I
I
II
De krijgsto&rijven.
■;,i
I If
Landbouwberichten.
po
r
•J
1
V !ilII It i
r-
V i
■r i
Duitschers zich hebben gesteld: Verdun te
veroveren.. Of zij dit doel al verwacht bad-
den, spoediger te kunnen bereiken, of de
Rijkskanselier gehoopt had in zijn redevoe-
ring bij de begrooting in den Rijksdag den
val van Verdun te kunnen mededeelen, zoo-
als een Ilavas-tetegram uit Parijs verklaarde,
is natuurlijk niet na te gaan. Zeker is het
■wet, dat de krachtige tegenjstand, dien zij
ondervinden bij de uitvoering van bun plan,
een tegenstand, die bet noodig maakt elken
duimbreed groiids met bloed te betalen, de
uitvoeringvan het plan uiterst moeilijk
njaakt.
En dat doel de vraag rijzen, of de irizet
den prijs wel waard is, die daarvoor moot
worden betaald, wat de Framsehen noemen:
„esl-ce que le jeu vaut la chandelle?"
Er moet een zeker gewicht geheclit war
den aan het bezit van deze Maasvesting,
waarom twee legers thans al maandenlang
met onverminderde dapperheid strijden;
deze vesting moet een belangrijke beteeke-
nis .hebben, zoowel voor den verdediger,
die alles opoffert om haar te behouden, als
voor den aanvaller, die niets spaart om
haar te verwerven.
Ware dat miet bet gevalx dan zou het
waarlijk onnoodig zijn, daarvoor zoo ontzet-
tend veel menschenlevens op te offeren.
De Duitsche generate staf scliijnt een ont-
zettend groote beteekenis te hechten aan de
vesting Verdun. Hij ziet daarin het schar-
nier, het draaipunt van het Fransche front,
en meent, zoo dit scharnier wordt vernie-
tigd, dat het front zijn steunpunl verliest;
krfn het Duitsche leger hier doorbreken, en
de beide van elkaar gescheiden deelen van
het front beletten zich weder te vereenigen,
dan zou dit punt kunnen (worden beschouwd
als een bres in de Fransche vesting, waar-
door de Duitsche reserves Erankrijk zouden
kunnen binnenrukken.
Tegenover dit doel van den Duitschen
generalen staf moet de Fransche opperbe-
velhebber zich met alle beschikbare midde-
len verzetten. Hij moet trachten Verdun te
behouden, den tegenstand zoo krachtig te
maken, dat van doorbreken der Fransche
lime geen sprakle is, en in elk geval zorg
dragen, dat. zoo de stelling van Verdun
moet worden opgegeven, daarachter een
nieuwe stelling is ingericht, waar tegen de
slrijd opnieuw moet worden gevoerd.
Het is in de krijgsgeschiedenis wel meer
voorgekomen,- dat bij de belegering van een
vesting een bres geschoten werd in de
omwalling, doch dat de belegeraar "niet door
die bres in de vesting kon binnendringen,
wijl de belegerde partij achter den buiten-
muur, toen deze dreigde le bezwijken onder
het daarop gerichte artillerievuur, een nieu-
wen muur had opgericht, die opnieuw moest
worden onder vuur genomen, zoodat de be
legering moest worden voortgezet, ondanks
de geschoten bres.
Zoo zou het ook kunnen gaan bij Ver
dun; zoo gaat het op verschillende andere
plaatsen aan het front.
In het anderhalf jaar, dat de beide leger-
machten in het Westen tegenover elkander
liggen, is daar een ontzaggelijk net van
versterkingen ingericht, die ten doel hebben
een doorbraak, op eenig punt van het front
onmogelijk te maken. Door een kunstig net-
werk van loopgraven, schansen, artillerie-
stellingen en hindernissen, waarin de ter-
reinvoorwerpen, dorpen, hoogten, bosschen
enz. zijn opgenomen, is aan beide fronten
een ondoordringbare veslingreeks ontstaan,
die, moge op eenig punt ook een gedeelte
der voorste of tweede linie worden geno
men, den aanvaller telkens weer voor nieu
we moeilijkheden plaatst. Vandaar, dat
ondanks de geweldige daartoe aangewende
pogingen, tot nog toe een doorbraak ner-
gens mogelijk bleek. De hevigste stoot, die
kon worden toegebracht, met de grootst
mogelijke artillerie-voorbereiding en den
kraclitigslen, meest onversaagden infanterie-
aanval, kon niet leiden tot een doorbraak,
kon eenvoudig de vijandelijke linie over een
zekeren afstand indrukken, maar telkens
vond deze nieuwe versterkingen gereied om
haar op le nemen en daarin den strijd voort
te zetten.
