre", waarin wordt gezegd, dat de laatste zitting van den Rijksidag gelijkstaat met een zege- praal van onze wapenen. Indien in Frank- rijk een afgevaardigde slechts een kwart had gezegd, van wat Haase beweert, zouden zijn collega's hem zeker gesteenigd hebben. (Hoort! Hoort!) Scheidemann, soc.-dem.Over de bevrij- dhig van het Tsarisme van het geluiechte Polen zou de geheele beschaafde mensch- heid zich verheugen. Indien het aan de Wa- mingen mogelijk wordt gemaakt, op den grondslag huimer taal een eigen culluur op te bouwen, vraag ik: Is dat overweldiging? Wij weten, dal de kanselier principieel be- reid is tol vredesonderhandelingen. De te- genstanders echter willen niet. Wij stem- den om goecLe redenen voor de duikboolen- verklaring. Het geld werd toch voor de duikbooten uitgegeven om ze te gebruiken, opdat niet onz.e vrouwen en kinderen aan den hongerdood worden prijsgegeven. De eerbiediging van de rechlen der neufralen komt in de verklaring tot uiting; dat was voor ons beslissend. Het voorstel van de sociaal-democratische Arbeitsgemeinschaft is voor ons onaannemelijk, omdat dit ook vij andelijke bewapende handelsschepen wil ver- schoonen en omdat het geen woord hevat over Duitschlands integriteit, zClfstandigheid en vrijheid van ontwikkeling. De eisch van de Franschen, dat wij voor het begin van vredasonderhandelingen Bel gie en Frankrijk moeten ontruimen, is een onmogelijke eisch. Wie hoorde bij ons ooit iets van haal jegens Frankrijk? De kanse lier erkende gisteren den opofferingsgezin- den moed der Franschen. Dit sclioone wobrd klinkt anders dan de redevoeringen van Asquitlr en Briand. (Levendige toejuichin gen. Handgeklap.) Het voorstel tot sluiting der debatten wordt aangenomen. Naar aan de „N. II. Crt." uit Londen ge- seind wordt, heeft .daar zeer de aandacht getrokken de rede door Von Payer in den Rijksdag gehouden, vooral zijne uitlating, dal de pressie welke op Nederland geoefend wordt een punt heeft bereikt, waarop zij niet langer een zaalt is die alleen Nederland aangaat. De „Daily Mail" wijdt een hoofdartikel aan deze zaak. Het blad berinnerl aan de personen uit het sprookje, die tranen ver- goten over het treurig tot van de oesters, die zij dadelijk zouden gaan opeten. Zijn het zoo vraagt het blad dergelijke tra nen geweest, die de Rijksdag gisteren heeft vergoten over liet droevig lot dat Nederland bedreigt in verband met (absoluut denk- beeldige) booze oogmerken van Britschen kanl? Wat zijn de Duitschers engelachtige lui! Het was op precies dezclfde manier dat de Duitschers hun liefderijke pogingen begonnen om de Belgen te beschermen. Zij verklaarden den Men Augustus 1911, dat zij betrouwbare inlichtingen hadden, ten effecte „dat Fransche troepen voornemens waren door Belgisch gebied tegen Duitschland op te trekken." Daar werd van Duitschen kant aan toegevoegd: „De Duitsche regeering moet wel vreezen, dat Belgie ten spijl van zijn volkomen goeden wil, niet in staat zal zijn, om zonder hulp een aanzienlijke Fransche invasie te keeren", weshalve DuitschlaJid zoo hartelijk was Belgie binnen te rukken en „zijn goede gezindheid" bewees door Vise te verbranden en het Belgische volk af te maken. Terwijl deze daden van altrulsme bedreven werden, zeide de Duitsche gfezant" te Londen den 4den Augustus aan Grey, dat de inval in Belgie niets te beteekenen had) omdat „wij plechtiglijk ons woord hebben verpand aan Nederland, om- zijn neulrali- teil te respecteerem Het is duidelijk, dat wij niet met voordeel Belgisch gebied kunnen annexeeren zonder tegelijkertijd tot gebieds- uitbreiditig ten koste van Necjerland over te gaan." Het is meent de „Daily Mail" een betoon van wel wi 1 lend heldvan de bo- vengenoemde soort, dat wij thans waarne men. AVant het is volkomen waar, dat Bel gie zonder een "groot gedeelte van Nederland waardeloois is voor Duitschland. En naar de Duitsche regeeriug ver- klaard heeft is het eveneens waar, dat de Keizer besloten heeft Belgie te annexee- ren, indien hij dat kan. Er