ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
6327.
Zaterdag 15 Januari 1916
6 j targang.
ABONNEMENT:
ADVERTENTIEN
Telefoon 25.
Bit Blad yersehijnt Maandag^, Woensdag- en Vrijdagavond, uitgezonderd op Feestdagen, bij de Firma P. J. VAN DE 8ANDE te Ter Nenzen.
JD E3BSTB BLAD.
BINNENLAND.
Per 3 maanden binnen de stad 1.Franco per post voor Nederland 1.10.
Bij vooruitbetalingvoor Belgie /1.40, voor Ned.-Indie en Amerika 1.65,
overig Buitenland /2.
Men abonneert zich bij de Uitgeefster, of buiten Ter Neuzen ook bij alle
Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievenbushouders.
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0.10.
Bij ciirecte opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de
prijs slechts tweemaal berekend.
Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief.
Inzending van advertentien voor 1 uur op den dag der uitgave.
Sinaasappelen.
De Maashaven op een mijn geloopen.
Het schielen op een auto.
Gelij k gemeld is, werd voor enkele weken
op den straatweg van Etten naar Breda
nabij het Liesbosch een auto door mili-
tairen beschoten, waarbij de beide inzitten-
den, de heer Van Dijk en kapelaan Melsen,
beiden uit Teteringen, werden gewond.
Naar men uit Breda aan het ffHbl." mede
4
deelt, is de majoor van den generalen staf
Moiler Massis namens den Minister van
Oorlog leedwezen komen betuigen over het
overkomen ongeval, terwijl tevens den beeren
verzekerd werd dat de kosten der verple-
ging voor rekening van het Rjjk zouden
zijn.
Tot nog toe is de kogel, waai;door de
kapelaan getroffen werd, niet kunnen ver-
wjjderd worden.
De stoomschepen van de Koninklijke
Nederlandsche Stoomboot-maatscbappjj, die
uit de Spaausche havens fruit in ons land
aanvoeren, werden, naar de N. R. Crt.
meldt, tot korten tijd geleden, in verband
met het bestaande contract tusschen deze
maatschappij en de Engelsche regeering,
door de Engelsche autoriteiten ongemoeid
gel at en.
Echter zjjn de Helena en de Iris, die
hier ter stede zijn aangekomen, en de
Agamemnon, Bachus, Euterpe, Pomona en
Tellus, die Daar Amsterdam zijn gegaan,
en van welke schepen de iadingen hoofd-
zakeljjk bestonden uit sinaasappelen, de een
korter, de andere gedurende iangeren tijd
in Engeland opgehouden en ten slotte vrij-
gelaten, op voorwaarde, dat de lading hier
niet rnocbt worden afgeleverd.
De schepen zijn na aankomst gelost en
de vruchteu liggen thans hoog opgestapeld
in de loodsen.
Onderhandelingen hebben tot dusver nog
geen resultaat opgeleverdmocht dit nog
eenigen tijd aanhouden, dan bestaat er
groote kans, dat een overgroot gedeelte
van de aangevoerde fruit zal bederven.
Het van New-Orleans naar Rotterdam
bestemde Nederlandsche stoomsehip Maas
haven is Donderdagochtend ten Westenvan
de Galloper op een mijn geloopen en in
zinkenden toestand door de bemanning,
bestaande uit 23 personen, verlaten.
Het Woensdagnacht van Rotterdam naar
Java vertrokken stoomsehip Goentoer is in
de nabjjheid van de Maashaven en tracht
hulp te verleenen.
Er staat veel zee.
(De Maashaven, groot bruto 2609 en
netto 1689 register ton, werd in 1906 door
de scheepsbouwmeesters Bonn en Mees
te Rotterdam gebouwd. Het behoort aan
de N. V. Maatschappij Stoomsehip Maas
haven, directie firma Gebroeders Van Uden,
aldaar.)
GEMEENTERAAD VAN TEE NEUZEN.
