ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. De krijgs'becLrijven. No. 6316 Dinsdag 21 December 1915. 55e Jaargang. De Oorlog. ABONNEMENT A DVERTENTIEN Telefoon 2S. Bit Blad verschynt fflaandag^, Woensdag- en VrjjdagaYond, uitgezonderd op Feestdagen, bij de Flrma P. J. VAN DE 8ANDE te Ter Nenzen. Yerkeersweg tusschen Oostelijk en Westelyk Zeeuwsch-Vlaanderen. BINNENLAND. mM Per 3 maanden binnen de stad 1.Franco per post voor Nederland 1.10. Bij vooruitbetalingvoor Belgie /1.40, voor Ned.-Indie en Amerika /1.65, overig Buitenland 2. Men abonneert zich bij de Uitgeefster, of buiten Ter Neuzen ook bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievenbushouders. Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer f 0.10. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend. Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief. Inzending van advertentien voor 1 uur op den dag der uitgave. In de zitting der Tweede Kamer van j.l. Woensdag werd daarom trent door den heer Ue Murait het volgende gezegd: Mijnheer de Voorzitter! Verleden jaar heb ik getracht ook in het Voorloopig Versiag is er loan iets van gezegd den .Minis,ter te bewegen de tot- standkoming te bevorderen van een open- baren verliarden verbindingsweg tusschen het voormalige vierde en vijfde district van Staats-Vlaanderen. Het heeft mij zeer ver- wonderd, dat de Minister het loen niet de moeite waard lieeft geacht in de Memorie van Antwoord met een enkel woord op de opmerking in het Voorloopig Versiag ge maakt, terug te komen. Ik heb daarna, op 22 December van het vorige jaar, bij de openbare beraadslaging over hoofdstuk IX, in een vrij uitvoerig betoog Lrachten aan te toonen de groole urgentie voor aanleg van dien weg. Ook op dat betoog is, de Minister echter niet ingegaan. Hij heeft mij zelfs met geen enkel woord bes.cheid gegeven. In Zeeuwsch-Viaanderen heefl deze houding van den Minister inderdaad een zeer eigen- aardigen indruk gemaakt en ik wil den Minister wel zeggen, dat de bewoners van die streek, vooral de direct belanghebben- den bij dien weg, mij meer dan eens hebben gevraagd, wat toch de reden Icon zijn, dat in dezen in Den Haag zoo slecht voor hun belangen werd gezorgd. Ik heb toen aan die menschen geantwioord, dat ik niet Icon aannemen, dat de Minister het niet de moeite waard had gevonden een enkel woord aan dien weg te wijden, maar dat vermoedelijk strategische overwegingen den Minister tot zwijgen hadden gedwongen. Ook in de Eerste Kamer lieeft een der af- gevaardigden van Zeeland in het Voorloopig Versiag gevraagd of de weg niet tot stand kon worden gebracht. Hierop is, de Minis ter toesehieteLijker geweesl. Op bladz. 7 van de Memorie van Antwoord, belioorende bij hoofdstuk IX van de Staatsbegrooting, Eerste Kamer, deelde de Minister mede het na volgende „Indien door meer onmiddellijk be- langliebbenden pogingen worden in het werk gesteld ter verkrijging van een verliarden weg tusschen Oosl- en West- Zeeuwsch-VLaanderen, zal ondergeteeken- de bereid bevonden worden om die po gingen te steunen door toekenning te be vorderen van een subsidie, afliankelijk van de mate waarbij het algemeen be- lang bij het werk blijkt betrokken te zijn." In het Voorloopig Versiag, behoorende bij hoofdstuk IX van de begrooting van dit jaar, is wel is waar de weg niet genoemd, omdat ik aanvankelijk meende, dat die aan- gelegehheid beter kon worden behandeld bij de groote wet van 20 millioen voor ver- betering en den aanleg van rijkswegen. Als ik mij echter niet bedrieg, zal die wet voor loopig wel niet worden behandeld. Daarom ben ik, met toes,lemming van den Minister, er thans toe overgegaan iets over dien weg te zeggen, al konit hij in de stukken niet voor. Mijnheer de