zijn twee Neder- landsche provincies die onontbeerlijk1 zijn voor Duitschland indien het besloten lieeft Belgie te stelen, n.l. Limburg en Zeeland. Wij ontleenen aan de „N. R. Crt." de vol- gende telegrammen: BIJ VERDUN. PARHS, 9 April. (Havas.) De nieuwe tak- tiek van de Duitschers om beurtelings hun aanvallen ten Oosten en Westen ..van de Maas te herhalen bevestigt het falen van hun vorige inspanning. Den 7en hervatten zij 's nachts hun pogi.ng van den vorigen avond om uit Haucourt te komen. Zij nes- telden zich in twee kleine vooruitgeschoven werken ten Zuiden van dat gehucht, een heel klein plaatselijk voordeel zonder bedreiging voor de Fransche linie. Ten Oos ten van de Maas werden zij opnieuw door ons vuur gestuit. Zij lieten er vele lijken achter. De Franschen gingen in den loop van den dag voort, in aanvallen met hand- granaten loopgraven ten Zuid-Oosten van Bethincourt te hernemen, waar de Duit schers in den nacht van den 6en 300 M. (loopgraaf hadden veroverd?). Het bom- bardement op het Fransche front was te Bethincourt, Mort. Homme en Camieres lie- vig, maar verzwakte ten Oosten van de Maas, waar dd Franschen een overrompe- .ling met handgranaten, gericht tegen den Noordelijken schans op de hoogte van Vaux, tot staan brachten. Een dergelijke aanval werd in Champagne beproefd, maar met even weinig succes. Deze reeks van kleine gevechten toont aan, dat de aanval der Duitschers versnippert, hoewel dat hun ge- voelige verliezen kost, en de volharding van de verdedigers van Verdun niet kan ver- slappen. KEULEN, 9 April. (Part.) Volgens de „Koln. Ztg." aneldt de „Echo de Paris", dat de Fransche troepen zich te Bdthincourt in een gevaarlijken toestand bevinden en dat ontruiming van de plaats overwogen wordt. UIT BELGIE. BRUSSEL, 9 April. (Wolff.) In den avond van den 6en dezer heeft de Duitsche mili taire politie op den straatweg bij Suchem- Moll, in hel Noorden van de provincie Bra bant, twee jongelieden aangehouderi, die bij het verhoor al spoedig bekenden, dat ze over Nederland naar het leger van den vij- and wilden gaan. Beide jongelieden zijn scholieren van het instituul St. Louis, de eerste geestelijke opleidings-inrichting van Brussel, met welke kardinaal Mercier leven dige persoonlijke betrekkingen onderhoudt en waar hij intrek neeml, wanneer hij Brus sel bezoekt. De jongelieden deelden mede,, dat hun leeraren er op aangedrongen had den, dal zij niet langer op de schoolbanken zouden blijven zitten maar naar het leger gaan. De leeraren gaven hun bovendien geld en vervalschte legitimalie-papieren om over de grens te vluchten en maakten hen met het wachtwoord bekend voor den gids, die hen over de grens zou brengen. Valsclic legitimatie-papieren en belangrijke sommen gelds zijn Lnderdaad op beide jongeliedien gevonden en in beslag genomen. In verband met hun aanhouding, zijn bovendien de lee- raar Trugens en de direcleui- Cocheleux van de St. Louis-school in hechtenis genoapen wegens het verleenen van liulp bij oorlogs- verraad (toevoeging van manschappen aan den vijand). TER NEUZEN, 10 April 1916. Het weerbericht van het meteorolo- gisch instituut te De Bildt van beden iuidt als volgt Ooogste barometerstand 767.5 Vlissingen. Laag8te barometerstand 748.7 Wisby. Verwachting tot den avoDd van 11 April zwakke tot matige Noordelgke tot Weste- lgke wind, half bewolkt, weinig of geen regen, zelfde temperatuur. De jaartlag van Koning Albert van Belgie werd alhier jl. Zaterdag herdacht in de R.