Vergadering van Donderdag 13 Januari 1916,
des voomniddags 10 uur.
Voorzitter de fieer J. Huizinga, burge
meester.
Tegenwoordig de Leden: R. Scheele, J. de
Bruijne, M. Eijke, E. H. T. van Borssum
Waalkes, D. Scheele, H. B. van Nes, R. E.
G. NOlson en L. T. van Hasselt.
Afwezig de heeren A. Visser, D. J. Dees,
J. J. de Jager, A. C. Lensen en A. H. Donze.
De voorzitter opent de vergadering. Hij
ineent in den geest van alle leden van den
raad te spreken, wanneer hij een woord
van dank uit, dat het hen nog vergund is,
te kunnen vergaderen, terwijl ons land in
een tijdperk van vrede verkeert, wat een
tegenstelling is in verschillende andere en
aangrenzende landen.
Ai wordt Jiet iden raaid inlet gevraagd daarin
eene heslissing te nemen, zoo meent hij toch,
dat het niet ongepast is, de hoop uit te
spreken, dat de oorlog spoedig moge wor
den heeindigjd, en we ook in ons vader-
land weer tot het normale leven terugkomen
en daaronder mogen voortleven.
Spreker wii zich ditmaal onthouden van
het noemen van cijfers, die een beeld zou
den geven van de meer betrekkelijke wel-
vaarl dezer gemeente, waar de grouts te bron
der welvaai-t, de zeevaart, geheel stil staat.
Wei wil hij aanstippen, dat het in de 52
vergaderingen, die burgemeester en wetliou-
rters in het afgeloopen jaar hielden, slechts
eenmaal is voorgekomen, dat er geen heslis
sing moest worden genomen omtrent ver-
zoeken tot bouwen of he! uilvoeren van
grootere of kleinere henstellingen aan ge-
houwen, waaruit blijkt, dat, na den stilsland
in het naj.aar van 1911, de bedrijvigheid in
de houwvakken zich weer spoedig vrijwel
heeft hersteld.
NieItegenslaande een groot aanlal ingeze-
tenen, wegens stilvallen van werk, niet het
minst door het stilleggen der cokes-ovens
te Sluiskil, naar elders vertrokken, om werk
te zoeken, is er toch nog eene toename van
bevolking, zij het dan ook niet groot.
Ook uit het werk van het plaatselijk steun-
comite hlijkt, dat de toestand, naar omstan-
digheden, niet onbevredigend was. Er was
eene week in October, dat dit slechts 90
moest uitkeeren, in eene week van Novem
ber moest slechts f 102,65 en in December
in eene week 211,15 uitgekeerd worden.
Daaruil blijkt, dat onder de werklieden voor
het grootste deel nog een zeleere mate van
welvaart heerschte, al valt het niet te ont-
kennen, dat een groot aantal hunner toch
door de tegenwoordige toestanden gedrukt
wordt.
Dankbaar herdenkt spreker ook de in
Den Haag genomen heslissing, waarbij aan
de gemeente eene met 2000 verhoogde
subsidie werd toegekend ten hate van de
hoogere hurgerschool. Waar de regeering
is voorgegaan, in de bevordering van de be-
langen der school, mag thans worden afge-
vraagd, of ook de raad maatregelen zal
nemen, om de helangen der school te be-
vorderen, door misschien over te gaan lot
verlaging van het schoolgeld voor de leer-
lingen uit de buitengemeenten, waardoor
de school eene grootere bevolking zou kun
nen krijgen, terwijl ook de hoop wordt uit-
gesproken, dat het personeel, daaraan werk-
zaam, zal medewerken aan de bevordering
van den bloei der school, waaraan evenwel
niet wordt getwijfeld. Verwacht mag wor
den, dat zij, zoowel hij toelaling als bevor
dering van ieerlingen, rekening zullen hou-
den met de berkomst der Candida ten, en
dat zij zoodanige heslissingen zullen nemen,
dat deze mogen leiden tot bevordering van
den goeden naam der hoogere hurgerschool
van deze gemeente.
