algemeen nieuws- en advertentieblad voor zeeuwsch-vlaanderen.
No. 6274.
Dinsdag 14 September 1915.
55e Jaargang.
De Oorlog.
ABONNEMENT:
ADVERTENTlfiN:
Bit Blad Yerschijnt Maandag-, Woensdag- en Yrijdagayond, uitgezonderd op Feestdagen, hjj de Firma P. J. YAN DE 8ANDE te Ter Neuzen.
BINNENLANP.
Per 3 maanden binnen de stad 1—Franco per post voor Nederland 1.10.
Bij vooruitbetalingvoor Belgie /1.40, voor Ned.-Indie en Amerika /1.65,
overig Buitenland 2.
Men abonneert zich bij de Uitgeefster, of buiten Ter Neuzen ook bij alle
Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievenbushouders.
Telefoon 35.
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer f 0.10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de
prijs slechts tweemaal berekend.
Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief.
Inzending van advertentien voor 1 Ulir op den dag der uitgave.
De Lands lorm.
Staatscourant No. 212 bevat het kon.
besluit, betreffende nadere uitbreiding van
den landstorm.
Daarbij is goedgevonden en verstaan
le. Behoudens het bepaalde onder 2e.
behooren van 1 October 1915 af ook tot
den landstorm voor zoover zij alsdan
niet reeds daartoe behooren de personen
bedoeld in art. I der wet van 31 Jnli 1915
die zijn gehoren in 1892.
2e. Degenen der onder le. bedoelde per
sonen, die vrijwilligen dienst bij de zee-
macht, bp het leger hier te lande of bij de
kolooiale troepen hebben vervuld en op 1
October 1915 niet zijn gevestigd binnen het
rijk, in het Duitsche rijk of in het koninkrijk
Belgie, komen eerst tot den landstorm te
behooren op den dag, volgende op dien,
waarop zij zich aldaar mochten vestigen.
3e. Bij de inschrijving voor den land
storm van de onder le. en 2e. bedoelde
personen kan worden afgeweken van de be-
palingen van het Landstorm-Besluit, voor
zoover dit door onzen Minister van Oorlog
wordt bepaald.
De Lamlstorm.
Het Vrijdagavond verschenen koninklijk
besluit, waardoor zij, die in 1892 geboren
zijn, van 1 October af tot den Landstorm
zullen behooren, beteekent, dat de Regee-
ring thans gemachtigd is de lichting 1912
van den Landstorm, d.w z. de vrijgeloten
en vrijgestelden van die lichting na 1 October
onder de wapenen te roepen.
Aangezien de lichting 1914 in October
en de lichting 1913 in November opkomt,
bestaat de mogelijkheid, dat de lichting
1912 in December zal worden opgeroepen.
Spoedig zal hieromtrent wel zekerheid
komen.
De nieuwe belaslingen.
De Regeering heeft een gansche reeks
van belasting-ontwerpen men spreekt
van niet minder dan 21 bij den Raad
van State aanhangig gemaakt.
Onder de ontwerpen komt ook een be-
lasting op tabak voor.
Een technische herziening van het Tarief
is in voorbereiding.
Boter.
Het Rijkscentraalbureau voor den uitvoer
van boter maakt bekend, dat voor de week
van 12 19 dezer voor 65 pet. der boter-
productie certificaat van uitvoer kan worden
verleend, terwijl 35 pet. voor het binnen-
Jandsch verbruik moet worden beschikbaar
gesteld of afgeleverd.
Hel' rogge-vraagsluk.
Het lid van de Tweede Earner, de heer
Sannes, heeft dd. 30 Aug. jl. den Minister
van Landbouw, Nijverheid en Handel ge-
vraagd
Is de Minister bereid, een nadere rege-
ling te treffen welke waarborgt, dat. in de
FITJXLLETOH.
26)
Hendrik, die met den koffer in de hand,
vooruit liep, dacht: „Wat zal grootvader
wel zeggen? Zal hij haar goed opnemen?
Als hij boos is, moet ze maar bij ons
komen. Ik wil mijn huisgenoolen waar-
schuwen, dat zij goed voor haar moeten
zijn; zij is toch van onze familie."
