ALGEMEEN NIEUWS- EN ADYERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. BEKENDMAKING. No. 6302. Donderdag 18 November 1915 55e jaargang. ABONNEMENT: ADVERTENTlfiN INRICHTINGEN F E IF I L LI T 0 I. Telefoon 25. Dit BM verschijnt Maandag'Woensdag- en Yrjjdagavond, nitgezonderd op Feestdagen, bij de Firma P. J. VAN DE SANDE te Tar Nenzen. BIHNENLAND. Per 3 maanden binnen de stad 1—Franco per post voor Nederland 1.10. Bij vooruitbetalingvoor Belgie /1.40, voor Ned.-Indie en Amerika /1.65, overig Buitenland /2. Men abonneert zich bij de Uitgeef§ter, of buiten Ter Neuzen ook bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievenbushouders. Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer f 0.10. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Orootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend. Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief. Inzending van advertentien voor 1 Wtir op den dag der uitgave. welke OEVA 4It, SCHADE of HINDER kunnen veroorzaken. SS2S3SE?iS«fiERaSE3SBI In overleg met, den Inspecteur der Yolks- gezondheid noodigt de Commandant der Kustbatterij te NEUZEN, de ingezetenen dringend ait bij alle gevallen van ziekte waarbij het vermoeden van roodvonk bestaat een geneesheer te raadplegen of terstond kennis te geven aan het gemeentebestuur om te voorkomen dat eventueel NEUZEN, HOEK en ZAAMSL AG verboden worden voor met verlof gaande militairen en om te voorkomen dat het garnizoen niet met ver lof mag gaan of zelfs het vrije verkeer van militairen in de gemeente wordt verboden. De burgerij wordt dringend uitgenoodigd aanraking te vermijden tusschen leden van besmette en niet besmette gezinnen. Verzuim van aangifte van roodvonk is strafnaar volgens de wet. Neuzen, 15 November 1915. De Kapitein Commandant der Kustbatterij, A. D. PUTMAN CRAMER. Burgemeester en Wethouders der gemeente TER NEUZEN, brengen ter openbare kennis, dat ter Ge- meente-secretarie ter inzage ligt een verzoek met bijlagen van R. G. E. NOLSON, expediteur, wonende te Ter Neuzen, om EHltG TJNN1 NG tot het oprichten van eene werkplaats voor het ontharen van hazen- en konijnenvellen benevens eene tijdelijke bewaarplaats voor genoemde vellen, in een gedeelie van het perceel plaatselijk gemerkt 44 en gelegen aan den nieuwen stationsweg, kadastraal bekend in sectie M. No 282. Op Maandag, den 29 November 1915, des namid- dags te 3 uren, zal ten Gemeentehuize gelegenheid bestaan om bezwaren tegen dit verzoek in te brengen en deze mondeling en schriftelijk toe te lichten. Zoowel de verzoeker, als zij, die bezwaren hebben, kunnen gedurende drie dagen, voor het boven- gemelde tijdstip, op de Secretarie der Gemeente kennis netnen van de ter zake ingekomen schrifturen. Ter Neuzen, den 15 November 1915. Burgemeester en Wethouders voornoemd, J. IIUIZINGA, Burgemeester. L. WABEKE, Secretaris. De aandacht van belanghebbenden wordt er op gevestigd, dat volgens de bestaande jurisprudentie niet tot beroep gerechtigd zijn zij. die niet over- eenkomstig art. 7 der Hinderwet op den boven- bepaalden dag voor het g emeentebestuur zijn ver- schenenteneinde hunne bezwaren mondeling toe te lichten. TWEEDE KAMER. Zitting van 16 November, te 11,15 u. Voorzitter de heer Goernan Borgesius. Indisch-e begrooting. Aan de orde zijn de Algemeene Resellou- wingen over de Indisehe begrooting voor 1916, te beginnen met: de uitgaven in Indie. De heer Bogaardt zegt, volgens, het ver- slag der „H. Crt.", dat hij zich beperken zal tot het koloniaal staatsbeleid. Met vol- doening heeft spreker ontwaard, dat hulde niet is onthouden aan het bestuur van den Gouveroeur-Generaai Idenburg, die weldra zal aftreden. Steeds, werd een Gouvemeur- Ganeraal bij zijn aftreden met smaad be- jegend; de heer Idenburg vormt hierop een uitzondering. Hij zal