De gemeenteraad zal ook in dil jaar wor
den geroepen tot belangrijke heslissingen.
Er mag worden verwacht, dat zal voortge-
gaan worden met het voltooien van het in
orde brengen van het bouwterrein in de
omgeving der hoogere hurgerschool, en dat
dit zal worden een mooi deel onzer ge
meente.
Ook zal de raad dit jaar geroepen worden,
om meer in het bijzonder zijne aandacht
te wijden aan het vraagstuk der volkshuis-
ves Ling. Spreker wil hierop thans niet ver-
der vooruitloopen, miaar meent loch te moe-
ten aanstippen, dat dit vraagstuk aan de
orde zal komen.
Met verlangen wordt uitgezien naar de
betere regeling der financieele verhouding
tusschen het rijk en de gemeente, welke
door de regeering bij de Tweede Kamer is
ingediend.
Spreker dankt voor de belangstelling, die
hem en zijn gezin t>ij de wisseling des jaars
is te beurt gevallen. Hij wenscht alle leden,
dal het hun in het nieuwe jaar, zoowel
voor hun persoon als voor hun gezin, moge
welgaan.
Ilij hoopt, dat alien met hem ook thans
weer vruchlhaar mogen samenwerken aan
de bevordering der belangen, waarvan zij
de behartigipg op zich hebben genoimen, en
dat het moge gelukken alles te weerhou-
den, wat strekken kan lot nadeel der ge
meente, dat het werk moge gedijen, onder
hiding en den zegen van God, in wiens
hand alle zegen is gelegen.
(Teekenen van instemming).
Spreker deelt mode, dat de heeren Visser
en Donze wegens ziekte afwezig zijn en de
heeren Dees en Lensen wegens uitstedighcid.
Daarna stelt hij aan de orde:
1. Noiulen.
De notulen der vergadering van 16 Decem
ber 11. worden onveranderd vastgesteld.
2. Inigckomen slukken.
a. Een b-esluit van gedepuleerde s La ten
van Zeeland, did. 28 December 1915, tot
verdaging van hunne heslissing omtrent de
gemeentebegrooting voor 1916.
Aamgenomen voor kennisgeving.
b. Een kennisgeving van J. Jansen, dat
zij hare henoeming tot onderwijzeres aan
school B aaxmeemt.
Aangenomen voor kennisgeving.
c. Het verslag der commissie tot wering
van schoolverzuim te Ter Neuzen, Sluiskil,
over bet jaar 1915, waaruit hlijkt, dat door
liaar werden opgeroepen 22 personen, nl.
10 wier kinderen de bijzondere school te
Sluiskil bezoeken, 10 wier kinderen Ieer
lingen zijn der openbare school en 2 per
sonen wier kinderen op geen school waren
ingeschreven.
Van de opgeroepenen verschenen er
slechts 5 voor de commissie, de overigen
werden langs een anderen weg gewaar-
schuwd.
In 't geheel hield de commissie 20 ver
gaderingen en werden door liaar 15 huishe-
zoeken afgelegd.
In vergelijking met vorige jaren, was het
schoolverzuim in 1915, afgaande op het aan
tal opgeroepen personen, grooter. De meeste
schoolverzuimen hadden ptaals door veld-
arbeid.
Zeven gevallen deden zich voor, dat de
leerling de koeien moest wachten; 1 geval,
dat een meisje op kleine kinderen moest
piassen; 1 geval, dat een kind, uit Belgie ge-
komen, weer daarheeh was vertrokken, zon-
der de school bezocht te hebben; 1 kind,
dat nog te jong was, om de school te be
zoeken.
Over het algemeen vond het (sclioolverzuim
zijn oorzaak in de dure tijden. De meeste
ouders verklaarden dan ook, dat zij de
verdiensten hunner kinderen niet konden
missen, zoodat het gepleegde schoolverzuim
aan onmacht moet worden loegeschreven
en niet aan onwil. In de meeste gevallen
drong de commissie dan ook bij den heer
arrondissements-schoolopziener op demen
ti e aan.
