f la Mi ALGEMEEN NIEUWS- EN ADYERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCK-VLAANDEREN. No. 6278. Donderdag 23 September 1915. 55e Jaargang. De Oorlog. m mm mm m ABONNEMENT: ADVERTENTIfiN B1NNENLAND. -STATEN-GENEBAAL. Telefoon 25. Dit Blad yersehunt Maandag^, Woensdag- en Vrjjdagavond, uitgezonderd op Feestdagen, btj de Firma P. J. VAN DE 8ANDE te Ter Neuzen. FETTILLETON. h, j Bn Per 3 maanden binnen de stad 1.—Franco per post voor Nederland 1.10. - Bij vooruitbetalingvoor Belgie 1.40, voor Ned.-Indie en Amerika jT 1.65, overig Buitenland 2. f <Men abonneert zich bij de Uitgeefster, of buiten Ter Neuzen ook bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievenbushouders. Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0.10. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend. Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief. Inzending van advertentien voor 1 UUI* op den dag der uitgave. VEREKNIGDE VERGADERING 29) pri iMiniiiniimihii'HH iwi "'ii'iniMiniMi'iMiiiiiiiiiiii iiiiii ri' rriir'"n unmrt op ma' geti: dez* At- aaof po,; brs BSSffltSlss mn COURANT -*?»• van de BEIGE KHMERS op Dinsdag 21 September 1915, tot opening van de gewone zit- ting der Staten-Generaal. De heer J. J. G. baron van Voorst tot Voorst, die den voorzittersstoel bekleedt, opent, nadat de leden der beide Kamers zich naar de Ridderzaal op het Binnenhof hebben begeven, des middags te 12 uur, de vergadering, en laat door den grittier van de Eerste Kamer voorlezen een besluit van 6 September 1915 no. 22, houdende zijn be- noeming tot voorzitter van de Eerste Kamer gedurende de zitting, die heden zal aanvan- gen. De Voorzitter benoemt een commissie, die Hare Majesteit de Koningin in het gebouw zal ontvangen en uitleiden. In deze commissie krijgen zitting de hee- ren: Kraus, Cremer, De Gyselaar, De Vos van Steenwijk en Van Swaaij, leden der Eer- sle Kamer, en Smeenge, Van Vlijmen, Fock, ilajtssen (Maastricht), Van Foreest, Van Dcorn, Limburg, Van der Voort van Zijp, i AhSerman en Van Vollenhoven, leden der TWeede Kamer. De Ministers, hoofden van ministerieele departementen, en de leden van den Raad van State vereenigen zich, te een uur des namiddags, mede in de vergaderzaal. Hare Majesteit de Koningin, vergezeld van Zijne Koninklijke Hoogheid den Prins der Nederlanden, kort daarna in de vergaderzaal binnengeleid, neemt plaats op den troon en spreekt, terwijl de Prins naast haar gezeten i _de T roonrede, uit, als volgt: Mijne Heeren! Nu ik weder in Uw midden ben is het Mij eene behoefte allereerst openlijk uit te spreken hoezeer Ik vervuld ben van dank- baarheid, dat onS vaderland vrij is gebleven van de verschrikkingen van den oorlog, die nog steeds geen einde neemt. De vaste wil van Regeering en voiksver- tegenwoordiging om onze zelfstandigheid te nvaren en de plichten der neutraliteit stipt te komen vindt alom waardeering. Onze betrekkingen met alle buitenlandsche mogendheden Eleven van vriendschappelij- ken aard. Zee- en iandmacht blijven gereed ter be- scherming onzer nationale belangen. De dienst bier te lande en in de kolonien ver- eischte onafgebroken inspanning. De her- innering aan hen, die daarbij het Ieven lie- ten, vervult Mij met weemoed. Met bijzon- dere waardeering gedenk Ik de vele man- nen, che, door de vervulling van hun plicht, nu reeds zoo geruimen lijd verstoken zijn van de uitoefening van hun beroep, de be- hartiging hunner zaken en de samenleving met hunne gezinnen. Ofschoon jook thans bet leoonomische Ieven nog sterk gedrukt wordt door den toestand waarin Europa verkeert, kan er toch met voldoening op worden gewezen, dat de land- en tuinbouw over bet algemeen in gunstigen toestand verkeeren. Door samenwerking van de Regeering met de georganiseerde