worden vervangen door een diplomaat van beroep. De Kamer heeft de vbordracht, aan de Kroon gedaan, niet te beo-ordeelen. Maar zeker was, daaraan niet vreemd de internationale positie, door onze koionien in de gegeven omstandigheden ingenomen. De nieuwe Landv-oogd moet zoo spoedig mogelijk beschikken over een sterke vloot en brachtig leger. Met ingenomenheid heeft spreker van de plannen der Regeering kennis genomen. Van den heer Van Lknburg SLirum is veel goeds vernomen. Te betreuren is 't, dat hij Indie niet door langdurige aanschouwing kent. De continuiteit van bestuur mioet in het oog worden gehouden. Spreker beveelt nogmaals aan de benoeming van een luitenant-gouver- neur-generaal. Over de z,g. ethische poli tick wil spreker maar zeer weinig zeggen. Hij beschouwt haar als een soort van lukraak-politiek. Men mag niet uit het oog verliezen, dat Indie is een complex van land-en en niet een land met een bepaald ras. Spreker voor zich geeft de voorkeur aan een evolutionaire politiek, eene, die langs lijnen van geleidelijkheid gaat. Een grief van spreker is, dat men in Indie in hoofdzaak rekening houdt met de wenschen van aldaar tijdelijk vertoevende Europeanen. Door de boolmen ziet men het boseh niet. Voorts wijst spreker er op, dat de Ge- westelijhe Raden enz., weldra, volgens de tegenwoordige groepeering, bijna geheel door inlanders zullen worden ingenomen. In Indie zal de antithese door rasverschil, niet door tegenstelling van kapitaal en arbeid, worden gevormd. Voorts bespreebt spreker de decentralisa- tie-wetgeviug. Na twaalf jaren bestaan is deze vrijwel een mislukking gebleken. Het mede-zeggenschap moet allereerst worden toegekend aan de inheemsche bevo,Iking, niet aan allerlei vreem.de elementen. In hel algemeen is de decentralisatie, wat de Ge- meenteraden in de buiten-bezittingen be- treft, niets anders dan schijnvertoon geweest. Men mo,est zich beperken tot gemeenten, waar hel instituut werkelijk reden van be staan heeft. Ernsliger is, dat dei-gelijke kri- tiek ook moet worden loegepast op de Ge- westeLijke Raden. Aan de go,ode voorlich- ting en de toewijding, van ambtelijke zijde betoond, is 't te danken, dat er van de decen tralisatie nog iets terecht is gekomen Belangrijke inkrimping van het aantal ge- westen is een allereerste eisch. De heer Van Bylandt zegt, dat hij reac- tionnair zou zijn, als hij er niet voor was, dat de bevolking van Indie vooruilgaat en ontwikkeld wordt, maar er zij een geleide- lijke en zich aan de omstandigheden aan passende ontwikkeling. Vooral oj) de zen- ding als een der middelen tot ontwikkeling zij de aandacht gevestigd. Spreker doet wijders uitkomen, dat wij alien, de rijke zoowel als de artme, belang hebben bij Indie en bij de eenheid van Indie en moederland. De heer De Muralt vindt het een raadsel, hoe de Minister er toe is gekomen, te be zuinigen op de irrigaties en afwalerings- werken. Door deze werken jnist worden schrale dessa's tot bloei en welvaart ge- bracht. Bezuinigd ban wel worden op an dere wijze. De Minister zorge er b.v. voor, dat in de magazijnen van Soerabaja geen goederen 20 jaar lang opgestapeld blijven liggen, zonder te worden gebruikt, en dat er geen cement meer wordt gebocht, waar bij precies 100.000 gulden meer word I be- taald dan in normale omstandigheden noo- 4:3 j 41 i'JAHMM. Grootvader wees er met zijn zweep ru^ir en zeide tot Peter: „Kijk eens,, we krijgen wat!" „Ja, mijnheer, maar het zal wel avond zijn, als we die bait brijgen." „Dat ban best, maar misschien weleerder." De gasten werden met groote vriendelijk- heid in de pastorie verwelbomd. De domi- nee ontving hen nu, Fedor hield zich afge- zonderd. De kerk werd vol, het gezang van de ge meente ruischte door het landelijke gods- huis. Alle geanoederen waren bewogen door de gedachte, dat