Dil verslag zal in het archief worden ge-
deponieerd.
d. Het raadsbesluit van 16 December 1915,
betreffende hetaanleggen eener nieuwe be-
graafplaats en. het aangaan eener geldleening
ad 10.000, tot dekking der uitgaven, daar-
uit voortvloeiende, voorzien van lieL bewijs
der goiedkeuring door gedeputeerde staten.
Aanigenoroen voor kennisgeving.
e. Een adres van P. Goossen en Th.
Fermont, in hunne kwaliteit als voorzitter
en secreLaris der huurlvereeniging „Eensge-
zindheid", gevestigd te Sluiskil, goedgekeurd
hij koninklijk besluit van 7 Eebruari 1914,
die daarin te kennen geven, dat zij zich,
in opdracht van de openbare vergadering
der leden van 6 Januari jl., tot den raad
weniden, met het dringend verzoek, nu er
eene vaeature is van gemeentegeneesheer,
eene oproeping als zoodanig te willen doen,
met bepaling, dat de l>enoemde geneeshcer
zijne standplaats moet hebben te Sluiskil
Zij doen dit verzoek, uit overweging, dat
Sluiskil en omslreken, met eene bevolking
van i 1300 zielen, op een afstand van ruim
7 kilometers van de kom der gemeente
Ter Neuzen is verwijderd en alzoo voor
die bevolking medische hulp in spoed-
eischende gevallen zeer moeilijk is te beko-
men, en dat die toestand zich zeker nog
erger zal doen gevoelen, wanneer de cokes-
fabriek wederom aan het werk zal zijn en
aldaar ongeveer 350 personen werken, daar
ongelukken,' waarbij spoedige hulp een ver-
eisclite is, in dergelijke fahrieken, zooals
de ondervinding heeft geleerd, niet uitblij-
ven.
0\ei-eenkomstig liet voorstel van den voor
zitter, wordt besloten, met dit adres reke
ning te houiden hij het punt „oproepen van
een gemeentegeneesheer' en het in handen
van burgemeester en wefhouders te stellen,
om bericht en raad.
f. Het raadsbesluit van 16 December 1915,
tot verliuring van gemeentegi'ond aan G.
Eckliardt en R. Verschelling, voorzien van
het bewijs der goedkeuring door gedeputeer
de staten.
Aangenomen voor kennisgeving.
g. Een schrijven van G. Meulbroek, J.
Witte, M. A. Ivwaak, W. van Doorn, K.
Boersema en J. C. Sol, agenten van polilie,
alhier, die daarin hun hartelijken dank be
tuigen voor den hun voor 1916 toegeken-
den duurtetoeslag.
Aangenomen voor kennisgeving.
h. Een schrijven van C. J. Nobels, die
daarin te kennen geeft, dat hij de henoe
ming lot lid der commissie tot wering van
schoolverzuim te Sluiskil, aanneemt.
Aangenomen voor kennisgeving.
i. Een schrijven van gedeputeerde staten
van Zeeland, dd. 28 December 1915, waarin
zij de goedkeuring herichten van het raads
besluit van 16 December 1915, houdende
toekenning van gratificatien aan W. Wie-
herdink, hoofd, en H. L. C. Kok, onder-
wijzer aan de m- u. 1. o. school.
Gedeputeerde staten geven verder te ken
nen, er prijs op te stellen, djat voor den
oinderwijzer O. Bakker eveneens eene rege-
ling wordt getroffen als die, verval in het
raadsbesluit van 9 September 1915.
j. Het raadsbesluit van 1 November 1915,
tot wijziging der begrooting voor 1915, voor
zien van het bewijs der goedkeuring door
gedeputeerde staten.