Dit veroorzaakte den vaak grilligen, gol-
venden vorm dien de linies thans hebben
verkregen; hier ging men wat vooruit, daar
wat achteruit, maar een strategisch doel kon
niet worden bereikt, en dbs ook het eind-
doel van dien wanhopigen of hopeloozen?
strijd niet naderbij worden gebracht.
Waarschijnlijk zal het bij Verdun al niet
anders gaan.
Zou, wat nu nog niet te voorzien is, de
vesting in Duitsche hahden vallen, dan is
daarmede weinig anders bereikt, dan dat
de linie eenigszins wordt verplaatst, maar
een doorbraak is er al evenmin te verwach-
ten als ergens anders.
De aanvaller zal, slaagl hij erin, de ont-
zettead sterke Fransche verschansingen te
nemen, daarachter een nieuwe reeks ver
sterkingen en linies aangelegd vinden, waar
legen hij opnieuw den strijd moet opnemen.
En zoo „ad infinitum1".
Voorloopig is er echter, naar het scliijnt,
niet veei leans, dat .Verdun zal vallen.
Om de terreinvoorwerpen, in de lijn die
de Duitsche legers nu hebben bereikt, duurf
de strijd onafgebroken voort. Zoowel ten
Oosten van de Maas als ten Westen moet
iedere lioogte. ieder bosch, ieder dorp wor
den genomen, bernomen en nog weer -eeirs
genomen, voordat zij zeggen kunnen: „J'y
sui^ j'y resle". Dat kon Mac Mahon zeg
gen bij Malakof, in dezen oorlog zijn de
toestanden zoo geheel anders geworden, wis-
selen de bezitters en beziltingen zoo snel
en zoo voorldurend, dat niemand kan be-
weren, lioe het er morgen of overmorgen
zal uitzien.
'De jongste berichten geven daarvoor op
nieuw het bewijs. Terwijl de strijd nog
voortduurl in het bosch van Avocourt, en
de daarbij gelegen plaatsen, die voqj-loopig
geen ander doel heeft dan de bezetting van
Jiisnes, het dorp en het kasteel, met den weg,
die tusschen de forten Rois Rourrus en de
Marre naar Verdun loopt, is op den Ooste-
lijken oever van de Maas. een Fransche
vooruitgang te constateeren. Wel niet veel,
maar toch genoeg om het verblijf der Duit
schers in het dorp en het fort Douaumont
zeer onaangenaam te maken. Het jongste
Fransche bericht meldt, dat de Fransche
linie nu 300 Meter ten Zuiden van dorp en
fort loopt, en dat deze beide door de Duit
schers bezelte punten voortdurend onder
vuur kunnen worden igehouden.
Op verschillende andere punten wordt nog
gestreden met meer of minder succes. In
bet geheele terrein, dat zich in een grooten
halven cirkel van Avocourt over Malancourt,
Bethincourt, Regneville, Champneuville,
Douaumont, Damloup, tot bezuiden Blanzee
en Chatillon uilstrekt, wordt het vuren van
arliberie, van machinegeweren en geweren,
het werpen van granaten, het gebruik van
vlammende of verstikkende gassen, het ge-
vecht van man tegen man, met bajonet of
geweerkolf, onafgebroken voortgezet. Hoe
kleiner en onbeteekenender de telegrammen
worden, des te heviger woedt de strijd.
Duizenden en duizenden menschenlevens
worden aan beide zijden opgeofferd.
En verbaasd 1 vraagt men zich afWaar-
voo-r? Waarvoor?
UIT DEN DUITSCHEN RIJKSDAG.