belang- hebbenden in verschillende takken van be- a——II .iv Zij veegde juist de kamer, toen Hendrik in het venster kwam leunen. Hij sloeg haar gade. Zij zag er nu frisscher uit dan gis- teren, en hoe vlug ging haar het werk van de hand. „Hoe gaat bet er mee", vroeg hij, zijn zij goed voor je?" „0, heel goed!" „Kom eens hier, en vertel eens wat." Marie kwam bij hem staan en zij babbet- den gezellig. „Maak nu maar, dat je wegkomt", riep zij na eenigen tijd gepraat te hebben. „Men moet zijn tijd niet verpraten." Hij ging heen en zocht tante Rika op, vroeg haar over het meisje, over haar komen en hierblijven. Hij meende, dat zij slechts hier was, om den brief van haar overleden moodier te brengen. En nu wilde zij steeds hier blijven en haar vader in den sleek laten? Waarom dat? Hij begreep niet, hoe dat in orde kon zijn, hoe tevredsn hij er ook mee was. „Tante, die gescbiedenis is ergens niet in orde. Waarom wil zij niet naar Rerlijn teruggaan ..Wees, stil", zei Rika, en keek schuw naar de meid, die varkensvoeder stampte. „Daar drijf konden voor Handel en jifijverheid de nndeeli-ge gesV'olgen der verschillende moei- lijkheden worden beperkt en de zaken zoo- veel mogelijk in gang worden gehouden. De Nederlandsche reederij leverde, voor zoover de groote vaart betreft, gunstige uit- komsten op. De toestand der kleine vaart is daarenlegen zeer ongunstig. Ondanks de daarbij ondervonden moeilijk- heden en gevaren, zijn de uitkomsten van de zeevisscherij bevredigend. Die van de andere takken van visscherij zijn zeer uiteenloo- pend. De Regeering ziet zich nog genoodzaakt in vele opzichten hare tusschenkomst in buitengewone mate te verleenen voor het aanvoeren van levensmiddelen, voor het tegengaan van prijsopdrijving en om te voor- komen, dat levensmiddelen en grondstoffen, die hier niet gemist kunnen \vorden, het land verlaten. De beperkte aanvoer van grond- en hulp- stoffen brengt het geregeld voortwerken van menige fabriek niet zelden in gevaar. De Re geering Iracht den aanvoer zooveel mogelijk te bevorderen. Hoewel het havenbedrijf, het bouwbedrijf en de diamantnijverheid kwjjnen, is de om- vang der werkloosheid over het algemeen tot nog toe niet zorgwekkend. Dankbaar erken Ik den moeitevollen ar- beid die door zoo velen, hetzij in commis- sies, hetzij persoonlijk, in het algemeen be- lang wordt verricht. Hoewel de druk der tijden zich uitter- aard ook in Nederlandsch-Indie doet gevoe- len, geeft de algemeene economische toe stand ook daar te lande geen reden tot be- zorgdheid. Met voldoening mag vastgesteld worden, dat de berichten omtrent het verloop der pestziekte reeds geruimen tijd veel gunstiger zijn dan in het vorig jaar. De toestand in Curasao is na het invallen van den regen in de eerste helft van het loopende jaar en ten gevolge van eenige toeneming van het handels- en scheepvaart- verkeer, verbeterd. De aanvoer van levensmiddelen voor Su- riname kon blijven voortgaan. Zoolang de buitengewone omstandigheden zich niet ten onzen nadeele wijzigen, kan de gewone wetgevende arbeid weder worden ter hand genomen. De vroeger aangekondigde voorstellen tot Grondwetsherziening zullen weldra worden ingediend. In verband met het aanzienlijk Lekort, dat ook het dienstjaar 1916 opleveren zal, als- mede ter beslrijding van nieuwe Staatsuit- gaven, welke in de naaste toekomsl noodig zullen zijn, zullen U binnenkort wetsvoor- stellen worden aangeboden tot herziening van bestaande en tot invoering van nieuwe belastingen. De hoofdlijnen van die voor- stellen zullen worden samengevat in een ontwerp van wet lioudende de grondslagen van het stelsel van 's Rijks belastingen. In aansluiting aan de wetsontwerpen be- treffende de Rijksbelastingen zal U een voor- stel worden voorgelegd tot