Fedor, dien zij onder hen liadden zien opgroeien, nu zoover was,, dat hij hen Gods woord kon verkondigen. In blijde verwachling keken alien naar den kansel. De jonge hulpprediker liep in zijn plechtgewaad in de sacristie heen en weer. Zijn ziel verkeerde in een heerlijke verhe- ven stemming. Hij had al meer gepredikt, De oude domi.nee, dien hij terzijde stond, liet het preeken gaarne aan hem over, en varrichtte alleen de ambtshandelingen. Den heimelijken wensch, eenmaal in zijn geboor- teplaats te kunnen prediken, en den kansel dig zou zijn. Zulke dingen zouden niet voorkomen, als men beschikle over lecii- nische bureaux voior Binnenlandscli Bestuur. De oprichting dezer bureaux zij den Mi nister in overweging gegeven en hij sture er vo-or de technische leiders aan zijn de- parlement naar Indie. Spreker huldigt de rnannen en vrouwen, die liun brachten wijden aan de pestbestrij- ding, waarvoor hij goede quarantaine-sta- tions wenscht. Er wordt gepauzeerd. Regeling van werkzaamheden. De Voorzitter brengt in herinnering, dat hij den beer Sannes, als zijn meening lieeft doen bemien, dat diens interpellates over de prijz,en der levensmiddelen allicht eenige dagen zou vorderen, terwijl liet bovendien in de stukken is behandeld. De heer Sannes verklaarde zich toen bei-eid, de inLerpellatie le beperken tot de rnelk. Spreker erkent de ur,gen tie daarvan en stelt voor, deze inter pellate a.s. Maandag aan de orde te stel- len. De heer Koolen heeft een bezwaar om nu reeds op Maandag te vergaderen. Tal van leden zijn daarop niet voorbereid. De Voorzitter zegt, dat Minister Poslliuma mom en tee 1 zijn stemoirgaan nog niet tot zijn bescliikking heeft. Spreker handhaaft zijn voorstel. De Kamer is bovendien overladen met werk. De heer Koolen slelt voor, de interpella- tie-Sannes op a,s. Dinsdag te stellen. De VotM'zitter consLateert, dat er niet ge- noeg leden in de zaal aanwezig zijn om tot stemming over te gaan. De stemming wordt dusi aangehouden. De algemeene beschouwingen over de In disehe begrooting worden voortgezet. De heer Knobel wijst o-p het verblijdend verschijnsel, dat zich meer dan vroeger la- lenlvolle, hoogstaande mannen voor Indie interesseeren. Er is mag erkend ver- betering, vooruitgang te bespeuren! Moge de verliouding tusschen moederland en inlander zoo worden, dat de inlander in ons steeds een ouderen broeder blijft zien. Van den nieuwen iGou verne ur-Gencra a 1 ver- wacht spreker de instelling van een bureau voor buitenlandsche aangelegenlieden, waar- aan zulke kraehten verbonden zullen zijn, dat Nederland, als de nieuwe Gouverneur- Generaal aftreedt, een diplomaat als opper- sten ambtenaar der Koningin kan ontberen. Op het punt van den handel worde steeds de politiek van de open deur gevolgd. In dit verband pleit spreker voor wijziging der Mijnwet en voorts voor maatregelen om de telegrafische verbinding, ook door draad- looze telegrafie, te verzekeren. Spreker pleit ten siotie voor verbetering der statistiek, waarvoor hij een centraal bureau wenscht. Thans gaat de Kamer over tot stemming over bet voorstel van den Voorzitter, om Maandag de interpellatie des heeren San nes le doen liouden. Er werden 30 stem men voor en 19 tegen het voorstel uitge- bracht, waaruit blijikt, dat het vereischte aantal leden niet aanwezig is, zoodat de Voorzitter, krachtens art. 69 van hel regie merit, de vergadering moet verdagen tot een nader te bepalen tijdstip. Dit tijdstip stelt de Voorzitter vast op 3 uur. Na heropening der vergadering wordt op nieuw gestemd. Voor het voorstel worden 34, tegen 16 stemmen uilgebracht. Het ver eischte aantal leden is dus weer niet aan wezig en de vergadering wordt thans ver- daagd lot moirgen-ochtend 11 uur. van zijn vader te Imogen bestijgen, had liij nooit durveh uitspreken, want papa was