Aangenomen voor kennisgeving.
k. Een schrijven van gedepuleerde staten
van Zeeland, dd. 28 December 1915, waarin
zij mededeelen, dat hunne heslissing, om-
trenl het ingezonden raadsbesluit, betref
fende verkoop van boomen op stam, is ver-
daagd.
Aangenomen voor kennisgeving.
1. Een schrijven van het bestuur van
het plaatselijk steun-comite, waarin dit te
kennen geeft, dat tegen de toepa-ssing van
liet door den heer Nolson in de raadsver-
gadering voorgestelde denkheeld, nl., dal
door de door het comite gesteunde werke-
loozen, hehalve de thans bepaalde 2,50,
nog een hooger percentage van het loon
mag worden behouden, op zichzelf geen
bezwaar bestaat. De toepassing er van kan
echter verslrekkende gevolgen hebben, die
niemand kan overzien, waarom het bestuur
van het comite van oordeel is, dat aanne-
ming van bedoeld voorstel moet worden
ontraden.
De commissie heeft tot hierloe geen noe-
menswaardig bezwaar ontmoet bij de uitkee-
ringen, overeenkomstig den eenmaal vastge-
stelden miaatregel, die sinds 1 Januari 1915
werkt, en dil kan, naar haar oordeel, be-
stendigd hlijven.
Ofschoon er dus geen redenen aanwezig
zijn om te veranderen, zoo. is het bestuur
toch wel bereid een proef te nemen en zal
het d,it zeker doen, wanneer (die gemeenteraad
daar toe den wensch te kennen gpeft.
De voorzitter wil, naar aanleiding liier-
van, nog aanstippen, dat, naar zijne mee-
ming, het voorstel van den heer Nolson
eenerzijds betere verzorging der ondersteun-
den bieoogde en dat hij er daarom op wijst,
dat sedert dat dit voorstel gedaan werd,
de huurbons zijn ingevoerd, terwijl voor het
overige ook werd beoogd te bewerken, dat
de miensehen eerder aan het werk zouden
gaan.
De heer Nolson geeft te kennen, dat zijn
eenige bedoeling was, eene regeling te tref-
fen, waardoor wordt gezorgd, dat de men-
schen, die werken, er ook werkelijk iets
voor zouden ontvangen. Hij stelt voor, te
besluiten, dat, bij wijze van proef, de onder-
steunden ook zullen mogen houden 50
van hetgeen ze meer dan 2,50 verdienen.
De voorzitter deelt inede, dat liet aan het
steun-comile niet mogelijk was, na te gaan,
of heL doel, dat bij dit voorstel voorzal,
zal worden hereiki. Men vreest echter, dat
invoering daarvan de zaak der uitkeeringen
zal brengen op een weg, die men liever
niet zoude willen openen.
De heer D. Scheele verklaart zich tegen
het voorstel van den heer Nolson. Er wordt
nu sedert enkele maanden 1's weeks per
gezin meer uitgekeerd, terwijl ook huurbons
worden verstrekt, zoodat een betere toestand
is Lngetreden. Hij acht het een verkeerde
stelLing, om te zeggen, dat de menschen nie Is
zouden trekken voor het werk, dat ze doen.
Integendeel, hun wordt voor het verriclite
werk ten volte uitbetaald wat ze verdienen.
Alleen wordt hen op het bedrag der onder-
steuning gekort, wat ze meer verdienen dan
een rijksdaalder. Spreker acht het thans een
goede regeling en zou willen voortgaan vol-
gens de thans gevolgde I'egeling, zooals ook
liet steun-comite dat wenscht.
De heer Van Nes verklaart zich voorstan-
der van het voorstel van den heer Nolson.
Hij achl het billijk, dat de menschen de
vruchten plukken van het werk, dal ze ver-
richten. Als ze nu een rijksdaalder verdiend
hebben, hebben ze ei- geen belang bij nog
imeei- te werken, want dan wordt het hun
afgehouden van het bedrag, dat ze anders
als steun ontvangen. Hij zou ook gaarne
zien, dat ze van dat meerdere ook nog wat
mochten houden. Hij ziet niet in, wat daar-
tegen kan zijn.