herziening van de financieeie verhouding tusschen het Rijk en de gemeenten en zullen de aanhangige voor stellen tot wijziging der Gemeentewet ten aanzien van de plaatselijke belastingen en tot heffing van opcenten ten behoeve der ge meenten op de belasting der naamlooze ven- nootschappen worden gewijzigd. Tenzij de loop der gebeurtenissen het on- verwijid nemen van maatregelen op finan- cieel gebied mocht noodzakelijk maken, zul- ginds is iemand, dien zij niet mag lijden, maar dien zij moet nemen." „Heeft zij dan een anderen vrijer?" stootte Hendrik met gefronst voorhoofd uit. „Dat geloof ik niet, jongen. Dan liet zij de ooren liangen en was niet zoo blij, dat zij liier mag blijven." Hendrik vond het pleizierig, dat groot- vader haar toch had opgenomen. Voor een vermogend boer, die rijkelijk er van kan ieven, kon het niet anders, of hij moest de zijnen bijsiaan, wanneer zij in verlegenheid kwamen. ,.En zij kan werken en wil het ook gaar- ne. En, zie eens, Hendi-ik, ik word nu zoo langzamerhand een beetje zwak, en daar- voor is het goed, dat een jonge, sterke hand in huis komt, die kan aanpakken." „Ja, tante, die hulp is u gegund. Kom nu maar eens spoedig met haar bij ons over; u kan wet begrijpen, dat moederhaar gaarne wil zien." „Natuurlijk, jongen, zoo spoedig bet werk gedaan is en wij weg kunnen. Vandaag scliijnen alien wel in een feestelijke stem ming." De komst van het vreemde stadsnichtje bij grootvader had niet alleen bij Trine op den Beermanshof een groote ontroering te weeg gebracht. In het landeiijke eentonige Ieven, dat de dorpsbewoners leidden, wekte zulk een bijzondere gebenrtenis verbazend veel opzien. A1 waren zij van nature geen drukke menschen, zoo bezaten zij toch veel gevoel voor de saamhoorigheid voor bloed- verwanten. Zij wisten zeker weinig van de len voorstellen tot regeling van de vlottende scliuld, hoewel deze yoortdurend belangrijk stijgt, tot het komende voorjaar worden uit- gesteld. Wegens het naderen van den dag waarop de Invaliditeitswet uiterlijk zou moeten in werking treden, zullen de vroeger aange kondigde en met die wet verband houdende wetsontwerpen tot herziening der sociale verzekeringswetten U eerlang worden aan geboden. Het ligt in het voornemen om, in afwach- ting van de Lndiening eener Vlootwet, voort te gaan met de geleidelijke vervanging van bet materieei, dat aan den dienst komt te ont.vallen en daarbij in de eerste plaats re- kening te houden met de verdediging van Nederlandsch-Indie. Vertrouwende op de geestkracht van Mijn volk om de zware lasten, die het onvermij- delijke gevolg zijn van den noodtoestand, waarin wij verkeeren, manmoedig te dragen, ga Ik lioopvol de toekomst te gemoet. Wordt Nederland tot het einde toe ge- spaard, dan zal het, Ik ben er zeker van, opnieuw een eervolle plaats innemen in den vreedzamen wedstrijd der volken. Daartoe reeds thans alle krachten in te spannen, schijnt Mij onafwijsbare plicht. Met de bede dat God ons rnoge sterken, verklaar Ik de gewone zitting der Staten- Generaal geopend. Na het uitspreken dezer rede, verlaat H. M. de Koningin, vergezeld van Z. K. H. den Prins en voorafgegaan door de com missie uit de beide Kamers, de vergader zaal. Nadat de commissie in de zaal is terug- gekeerd, si uit de Voorzitter de vereenigde vergadering. De algemeene ioesiand. Over de beteekenis van de inneming van Wilna, die in het Russische legerbericht in deze woorden woi-dt medegedeeld: „In de streek van Wilna zijn onze troepeneen weinig teruggetrokken naar het Oosten, schrijft kapitein "Bertkau in de „Voss. Ztg.": Terwijl de legers van Von Scholz en Von Gallwitz de Russen tusschen Wilna en Wol- kowysk aanvielen, :en prins Leopold van Bei- eren langs den spoorweg naar Minsk uit het Zuiden omvattend