nog flinb genoeg -en vervulde nog steeds met een blij gemoed zijn ambt. Nu had zijn vader echter zijn wensch voorkomen en daardoor het hart van zijn zoon met een gevoel van geluk en dankbaarheid vervuid Van dit gevoel uitgaande, wilde hij nu een preek houden.over de verliouding van de ouders tot hun kinderen en die van de kinderen tot hun ouders. Nadat de aandachtig luisterende gemeente liet evangelic van den Zondag was, voorge- lezen, en hij na een gezang den kansel had bestegen, koos hij tot tekst de vermaning van den apostel Paulus aan de Ephezers Kinderen, weest gehoorzaam aan uw ouders in den Heer, want (jat is recht. Eert uw vader en uwe mioeder, dit is het eerste ge bod, met een belofte: opdat hel u welga, en gij lang leeft op aarde. En gij, vaders verwekt uw kinderen niet tot loorn; voed hen op in de tucht en de vermaning des Heeren." Hoeveel kon er over deze gulden woor den gezegd worden, om de gemeente op te wekken en te stichten! Met ware geestdrift behandelde de jonge geestelijke dan ook zijn onderwerp. Bij zijn woord en vielen flikkerende von- ken in twee zielen, kwamen gebeurtenissen in hun gedachten op, die aan hun geweten knaagden -en hen aanspoorden tot een naar- stig onderzoek Van zichzelven. Het waren de zielen van den rechtschapen Dietrich Kruse en zijn kleindochter Marie. Beiden gevoelden zich bij deze aangehaalde woorden niet zond-er schuld. De oude man, die levenslang getracht had recht en plicht tot richlsnoer te netnen, had na den brief van zijn overleden kind de won-de in zijn gemoed smartelijk voelen branden, die Dora's vlucht hem had toege- bracht. De zachtere gevoelens, die hij e'erst had onderdrukt, kwamen in de uren van kalmer nadenken dikwijls weer bij hem op maar nog nooit was- zijn geweten zoo wak- ker geschud als nu bij de woorden: „Gij vaders, verwekt uw kinderen niet lot toorn" en nu begon zelfs het berouw in hem te knagen. Ja, hij was hardvochtig geweest, hij had Dora's lot naar zijn zin willen schikken Maar zij zocht haar geluk op anderewegen zij had het in de arm-en van dien vreem deling gevonden. Het leven dat voor haar lag, moiest zij alleen in lief en leed dragen Zou zij dan niet van God het recht gekre- gen hebben om haar eigen weg te volgen al wilde haar vader een anderen weg kie zen Hij dacht nu, dat hij alles weer goed kon maken, aan haar- kind, en dat troostte liem. Hij keek naar het meisje. Zij zat daar met vochlige oogen en droogde s-til haar tranen af. Zij trok zich dus ook de ver maning van den Bijbel aan! Zij was niet Djambi-eoncessien. Motie-Staatsexploitatie aangenomen. De Tweede Kamer heeft Maandag de motie-Albarda (Staatsexploitatie van Djani- bi) met 37 tegen 34 stemmen aangenomen en daarna het wetsontwerp tot uitgifte van Djambi aan de Ivoninklijke Petroleum-maat- schappij met 48 teg-en 21 stemmen verwor- pen. De Landweerliehting van 1908 met klein n verlof. Door de Regeering is bepaald, dat de manschappen van de Landweerliehting 1908, die zulks wenschen, op 25 November aan- staande met voorloopig (klein) verlof zullen worden gezonden. Gedeellelijke deraohilisalie? Blijkens de Memorie van An Lwoord op de algemeene beschouwingen bij het afdeelmgs- onderzoek der Staatsbegrooling, meent de Regeering, dat de econonxische en financieele bezwaren aan de indiens thou ding van het geheele leger verbonden, en waarop thans opnieuw en uitvo-erig de aandacht is geves tigd, zoo voor de hand liggen, dat men wet zal willen aannemen, dat zij de aandacht der Regeering niet zijn ontsnapt. Hel zeer groote gewicht dier bezwaren is door haar geen oogenblik onderscliat en zij beseft ten voile, dat dat gewicht toeneemt, naarmate de oorlogstoestand langer duurt. De moeilijkheid, die is, op te lossen, wordt gedeeltelijk beheerscht door de vraag op welke wijze en binnen hoeveel