3. Benoemen leden gascommissie.
De Voorzitter noodigt den Raad uit, over
te gaan tot het benoemen van drie leden
voor de gascommissie, wegens periodieke
aftreding van de heeren Smies, Wolfert en
Oggel.
Hij verzoekt de heeren Dieleman en P.
Dekker met hem het stembureau te vormen,
waaraan deze voldoen.
De uitslag der stemming is, dat de heer
f Smies wordt gekozen met 9 stemmen, de
heer Wolfert met 9 stemmen en de heer
Oggel met 8 stemmen.
Op den beer Dieleman, is 1 stem en op
den heer De Feijter zijm 2 stemmen uitge-
bracht.
Op de desbetreffende vraag van den Voor
zitter, verklaren de gekozen heeren, deze
herbenoeming aan te nemen.
4. Verzoekschriften om onlheffing van
schoolgeld.
Ingekomen zijn verzoeken van A. F. Schie-
man, C. Dijkwel >en J. van Sluis, om ont-
heffing van hun aan&lag wegens schoolgeld,
daar hunne kinderen de openbare lagere
school hebben verlaten.
Zonder hoofdelijke stemming wordt be-
sloten de gevraagde ontheffing te verlee-
nen.
Verzoekschriflen om ontheffing van
hoofdelijken onislag.
De Voorzitter stelt namens Burgemeester
en Wethouders voor, naar aanleiding van
de ingekomen desbetreffende verzoeken, af-
schrijving te verleenen wegens hoofdelijken
omslag aan J. Buijze 17,40, Ds. Bruins
39,42 en J. de Ivraker 49,20.
Met algemeene stemmen wordt aldus be
sloten.
Omvraag.
De heer Smies vestigt de aandacht op lvet
vele zand in de rio,leering in den Buitenweg.
De Voorzitter zegt toe, dat hij de aan
dacht van den opzichter hierop zal ves-
tigen.
7. Reclames in zake hoofdelijken omslag.
Ter behandeling van de ingekomen re
clames tegen den hoofdelijken omslag
schorsl de Voorzitter de openbare vergade
ring, die overgaat in eene zitting met ge-
sloten deuren.
Na het weder openbaar worden der ver-
gadering deell de Voorzitter mode, dat op
de ingekomen reclames is beschikt als volgt:
Teruggebracht J. M. Ilerrebout en D.
Schuitvlot van de 2e naar de le klasse,
H. Zegers van de 4e naar de 2e klasse, A.
W. van de Bilt van de 6e naar de 3e klasse,
P. A. Geene van de lie naar de 8e klasse,
M. de Bruijne van de 14e naar de 21e klasse,
wed. J. C. van Damme van de 14e naar de
8e klasse, A. van 't Hoff en A. J. van de
Vijver van de 15e naar de 13e klasse, D.
Vael van de 17e naar de 16e klasse, H.
Claessens van de 26e naar de 25e klasse
en L. Boogaert van de 38e naar de 35e
klasse.
Daarna werd de vergadering door den
Voorzitter gesloten.
GEMEENTERA AD VAN ZAAMSLAG.
Vergadering van Dinsdag 7 September 1915.
Voorzitter de heer Joh. de Feijter, burge-
meester-raadslid.
tanwezig de heeren De Mul, De Jonge,
he Putter, Scheel'e, De Klerk, A. de Feijter,
Faas, Wisse en Dieleman, benevens de se-
cretaris.
Een vacature.
De Voorzitter opent de vergadering, waar-
na op zijn verzoek de secretaris de notulen
der voorgaande leest.
De heer Wisse merkt op, dat daarin ver-
ii)eld staai, dat hij naar de betrekking van
amblenaar van den burgerlijken stand heefl
gesolliciteerd; dit is onjuist, hij heeft daar-
naar niet gesolliciteerd.
De Voorzitter erkent, dat dit zoo is; het
was een voordracht opgernaakt door Bur
gemeester en Wethouders.
De Secretaris merkt op, dat hij natuurlijk
geen bezwaar tegen wijziging in de notulen
heeft, maar dat de Voorzitter de vorige
maal in de vergadering heeft medegedeeld,
dat er 2 sollicitanten waren.