De voorzitter deelt, in antwoord op een
gestelde vraag, mede, dat de ondersteunden
liunne tiijdrage ontvangen volgc.ns de ge
stelde regelen, benevens een huurbon, en
dat van de bijdrage wordt afgehouden, wat
ze meer dan f 2,50 gedurende eene week
verdiend hebben.
De heer Van Nes meent, dat, wanneer het
voorstel van den heer Nolson wordl aange
nomen, de menschen er niet zoo licht met
werken zullen uitscheiden, als ze eenmaal
een rijksdaalder hebben verdiend.
De beer D. Scheele acht, dal men toch
ook rekening moet houden met het eerge-
voel der werklieden. die liever geld ontvan
gen, dal ze verdiend liebben, dan eene bij
drage te krijgen van het steun-comite.
De heer Van Nes meent, dat het eerge-
voel in het algemeen niet zoo zwaar wegen
zal, wat hij overigens, in dit opzicht, een
menschelijke zwakheid acht.
De voorzitter moet toch tegen deze ver-
onderstelling opkomen; de regeling, zooals
die tot nu toe bestond, werkte goed, en men
heeft niet kunnen waarnemen, dat zich in
de praktijk de omstamdigheid voordoet, die
men hier schijnt te vreezen.
De heer Van Hasselt zou het een gevaar-
lijk liesluil achten, om den voorgestelden
maalregel, bij wijze van proef, in te voeren.
De ondersteunden zouden er door in gunsti-
ger conditie komen en als het later bleek
niet goed uit te komen en het werd weer
ingetrokken, dan zou men ontevreden men
schen krijgen, wat, naar hij meent, nu wei-
nig voorkomt. Het steun-comite bestaat uit
een groot aantal menschen, die op dit ge-
bied ervaring hebben verkregen en die er
dus goed over kunnen oordeeten. Op grond
daarvan, gaat spreker liever mede met de
meening van het steun-comite; dit zegt: het
werkt goed; dan is er ook geen reden voor
verandering. Het verklaart zich wel bereid
om den maatregel uit te voeren, als de ge
meenteraad dit beslist wenscht, maar ont-
raadt toch duidelijk, daartoe te besluiten.
De heer Van Nes meent, dat bet voorstel
van den heer Nolson reeds is aangenomen.
De voorzitter antwoordt ontkennend; er
is besloten, daaromtrent het oordeel van het
steun-comit6 in te winnen en het nu ont
vangen schrijven kan als antwoord op de
gestelde vraag worden bescnouwd. De com
missie adviseert, om liet niet te doen; om
echter niet den schijn op zich te laden,
alsof ze liet voorstel wil legenhouden, ver-
kLaart ze zich bereid, de voorgestelde rege
ling uit te voeren, als de raad het wenscht.
Spreker kan hier nog bijvoegen, dat nu
sedert een jaar in dezelfde richting is ge-
werkt, en dat er geen klachten gekomen zijn.
Hij gelooft, dat het door den heer Nolson
geopperde bezwaar inderdaad niet bestaat.
De heer Van Nes vraagt, of het steun-
comite heeft kunnen nagaan, dat er men
schen waren, die niet meer werken wilden,
als ze een rijksdaalder in een week haidden
verdiend.
De voorzitter antwoordt, dal dit, voor
zoover aan het comite bekend is, niet is
voorgekomen, of misschien eenmaal, maar
dat meegedeelde feit was niet juist meer te
achterhalen, dat menschen een grindschip
lieten liggen, om een kansje te liebben er
ook de volgende week weer aan te werken.
De heer Eijke merkt op, dat uit de lijsten
wel hlijkt, dat de menschen eerlijk zijn en
opgeven wat ze verdienen.