Bij de tweede lezitig der begrooting werd
door Von Payer (vooruitstr. partij) o.m. ge-
zegd, dat de beslissing in die commissiie
over den duikboot-oorlog verkregen, hem be-
vredigt, de rede van den kanselier wekt be-
vrediging in het land, en zal in het buiten-
land zeker belangrijken indpuk maken. Daar-
uit is de overtuiging der regeering te lezen,
dat geen macht ter wereld in staat is ons
te ontnemen, wat wij reeds veroverd heb
ben. De medegedeelde oorlogsbedpelingen
in het Oosten en Westen, waarbij de regee
ring eenerzijds bezomienheid, anderzijds
kracht loonde, zijn met de eischen der pro-
gressisten in overeensleanming.
Von Payer wees er vervolgens op, dat
niet kan worden verwacht in te gaan op
het voorstel van de soc.-dein. Arbeitsge-
ineinschaft, volgens hetwelk de kanselier
door het aanvatten van vredesonderliande-
lingen een scliikking tusschen de volkeren
moet trachten tot stand te brengen. Zoo-
lang bij de tegenstandefs de geneigdheid
hiertoe ontbreekt, bhjft er niets anders over
dan ze door militaire middelen daartoe te
dwingen. (Levendige bewijzen van instem-
ming.) De neutralen liggen niet op rozen;
hun offers en martelaarschap zullen een
'afzonderlijk blad der geschiedenis vullen.
De druk op Nederland kwam in een sta-
dium, dat niet Nederland alleen meer be-
treft. Nederland zag zich gedwongen zijn
kust te beschermen, niet tegen de oentrale
mpgendheden, maar tegen de Entente. Ne
derland is door het tragisch lot van Grie-
kenland gewaarschuwd. Wij moeten hier
uiten, dat wij ,ons niet alleen aan Neder
land stamverwant gevoelen, maar buiten-
gewoon levendig gevoelen dat Nederland niet
voor zich alleen. maar werkelijk ook voor
ons lijdt: (Levendige bewijzen van instem-
ming.) Het optreden tegen Nederland heeft
ten doel het Duitsche volk die keel dicht
te knijpen. (Instemming.) Ik heb diepen
eerbied voor de sterke kracht van het Ne-
derlandsche volk, (dat trouw aan zijn geschie
denis, staat voor zijn zelfstandiglieid en zijn
vrijheid. (Levendige toejuichingen.)
De poiitieke invloed van Amerika op de
wereld steeg met den oorlogsduur. Zijn
groei laadt de zwaarste verantwoordel-ijk-
heid op de Eui-opeesche slaten, die den oor
log veroorzaakten. Wij moeten recht hebben
op leven en worden geeerbiedigd. Wij voe-
Len ons met Amerika door banden des bloeds
verbonden en hopen dat het Amerikaansche
volk rechtvaardig jegens ons zal zijn. Ame
rika kan thans de wereld misschien den
meest belangrijken dienst bewijzen, door de
vlammen van den u^-eldoorlogbinnen de
perken te houden.
De conservatief graaf Westarp zegt: De
voornaamste taak is Engeland te dwingen
zijn vernietigingsplan op te geven. Wij wil-
len vrouwen en kinderen niet laten uithon-
geren, onze poiitieke en militaire ruggegraat
laten breken. Engeland gaat, wat de belan-
gen der neutralen betreft, over tot de orde
van den dag. Flet oordeel van het Duitsche
volk over Wilson's opvalling van neutrali-
teit, waardoor de vijanden met ^eld en mu-
nitie worden gesteund en de oorlog maan-
den wordt verlengd, staat vast. Even vast
is echter het Duitsche volk besloten on-
rechtmatige eischen van Amerika ter zijde
te schuiven. Wij eerbiedigen natuurlijk de
rechtmalige belangen der neutralen, deze
echter moeten ornzen plicht en ons recht er-
kennen door krachtige toepassing van alle
machtsmiddelen oris bestaan tegen Engeland
te verdedigeri, ten einde den oorlog ten spoe-
digste te beeindigen. (Levendige toejuichin
gen.) Wij keuren de oorlogsbedoelingen van
den kanselier goed. Alleen wat Belgie be
treft zijn reeele waarborgen, dat Belgie niet
weer een bol_werk der vijanden wordt, niet
te verkrijgen door verdragen, maar daar-
d oo r, dat w ij dit met bloed ver-
overde land vast in onze handen
b e houde n.