Hij waardeerde zijn- grootvader buitenge-
woon; hij had tot nu gaarne gedaan, wat
de oude had bevolen of aangeraden; als hij
echter er aan dacht, dat Kruse tegen dit
arme schepsel hard zou zijn, voelde hij een
heftig verzet in zich opkomen. Hij zou
dan toonen, dat hij ook een heereboer was
hij zou niet dulden, dat iemand, die zoo
dichtbij aan hen verwant was, siecht werd
behandeld. De gastvrijheid was ook een
deugd. Hij kon het gemakkehjk doen, een
bloedverwant opnemen.
Zulk een braaf meisje, dat die verre reis
maakte, om den brief der doode moeder
af te geven, dat moest men eeren.
Zij waren er nu,! Als de oude nu maar
in den stal was, dan zou tante Rika, die
een gevoelig hart had, eerst voor het dood-
vermoeide schepsel kunnen zorgen.
Marie zag in het helle licht, dat door de
openstaande bovendeur straalde, een ruim
•erf waarop walerplasjes glinsterden, schu-
ren slonden en daarnaast eenige hooge kale
gemeenten waar roggebrood volksvoedsel
is, voldoende oorraad rogge voor roggebrood
beschikbaar zal zijn, en de, ter zake van
de voorziening van goedkoop roggebrood,
destijds vastgestelde roggebroodprijzen niet
worden verhoogd
Minister Posthuma heeft hierop geant-
woord
Bij circulaire van 9 Augustus jl., opge-
nomen in de Ned. Stct. van 11 Augustus
jl., no. 186, zijn maatregelen getroffen,
strekkende om een voldoende hoeveelheid
rogge van den nieuwen oogst te reserveeren
voor de raenschelijke consumptie.
Daarbij is tevens bepaald, dat in gemeenten,
waar rogge volksvoedsel is, deze door het
rijk tegen den prijs van 6.3U per H.L.
van 70 E.G. ter beschikking van het ge-
meentebestuur kan worden gesteld. Alsdan
zullen de geldende ministerieel goedgekeurde
roggebroodprijzen moeten blijven gehand-
haafd, tenzij de rogge-commissies aanleiding
mochten vinden om een prijsverandering aan
de goedkeuring van dec Minister te onder-
werpen. Het spreekt vanzelf, dat niet lieht-
vaardig tot verhooging der thans geldende
prijzen zal worden overgegaan.
Alleen wanneer de administratieve on-
kosten voor de gemeente uit den maatregel
voorvloeiende, handhaving der tegenwoo^-
dige roggebroodprijzen niet zouden toelaten,
is de Minister genegen in eene geringe
verhooging toe te stemmen.
De Minister meent thans nog niet tot een
nadere regeling van het rogge-vraagstuk te
moeten overgaan. Hij wenscnt alvorens een
nadere regeling te overwegen, af te wachten,
of ingevolge de thans geldende voorschriften
voldoende boeveelheden rogge voor mensche-
lijk gebruik beschikbaar zullen worden
gesteld.
Rardinaal Van Rossum.
Men bericht uit Rome aan „De Tijd":
Ofschoon het treurige nieuws geen opzien
behoeft te baren in Nederland, waar men
steeds met zooveel belangstelling het verblijf
van kardinaal Van Rossum te Rome volgt,
en ofschoon het ook tot geen onrustver-
wekkende commentaren aanleiding behoeft
te geven, is het tocb noodig mede te deelen,
dat de oude kwaal, een suikerziekte, zich
opnieuw bij den kardinaal heeft doen geldeD.
De toestand is geenszins van dadelijk ernsti-
gen aard, en het volgen eener kuur, waartoe
de kardinaal is overgegaan, geeffc hoop
dat hij binnen eenigen tijd weder zijn
werkzaamheden in de Eeuwige Stad gere-
geld kan voortzetten.
Dit bericht geeft ,/De Tijd" ter geruststel-
ling van hen, die in een der bladen hebben
kunnen lezen „dat spoedig het einde van
het werkzaam leven van den kardinaal
moet worden verwacht".
Nederlandsche ambulance naar Frankrijk.
Naar wij vernemen, zal de Nederlansche
ambulance voor Frankrijk Dinsdagmiddag
met het stoomschip Batavier 111, door de
fiirma Wm. H. Muller Co. ter beschikking
gesteld, uit de St. Jobshaven te Rotterdam
naar Frankrijk vertrekken.
bo omen. Zij had gedurende de reis en op
de portretten van haar vader reeds veel
zulke hofsteden gezien, daarom kwam haar
niets vreemds voor.