De voorzitter beaaml dit ten voile.
De heer Van Nes verklaart, dat het verre
van hem is, om die menschen van oneerlijk-
heid te beschuldigen, hij zou liet volkomen
menschelijk vinden.
De heer Eijke deelt verder mede, dat hij
nog' niet van klachten heeft gehoord.
De voorzitter bevestigt dit; de bestaande
regeling werkt goed: er zijn nog maar 6
menschen, wegens het doen van onjuiste op
gaaf, moeten gestraft worden, en daar men
weet, dal hieraan de hand gehouden wordt,
krijgt het steun-comite van de menschen op-
gaven, die bij onderzoek blijken over het
algemeen met de werkelijkheid te ktoppen.
De lieer Nolson wil daarvan niets zeggen,
maar stelt de vraag, of het billijk is, dat de
menschen voor een zeker deel werken zon-
der dat ze er iets van genieten, daar hun het
boven 2,50 verdiende wordt afgetrokken.
De voorzitter stemt toe, dat de heer
Nolson op billijkheidsgronden gelijk heeft,
maar meent, met liet sleun-comite, dat de
toepassing in de praktijk bezwaren met zich
zou brengen.
De heer D. Scheele vraagt, hoe men de
uitkeering, die van wege het steun-comite
gegeven wordt, wil beschouwen. Acht men
dat dit een ondersteiming, dan wel, dat het
recht recht is, dat de menschen die uit
keering krijgen.
De voorzitter antwoordt, dat men het een
recht kan noemen, omdat de gemeenteraad
besloten heeft, dat ze die uitkeering kunnen
krijgen
De heer D. Scheele is het er niet medie
een.s, dat de menschen niets voor hun werk
zouden genieten; dat is een verkeerde stel-
linig waarvan men uitgaat; ze krijgen voor
hun werk het voile loon.
De heer Van Nes merkt op, dat ze het
niet ten voile genieten, als het meer wordt
dan een rijksdaalder.
De voorzitter oppert liet denkbectd, dat
men misschien zou kunnen beginnen, met
eens een proef le nemen, en wil het voorslel
in stemming brengen.
De heer Van Nes verzoekt nog even te
mogen opmerken, dat hij veel voelt voor
lie I door den lieer Van Hasselt geopperde
bezwaar, dat het moeilijk zal gaan, om er
op terug 'te tvomen, ials [men er eenmaal mede
begoiuien is. Men moet het heeleniaal doen,
of men moet lie! laten.
In verband hiermede, wordt goedgevonden,
het voorstel van den heer Nolson in stem
ming te brengen, om definitief tot invoering
van den maalregel over te gaan.
Dit voorstel wordt verworpen mjsjt 5 tegen
3 stemmen.
Voor stemmen de heeren Van Nes, Nolson
en De Bruijne; tegen stemmen de heeren
Van Hasselt, It. Scheele, Eijke, Waalkes en
D. Scheele.
3. Voorstel Lot oproeping van sollieilanten
voor die vacante belrekking van ge
meentegeneesheer.
De voorzitter stelt voor, deze zaak aan te
houden, in verband met het ter zake inge-
komen adres van hewoners der buurt Sluis
kil; het is gewenscht, dat hieromtrent eerst
wordt beslist, alvorens eene oproeping wordt
gedaan, daar men, als er op ingegaun werd,
de oproeping weer zou moelen wijzigen.
De lieer Van Nes heeft geen bezwaar tegen
aanhouding dezer zaak, maar wil toch wel
als zijne meening te kennen geven, dat, wat
in het adres van Sluiskil gevraagd wordt,
abisoluut onuitvoerbaar is. Hij noemt liet
niet onbillijk, dat de menschen het vragen,
maar acht het niet mogelijk, dat men een
arts zou vinden, bereid om te Sluiskil zijne
praktijk te gaan uitoefenen en daar ook te
wouen, tenzij men hem eene bijzonder hooge
toelage zou geven.