De Irouwe w a pen broede rs ch ap tusschen
ons en Ooslenrijk-Hongarije waarborgt een
Oplossing van de Poolsche quaestie en toe-
komstige poiitieke en economische samen-
werking. (Toej ui chingen.
Het lid der Duitsche fractie Werner
(Giessen) merkt op: De sviccessen der Zep
pelins openen het vooruitzicht, dat Enge
land lamgeslagen lot den vrede hereid zal
zijn. De \Tede moet eervol en duurzaam
zijn. Wij verlangen vermeerdering van het
terrein voor den landbouw en een politick
van inwendige kolonisatie.
Haase, soc.-dem. Arbeitsgemeinschaft: Wij
komen uitdrukkelijk op tegen de verdee-
ling van Polen. De Batten, Lithauwers en
Letten wilden voor 'den oorlog geen aan-
sluiting aan Duitschland. Het jegens Bel
gie begane onrecht moet weder worden
goedgemaakt door zijn herstel als staat. (Be-
weging.) In 1913 verklaarde Von Jagow,
dal Duitschland zou vasthouden aan de
Belgische neutraliteit. Des te verrassender
was de mededeeling van den kanselier van
4 Augustus 1914, dat de Duitsche troepen
wellicht de grens van Belgie hadden over-
schreden.
Staatssecrelaris Von Jagow: Haase warmt
weer oude Belgische histories op. Toen ik
toentertijd de verklaring aflegde omtrent
Belgie's neutraliteit, moest ik het als een
neutraal land beschouwen. De kanselier kon
op 4 Augustus 1914 niet weten, dat Belgie
reeds innerlijk een positie had ingenomen.
Later is bewezen, dat de schuld aan de zijde
van Belgie lag. De uitwerking van uillalin-
gen als van Haase in het buitenland blijkt
uit een artikel in het tijdschrift „Oeuvre",
waarin wordt gezegd, dat de laatste zitting
van den Rijksidag gelijkstaat met een zege-
praal van onze wapenen. Indien in Frank-
rijk een afgevaardigde slechts een kwart had
gezegd, van wat Haase beweert, zouden zijn
collega's hem zeker gesteenigd hebben.
(Hoort! Hoort!)
Scheidemann, soc.-dem.Over de bevrij-
dhig van het Tsarisme van het geluiechte
Polen zou de geheele beschaafde mensch-
heid zich verheugen. Indien het aan de Wa-
mingen mogelijk wordt gemaakt, op den
grondslag huimer taal een eigen culluur op
te bouwen, vraag ik: Is dat overweldiging?
Wij weten, dal de kanselier principieel be-
reid is tol vredesonderhandelingen. De te-
genstanders echter willen niet. Wij stem-
den om goecLe redenen voor de duikboolen-
verklaring. Het geld werd toch voor de
duikbooten uitgegeven om ze te gebruiken,
opdat niet onz.e vrouwen en kinderen aan
den hongerdood worden prijsgegeven. De
eerbiediging van de rechlen der neufralen
komt in de verklaring tot uiting; dat was
voor ons beslissend. Het voorstel van de
sociaal-democratische Arbeitsgemeinschaft is
voor ons onaannemelijk, omdat dit ook vij
andelijke bewapende handelsschepen wil ver-
schoonen en omdat het geen woord hevat
over Duitschlands integriteit, zClfstandigheid
en vrijheid van ontwikkeling.
De eisch van de Franschen, dat wij voor
het begin van vredasonderhandelingen Bel
gie en Frankrijk moeten ontruimen, is een
onmogelijke eisch. Wie hoorde bij ons ooit
iets van haal jegens Frankrijk? De kanse
lier erkende gisteren den opofferingsgezin-
den moed der Franschen. Dit sclioone wobrd
klinkt anders dan de redevoeringen van
Asquitlr en Briand. (Levendige toejuichin
gen. Handgeklap.)
Het voorstel tot sluiting der debatten
wordt aangenomen.
Naar aan de „N. II. Crt." uit Londen ge-
seind wordt, heeft .daar zeer de aandacht
getrokken de rede door Von Payer in den
Rijksdag gehouden, vooral zijne uitlating,
dal de pressie welke op Nederland geoefend
wordt een punt heeft bereikt, waarop zij
niet langer een zaalt is die alleen Nederland
aangaat.