De Voorzitter verklaart, dat hij zich dan
verkeerd heeft uitgedrukt.
De Secretaris wil alsnu ook nog verkla
ren, dat hij evenmin naar die betrekking
had gesollicileerd.
Nadat de notulen in verband der opmer-
king van den heer Wisse zijn gewijzigd,
worden zij met algemeene stemmen vast-
gesteld.
2. Reeediging herbenoenule leden van
den Raad.
De Voorzitter noodigt de herkozen raads-
leden, de heeren De Mul en Faas uit, de hij
de wet vereischte eeden at te leggen, waar
aan deze voldoen.
Alsnu wenscht de Voorzitter hen geluk
met hunne herbenoeming, drukt de hoop
uit, dat zij weder als voorheen hunne krach-
ten aan de beliarliging der gemeenlebelangen
zullen kunnen wijden, en dat zij, als tot
hiertoe het geval was, op humane wijze
aan de vergaderingen van den Raad zullen
deelnemen.
De heeren De Mul en Faas danken voor
den uitgesproken gelukwensch, belovende te
doen, wat zij in het belang der gemeenle
noodig acliten.
3. Voorst'el tot rooiing van boomen.
De Voorzitter deelt mede, dat volgens van
de direclie ingekomen schrijven nog 3 boo-
men op de Noordzijde van het dorpsplein
in den weg staan voor het aanleggen van de
lijn voor de Zeeuwsch-Vlaamsche tram.
Burgemeester en Wethouders sLellenvoor,
die boomen te rooien en daarna aan ge-
Boemde maatschappij te verkoopen voor
f 60.
Reeds vroeger zijn besprekingen gehouden,
omirent bet planten eener nieuwe rij boo-
men. ter vervanging van de nu reeds ge-
deeltelijk gerooide rij. Als nu deze boomen
ook gerooid worden, is dat voor de latere
plannen wel gemakkelijker, daar men dan
een geheel nieuwe rij lean planten.
Aan den heer De Jonge, die dienaangaande
een opmerking maakt, geeft spreber in over-
Weging, over die nieuwe aanplant later te
spreken. In verband met de vordering der
tramwerken, was met deze beslissing haast.
Met algemeene stemmen wordt be.sk>ten de
bedoelde 3 boomen te rooien en aan de
Zeeuwsch-Vlaamsche Tramwegmaatschappij
te verkoopen voor 60.
4. Mcdeileelingen.
a. De Voorzitter deelt mede, dat de ha-
venmeester ter kennis van Burgemeester en
Wethouders heeft gebracht, dat een stuk in
de glooi'ing van den langen havendam aan
den Margarethapolder was weggezakt en
hers telling zeer gewenscht was.
Burgemeester en Wethouders hebben daar
na den toestand opgenomen en gevraagd
eene begroofing van kosten te maken. L>e
herslelling dier glooi'ing, waarvoor nieuwe
scliorgrond en perkoenpalen noodig zijn,
doch de oude steen kan herzet worden,
wordt geraamd op 89. Volgens den aange-
nomeii regel worden werken boven de 25
besteed, doch in dit geval achten Burge
meester en Wethouders het wenschelijk tiet
werk onderhandsch te gunnen. Ivlaassen zal
liet toch moeten maken en die kan het nu
voordeeliger, omdat hij in het bezit is van
goed bruikbare palen, die nu 15 cent moe
ten kosten, terwijl voor nieuwe 40 cent zou
moeten worden betaald.
Na korte bespreking worden Burgemees
ter en Wethouders gemachtigd het werk
onderhandsch voor het geraamde bedrag te
gunnen, ook omdat het dan nog voor het
intreden van het ongunstig jaargetijde kan
gereed zijn.
De heer Scheele informeerde, of bij de
opname der gemeentewerken in het voor-
jaar de noodzakelijkheid van dit werk niet
was gebleken. Is die verzakking nn zoo
ineens ontstaan?