Voorzitter! In de Memorie van Antwoord in de Eerste Kamer spreekt de Minister van „meer onmiddellijk belang- hebbenden'', maar hoe groot de belangen van de beide deelen van Zeemvsch-Vlaan- dieren, bij den weg betrokken, ook zijn, alle belanghebbenden voelen, dat het in de eer ste plaats de plicht van den Staat der Ne- derlanden is, daar oen weg te maken, en ik gevoel dat met hen. Zelfs dienen die be langhebbenden geen bijdrage in de kosten te geven. Voor de grensregeling met Belgie was de toestand zoo, dat, allhans te water, Oost- en West-Zeeuwsch-Vlaanderen geniakkelijlc met elkaar in verbinding waren. Het niet aanwezig zijn van een weg werd toen niet zoo gevoeld. Na dien tijd is, de verzanding en verslibbing van de Braakman slerk door- gegaan. Het Rijk heeft daarvan voordeel gehad. Tal van polders, zijn door den Slant ingedijkt als staatsdomein. Ik noem: 1866. de Elisabelhpolder, 1845: de Paulinapolder, 1893: de Koninginnepolder, 1847: de Angeli- napolder, 1899: de Mossel polder, 1907: die Van Dunnepolder, 1866: de kleine Stellepol- der, 1899: de Kanaalpolder, 1911: de Van Wyckhuizenpolder, 1884: de Vergaartpolder, 1887: de Van Westpoider, 1851: de Looze- p older. Die ingedijkte gronden hebben millioenen an die sell alt-cist gebracht, ten eerste direct door verkoop van de gronden, en ten twee de indirect door groote bijdragen aan in- kamsienbelasting, vermogensbelasling en grand betas ting. Ik heb een staatje gemaakt van hetgeen op die wijze in de staatskas gekomen is,, maar zal dat, met het oog oip den tijd, niet voorlezen, hoewel het over- zichtje interessant is. Er is inderdaad een nationaal belang bij deze zaak betrokken. Intuisiscben heeft het Rijk, dat zeer groote inkomsten uit de betrokken streek genoten heeft, er niet aan gedacht Zeeuwsch-Vlaan- j deren te helpen aan den zoo dringend noo- digen weg. Velen in Zeeuwsch-Vlaanderen hebben mij ppgemerkt, dat. indien Zeeuwsc.ii- Vlaanderen niet tot Nederland behoorde, maar lot het land ten Zuiden gelegen, het vanze.lf spreekt, dat er alhuig een weg ;zau zijn gemaakt. Het zou eenvoudig idioot zijn, dit te Oinlkennen. Dpt z,iel iedereen, die de kaart heschouwt en de toestanden plaatse- lijk ken I. Maar de Zeeuwen, ook die daar wonen, willen beslist Nederlanders blijven, doch zij wenschen niet langer door de Be- geering ats bewoners van een wingewest te worden behandeld. Ik heb verleden jaar aangetoond op welke gronden het noodig is, daL die weg er spoe- dig komt. De Minister heeft daai'op niet ge- antwoord, zooals ik opmerkte, vermoede lijk om bijzondere redenen; want ik kanniet aannemen, dat Zijn Excellentie opzettelijk niet geantwoord lieeft, dat zou in het Par- lement niet gaan. Ik heb loen aangetoond waarom die weg dringend noodig is en ter bekorting wensch ik bescheidenlijk naar mijn rede van Verleden jaar te verwijzen. Ik zal dus wat ik loen zeiide niet lierhalen, maar toch wil ik op een histotrisch feit wijzen, dat mij toen niet bekend was, maar waarvan ik later kennis heb gekregen. Toen nl. bij gelegenheid van den watervloed in 1906 H. M. de Ivoningin bet vierde en vijfde district van Staats-Vlaanderen heefl be- zocht, wenschte H. M. ten Zuiden van den Braakman van Oost naar West te gaan. De burgemeester van Philippine moest ech ter tot H. M. .zeggen, dat zij niet verder kon, tenzij H. M. op Belgisch gebied wenschte te komen. Er zijn toen allerlei formaliteiten noodig geweest om de Ivonin gin en gevolg te veroorloven over Belgie van het eene gedeelte van haar land naar liet andere te komen. De ervaring, die toen de Hooge Lands- vrouwe met tal van formaliteiten heeft ge had, hebben de bewoners, daar dagelijks, al zijn de douaneformaliteiten enz. van an- deren aard. Maar de bewoners gevoeleix