oprukte, ging het leger van generaai Von Eichhorn uit het Noorden tot den aanval over. In het Oostep sloot dit ieger aan bij dat van Von Below, die tegen de linie Riga-Dunaburg oprukte, en met de uiterste vleugelgroepen ging het tot aan het spoorwegstation Molodestjno, aan de lijn WilnaMinsk, ongeveer 125 K.M. van Wilna. Hierdoor werd het Russische Wilnafront in- gesloten in de lijn Wornjany— Smorgon—Mo- lodetsjnd, en werd de terugtochtsweg der Russen naar het Oosten afgesneden. Door de bezetting van de lijn Mjedniki—Lid aSol- jane werd het knooppunt van den spoorweg WilnaMinsk bereikt, en de verbinding over Lida afgesneden. En naar het Noorden is door de bezetting van Swenzjany en van den spoorweg, die Oostelijk van die plaats loopt, eveneens de terugtochtsweg afgesne den. De „Rjetsj" kon dan ook, in een bespre- king van den militairen toestand, de opmer- king niet weerhouden, dat door den op- marsch der Duitsche legers de troepen aan geslorven tante Dora, doch zij werd nu gewichtig voor hen; door haar dochter. Liesbet verheugde zich bet meest over de nieuwe vriendin. Een meisje, dat uit Ber- lijn kwam, moest zeker wel mooi zijn, geen grot werk doen, fraaie kleeren dragen en van de mode verstand hebben. Eindelijk kwam tante Rika met haarnicht in liet huis van haar zuster. Het heele liuisgezin snelde toe, alien reikten de vreem de bloedverwante zonder veel woorden de hand, en toen gingen zij in de kamer. Alleen Hendrik was spraakzaam. A1 de anderen waren stijf en spraken weinig. Hij echter wilde de nieuwe nicht laten voelen, dat zij welkom was. Liesbet zat naast haar en bekeek Marie van top tot teen. Steedsch gekleed was zijmaar niet mooi. „Wiil je ook graag op het land zijn?" „0, gaarne 1" „Nu, pas maar op, als de arbeid op de akkers begint." „Ik kan alles toch leeren." Hendrik was niet gewoon oomplimentjes te maken en zijn teergevoeligheid verhin- derde hem, om over Berlijn te beginnen. Immers, dat kon onaangenaam zijn voor het meisje. Zoo sprak men over het weer, van de aanstaande markt te Soltau en dat de varkensprijzen stegen. Des namiddags, toen het werk gedaan was, stond Marie in de kamer bij de tafel en knipte uit een stuk blauw iinnen, dat tante Rika uit de linnenkast had genomen, keukeftschorten voor haar; de schorten die de Duna en in Wilna van de Russische hoofdmacht waren afgesneden. Von Hindenburg heeft met den directen aanval op Wilna getalmd, schrijft het „Alg. Hbl." totdat de legers de verschil lende punten, waarlangs de Russen zouden kunnen terugtrekken, hadden bereikt. Eerst daarna ging hij tot den aanval op de stad over. Het Russische leger, dat in Oostelijke richting terugtrok, trachtte bij Smorgon de lijn naar Minsk te bereiken, doch stiet daar op de Duitsche legers, die de Russen terug- dreven. Hveneens werd de poging om aan de Wilija bij Michaliski door te breken en de aansluiting tusschen het Wilna-leger en het Duna-leger te herstellen, afgeslagen. Dit- maal schijnt Hindenburg bet omtrekkings- plan met zooveel zorg en geduld te hebben uitgevoerd, dat de mogelijkheid bestaat een deel van het Russische leger te beletten zich bij de op Moskou terugtrekkende hoofd macht aan te sluiten, of naar het Noorden, naar Walk of Polozk uit te wijken en zich bij het leger te voegen, dat den toegang tot Petersburg verdedigen moet. Bij Dunaburg wordt door Von Below's leger de aanval krachtig voortgezet. De Rus sen, die in Novo-Alexandrowsk ten Z.-W. van Dunaburg een stelling bezet hadden, werden genoodzaakt zich hier uit lerug te trekken en op Dunaburg terug te gaan. Wel wordt in het gebied ten Zuiden van Duna burg hardnekkig gevoehten. Het dorp Widsy (Widzia) ten Oosten van den spoorweg Swenzjany—Dunaburg, dat verleden week, na een hevig gevecht, man tegen man, in de straten en in de huizen door de Duitschers genomen werd, is. volgens het Russische le gerbericht door de Russen hernomen. Een „Times."