De Voorzitter deelt mede, dat de haven-
meester in het voorjaar de aandacht van
Burgemeester en Wethouders er niet op ge-
vestigd had; die verzakking is langzamer-
liand ontstaan en erger geworden.
5. Ingekomen slukken.
a. Ingekomen is een adres van een aan-
tal inwoners van Othiene, waarin zij ver
zoeken eene door hen op een welput der
gemeente geplaatste pomp voor de gemeente
in onderhoud te willen overnemen, daar
het onderhoud nu vrijwel ten laste van een
persoon komt, terwijl zij ten bate van alle
in de omgeving wonenden komt.
De Voorzitter deelt mede, dat het een
flinke Douglaspomp is, welke de menschen
daar geptaatst hebben. De pomp is nogal
eens verstopt, omdat de kinderen er maca
dam in werpen, van een daar in voorraad
liggenden hoop. Hij heeft last gegeven die
macadamhoop met een houten kap af le
dekken, waardoor dat verstopt geraken wet
wat zal verminderen. Het verzoek komt
aan Burgemeester en Wethouders billijk
voor, waarom zij voorslellen gunstig daar-
op te beschikken.
Verschillende leden merken op, dat eene
pomp nogal eens dikwijls mankeert, dal
ondervindt men op 't Veer ook.
Met algemeene stemmen wordt besloten
het adres in te willigen en de pomp te
Olhene voor rekening der gemeente in on
derhoud over te nemen.
b. Een adres van het besluur van den
Bond van gemeentepolitieamblenaren in
Nederland, waarin ter kennis wordt ge-
braclit eene door dien bond aangenoinen
mo tie, aangaande de salarieering der ge-
meente-polilieambtenaren, wordt vo'or ken-
nisgeving aangenomen, aangezien de salari
eering van den gemeente-veldwachter bij de
behandeling der begrooting aan de orde zal
komen.
c. Een schrijven van L. Stolk, waarin
deze te kennen geeft ontslag te nemen als
secretaris en lid der plaalselijke commissie
van toezicht op het lager onderwijs. Hij zal
zijne taak vervullen tot zijn te behoemen
opvolger in functie kan Lreden.
De Voorzitter deelt mede, dat te gelegener-
tijd door Burgemeester en Wethouders eene
aanbeveling voor een nieuw lid zal worden
gedaan.
6. Benoeming welhouder.
De Voorzitter verzoekt de leden over te
gaan tot het benoemen van een wethouder
wegens de periodieke aftreding van den
heer W. de Mul.
De heer De Mul wordt met algemeene
stemmen herbenoemd; 1 briefje is bianco
ingeleverd.
Op de vraag of hij bereid is de herbe
noeming te aanvaarderi, antwoordt de lieer
De Mul, dal hij reeds tal van jaren de ge
meente heeft gediend en er met het klim-
men zijner jaren wel wat begon tegen op
te zien. Vooral door de wijze waarop hij
werd herkozen, wil hij ecliter de benoeming
weder aannemen, en dankl zijne medeleden,
voor het in hem gesteilde vertrouwen.
De Voorzitter feliciteert den heer De Mul
met de herbenoeming en dankl hem voor
zijn besluil; hij hoopt, dat God de Heere
hem bij vernieuwing krachten zal sehenken,
om nog lange jaren de betangen der ge
meente te behartigen.
7. Keibesiraling gedeelle dorpsweg.
De Voorzitter deelt mede, dat Burgemees
ter en Wethouders hebben overwogen, dat,
nu de macadamweg aan de Westzijde van
het dorpsplein toch is opgebroken, in ver
band met het aanleggen van de tramrails,
het een goede gelegenheid was om nu den
weg aan die zijde te Iaten bekeien.
Zij hebben eene begrooting van dat werk
iaten maken, waaruit blijkt, dat het werk
f 1005 zou moeten kosten. De aannemer
van het aanleggen der tramiijn zou het werk
uitvoeren en de tramwegmaatschappij is be
reid van de bij haar in voorraad zijnde
lavakeien aan de gemeente le leveren. Als
het werk thans wordt uitgevoerd, is daar-
aan voor de gemeente het voordeel verbon-
den, dat zij van de tramwegmaatschappij
zal ontvangen het bedrag dat de aannemer
dan te Zaamslag niet moet verwerken. om
dat hij dan den macadamweg niet behoefl
te herleggen, ten bedrage van f 230,50. Met
inbegrip der procenten voor den gemeente-
archilect zou dit werk der gemeente dus
thans op ruim 800 komen te staan.