die. dagelijks en hunkeren daarom ook da gelijks naar den weg, die al de lelkens te- rugkeerende moeilijkheden zal ondervangcn. Mijnheer de Voorzitter! De Minister wenscht, dat blijkt, dat de meer direct be langhebbenden pogingen in het werk stel- len om den weg le krijgen. Welnu, Mijnheer de Voorzitter, herliaalde- lijk is daar blijk van gegeven. Ik blijf er bij, dat ook zonder dit blijken de Staat de verbinding had moeten aanleggen, maar ik wil er toch op wijzen, dat de belanghebben den reeds stappcn deden. Den 8sten Juli 1862 werd reeds in de Staten van Zeeland met 27 van de 30 stem- men in beginsel aangenomen een weg aan te leggen, terwijl de Staat zich bereid had verklaard subsidie te geven. Als kapsLok om den weg aan op le han- gen werd loen gebruikt het feit, dat de aan leg van spoorwegen ter hand was genomen in ons land. in 1908 kwam d,e zaak weer in de Pro- vinciale Staten en toen werd als kapstok gebruikt de tram, die tusschen het vierde en vijfde district van Zeeuwsch-Vlaanderen werd gelegd. Het vorige jaar Is de zaak weer in de Zeeuwsehe Staten aanhanglg gemaakt, toen werd de oorlog als middel gebruikt om de zaak te keeren. Het doet wel zonderling aan, dat toen de Gedeputeerde Staten van Zeeland den weg „niet bepaald noodzakelijk" hebben ge noemd, maar dat was. zoo bedoeld, dat, in verband met den oorlog het was Sep tember 1914 andere zaken voorgingen, al kon de minder gelukkige redactie iets anders doen vermoeden. Een paar dagent geleden is dan ook in de Staten van Zeelandl aangenomen, met overgroote meerderheid, dat aanleg van den weg urgent is, en Ge deputeerde Staten zullen zeker met de Re- geering overleggen om lot de wegverbinding nu te geraken en ik verzoek dringend den Minister om wel wil lend mede le werken. Mijnheer de Voorzitter! In Juli van het vorige jaar is in Zeeuwsch-Vlaanderen een comite opgericht, gevormd uit de burget- meesters en tal van andere autoriteiten, ter bevordcring van de lots Land komlng van de:n weg. Een kleiner comite is daaruit gevormd, om nader de zaak bij de autoriteiten voor te brengen. De Kamerleden ontvingen van het gemeentebestuur van Ter Neuzen een adres over den weg. De gemeente Hoelc zond een adres aan den Minister van Landbouw, om indijking van een deel van den Braakman te krijgen en daardoor ook tot een weg te komen. Na den oorlog is dat zeker wenschelijk. 11c zal lcrachtig dit streven steunen. Maar, Mijnheer de Voorzitter, wanneer die indijking plaats vindt, zal er nog best een weg bij kunnen worden gemaakt. Deze zeer urgente indijking mag weer niet als kapstok worden gebruikt om een eveneens zeer ur gent en weg ten Zuiden van den Braakman te verkrijgen. Wij hebben al kapslokken ge- noeg gehad. Het comite zond ten einde raad een adres aan H. M. de Koningin. Mijnheer de Voorzitter, Zeeuwsch-Vlaan deren trekt in de dagen waarin wij leven meer dan anders de aandacht. De bewoners stellen dit op prijs, maar de Zeeuwen geven meer om daadwerkelijke belangslelling dan om platonische liefde. In de vergadering van de Provinciale Sta ten van Zeeland lieeft de heer Mr. Dieleman een uitnemend betoog gehouden, tot verde- diging van de groote urgentie van aanleg van den weg. Mij wordt hier in deze ver gadering zeer begrijpelijk niet de ge legenheid gegeven, zoo diep op de zaak in te gaan, zoodat ik den Minister gaarne haar de rede van den heer Dieleman verwijs. In de „Middelburgsche Courant" van 8 Decem ber 1915 komen artikelen voor van den heer Hamacher en een artikel onderteekend „een inwoner van Zeeuwsch-Vlaandereii", waarin de behoefle aan den weg wordt uiteengezet. Wie wil weten of de bewoners van Zeeuwsch- Vlaanderen recht hebben op een betere be- liandeling van de zijde der Regeering in dezen, ik