Op den dorschvloer hing een lantaarn,
aan bride kanten kekeji ide koppen van paar-
den en koeien over hun kribben.
Aan den overkant onder den Imogen
schoorsteen lag de haardplaat, waarop een
vuur brandde en het avondeten in een pot
borrelde.
De kleine magere Rika stond er naast;
door het vuur beschenen, roerde zij in de
pan.
Hendrik liep naar haar toe. „Tante, wij
brengen u een gasl; neen, eigenlijk een,
die hier thuis hoort, die hier rechten heeft.
Kijk, dit is uw zusters dochter, zij brengt u
de groeten van haar overleden moeder."
„Dora?" stamelde zij verschrokken en keek
bleek en bevend naar Marie.
„Ja, tante, mijn moeder heette Dora en
was uw jongste zuster."
„Kind kind en je zegt, dat ze dood1
is die arme meid!"
„Waar is grootvader?" vroeg nu Fedor.
„In de kamer, jongen."
„Ivom dan maar mee, Marie!" riep Hen
drik.
„Zou het niet beter^zijn, dat wij hier blij
ven en Marie met tante Rika naar binnen
laten gaan?" fluisterde de kandidaat.
„Neen, ik blijf bij haai'."
Zoo traden zij gezamenlijk, Hendrik, met
den koffer vooraan, de deur in, die dicht
bij den haard naar de kamer toegang ver-
leende.
De algemeene toestand.
N,a den terugslag der Russen bij Brody
en den val van Dubno, is hun positie in het
Zuid-Oosbelijk gebied zeer hachelijk gewor-
den, aldus schrijfl hel „Alg. Hbl." Want
door de inneming van Luzk en Dubno heb
ben de Oostenrijksch-Hongaarsche troepen
twee pmiten van den vesting-driehoek in be-
zit, en in het gebied Oostelijk van de Styr
staan de Oostenrijkers reeds zoo dicht bij
Rofno, dat ook bet lot van deze vesting
weldra zal worden be^Mst. En nadat de
Ooslenrijksche troepen henoorden Rofno, tot
aan de Gorynj zijn doorgetrokken, en dus
alle verbindingslijnen, hie door den vesting-
driehoek besehermd werden, door de bond-
genooten worden bedreigd, is te verwachten,
dat de Russen in Rofno geen krachtigen
tegenstand zullen hieden. doch die plaats,
evenals de andere vestingen, wel zullen op-
geven. Een verdediging ervati zou, na de in
neming van de beide andere punlen, nulte-
loos en noodeloos zijn.
Maar de bezetting van de beide voornaam-
ste punten van den drielioek kan een grool
gevolg hebben voor de Russische legers in
Oost-Galicie.
De rivier de Sereth bopd aanvankelijk geen
verslerkle linie, maar de Russen hebben die,
met hun gewone bekwaamheid in den ver-
dedigingsstrijd, iot een krachtige stelling ge
maakt, door bet opwerpen van aarden schan-
sen, verbonden met tallooze loopgravenlinies,
die de geheele strook lusschen den Sereth
en de bijna evenwijdig met haar loopende
grens van Rusland bedekken.
De groole gevaren voorziende, die den op-
marseh van de Ooslenrijksche legers van
Wladimir Wolkynski i'- Oostelijke richting,
met de daarop gevolgde inneming van Luzk
en Dubno, voor de Zuidelijke legermacht
der Russen hebben moest, heeft generaal
Iwanof pogingen aangewend, om door een
krachtig en doortastend offensief de Oos-
tenrijksch-Duitsche sirijdmachl in Oost-Ga
licie tot staan te brengen. Dit is de aanlei
ding geweest lot de hevige aanvallen op de
Duilsch-Oostenrijksche legers bij Tarnopol
en Tremliowia, die volgens de Russische le-
gerberichten tot een schitterende overwin-
ning hebben geleid, volgens de Duitsche
werden afgeslagen, maar die in elk geval
van geen groot belang zijn geweest. Want
in het midden latend hoeveel dooden en ge-
wonden aan beide zijden zijn gevallen, en
hoeveel gevangenen gemaakt, kanonnen ver-
overd werden, is het resultaat geweest, dat
de Russen hunne stetlingen achter den Se
reth weer hebben moeten belrekken.