De architect heeft ecliter medegedeeld, dat
hij vernomen heeft, dal de aangeboden lava
keien geen aanbeveling verdienen, maar dat
het besle zou zijn recoupins faconne te
nemen, die voor hetzelfde bedrag zullen
kunnen gekocht worden als de keien van
de tram.
Naar de Voorzitter .vernam, zijn de door
de tramwegmaatschappij aangeboden keien
groote steenen, van 32 op den vierkanten
meter, met mooie platte koppen.
De recoupins faconnes zijn keien zooals
die in de straatwegen der gemeente zijn ge-
bruikt, nogal hobbelig voor het rijden.
De heer Wisse meent, dat men voorzich
lig moet zijn, met het materiaal dat men
in de hoofdkom voor bestraling wil gebrui-
ken
De heer Scheele is het er mede eens, er
liggen at zoovele slechte keien. Hij zou er
voor zijn den macadamweg voorloopig maar
te iaten herleggen. Als die wordt ingewaist
ligt die ook terstond weer mooi.
De Voorzitter gelooft niet, dat men voor
het leggen van een eind macadamweg van
70 M. lengte een stoomwals zal iaten komen.
De heer Scheele merkt op, dat de tram
wegmaatschappij den weg toch weer in
goeden slaat moet opleveren. Wat daarvoor
noodig is, daarmede heeft de Raad niets
te maken. Men kan een goeden weg ver-
Langen.
Vender bespreekt hij het maken van een
klinkerweg. Op Walcheren en Zuid-Beve-
land ziet men die veel. En op Hoek b.v.
ook, daar is het netjes, die pLaats is er wel
50 procent mede vooruit gegaan.
De heer Wisse wijst er op, dat zoo'n klin
kerweg voortdurend onderhoud vereischt.
Vroeger was er o>ok een gedeelte van het
dorp mede bestraat, maar de klinkers zijn
opgebroken omdat de weg zoo slecht was.
De heer Scheele meent, dat de klinkers
die nu gebruikt worden veel beter zijn dan
die kleine steentjes van vroeger. Ziet maar
eens naar de Heerengracht te Ter Neuzen,
daar komen toch ook voortdurend zware
vrachten op en in een keiweg kunnen ook
putten komen.
De heer Faas is ook van meening, dat
men in de kom der gemeente geen keien
moet leggen, dat men in huis zit te schud-
den als er een wagen voorbijschokt.
De Voorzitter meent ook, dat er voor klin
kers wat te zeggen valt.
De heer Scheele vraagl, of deze zaak niet
kan worden aangehouden.
De Voorzitter antwoordt ontkennend; het
leggen van de tramiijn is nu aangevangen
erj men kan de weg niet zoolang open
iaten liggen, tot het weer eens raadszitting
is geweeSt. Er moet nu van geprofiteerd
worden, omdat men dan iets terugkrijgt
voor het werk dat de aannemer aan de
tramiijn minder moeL maken.
Daar enkele ileden nadere inlichtingen wen-
schen, wordt de gemeente-arcliilect ter ver
gadering genoodiigd.
Hij deelt mede, van den Ingenieur van
den provincialen waterstaat vernomen te
hebben, dal de lavakeien vergruizen en af-
slijpen. De proef door de provincie geno-
men met een soort machinale keien is ook
niet uitgevallen. Recoupins faconnes zijn
sterke keien en hij meent, dat de gemeente
deze thans ook wel kan koopen. In ver
band met de opmerking omtrent klinkers,
wijst hij er'op, dat die vroeger in de kom
gebruikt zijn, doch dat ze zijn opgeruimd,
omdat ze niet bestand bleken tegen het
vervoer.
De Voorzitter betuigt den architect dank
voor de gegeven inlichtingen, waarna deze
de vergadering verlaat.