zeg in dezen, want veeial voor andere zaken is, goed gezorgd, vooral door dezen Minister leze de uiLnemende ver- handeling gelileld Zeeuwsch-Vlaanderen, de Wesler-Schelde en Nederland'' van de hand van den hoofdredacteur van ide ,,Middlelburg- sc.he Ciourant", den heer J. H. Deibel, voor- komende in „De Gids", no. 8, 1915. De heer L e 1 y, Minister van Waterstaat: Mijnheer de Voorzitter! Laat ik beginnen met den heer De Muralt mijn verontschul- diging aan te bieden dat ik het vorige jaar onwillekcurig verzuimdheb hem te beant- woorden. De richting, die ik aan mijn ant woord zou hebben gegeven, was, meen ik, wel eenigszins af te leiden uit de Memorie van Antwoord. Ik ben in het algemeen voorslander van kraclitige bevordering van locale wcgen en zeer zeker zal ik dal zijn waar het geldt de verbinding tusschen twee gedeellen van Zeeuwsch-Vlaanderen, die aan de grens van ons gebied zijn gelegen en daar een ge'iso- leerde posilie hebben. Ik verheug mij er dan over, dat kort geleden een adres aan de Regeering is gericht met het verzoek om deze zaak tot een goed einde te brengen. Naar aanleiding daarvan wordt een onder- zoelc ingesteld en ik hoop, dat dit er toe zal mogen leiden, te voldoen aan hetgeen de ge- achte afgevaardigde op zoo welsprekend.o wijze heeft bepleit. De heer D e Muralt verkrijgt voor de tweede maal het woord en zegt: Mijnheer de voorzitter! Ik wensch in de eerste plaats den Minister dank te zeggen voor de medc- deeling. dat het het vorige jaar aan een.toe- vat te wijten is geweest, dat ik geen ant woord van hem heb gekregen. Verder wensch ik den Minister hartelijk dank te zeggen voor zijn toezegging van kraclitige medewerking voor het tot stand brengen van den door mij besproken weg in Zeeuwsch-Vlaanderen. Ik weet zeker, dat de Zeeuwen daar die toezegging van den Minister met groote vreugde zullen begroe- ten. 's Lands Middelen hebben over Nov. opgebracht ruim 17 millioen gulden of ruim 6 ton minder dan Nov. 1914. Oproeping landslorniplichtigen 1912 en 1916. In de Zaterdagavond verschenen Memorie van Antwoord over de Oorlogsbegrooting deelt minister Bosboom mede. dat het eerste gedeelte van de landstormlichting 1912 (dat zijn dus de vrijgestelden en vrijgeloten van de militielichting 1912 zal worden op- geroepen tegen begin Februari en het tweede gedeelte vermoedelijk tegen einde Maart van het volgende jaar. De landstormlichting 1916 zal eerst in den volgenden zomer onder de wapenen worden geroepen. Ook deelt de minister mede, dat het onmogelijk is, de oudste lichting van de bereden korpsen naar huis te zenden. DE DEUTSCHE KRCHSER BREMEN EN EEN TORPEDOBOOT IN DEN GROND GEBOORD. De chef van den Duitschen marinestaf deelt officieel mede Zaterdagmiddag is de kleine kruiser Bremen en een der torpedobooten, die hem begeleidden, in het oostelijk deel van de Oostzee door een duikboot in den grond neboord. Een aanzienlijk deel der beman- ning is gered. (De Bremen, in 1903 van stapel geloopen, mat 3250 ton. was bewapend met 10 ka- noDnen van 10,5 c.M. en 2 torpedo-lanceer- buizen, had een maximumsnelheid van 23 2 knoopen en een bemanning van 303 koppen.) DUITSCH WATERVLIEGTUIG DOOR EEN TORPEDOBOOT BUIT GEMAAKT. De Fransche marinestaf meldt officieel Een torpedoboot heeft twee watervlieg- tuigen, die bij den Out Ratelbank (ten westen van Oostende) op bet water lagen, vervolgd. Een is oritsnapt, het aDdere getroffen en omgeslagen. De twee marine-officieren die er in zaten zijn gevangen genomen en het vliegtuig buit gemaakt. VON DER GOLTZ PASJA TE ALEPPO. De Berlijnsche bladen drukken een rede af, door maarscbalk von der Goltz pasja op 24 November te Aleppo gehouden op een te zijner eere gegeven feestmaaltijd. Hij zeide o.m.Ik ben aan het hoofd