En nu de stelling aan de Sereth in de
flank wordt bedreigd, of kan bedreigd wor
den, is het te verwachten, dat de Russen
deze zullen opgeven, zooals zij het met de
Weichsel- en de Boegtinie hebben gedaan,
ten zullen terug trek ken achter de rivier de
Zbroecz, die ongeveer evenwijdig met den
Sereth stroomt, en de grens lusschen Oost-
Galicie en Podotie vormt.
Tenzij als gevolg van het optreden van
den Tsaar als legercommandant, en hel ver-
trek van grootvorst Nikolaas naar Kaukasie,
een nieuw veldlochtsplan voor het Russi
sche leger wordt ingevoerd.
Tot dusver weixl de teruglocht naar het
Oosten over de geheele linie, zij het ook met
herhaalde offensieve achlerlioedegevechten,
vrij geregeld voortgezet. En de militaire
Dietrich Kruse zat bij een klein petro-
leumlampje aan tafel en las het officieele
blad. Toen die vier binnen kwamen, keek
hij verwonderd op. Wat wilden die twee
jonge mannen nu weer? Nu trof zijn bhk
de vreemdelinge, hij stond op, keek haar
strak aan en stamelde onbewust: „Marie—
Zijn dochter dacht: hij herkent de gelijke-
nis met onze overledene moeder, en zoo
ziet zij er ook uit.
„Dooden komen niet weer terug, groot
vader", zei Hendrik met zijn vaste klank-
volle stem. „Maar gij merkt nu zelf, dat
zij van uw bloed is, en dat het uw plicht
is, haar vriendelijk op te nemen."
„Wilt ge inij mijn plicht leeren, melk-
muil!" stoof de oude man op „Zeg eens,
meisje, wie ben jij?"
„Ik ben het eenige kind van Dora Kruse.
Mijn arme moeder is zeer ongelukkig ge-
storven, omdat haar vader haar geen ver-
giffenis wilde schenken, en zij heeft mij
den plicht opgelegd, een brief aan haar
vader te brengen en voor haar vergiffenis
af te smeeken."
Het frissche oude gelaat van Dietrich
Ivi-u.se werd bij deze verklaring plotseling
vaal. Zijn kin beefde en de zware witte
wenkbrauwen zonken over de oogen, terwijl
hij het hoofd boog. Marie zag hem met
strakken blik aan. Eenige oogenbhkken lang
heerschte er diepe stilte.
„Waar hebt ge den brief?"
,,Hier in den koffer, grootvader."
Hendrik tilde den handkoffer op de tafel,
het meisje maakte hem open en nam de
geschreven stukken er uit.
critici van de geallieerde* achtten deze tac-
liek van den grootvorst de ware, om het
doel van den oorlog naderbij le brengen;
met gejuich werd het begroet, dat de groot
vorst stelling na stelling, vesting na vesting
ontruimde, zander den beslissenden slag te
aanvaarden, wijl hij daardoor afgezien
van de groote hoeveelheden dooden, gewon-
den en gevangenen het leger intact wist
te houden. En nu, na zijn aftreden, en zijn
vertrek naar Kaukasie, wordt in alle arti-
kelen aan den grootvorst gewijd, zijn ver-
dienste als legerbevelhebber in het licht
gesteld.
Maar de vraag dringt zich op, of de Tsaar,
of liever zijn chef van den staf, generaal
Alexejef, thans een andere tactiek wil vol
gen, daarmede dus een veroordeeling van
de tot dusver gevolgde handelwijze uitspre-
kende.
De Tsaar zou dan het opperbevel aanvaar
den, zooals de „Times" uiteenzet, om in het
edgen land de vijanden van Rusland, en den
buitenlandschen vijand aan den ingang van
het Russische binnenland te verslaan. Met
hel eerste wordt bedoeld een einde temaken
aan wat men in Rusland beschouwt als de
„Duitsche overheersching", dat wil zeggen,
de heerschappij van de Duitsche amble-
naarsfamilies, die onder Peter den Groote
naar Rusland zijn gekomen, en wier namen
in den loop der eeuwen in de geheele ge-
schiedenis van Rusland voorkomen; want
een groot deel van de Russische bureaucra-
tie is, door afstamming, van Duitsche af-
komst, evenals de geheele keizerlijke fami
lie, die eigenlijk geen Romanof, maar Hol-
stein-Gottorp is, en die door aanhuwelijking
bijna voortdurend met Duitsche vorstenge-
slachten verzwagerd is.