De heer Scheele, die den weg liever op
3 meter breedte gemaakl z,ag', dan op 2.75 M.,
zooals wordt voorgesteid, daar men, als een
wagen pasiseert, of in het slijk, of op de
trambaan zal moeten uitwijken, pleit nog
voor een klinkerweg.
De Voorzitter aclit, dat piet 2,75 !M. breedte
kan worden volstaan. Er kan een pad van
macadam, ten dienst der voetgangers, naast
den weg worden gemaakt. Hij gelooft, dal
men het wel kan wagen met de keien die
de tramwegmaatschappij aanbiedt; zij ge
bruikt die niet aLl.een voor de overwegen,
die zij moet bestraten, maar ook voor de
los- en laadplaatsen, waarop veel vervoer
zal komen. De heeren van de tramwegmaat
schappij zullen omtrent die keien toch wel
goede ervaringen hebben, anders zouden ze
die ook wel niet gebruiken, aangezien zij
toch de los- en laadplaatsen zelf moeten
onderhouden. Hij wil het advies van den
Ingenieur van den provincialen waterstaat
wel gelooven, maar merkt op, dat men voor
die lichamen gewoon is, over het beste maar
ook duui\sLe materiaal te beschikken, dat
gaat uit een ruimere beurs dan van een ge
meente.
De lieer Scheele komt er tegen op, dat de
Voorzitter van iemand als de voornoemde
Ingenieur veronderstelt, dat deze omtrent
te gebruiken materiaal voor bestrating ad
vies zou g'even, zonder rekening te liouden
met de beurs.
De Voorzitter verklaart, niet te hebben
bedoeld, dal deze daar geen rekening mee
zou houden, maar meent, dat men een ver
schillende beschouwing kan hebben, om
trent het afslijpen van de keien. Dat men
een weg verkrijgt met groote keien met glad
bovenvlak is ook wat waard.
De heer Faas meent, dat er wel wat voor
te zeggen valt, om die keien aan te nemen,
aangezien de tramwegmaatschappij voor de
overwegen, die zij aan de Westzijde van
het dorpsplein maken moet, toch ook die
keien gebruikt. Ging men nu in den weg
tussclien de overwegen andere keien ge
bruiken, dan werd het heelemaal lapwerk.
Ten slotle wordt met algemeene stemmen
besloten den weg te iaten maken overeen-
komstig het voorstel van Burgemeester en
Wethouders, met keien le leveren door de
tramwegmaatschappij en het werk op te
dragen aan den heer Ter Siepen, aannemer
van de tramiijn.
(Wordt vervolgd).
IN (I EZ ON DEN STUKKEN.
's Gravenhage, den 7 Sept. 1915.
Geachte Redactie
Gaarne wil ik hier tuededeelen, hoe de
loop van zaken is geweest betreffende het
uitvoerverbod van bieten naar Belgie.
Geruimen tijd geleden, deelde ik u mede
de betrokken brief heeft u in uw blad
gepubliceerd dat het niet in het voor-
nemen van den Miuister lag om hetvuit-
voerverbod voor bieten voor Zeeuwsch-
Vlaanderen op te heffen. Echter deelde
ik u uitdrukkelijk mede, dat de mogelijk-
heid voor opheffing van het verbod wel
degelijk nog bestond, en zou worden opge-
geven indien het laudbouwbelang, o. a. de
prijzen enz. die opheffing wettigden. In
dien tusschentijd hebben wij niet stil gezeten
hoewel wij eerst laat begrepen waar de
schoen wrong.
Door enkele officieele en eenige stille
tegeustauders van de opheffing van het
uitvoerverbod. waaronder natuurlijk belang-
hebbenderi voorkomen, blijkt den Minister
te. zijn rnedegerieeldlees, blijkt getrucht
te zijn den Minister van Landbouu; diets
te maken, dat er volstrekt geen landbouw-
belang in Zeeuwsch-Vlaanderen bij betrokken
was of de grens voor de bieten al of niet
werden geopend en dat bovendien de Bel-
gisehe fabrieken toch niet in staat zouden
zijn de bieten te verwerken door gebrek
aan maohinebehoeften enz. Ook werd opge-
merkt dat het niet zeker was, dat de Bel-
gische fabrikanten aan hunne financieele
verplichtingen zouden kunnen voldoen.