van een leger geplaatst, dat bestemd is om met bulp van Arabische stammen dit land binnen te dringen en den vijand te verjagen. Het was voor mij een buitengewone eer, dat mij als 72-jarigen man, zulk een grootsche taak is toevertrouwd. Ik hoop dat mij, naast Godes wil, de genegenheid van het Osmaansche rijk en de vriendschap van heel het volk zullen helpen er in te slagen den vijand van Osmaanschen bodem te verdrjjven. MISLUKTE LUCHTAANVAL OP PARIJS. Naar de Westm. Gazette uit Parijs ver- neemt, slaagde Maandagavond een Duitsch luchtschip erin, over de Fransche linies heen in de richting Parijs te gaan. De tpding werd onmiddellijk telefonisch over- gebracht aan den militairen gouvernenr van Parijs, die dadelijk zijn bevelen aan de ver- schillende vliegparken overbracht. Binnen vijf minuten steeg een zwerm Fransche vliegmachimes op en de Dtiitsche bevelvoerder van het luchtschip, dat zich reeds in de bundels der zoeklicbten bevond, vond bet raadzaam, om onmiddellijk om te keeren. Het luchtschip had toen 16 mijlen in de richting Parijs afgelegd. Wij ontleenen aan de „N. R. Crt." de vol gende tesLegrammen HET GEVECHTSTERREIN OP DEN BALKAN. BERLIJN, 19 December. (Wolff.) Officieele mededeeling van het gi-oote hoofdkwartier, dd. heden: Bij Mojkovats, en Bjelopolje zijn opnieuw ongeveer 750 Serviers en Montenegrijnen ge vangen genomen. WEENEN, 19 December. (AVolff.) Offi cieele mededeeling: De vervolgirLgsgevecliLen in Montenegro ne- men een gunstigen loop. Wij hebben gis- teren ongeveer 800 Montenegrijnsche en Ser- visclie gevangenen 'binnengebracht. Bij de gevechten met de Monlenegrijnen is het voorgekomen, dal de vijand, voorwen- dende zich te onderwerpen, ons, met opge- heven armen en wuivende doeken tegemoet- Liep, waardoor hij ons, tijdelijk bewoog het vuur te staken. Dan beg,on bij echter plot- seting onze linies van vlak bij met handi- granaLen le bestoken. Het spreekt vanzelf, dat zulke smadelijke krijgslisten beliooriijk en streng gewroken zijn en bij her haling op nieuw gestraft zullen worden. WESTELIJK GEVECHTSTERREIN. PARIJS, 18 December. (Reuter.) Avond- communiqueDe Duitsche loopgraven tusschen Somme en Oise en bij Soissons en Reims zijn hevig door onze artillerie beschoten. De vjjandelijke batterijen in de streek van Reims tot zwijgen gebracht. LONDEN, 18 December. (Reuter.) Het Engelsche hoofdkwartier in Frankrijk meldt: De dag was over 't algemeen mistig en bet weder was niet geschikt voor artillerie- gevechten daardoor was bet rustiger dan anders. Niettemin heeft ons geschut het Fransche doeltreffend gesteund en vijande- lijke kanonnen ten Noorden van Yperen tot zwijgen gebracht. PARIJS, 19 December. (Havas.) Officieele mededeeling van hedenmiddag In den loop van den nacht is de bedrij- vigheid van de artillerie aan weerszijden zwak geweest. In d,e streek van Vauquois duren de mijn- gevecbten met voordeel voor be Fransche troepen voort. De vernieling van de werken en kantonne- menten van den vijand in den sector van Arremont, ten Z.-O. van St. MihieJ, is gis- terenavond met uitstekenden uitslag voort- gezet. In den nacht van 17 op 18 dezer heefl ieen eskader van vie.r vliegtuigen ,een nieuwen aanvai uitgevoerd op het station te Metz. Veertig hommen zijn op de gehouwen en bijgebouwen van het station geworpen. BERLIJN, 19 December. (Wolff.) Officieele mededeeling van het groote hoofdkwartier, dd. heden: Van het Weslelijke oorlogsterrein zijn geen gebeurlcnissen van belang gemeld. Melz is in den loop van den nacht op nieuw door vijandelijke vlieger; aangeval- len. Er is enkel materieelc schade aangericht. OOSTELIJK GEVECHTSTERREIN. BERLIJN, 19 December. (Wolff.,, Officieele mededeeling van het groote hoofdkwartier, dd. heden: Kleine Russische afdeelingen, die op ver- scheiden plaatsen aan het front verkemiin- gen Uiitvoerden, werden teruggedreven. WEENEN, 19 December. (Wolff.) Offi cieele mededeeling PI a a tse 1 ij ke ar till er iege vec h ten ZUIDELIJK GEVECHTSTERREIN. ROME, 19 December. (Reuter.) Officieele mededeeling: De Italian en hebben een Norre-piek aan de samenvloeiing van de Torte en Aslico vermeesterd, die den bovenloop van de Astico beheerschl. Langs het geheele front het gewone artil lerie-vuur. Pogingen van de Oostenrijkers om Oslavia ten N.