tijd, indien een gedeelte der weermacht naar lxuis wordt gezonden, weder over het geheel dier macht zou kunnen worden beschikt. Die vraag van zuiver technischen aard is niet alleen overwogen, maar de noodige maatregelen zijn tot in kleine details voor verschillende eventualiteiten uitgewerkt. Veel ernstiger is de vraag of de Regeering met het oog op den strategischen toes Land van ons leger en de verplichtingen, die de handhaving omzer neutraliteit ons oplegt, de verantwoondelijkheid voor een min of meer aanzienlijike vermindering der dade- lijk beschikbare weenmacht zou mogen aan- vaarden. Een vergelijking met andere lan den kan ons daarbij weinig dienslig zijn, orndal de geograflsche en mihtaire toestan- den geheel andei-s zijn en omdat de inter nationale politieke verhoudingen dier vol- keren grootendeels aan onze beoordeeling ontsnappen. Dat het, ook bij gunstige internationale verhoudingen, risioo medebrengt, indien het leger niet ieder oogenblik ten voile paraat is, is wel niet twijfelachtig. Tot dusver heeft de Regeering gemeend niet meer- risi- co te mogen aanvaarden dan ook reeds thans aan de gegeven verloven, waarvoor het aan tal, naar verhouding tot de legersterkte, ge- leidelijk is opgevoerd, verbonden is. Erkennend, dat de bezwaren voor de nalie steeds toenemen, overweegt zij opnieuw, of en in hoeverre het mogelijk is nog meer verlichting van den bestaanden druk aan te brengen. Openlijke besprekingen van de motieven, die de Regeering tot haar besluit hebben geleid of in de naaste toekomst zullen lei den, acht zij met 'stands belang niet over een te brengen. Het ware trouwens te duch- ten, dat deze bespreking ons van het be oogde doel zoude verwijderen. Ook in co- m i te-generaal zou de Regeering niet onbe- langrijke ter ugh muling moeten in acht ne- men. Het nut van zoodanige bespreking ziet de Regeering niet in. Mocht echter gehoorzaam geweest, toen zij haar vader heimelijk had verlaten. Zoo leed zij, even- als hij, hij gevoelde zich dubbel zoo na aan haar verwant, en een teederheid kwam in zijn hart, zooals hij nauwelijks ooit voor een van zijn kinderen had gekoesterd. Het laats-te gezang was ten einde en daar nxee ook de dienst afgeloopen. Doniinee Kruse ging naar zijn zoon in de sacristie. Hier omhelsde hij Fedor bewo gen en sprak: „Ik dank den Heer, dat Hij mij zulk een zooin gegeven heeft. Blijf op dezen go-eden weg,dezegen van uw ouders begeleide u tot in lengte van dagen." Bij den terugkeer naar de pastorie liep tante Rika gearxnd met Marie. „Ach, wat heeft Fedor mooi gepreekl! Hij heeft jouw hart ook weten te treffen! Ja, ja, op zulk een man nxag zijn vrouw wel trolsch zijn!" De kleine Anna, het dochtertje van den dominee, was thuis gebleven om het ge- braad te begieten en voor de gasten alles klaar te maken, want dat kon men niet aan de meid alleen overlaten. Spoedig gingen de bloedverwanten in een kring om de tafel zitten en lieten zich het eten goed smaken. Grootvader klonk met Fedor en meende, dat het iemand, die vader en rnoeder zoo trouw eerde, wel moest gaan op aarde, naar de woorden van de Heilige Schrift. Toen het middagmaal geeindigd was zochten alien de schaduwrijke plaatsjes in den tuin op, want de warmte was drukkend. de Kamer tot conxite-generaal besluiten, dan houdt de Regeering onder gemeld voorbe- houd zich te barer beschikking. De belasting op de voornamen. Wat wel het meest van al de belasting- voorstellen de nieuwsgierigheid wekte, n.l. de aangekondigde belasting op voornamen, schrijft de „M. Crt." is nu ook als volledig wetsontwerp ingediend, zoodat men nu kan nagaan hoe Mr. Treub zich die .