De „Daily Mail" wijdt een hoofdartikel
aan deze zaak. Het blad berinnerl aan de
personen uit het sprookje, die tranen ver-
goten over het treurig tot van de oesters,
die zij dadelijk zouden gaan opeten. Zijn
het zoo vraagt het blad dergelijke tra
nen geweest, die de Rijksdag gisteren heeft
vergoten over liet droevig lot dat Nederland
bedreigt in verband met (absoluut denk-
beeldige) booze oogmerken van Britschen
kanl? Wat zijn de Duitschers engelachtige
lui! Het was op precies dezclfde manier
dat de Duitschers hun liefderijke pogingen
begonnen om de Belgen te beschermen. Zij
verklaarden den Men Augustus 1911, dat zij
betrouwbare inlichtingen hadden, ten effecte
„dat Fransche troepen voornemens waren
door Belgisch gebied tegen Duitschland op
te trekken." Daar werd van Duitschen kant
aan toegevoegd: „De Duitsche regeering moet
wel vreezen, dat Belgie ten spijl van zijn
volkomen goeden wil, niet in staat zal zijn,
om zonder hulp een aanzienlijke Fransche
invasie te keeren", weshalve DuitschlaJid
zoo hartelijk was Belgie binnen te rukken
en „zijn goede gezindheid" bewees door Vise
te verbranden en het Belgische volk af te
maken. Terwijl deze daden van altrulsme
bedreven werden, zeide de Duitsche gfezant"
te Londen den 4den Augustus aan Grey, dat
de inval in Belgie niets te beteekenen had)
omdat „wij plechtiglijk ons woord hebben
verpand aan Nederland, om- zijn neulrali-
teil te respecteerem Het is duidelijk, dat wij
niet met voordeel Belgisch gebied kunnen
annexeeren zonder tegelijkertijd tot gebieds-
uitbreiditig ten koste van Necjerland over
te gaan."
Het is meent de „Daily Mail" een
betoon van wel wi 1 lend heldvan de bo-
vengenoemde soort, dat wij thans waarne
men. AVant het is volkomen waar, dat Bel
gie zonder een "groot gedeelte van Nederland
waardeloois is voor Duitschland.
En naar de Duitsche regeeriug ver-
klaard heeft is het eveneens waar, dat
de Keizer besloten heeft Belgie te annexee-
ren, indien hij dat kan. Er zijn twee Neder-
landsche provincies die onontbeerlijk1 zijn
voor Duitschland indien het besloten lieeft
Belgie te stelen, n.l. Limburg en Zeeland.
Wij ontleenen aan de „N. R. Crt." de vol-
gende telegrammen:
BIJ VERDUN.
PARHS, 9 April. (Havas.) De nieuwe tak-
tiek van de Duitschers om beurtelings hun
aanvallen ten Oosten en Westen ..van de
Maas te herhalen bevestigt het falen van
hun vorige inspanning. Den 7en hervatten
zij 's nachts hun pogi.ng van den vorigen
avond om uit Haucourt te komen. Zij nes-
telden zich in twee kleine vooruitgeschoven
werken ten Zuiden van dat gehucht,
een heel klein plaatselijk voordeel zonder
bedreiging voor de Fransche linie. Ten Oos
ten van de Maas werden zij opnieuw door
ons vuur gestuit. Zij lieten er vele lijken
achter. De Franschen gingen in den loop
van den dag voort, in aanvallen met hand-
granaten loopgraven ten Zuid-Oosten van
Bethincourt te hernemen, waar de Duit
schers in den nacht van den 6en 300 M.
(loopgraaf hadden veroverd?). Het bom-
bardement op het Fransche front was te
Bethincourt, Mort. Homme en Camieres lie-
vig, maar verzwakte ten Oosten van de
Maas, waar dd Franschen een overrompe-
.ling met handgranaten, gericht tegen den
Noordelijken schans op de hoogte van Vaux,
tot staan brachten. Een dergelijke aanval
werd in Champagne beproefd, maar met
even weinig succes. Deze reeks van kleine
gevechten toont aan, dat de aanval der
Duitschers versnippert, hoewel dat hun ge-
voelige verliezen kost, en de volharding van
de verdedigers van Verdun niet kan ver-
slappen.