Toen al deze dingen bekend werden is
er natuurlijk van de zijde van de iand-
bouwers al is dit door de omstandig-
heden wel wat laat geschied, maar dat ver-
wijt mag hem niet treften werk van
gemaakt die onj uiste mededeelingen te weer-
leggen. De heer Eruytier, de afgevaardigde
voor Bontenisse, heeft direct de betrokken
besturen van de afdeelingen van de Zeeuwsche
Landbouwmaatschappij er op attentgemaakt,
dat zij den Minister moesten toonen dat
wel degelpk een groot landbouwbelang bij
den uitvoer der gecontrakteerde bieten is
betrokken. Ook andere bonden heeft hij
aangezet hetzelfde te doen en als het ware
den betrokkenen de oogen geopend op
welke valsche gronden met hunne belangen
werd gespeeld. De landbouwers mogen mijn
geachten collega in dezen zeer dankbaar zijn,
want als de zaak nog gered wordt is het
zeker ook mede aan zijne adviezen te
danken.
In de betrokken adressen is duidelijk met
argumenten aangetoond, dat wel deg-lijk
het landbouwbelang er bij betrokken is en
ik wil u de argumenten mededeelen, omdat
zij wellicht indien de oorlogstoestand
zoo blijft het volgend jaar nog kunnen
gelden
Allereerst zij opgemerkt, dat het op het
kwantum geproduceerde suiker van weinig
invloed is, of de gecontrakteerde bieten
voor Belgie al of niet in het land blijven.
Op den prijs van den suiker in het Binnen-
laud heeft het kwantum zeker geen invloed,
omdat een zeer groot gedeelte van de hier
te lande geproduceerde suiker toch wordt
uitgevoerd en de suiker een exportartikel is.
Bovendien hebben de betrokken suiker-
fabrikanten zich verbonden hetzelfde gedeelte
van de uit Zeeuwsch-Vlaamsche bieten
geproduceerde suiker aan de Nederlandsche
Regeering terug te leveren als de Neder
landsche fabrieken zich hebben verbonden
te geven, terwijl de pulp voor 50 J/0 weer
naar Nederland uit Belgie zal worden terug
gebracht, waartoe de noodige waarborgen
ten genoege der Nederlandsche Regeering,
zullen worden verstrekt. Ook zijn de Bel-
gische fabrikanten bereid de noodige garantie
te stellen voor richtig nakoming van hunne
financieele verplichtingen, terwijl zij den
Minister hebben verzocht zich door een
Regeeringscommissaris te doen overtuigen,
dat zij werkelijk in staat zijn de bieten te
vermaien en de daartoe benoodigde machine-
behoeften, als olie enz. in voldoende mate
op de fabrieken aanwezig zijn.
Al deze verklaringen van de Belgische
fabrikanten heb ik gelezen en gehoord tijdens
een conferentie met den Minister van Land-
bouw die o. m. werd bpgewoond door de
heeren Fruytier, Ph. van DixhoornI). J.
Dees en ondergeteekende, terwijl zij tevens
werd bijgewoond door een drietal direeteuren
van Belgische suikerfabrieken.
De direeteuren van de Belgische suiker
fabrieken hebben wij medegenomen teneinde
hun, in ons bijzijn, uitdrukkelijk het praatje
te doen weerleggen dat alsof zij niet zouden
kunnen werken. Trouwens reeds overdui-
delijk, in een request aan den Minister,
hadden zij dit praatje weerlegd.
In het oog dient te worden gehouden
dat hier een landbouwbelang, uitsluitend
van Zeeuwsch-Vlaanderen, wordt behandeld.
De contrakten met de Belgische fabrieken
loopen over ruim vier duizend Hectaren
bieten. Hieruit volgt al, dat het overgroote
deel van de bietenbouwers belang hebben
bij den uitvoer van de bieten naar Belgie.