Voor het tweede doel echter, het meer
onmiddellijke oorlogsdoel, wordt nu over
de geheele linie in Rusland de terugtocht
gestaakt en overal tot hernieuwd offensief
optreden overgegaan. Dat blijkt uit het Rus
sische legerbericht, op elken regel spreken-
de van 'Russische offensieve bewegingen, die
den opmarsch der Duitsche legers tegen-
hielden of deze terugsloegen.
Of dit echter tot het onmiddellijk beoog-
de doel zal leiden, wordt zelfs in de „No-
woje Wremija" betwijfeld. Dit blad toch
zeide, bij de overneming van het opperbe
vel door den Tsaar: „dat het uur van de
zegepraal nog ver is, maar dat het leger,
onder aanvoering van den Tsaar, zijn roem-
rijken strijd tot een zegevierend einde zal
brengen."
Een aanval uit de lucht.
Aan de „Times" wordt uit Parijs gemeld:
Het heidere kalme weer stelt de Fransche
vliegtuigen in staat met goed gevolg de uit-
einden der Duitsche spoorwegen naar het
front op verschillende punten te bombar-
deeren. Het nut van zulke aanvallen wordt
wel bewezen door het verhaal in de „Li-
berte" van een onlangs door zestig vlieg
tuigen ondernomen tocht naar het bosch
van Houthulst, dat lusschen Dixmuiden en
Yperen gelegen is. Het bosch ligt beschut
tegen de artillerie der bondgenooten en zoo
is het in een garnizoendistrict herschapen
met kazernes vol troepen, opslagplaatsen
van munitie, en het geheele kamp is elec-
trisch verlicht. Dank zij uitstekende foto's
van vliegtuigen uit genomen, was er nauw-
keurig bekend, waar de voornaamste mili
taire gebouwen lagen. 's Avonds om tien
uur vlogan de zestig Fransche, Belgische
en Engelsche vliegtuigen uil in het heidere
„Asjeblieft, grootvader, hier hebt u ze."
Zij gaf hem ook den aan haar gerichten
brief.
Met onzekere hand stak de oude man de
papieren in zijn zak, stak een licht aan,
en g'ing zonder een woord te zeggen, in zijn
kamer daarnaast.
Hendrik vond de ontvangst en de behan-
deling van de bloedverwante lang niet har-
telijk genoeg. Hij ging voor Marie staan en
zei: Wanneer de oude je onaangenaam be-
jegent, nicht, dan kan tante je bij ons bren
gen. Het is slechts een paar honderd schre-
den langs de dorpsstraat, en dan de groote
boerderij aan den overkant. Ik zal bij de
poort op je wachten, en moeder zal haar
zustersdoehter zeker met open arrnen ont-
vangen."
„Ook bij mijn ouders zult ge iederen dag
in de pastorie welkom zijn", voegde Fedor
er bij.
Voor zij weggingen, reikten zij Marie de
hand.
Zij stond tegen haar koffer leunend, met
neergeslagen oogen, waaruit een paar groo
te heidere droppels over haar bleek gezicht
rolden.
Fedor t'rok bij het weggaan Rika aan
haar mouw. „Geef haar wat te eten, tante,
zij is zeer zwak."
De blik van beide jonge mannen rustte
met warme deelneming op hun bescherme-
linge, toen zij de kamer verlieten.
Rika, die nu wist, wat zij had te doen,
legde den arm om het meisje en zeide:
„Kom hier, kind, ga hier maar op de bank
zitten. Zoo, nu zal ik eerst een glas melk
maanlicht. Zoodra de vliegtuigen versche-
nen, ontstond er groote opwinding in het
kamp. Alle lichten werden gedoofd en de
kanonnen kwamen in actie. Maar de vlie-
gers, die door bet maanlicht ten zeerste
gebaat werden, wierpen meer dan vier hon
derd ton brisant granaten en brand verwek-
kende bommen op de kampen en opslag
plaatsen. Sommige vliegtuigen keerden in
den loop van den nacht niet minder dan
driemaal terug om nieuwen bommen-voor-
raad te halen. Bij bet licht van branden
zagen de vliegers groepen soldaten in groo
te wanorde vluchten en de aanhoudende
ontploffingen in de munitiempslagplaatsen
veroorzaakten een hevige paniek. Om half
twaalf slonden het geheele bosch en de ge
bouwen in brand.