KEULEN, 9 April. (Part.) Volgens de
„Koln. Ztg." aneldt de „Echo de Paris",
dat de Fransche troepen zich te Bdthincourt
in een gevaarlijken toestand bevinden en dat
ontruiming van de plaats overwogen wordt.
UIT BELGIE.
BRUSSEL, 9 April. (Wolff.) In den avond
van den 6en dezer heeft de Duitsche mili
taire politie op den straatweg bij Suchem-
Moll, in hel Noorden van de provincie Bra
bant, twee jongelieden aangehouderi, die bij
het verhoor al spoedig bekenden, dat ze
over Nederland naar het leger van den vij-
and wilden gaan. Beide jongelieden zijn
scholieren van het instituul St. Louis, de
eerste geestelijke opleidings-inrichting van
Brussel, met welke kardinaal Mercier leven
dige persoonlijke betrekkingen onderhoudt
en waar hij intrek neeml, wanneer hij Brus
sel bezoekt. De jongelieden deelden mede,,
dat hun leeraren er op aangedrongen had
den, dal zij niet langer op de schoolbanken
zouden blijven zitten maar naar het leger
gaan. De leeraren gaven hun bovendien
geld en vervalschte legitimalie-papieren om
over de grens te vluchten en maakten hen
met het wachtwoord bekend voor den gids,
die hen over de grens zou brengen. Valsclic
legitimatie-papieren en belangrijke sommen
gelds zijn Lnderdaad op beide jongeliedien
gevonden en in beslag genomen. In verband
met hun aanhouding, zijn bovendien de lee-
raar Trugens en de direcleui- Cocheleux van
de St. Louis-school in hechtenis genoapen
wegens het verleenen van liulp bij oorlogs-
verraad (toevoeging van manschappen aan
den vijand).
TER NEUZEN, 10 April 1916.
Het weerbericht van het meteorolo-
gisch instituut te De Bildt van beden iuidt
als volgt
Ooogste barometerstand 767.5 Vlissingen.
Laag8te barometerstand 748.7 Wisby.
Verwachting tot den avoDd van 11 April
zwakke tot matige Noordelgke tot Weste-
lgke wind, half bewolkt, weinig of geen
regen, zelfde temperatuur.
De jaartlag van Koning Albert van Belgie
werd alhier jl. Zaterdag herdacht in de
R.-K. kerk door een plechtige H. Mis, opge-
dragen door den WelEerw. heer Van Hoof,
kapelaan, met assistentie van Z.Eerw. heer
Bogers, pastoor en den Z.Eerw. pater Prosper,
van hot klooster te Sluiskil, terwijl door
het koor een Te Deum werd gezongen.
Als vertegenwoordiger van Koning Albert
had de heer Van Cantfort, Belgisch consul,
plaats genomen in het priesterkoor. De
dienst werd door vele in Zeeuwsch-Vlaan-
deren vertoevende Belgen en ook ingezetenen
bijgewoond. Tot slot werd als solo gezongen
De Brabanfonne en De Vlaamsche Leeuw.
Bene feestelijke herdenking
had des namiddags plaats in de bovenzaal
van het h Hotel der Nederlanden", alwaar
het Belgisch Komiteit „Steunt Elkander"
een muzikaal feest had ingericht. Op het
toonehl was het portret van den Belgischen
Koning en een toepasselijke vlaggendecoratie
aangebracht.
De bjeenkomst werd o. m. bijgewoond
door den heer Van Oantfort, consul van
Belgie en den heer Jones, consul van Enge
land, beneveus vele Belgen in de omgeving
vertoevende, waaronder een aantal gewezen
soldaten, die, na aan bet front gestreden te
hebben, uit den dienst ontslagen zijn,
De voorzitter der vereeniging, de heer
De Pillecyn, opende de feesteljjke bijeen-
komst met een woord van dank voor de
betoonde belangstelling. Hij herdacht het
heuglijke feest, dat men vierde, een feest
ter eere van Koning Albert, op wien de
blikken van alle Belgen zijn gericht. Hij
hoopt, dat God hem beware in'de gevaren
die hem omringen en hem steeds aan de
spits zijeer heldhaftige troepen houde. Alle
Belgen sluiten zich aan, in den wensch,
dat de Koning Weldra zegevierendaan't hoofd
zijner troepeD, zijn geliefde hoofdstad zal
mogen binnentreden.