De landbouwers betrokken bij de Coopera-
tieve kunnen er geen of niet noemenswaardig
nadeel bij hebben, terwijl zij, die in het
geheel niet gebonden zijn zeker geen nadeel
bij de opheffing van het uitvoerverbod kun
nen hebben.
Vaststaat dus dat het belang van de boe-
ren van Zeeuwsch-Vlaanderen medebrengt
dat de grens wordt geopend.
Voldoende volgt dit eigenlijk al hieruit,
dat landbouwers zelf, die toch wel weten
wat hun eigen belang is, er om vragen.
ManDen als Vorsterman van Oyen en Do-
minicus steunden hen daarbij, zoo ook het
Nederl. Laiidbouw-Comite.
De prps door de Belgische fabrieken voor
de bieten betaald is ruim twee gulden per
duizend kilogram hooger dan die besteed
door de Nederlandsche fabrieken. Twee
gulden meer voor de bieten in Zeeuwsch-
Vlaanderen terwijl toch een ieder weet dat
het rendement van de Zeeuwsch-Vlaamsche
bieten heel wat minder is dan die boven
de Schelde.
Zoo oppervlakkig zou men zeggen, dat
de Zeeuwsch-Vlaamsche boeren geholpen
zijn, indien de Minister in overleg met de
suikercommissie de Nederl. fabrieken er toe
brengt, voor dit jaar, voor de Vlaamsche
bieten twee gulden meer te betalen.
Daarmede zijnde boeren niet geholpen,
dit dient uitdrukkelijk te worden gezegd.
Wanneer de Belgen de bieten niet krijgen,
dan zullen de fabrieken niet kunnen werken.
De Diiitsellers zullen dan de fabrieker zeer
begrijpelijk gedeeltelijk demonteeren en de
alkomende materialen voor oorlogsdoelein-
den bezigen. Het volgend jaar staan de
fabrieken dan zeker stil. Ook zal de Duit-
sche Overbeid, zie maar eens bij Limburg,
de tramverbindingen opbreken en naar het
Oostelijk front rerzenden, zoodat ook de
Zeeuwsch-Vlaamsche tramwegen, met zoo-
veei reoeite tot stand gebracht. een dood-
steek krijgeu. Deze zijn immers voor een deel
aaugewezen op I i Aenvervoer.
Maar zelfs al demonteeren de Duitschersde
fabrieken niet dan nog is het stopzetten der
betrokken Belgische fabrieken voor de
Zeeuwsch-Vlaamsche boeren een grootge-
vaar. De Belgen, die bij v. dit jaar 330.000
gld. voorschot hebben gegeven bij het af-
sluiten van contrakten, zullen er voor dan
ken om weer de risico te loopen dat de
Nederlandsche Regeering zelfs zonder dat
internationale kwesties er mede gemoeid
zijn de boeren verhinderd hunne ver
plichtingen na te komen.
Er is dan geen kwestie van dat de land
bouwers zulbe mooie prijzen voor minder
goede bieten zullen maken dan tot nu toe.
De concurrentie is dan verdwenen en dan
kan het niet anders of de bietenbouw in
Zeeuwsch-Vlaanderen, die nu zoo loonend
is, zal achteruitgaan. Vooral op dit laatste
dient gelet. De landarbeiders verdienen
het meest in de bieten. Graan- en peul-
vruchten geven geen werk, althans graan-
vruchten niet.
Wel degelijk heb ik mij afgevraagd,
alvorens deze zaak te steunen, of met den
uitvoer tevens veel werkverschaffing voor
den Nederlandschen arbeider verloren ging.
Dit is niet van belang. En al ging er
eenig werk van Nederlandsche suikerfabrie
ken over op Belgische, dan nog weegt dat
nadeel niet op tegen het verlies aan werk
in Zeeuwsch-Vlaanderen, wanneer de bieten-
teelt gaat verminderen, door het handhaven
van het uitvoerverbod.
Er moet voor worden gewaakt dat de
aangename relaties die de Zeeuwsch-
Vlaamsche boeren hebben met de Belgische
fabrieken niet ruwweg worden afgesneden.