-oorstelt, en wat hem tot het voorstel be- woog. In het kort komt het voorstel betreffende de voornamen hierop neer: bij aangifte van de geboorte van een kind, dat meer dan een voornaam krijgt, wordt door de ouders een belasting betaald; deze bedraagt voor iederen meerderen voor naam: voor ouders beneden duizend gulden inkomen f 2,50; boven duizend en beneden twee duizend gulden inkomen 5,— tot 3000,— 7,50; tot 4000,— 10,—, enz. enz., regelmatig o-pklimmend, zij 't ook met steeds grootere sprongen; zoodat iemand met 64.000,inkomen en meer 400,— per naam betaalt; voegt men later nog een voornaam toe of verandert men die, dan bedraagt de belas ting nooit minder dan 100, Een tweede deel van het wetsontwerp betreft de verandering van den geslachts- naam, of toevoeging daaraan van nog een of meer nam en. Dat zal kosten 250,— voor de aangesla- genen van J 6000,inkomen of minder. En 25,meer voor iedere duizend gulden aanslag boven die som. Maar in geen ge- val meer dan 1000,—. De Minister noemt het in zijn Memorie van Toelichting een opvallend feit, dat het geven van meer voornamen het meest voor- komt in de groote steden en wel in de meer gegoede kringen. In den laatsten tijd is ook ten plattelande, blijkbaar in verband met de toenemende welvaart, een neiging waar te nemen, meer voornamen te geven. Wordt nu wegens de toekenning van meer dan een voornaam belasting geheven, dan zal die toekenning zeker als uiting van welvaart zijn aan te merken. Ov-ervloed van voornamen bezorgt aan rijk en gom-eenten geen geringen administratie- ven last. Behoudens door haar karakter als belas ting eener welvaai-ts-ui Ling, word t ze dus, zoo betoogt de Minister, hierdoor gereclit- vaardigd, dat zij een vergoeding eischt van d-egenen, die ter wille van particuliere voor- liefde en traditie den staatso-rganen meer m-oeite veroorzaken dan noodig is-. Zij is echter in de eerste plaats belasting en klimt dus liooger naarmate het inkomen grooter wordt. De beLasling is vo-or de kleine inko- mens matig gehouden. Zij zal niemand scha- den, daar ieder het in zijn hand heeft er van versehoond te blijven. Onderscheid is gemaakt tusschen toekenning bij de geboor te en latere bijvoeging of verandering van voornamen. Omdat de laatste een geheel ander karakter dragen is een minimum-be- lasting voor haar bepaald van 100. Aan on verm o genden kan echter vrijslelling wor den verleend. Voor v-erand-ering van geslachtsnaain of bijvoeging van een of meer namen aan den geslachtsnaain is een afzonderlijk tarief op- genomen. Het verlangen naar geslaclxts- naamisverandering zal bij minder vermogen- den ni-et licht opkomen. Ze is bij uitstek een weelde-artikel. Een minimmn-belasting van 250 acht de Minister geenszins le hoog. Fedor en Liesbet ontmoetten elkaar bij een afgelegen prieeltje. „Hier is liet koel", zeide liij verheugdi, „kom hier, Li-eze, hier kunnen wij wat pra- ten." Zij ging naast hem op een bank zitten en keek hem schuchter aan. „0, Fedor, hoe h-eb je mijn hart getroffen met alles, -wat je liebt gezegd!" „Maar je bent toch een goed 'kind?" „Nu, dat is slechts half waar. Ik doe dikwijls met tagenzin, wat ik doen moet." „Je doet toch wel je best om gehoorzaam te zijn?" „Van nu af wil ik nog meer mijn best doen. Ik dacht vroeger dikwijls,, wat ver- beeldl Fedor zich wel, maar nuikweei, dat je een goed dominee en zoo vroom bent, wil ik je goede raadgevingen wel volgen." „Dat is een goed voornemen, blijf daar bij, Liesbet!" Hij reikte haar hartelijk de hand. „Dikwijls kan ik ook uit eigen beweging verstanclig doen," zeide zij, terwijl zij sterk kleurde. Zij haalde den brief van Arthur Ohlke voor den dag en gaf hem aan haar neef in handen. Fedor las het briefje vluchtig over, een wolk van hevigen toorn verduisterde daar bij zijn goedig gezicht. „Wat een onbeschof- te meisje.sjager! Met de zweep moet men hem bedienen. Je bent er toch niet ge weest?" (Wordt vervolgd).

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1915 | | pagina 1