-bericht zegt, dat de aanvallen op de stelling van Dunaburg onafgebroken worden voortgezet. Als de aanval op de eene plaats wordt gestaakt, begint onmiddellijk ergens anders een nieuwe. Op sommige plaatsen ligt het front nog slechts twaalf mijlen van de stad, in welker verlaten straten het ge- donder van bet zware geschut weerklinkt. Dat de stad het houden zal, verwacht zelfs de „Times" niet. Het bericht, door een nieuwsagentschap van de Duitsche grens verzonden, dat Dunaburg door de Duitschers bezet is, werd officieel nog niet bevestigd. Toch is de val van Dunaburg, nu Wilna ge nomen is, slechts een quaestie van tijd. Nieuw cffensief legen Servie. Ongeveer veertien maanden na het uitbre- ken van den oorlog tusschen Oostenrijk en Servie, vernemen wij weder eens wat van oorlogvoeren in dat gebied. Geruimen tijd stond de strijd daar stil. Na den ongelukki- gen terugtocht van de Oostenrijksche troe pen uit Servie scheen op dat gebied de oor log voering gestaakt te zijn. Thans meldt het Duitsche legerbericht, dat Duitsche en Oostenrijksche artillerie de Servische stellingen bescholen heeft aan den zuidelijken Donau-oever, dat de vesting Bel- grado beschoten is, en dat aan de Drina vooruitgeschoven Servische posten werden aangevallen en vernietigd. Deze hernieuwing van den strijd aan het Servische front wordt in verband gebracht met een poging, om den spoorweg door Ser vie, naar de Bulgaarsche grens bij Carlbrod te vermeesteren. Het doel daar van zou kun nen wezen, om van Oostenrijk een spoorweg- verbinding met Bulgarije te verkrijgen en daarlangs de ammunitie en andere legerbe- hoeften voor Turkije te vervoeren, die het Turksche leger noodig heeft, en die tenge- volge van het sluiten van het transport door zij in de stad droeg, waren hier toch niet goed. Grootvader was met Hendrik het veld in- gegaan om te zien of men kon ploegen. Rika zat, bij den haard, juist koffie te malen, toen haar beveling Fedor Kruse in huis kwam. „Ik moet toch eens zien, hoe het hier af- geloopen is,tante!" „Ga daar maar zitten, jongen", zeide zij, hem vriendelijk toeknikkend. „En dan zal ik je wat vertellen. Vader is. zeer goed met haar, en zij blijft hier voor altijd." „Zij, voor altijd?" Zijn gezicht straalde. „Maar hoe komt dat zoo?" „Ei, wou je dat weten? Thuis is men zeer boos op haar, daar een oude kerel haar wilde trouwen, dien zij niet mag lijden. Haar vader moet een sluw man zijn, anders had hij onze Dora ook niet weggesleept." De kandidaat schudde nadenkend het hoofd. „Ga maar in de kamer, ik zal je een kommetje koffie brengen." Het volgende oogenblik stond hij bij Marie. „Ik hoor daar, dat je bij grootvader blijft, dat doet mij plezier", zei hij hartelijk, ter wijl hij haar de hand schudde. Deze vriendelijke woorden deden haar goed. Hij had toch reeds iets over zich, dat haar vertrouwen inboezemde. „Ga bij mij zitten, Fedor", zeide zij, „ik heb je er heelemaal nog niet voor bedankt, dat je mij gisteren zoo zorgzaam gesteund en geleid hebt, maar „Ach ja, je waart een beetje ontsteld. Roemenie niel uit Duitschland en Oostenrijk kunnen worden aangevoerd. De meening van het „Berliner Tageblatt", dat de eerste schoten van de Duitsche artillerie aan de Servische grens vooral in Turkije met vreug- de zullen worden opgemerkt", geeft aan deze veronderstelling eenige kracht. Waar- schijnlijk zal Bulgarije, door den afstand van grondgebied aan de Maritza met Turkije verzoend, geen bezwaar maken tegen het transport van legervoorraden naar Turkije, zooals Roemenie gedaan heeft. Dat wordt ten minste in Duitscland en Oostenrijk ver wacht. De bepalingen der overeenkomst