Ujj herdacht de geliefde Koningin Elisa
beth en ook de soldaten aan den Yser, op
wie ieder Ser is en bracht eveneens hulde
aan de gereformeerde soldaten, die reeds
hun leven hebben ten pand gesteld voor
de goede zaak.
Spreker eindigde zijne enthousiaste rede,
die meermalen met toejuichingen onder-
broken werd, met den kreet Leve ODze
dierbare Koning Leve ons dapper leger
Leve ons geliefd Vaaerland (Aanhoudende
bravo's
De heer Van Cantfort nam hierna het
woord om alien dank te zeggen, die hebben
medegewerkt, om deze feestelijke herdenking
van den jaardag van Koning Albert moge
lijk te maken, en dankte voor de hulde,
den Koning gebracht.
Hij decide mede, dat het volgend tele
gram aan den Koning is gezonden//De
Belgen in dit ressort, op dezen plechtigen
dag, in feestelijke bijeenkomst vereenigd,
verzoeken mij de tolk te zijn om Uwe
Majesteit hunne vurigste gelukwenschen
aan te bieden. Zij zijn er trotsch op, de
gevoelens hunner innigste verkleefdheid
te kunnen aanbieden aan hun dapperen en
helderzienden Yorst, die de lotsbestemming
van hun geliefd vaderlaud geleidt."
Verder bracht hij hulde aan de dappere
landszonen, die onder het vaandel van den
Koning strijden, en de hier tegenwoordigen,
die hunnen plicht reeds hebben vervuld,
die begiftigd zijn met het onderscheidings-
teeken, //soldat hors combat."
Ook hjj uitte de beste wensc'nen voor de
toekomst van het vaderland, die alien met
vertroawen mogen tegemoet zien.
Na deze algemeen toegejuichte rede werd
aangevangen met de uitvoering van een
feestprogramma, waaraan hunne medewer-
king verleenden mej. Immers uit Vlissingen,
die verschillende liederen zong en daarbij
blijk gaf over een krachtige, welluidende stem
te beschikken, voorts de heeren G. en L. Cor
nells, uit Vlissingen, die verschillende liede
ren zongen, de bekende heer De Saey, in
Zeeuwsch-Vlaanderen vertoevende en zich
reeds verschillende malen als een goed
zanger deed kennen. De zang werd bege-
leid op de piano door de heeren Deway
uit Vlissingen en de heer J. Bierle te Ter
Neuzen, die ook eenige nummers voor
piano uitvoerde.
Alle nummers vonden toejuichingen, en
vooral de nationale zangen verwekten stjj-
gende geestdrift bij de hezoekers.
Tot slot werd nog een woord van dank
gesproken door den heer De Pillecyn, die ook
herdacht de volkeren die strjjden voor de
vrijheid van Belgie, terwjjl hij ten slotte
dank bracht aan Koningin Wilhelmina en
het Nederlandsche volk, voor de gastvrij-
heid aan de Belgen verleend, die hier hun
tweede vaderland vonden, vooral ook voor
de wijze waarop de behoeftige bevolking
ran het ongelukkige land hier is ontvangen
en gesteund.
Een besclsrijving van draaibruggen.
In de Ingenieur van j.l. Zaterdag heeft de
buitengew. opzichter van den R. W,, W. P.
H. Lommertzen (tijdens den bouw der
nieuwe sluis alhier) bij eenpaar afbeeldingen
een artikel gepubliceerd over een opzet-
inrichting voor draaibruggen. Die opzet-
inrickting was door den scbr. ontworpen
voor een der bruggen van het kanaal
GentTer Neuzen.
Het rootle licht.
Gisterenavond stopte de laatste trein van
Roosendaal naar Vlissingen plotseling onder
Rilland-Bath.
Eerst werd gedacht aan het trekken aan
de noodrem, maar bij onderzoek bleek, dat
de machinist een roode lantaarn van een
schildwacht had aangezien voor een onveilig
signaal.
PHILIPPINE.