-K. kerk door een plechtige H. Mis, opge- dragen door den WelEerw. heer Van Hoof, kapelaan, met assistentie van Z.Eerw. heer Bogers, pastoor en den Z.Eerw. pater Prosper, van hot klooster te Sluiskil, terwijl door het koor een Te Deum werd gezongen. Als vertegenwoordiger van Koning Albert had de heer Van Cantfort, Belgisch consul, plaats genomen in het priesterkoor. De dienst werd door vele in Zeeuwsch-Vlaan- deren vertoevende Belgen en ook ingezetenen bijgewoond. Tot slot werd als solo gezongen De Brabanfonne en De Vlaamsche Leeuw. Bene feestelijke herdenking had des namiddags plaats in de bovenzaal van het h Hotel der Nederlanden", alwaar het Belgisch Komiteit „Steunt Elkander" een muzikaal feest had ingericht. Op het toonehl was het portret van den Belgischen Koning en een toepasselijke vlaggendecoratie aangebracht. De bjeenkomst werd o. m. bijgewoond door den heer Van Oantfort, consul van Belgie en den heer Jones, consul van Enge land, beneveus vele Belgen in de omgeving vertoevende, waaronder een aantal gewezen soldaten, die, na aan bet front gestreden te hebben, uit den dienst ontslagen zijn, De voorzitter der vereeniging, de heer De Pillecyn, opende de feesteljjke bijeen- komst met een woord van dank voor de betoonde belangstelling. Hij herdacht het heuglijke feest, dat men vierde, een feest ter eere van Koning Albert, op wien de blikken van alle Belgen zijn gericht. Hij hoopt, dat God hem beware in'de gevaren die hem omringen en hem steeds aan de spits zijeer heldhaftige troepen houde. Alle Belgen sluiten zich aan, in den wensch, dat de Koning Weldra zegevierendaan't hoofd zijner troepeD, zijn geliefde hoofdstad zal mogen binnentreden. Ujj herdacht de geliefde Koningin Elisa beth en ook de soldaten aan den Yser, op wie ieder Ser is en bracht eveneens hulde aan de gereformeerde soldaten, die reeds hun leven hebben ten pand gesteld voor de goede zaak. Spreker eindigde zijne enthousiaste rede, die meermalen met toejuichingen onder- broken werd, met den kreet Leve ODze dierbare Koning Leve ons dapper leger Leve ons geliefd Vaaerland (Aanhoudende bravo's De heer Van Cantfort nam hierna het woord om alien dank te zeggen, die hebben medegewerkt, om deze feestelijke herdenking van den jaardag van Koning Albert moge lijk te maken, en dankte voor de hulde, den Koning gebracht. Hij decide mede, dat het volgend tele gram aan den Koning is gezonden//De Belgen in dit ressort, op dezen plechtigen dag, in feestelijke bijeenkomst vereenigd, verzoeken mij de tolk te zijn om Uwe Majesteit hunne vurigste gelukwenschen aan te bieden. Zij zijn er trotsch op, de gevoelens hunner innigste verkleefdheid te kunnen aanbieden aan hun dapperen en helderzienden Yorst, die de lotsbestemming van hun geliefd vaderlaud geleidt." Verder bracht hij hulde aan de dappere landszonen, die onder het vaandel van den Koning strijden, en de hier tegenwoordigen, die hunnen plicht reeds hebben vervuld, die begiftigd zijn met het onderscheidings- teeken, //soldat hors combat." Ook hjj uitte de beste wensc'nen voor de toekomst van het vaderland, die alien met vertroawen mogen tegemoet zien. Na deze algemeen toegejuichte rede werd aangevangen met de uitvoering van een feestprogramma, waaraan hunne medewer- king verleenden mej. Immers uit Vlissingen, die verschillende liederen zong en daarbij blijk gaf over een krachtige, welluidende stem te beschikken, voorts de heeren G. en L. Cor nells, uit Vlissingen, die verschillende liede ren zongen, de bekende heer De Saey, in Zeeuwsch-Vlaanderen vertoevende en zich reeds verschillende malen als een goed zanger deed kennen. De zang werd bege- leid op de piano door de heeren Deway uit Vlissingen en de heer J. Bierle te Ter Neuzen, die ook eenige nummers voor piano uitvoerde. Alle nummers vonden toejuichingen, en vooral de nationale zangen verwekten stjj- gende geestdrift bij de hezoekers. Tot slot werd nog een woord van dank gesproken door den heer De Pillecyn, die ook herdacht de volkeren die strjjden voor de vrijheid van Belgie, terwjjl hij ten slotte dank bracht aan Koningin Wilhelmina en het Nederlandsche volk, voor de gastvrij- heid aan de Belgen verleend, die hier hun tweede vaderland vonden, vooral ook voor de wijze waarop de behoeftige bevolking ran het ongelukkige land hier is ontvangen en gesteund. Een besclsrijving van draaibruggen. In de Ingenieur van j.l. Zaterdag heeft de buitengew. opzichter van den R. W,, W. P. H. Lommertzen (tijdens den bouw der nieuwe sluis alhier) bij eenpaar afbeeldingen