tus schen Turkije en Bulgarije zijn niet bekend geworden. Maar wel is bekend, dat de Bul gaarsche minister-president aan de partij- leiders mededeeling heeft gedaan, dat op 3 September de overeenkomst met Turkije is onderteekend, waarbij is bepaald, dat voor- taan de rivier de Toendsja tot aan Kara- gatsj, de voiorstad van Adrianopel, de Zuid- Oostelijke grens en dan de Maritza totEnos de Zuidelijke grens van Bulgarije vormen zal. Het door Turkije aan Bulgarije afge- stane gebied is 2300 vierkante K.M. groot. Over de verpliclitingen, die Bulgarije tegen- over dezen afstand van grondgebied op zich nam, is echter nog niets officieel bekend ge worden. Ondertusscben bracht de telegraaf ons hedenmorgen uit Berlijn het bericht, dat Bulgarije eene algeheele mcbilisalie heeft afgekoadigd. Een feit is het ook, dat de houding van Bulgarije met den dag oorlogzuchtiger wordt. De feesten, die plaats hadden ter herinnering van de 30jarige vereeniging van Oost-Roe- menie en Bulgarije, droegen vaak het ka- rakter van betoogingen tegen Servie. Hieruit werd daarom ook eene aanwijziging gevon- den, dat Bulgarije te eeniger tijd zijne onzij- digheid zou prijs geven en den strijd tegen Servie aanbinden. Intusschen heeft de Bulgaarsche regee ring aan Griekeniand laten weten, dat zij niet van zins is om het Helleensche rijk aan le vallen. Het staat aan Griekeniand, om thans de uitlegging aan het verdrag met Ser vie te geven, die liet beste schikt. In ver band met deze verklaring wordt herinnerd aan de uitlating van Radoslawow, dat Bul garije slechts op een front moet vechten. Men verwacht algemeen, dat Griekeniand onder deze omstandigheden Servie niet zal helpen en dus. onzijdig zal trachten te blij ven. Gelijke houding zal ook Roemenie vermoe- delijk aannemen. Aan den Oostenrijkschen gezant te Boekarest deed Britianu geruststel- lende verklaringen over de militaire maatre gelen, terwijl de gezant van zijn kant gelijk- luidende verklaringen aflegde. Bij die gele- genheid, meldt de correspondent van de „Voss. Ztg.", moet de gezant zekere aanhie- dingen hebben hernieuwd, waarover se'dert lang niet was gesproken. Een Roemeensch blad bespreekt de moge lijkheid van een kabinelswisseling en wijst op de mogelijkheid van een kabinet Mar- ghiloman. Rusland heeft onmiddellijk gevolg gegeven aan het protest der Roemeensehe regeering, naar aanieiding van de aanwezigheid van Russische torpedobooten in de territoriale wateren en de wederrechtelijke opbrenging van het Roemeensehe s.s. „Kralova". De torpedobooten zijn teruggeroepen en er 'is last gegeven geen Roemeensehe schepen meer op te brengen. Maar dat maakt niets uit. Wij hadden bei- den oprecht medelijden met je. Nu zie je er veel beter uit." Zij liet zich niet in haar werk storen, maar intusschen babbelden zij als oude vrienden. Hij vertelde haar, dat hij de groeten van zijn ouders en zijn zuster bracht, die reeds naar haar verlangden en zij moest in ieder geval Zondag naar de kerk komen. Grootvader en Hendrik kwamen binnen. „Ben je at lang hier?" vroeg Hendrik aan Fedor. „Neen, slechts een paar minuten." Rika kwam met de koffie, en zij zetten zich alien aan de tafel, waar Marie haar linnengoed afhaalde, en dronken koffie ter wijl zij over huiselijke aangelegenheden spra ken. Toen grootvader vermaande, weer aan het werk te gaan, was Hendrik niet vlug om heen te gaan. Fedor sloot zich bij hem aan. Buiten zeide hij„Heeft Liesbet zich getroost, is zij vergenoegd en vlijtig?" „Dat gaat wel, maar zonderling is en blijft zij." „Nu, dan zal ik haar toch eens ernstig vermanen." „Als een roepende in de woestijn!" „Dat is mijn beroep." Zoo pratende gingen zij samen naar den Beermanshof. (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1915 | | pagina 1