-W. van Gorizia (Gorz) aan te vallen, zijn afgeslagen. WEENEN, 19 December. (Wolff.) Offi cieele mededeeling: De toestand is onveranderd. Aan de Noordelijke helling van den Monte San Michele zijn in de avonduren twee op zichzelf staande aanvallen van de Italiaan- sche infanterie afgeslagen. TER NEUZEN, 20 Dec. 1915. Het weerbericbt van het meteorolo- gisch instituut te De Bildt van heden luidt als volgt Hoogste barometerstand 769.0 Vlissingen. Laagste barometerstand 759.2 Wisby. Verwachting tot den avond van 21 Dee. matige tot krachtige aanvankeljjk westelijke tot Doordelijke wind, betrokken tot zwaar bewolkt, sneeuw- of regenbuien vooral in bet oosten eenige daling van temperatuur. Professor Hugo van Dalen beeft bij eene vroegere gelegenheid getoond een hoogst verdienstelijk kunstenaar te zijn. De muziekliefhebbers zullen dan ook wel blij wezen te vernemen, det de heer Van Dalen, op verzoek van velen, zich heeft laten vinden nog eenmaal in Ter Neuzen op te treden, voor hij onze omgeving verlaat. Zijn programma is geheel andeis dan het vorige, zoodat zij, die hem toen genoten hebben, niet bang behoeven te zijn nog eens hetzelfde te zullen booren. De toe- gaegsprijs is wel niet gering, maar toch uiterst matig in vergelijking met hetgeen men te genieten krijgt. Ditmaal wordt een klavier bespeeld van de firms A. S. J. Dekker, vertegenwoordiger de heer Feij alhier. Verboogde subsidie voor de H. B. S. te Ter Neuzen. De heer De Muralt, lid der Tweede Kamer voor het district Oostburg, schrijft ons dd. 17 dezer, dat hij om bjjzondere reden niets kon mededeelen over de subsidie voor de Hoogere Burgerschool te Ter Neuzen, omdat de zaak er goed voor stond en het niet verstandig was daarop ontijdig de aan dacht te vestigen. Reeds voor het adres van het gemeentebestuur besprak hij de zaak waar het behoort. In verband met genoemd adres is de zaak in de afdeelingen der Tweede Kamer door Z.Ed, ter sprake ge bracht, en hetgeen het voorloopig versiag daarvan te lezen gaf (onlangs door ons ver- meld) was daarvan het gevolg. Zooals men zich herinnert, werd herstelling verzocht van den op de voorloopige begrooting voor 1915 tot f 12.000 verhoogden maar later tot 10.000 gebrachten post. De Regeering heeft hierop in de memorie van antwoord een bevredigend antwoord gegeven. Dit luidt als volgt c/Na kennisneming van het adres van Burgemeester en Wethouders van Neuzen van Augustus 1915, waarvan etn afschrift aan de leden der Kamer werd gezonden.is ondergeteekende van oordeel, dat verhooging van het Rijkssubsidie ten behoeve van de hoogere burgerschool aldaar tot 12.000 niet mag worden uitgesteld. Inderdaad is het deze gemeente, nu de uitgaven voor die school de oorspronkelijke raming aan- merkelijk hebben overschreden, terwijl de inkomsten beneden de verwachting zijnge- bleven, niet mogelijk bet ontbrekend bedrag bij te passen, zonder haar budget te ont- wrichten. Wat betreft het getal leerlingen, hetwelk deze inriehting telt, zij er aan herinnerd, dat de eiijenlijke hoogere burger school hare leerlingen voornamelijk moet betrekken van de school voor meer uitge- t TER NSCHE COURANT

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1915 | | pagina 1