De heer W. de la Ruelle, onderwjjzer
aan de openbare school alhier, is in gelijke
betrekking benoemd te Haps (prov. Noord-
Brabant).
Aan de op 9 April jl., bij den heer
Aug. Mussche alhier gehouden prijskamp
op het biljart, namen 38 spelers deel.
De le prijs, zijnde 14,—, werd ge-
wonnen door F. Cortvrienat te Spni en
Pr. Pluim te Westdorpe 26^53, 10,
door A. Ploegaert te Philippine en Alph.
de Betuwe te IJzendijke; 3e prjjs 8,
door Lev. v. d. Velde te Sas van Gent en
Johs. de Mul te Philippine4e prijs,
6,door E. de Boever te IJzendjjke en
Gilson te Sas van Gent.
De extra-prjjs, zijnde 1 kistje puike sigaren,
werd gewonnen door Alph. de Betuwe te
IJzendijke, die de hoogste serie, zijnde 19
carambols, maakte.
STOPPELDIJK.
Toen de 60jarige arbeider van den land-
bouwer A. de Sch. op het land een paard
voor de egge wilde afspannen, trok het dier
onverwachts aan, waardoor de egge hem
zoo'n slag tegen het been gaf, dat dit
lichaamsdeel werd gebroken.
Als eene bijzonderheid kan wel gemeld
worden, dat op denzelfden dag, dat het
ongeluk voorviel, bij den agent de poiis
aankwam, waarbij de knecht tegen onge-
vallen was verzekerd.
WESTDORPE.
Jn de op 11. Donderdag gehouden raads-
vergadering werden verschillende stukken,
waaronder een verzoek van het gemeente-
besluur van Nieuw Leuzen om adhaesie be-
tuiging aan een tot Hare Majesteit de
Koningin gericht adres om wijziging der
wet tot regeling van het lager onderwijs,
voor kennisgeving aangenomen.
De missive van Heeren Gedeputeerde
Staten betreffende het verleenen van bij-
dragen voor een verbindingsweg tusschen
de beide deelen van Zeeuwsch-Vlaanderen
werd tot de volgende vergadering aange-
houden.
Besloten werd voor de waarneming eener
vacature aan het gezamenlijk onderwijzend
personeel een gratificatie toe te kennen van
86,24.
De verordening tot regeling van het
openbaar lager onderwijs werd herzien.
Onder andere is thans als leeftijd tot toe-
lating bepaald 5 jaar en 6 maanden en de
jaarlijksche tijd van toelating bepaald op
1 Mei.
De heeren F. van Acker en A. C. Pujj-
laert werden 1 met ingang 1 Mei a.s. met
algemeene stemmen herbenoemd tot leden
van het bargerlijk armbestuur.
Vastgesteld werd het kohier van honden-
belasting 1916.
Besloten werd het maximum bedrag van
den te beffen hoofdelijken omslag van
3500 te brengen op 4000.
De begrootingen 1915 en 1916 werden
nader gewijzigd.
Tot leden van het stembureau bij de
aanstaaude periodieke verkiezing van leden
der Provinciale Staten werden benoemd de
heeren A. de Beleir en B. van Waes en
tot 4de lid de heer B. R. Plasschaert.
In geheime zitting werd behandeld het
kohier van hoofdelijken omslag voor 1916.
Nader' zal getracht worden over het
kanaal GentTer Neuzen onder deze ge-
meente nog een veer te verkrijgen.
De vergadering werd daarna gesloten.
Eervol ontslag verleend.
Bjj beschikking van den Minister van
Landbouw, Nijverheid en Handel, is aan den
heer Tj. B. E. Kielstra eervol onstag verleend
als assistent bij den dienst der Rijkszuivel-
consulenten.
Gebrek aan Chili-salpeter.
(Officieel). In verband met de vele schrif-
telijk en persoonlijk tot hem gerichte vragen,
deelt de Minister van Landbouw, Nijverheid
en Handel aan degenen, die behoefte hebben
aan beschikbaarstelling van chilisalpeter, het
volgende mede
Op 21 Maart j.l. passeerde de „Lodewijk
van Nassau", van de Koninklijke West-In-
I
hi
l
1
jit
I
1
2
e
l
'4
J
L
Is
jit I j
1
ft
i
II
i
i