Eenmaal een relatie kwijt duurt het jaren
die weer winstgevend te kunnen aanknoopen.
De bewijzen hiertoe liggen voor het grijpen.
Verscheidene conferentien met tal van
betrokken commissien en autoriteiten zijn
door den heer Fruytier en ondergeteekende
gehouden. De heer Zonnevijlle uit Axel,
die zich voor het verzamelen van de argu
menten voor deze voor de Zeeuwsche boeren
zoo belaDgrijke zaak zeer verdienstelijk
heeft gemaakt, woonde die meestal bij.
Bij het schrjjven van deze lange brief
is het mij nog niet bekend hoe de zaak
afloopt. Naar ik vernam moet nog het
advies van de suikercommissie worden in-
gewonnen. Ik begrijp dat het niet ge-
makkelijk gaat de zaak op te lossen, vooral
omdat tal van regelingen met de suiker-
industrie reeds getroffen zijn in de ver-
onderstelling dat het uitvoerverbod bleef
gehandhaafd, maar anderzijds kan ik niet
aannemen, dat de Minister een dergelijk
groot speciaal belang voor Zeeuwsch-
Vlaanderen, dat uit het oog zou verliezen.
Zeeuwsch-Vlaanderen wordt gelukkig de
laatste jaren wat beter uit Den Haag be
handeld dan vroeger. Laat de Minister
van dezen weg zeer zeker in de
tijden waarin wy nu leven niet van
afdwalen.
Bij verschillende conferentien werd opge
merkt, dat de landbouwers in Zeeuwsch-
Vlaanderen toch wisten, dat het uitvoer
verbod voor bieten zou worden gehandhaafd,
en dat het opmerkelijk was dat zoo plotseling
het verzet daartegen als het ware uit de
lucht komt vallen.
Het is geen ondeugd maar een deugd
van de Zeeuwsch-Vlaamsche boeren, dat
zij zich niet direct tegen Regeeringsmaat-
regelen verzetten, wanneer zi] in de meening
verkeeren, dat 's lands belang die eischen.
Maar Waar later blijkt, zooals hier, dat
verkeerde adviezen, ja wie weet valsche
adviezen, gebaseerd op bet belang van
betrekkelijk weinigen de Regeering op een
dwaalspoor heeft gebracht is een oppositie,
al is de tijd kort, gewenscht ja! vereischt.
Velen in Vlaanderen meenden dat inter
nationale belangen enz, de reden van hec
uitvoerverbod was. Niet dat de Minister
mij dit zou hebben medegedeeld, maar
langs anderen weg werd dit geventileerd.
De landbouwers en hun voorgangers heb
ben echter nu gemerkt dat zij bij den
neus genomen zijn en dat de internationale
belangen wel is waar niet geheel maar dan
toch voor een deel identiek zijn met de
belangen van de suikerfabrikanten en zelfs
identiek zijn met het bij zonder belang van
enkele daarbij direct betrokkenen.
DE MURALT.
CORRESPONDENTIE
Aan S. te Stoppeldijk. Oude Zilverbons
kunnen nog ter inwisseling gezonden worden
aan den Heer Agent van het Ministerie
van Financien te Amsterdam. U moet in den
brief insluiten uw Zilverbons en daarbij een
niet gefrankeerden postwissel waarop alleen
vermeld moet worden Uw volledig adres.
Aan L. te Ter Neuzen. Er was heden
geen plaatsin een volgend nummer.
SCHEEP V A ARTE E WEGIN G,
Van 6 Sept. tot en met 7 Sept. werden
langs de Oostsluizen alhier 20 binnenvaar-
tuigen op- en 1 afgescbutlangs de
Middensluizen 33 op- en 34 afgeschut en
langs de Westsluizen 6 op-en 4 afgeschut.
Positie der Stoomschepen.
s.s. ELISABETH van Rotterdam naar Buenos-Ayres.
s s. HELENA in lading te Gulfport voor Rosario.
s.s. MAGDALENA' van Rotterdam naar Buenos-Ayres.
s.s. CORNELIS vertrekt heden van Pensacola naar
Buenos-Ayres.