een artikel gepubliceerd over een opzet- inrichting voor draaibruggen. Die opzet- inrickting was door den scbr. ontworpen voor een der bruggen van het kanaal GentTer Neuzen. Het rootle licht. Gisterenavond stopte de laatste trein van Roosendaal naar Vlissingen plotseling onder Rilland-Bath. Eerst werd gedacht aan het trekken aan de noodrem, maar bij onderzoek bleek, dat de machinist een roode lantaarn van een schildwacht had aangezien voor een onveilig signaal. PHILIPPINE. De heer W. de la Ruelle, onderwjjzer aan de openbare school alhier, is in gelijke betrekking benoemd te Haps (prov. Noord- Brabant). Aan de op 9 April jl., bij den heer Aug. Mussche alhier gehouden prijskamp op het biljart, namen 38 spelers deel. De le prijs, zijnde 14,—, werd ge- wonnen door F. Cortvrienat te Spni en Pr. Pluim te Westdorpe 26^53, 10, door A. Ploegaert te Philippine en Alph. de Betuwe te IJzendijke; 3e prjjs 8, door Lev. v. d. Velde te Sas van Gent en Johs. de Mul te Philippine4e prijs, 6,door E. de Boever te IJzendjjke en Gilson te Sas van Gent. De extra-prjjs, zijnde 1 kistje puike sigaren, werd gewonnen door Alph. de Betuwe te IJzendijke, die de hoogste serie, zijnde 19 carambols, maakte. STOPPELDIJK. Toen de 60jarige arbeider van den land- bouwer A. de Sch. op het land een paard voor de egge wilde afspannen, trok het dier onverwachts aan, waardoor de egge hem zoo'n slag tegen het been gaf, dat dit lichaamsdeel werd gebroken. Als eene bijzonderheid kan wel gemeld worden, dat op denzelfden dag, dat het ongeluk voorviel, bij den agent de poiis aankwam, waarbij de knecht tegen onge- vallen was verzekerd. WESTDORPE. Jn de op 11. Donderdag gehouden raads- vergadering werden verschillende stukken, waaronder een verzoek van het gemeente- besluur van Nieuw Leuzen om adhaesie be- tuiging aan een tot Hare Majesteit de Koningin gericht adres om wijziging der wet tot regeling van het lager onderwijs, voor kennisgeving aangenomen. De missive van Heeren Gedeputeerde Staten betreffende het verleenen van bij- dragen voor een verbindingsweg tusschen de beide deelen van Zeeuwsch-Vlaanderen werd tot de volgende vergadering aange- houden. Besloten werd voor de waarneming eener vacature aan het gezamenlijk onderwijzend personeel een gratificatie toe te kennen van 86,24. De verordening tot regeling van het openbaar lager onderwijs werd herzien. Onder andere is thans als leeftijd tot toe- lating bepaald 5 jaar en 6 maanden en de jaarlijksche tijd van toelating bepaald op 1 Mei. De heeren F. van Acker en A. C. Pujj- laert werden 1 met ingang 1 Mei a.s. met algemeene stemmen herbenoemd tot leden van het bargerlijk armbestuur. Vastgesteld werd het kohier van honden- belasting 1916. Besloten werd het maximum bedrag van den te beffen hoofdelijken omslag van 3500 te brengen op 4000. De begrootingen 1915 en 1916 werden nader gewijzigd. Tot leden van het stembureau bij de aanstaaude periodieke verkiezing van leden der Provinciale Staten werden benoemd de heeren A. de Beleir en B. van Waes en tot 4de lid de heer B. R. Plasschaert. In geheime zitting werd behandeld het kohier van hoofdelijken omslag voor 1916. Nader' zal getracht worden over het kanaal GentTer Neuzen onder deze ge- meente nog een veer te verkrijgen. De vergadering werd daarna gesloten. Eervol ontslag verleend. Bjj beschikking van den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel, is aan den heer Tj. B. E. Kielstra eervol onstag verleend als assistent bij den dienst der Rijkszuivel- consulenten. Gebrek aan Chili-salpeter. (Officieel). In verband met de vele schrif- telijk en persoonlijk tot hem gerichte vragen, deelt de Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel aan degenen, die behoefte hebben aan beschikbaarstelling van chilisalpeter, het volgende mede Op 21 Maart j.l. passeerde de „Lodewijk van Nassau", van de Koninklijke West-In- I hi l 1 jit I 1 2 e l '4 J L Is jit I j 1 ft i II i i

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1916 | | pagina 2