De luchf-aanvstl op Nancy.
Betreffende den lucht-aanval op Nancy,
waarvan het communique van 8 September
gewaagt, meldt de „Temps" nog het vol
gende
Een half dozijn Duitsche machines vloog
gedurende 40 minuten over de stad,
en liet ongeveer 30 bommen vallen die
eenige schade aanrichtten in verschillende
stadswijken. Twee personen werden gedood
en 10 gewond.
In de voorsteden, waar de vijand nog
eenige bommen liet valieD, werden eenige
personen tamelijk ernstig gewond. Fransche
batterijen ent vliegers vieien de vijandeiijke
machines aan, waarvan er een klaarblijkelijk
werd geraakt.
neergeschoten Albatros.
De „Temps" geeft nadere bijzonderheden
omtrent het buitmaken van de Duitsche
Albatros B. 220, die genoodzaakt werd, bg
Calais te landen, daar een kogel den benzine-
bak had doorboord.
De vliegmachine had een onderofficier-
bestuurder en een offieier-waarnemer aan
boord. Bg het dalen schreeuwde laatstge-
noemae, die goed Fransch sprak, deD sol
daten toe. dat zij niet moesten schieten,
daar hij zich overgaf. De Albatros was
met zestien kenteekenen in den vorrn van
het lJzeren Eruis beschilderd, acht op de
draagvlakken, vier op het staartstuk, en
twee aan iederen kant van den stuurstoel.
De machine was onbewapend, de vliegers
hadden slechts revolvers als wapen. De
draagvlakken vertoonden een aantal kogel-
gaten. Rondotn drie van die gaten, dicht
bg elkaar gelegen, stond geschreven „Bet-
hune, 18 Augustus."
Het Quirinaal tot hospitaal
isigericht.
Over Lugano wordt aan het „Berl,
Tagebl." gemeld, dat in het Quirinaal
te Rome, op kosten van de Eoningin, een
hospitaal is ingericht. Alle prachtvolle
zalen van de eerste verdieping, die vroeger
dienst deden ais receptiezalen, zoowel van
vorsten als van diplomaten, en waar ook
de hofbals plaats hadden, zijn nu veranderd
in zalen voor gewonden. De zalen dragen
ook niet meer de oude historische namen,
doch worden genoemd naar de so'daten, die
zich onderscheiden en de medaille voor
dapperheid gekregen hebben. In de groote
zaal die uitkomt op het balkon, van waaruit
voor je halen, dan zal je wel een beetje
opknappen."
Marie bevond zich werkelijk in een toe-
stand van halve verdooving. Zij steunde het
lioofd op de hand en voelde, dat de vele
en onlroerende indrukken van dezen dag
haar weer dreigden te overweldigen.
Hoe zou de oude man daar binnen over
haar loekomst beslissen? De strenge trekken
van zijn indrukwekkend gelaat hadden haar
vrees ingeboezemd, en tegelijkertijd voelde
zij, dat haar moeder zulk een vader moest
lieDben vereerd. Zij had wel dadelijk op de
knieen om zijn liefde willen smeeken. Zij
wilde niet rusten, niet moede worden, voor-
dat zij van hem vergiffenis voor de ge-
liefde doode had afgeheden.
Maar wanneer hij haar niet in zijn huis
wilde houden, wat dan?
De uitnoodiging van haar beide jonge
neven kon zij nief aannemen, dat voelde
zij wel.
Daar kwam de kleine goede tante met de
melk. Marie dronk met groote teugen en
meende, dat nog nooit iets haar zoo heer-
lijk had gesmaakt.
„Zie je wel, kind, je bent heelemaal uit-
geput, nu zal het wel beter met je gaan."
Zij vroeg naar de geboorteplaats van het
meisje en vertelde, hoe lief zij haar moe
der altijd had gehad. En tenslotte zeide
zij: „Wees maar niet bang voor vader, hij
is eigenlijk zeer goed, en het zal wel goed,
met je terecht komen." Zij legde haar arm
om het meisje en trok het naar zich toe.
(Wordt vervolgd.)
TER NEUZE
(ft-