ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
Malingsonileryijs.
No. 6269.
Donderdag 2 September 1915.
55e Jaargang.
Onderwijzer
Bekendmaking.
De Oorlog-
ABONNEMENT:
ADVERTENTlfiN
Telefoon 25.
Bit Blad verschijnt Maandag", V/oonsclag- en Vrijiiagavoiid, aitgezonderd op Fesstdagen, bij de Firma P. J. VAN DE SANDE te Ter Neuzen.
GIFT.
B1NNENLAND.
FBTTILLETOW.
Per 3 maanden binnen de stad 1.Franco per post voor Nederland 1.10.
Bij vooruitbetalingvoor Belgie /1.40, voor Ned.-Indie en Amerika 1.65,
overig Buitenland f 2.
Men abonneert zich bij de Uitgeefster, of buiten Ter Neuzen ook bij alle
Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievenbushouders.
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0.10.
Bij ctirecte opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de
prijs slechts tweemaal berekend.
Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief.
Inzending van advertentien voor 1 uur op den dag der uitgave.
Burgemeester en Wethouders van TER
NEUZEN noodigen hen, die in aanmerking
wenschen te komen voor eene benoemiog tot
bij het herhalingsonderwijs aan school A,
in de kom, uit, daarvan kennis te geven
aan den Burgemeester voor den 6 Sep
tember 1365.
Ter Neuzen, 30 Augustus 1915.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
L. WABEKE, Seeretaris.
Koninginnedag in Den Haag.
De Koningin werd aldus schrijft de
„H. Crt." heden 35 jaar.
Evenals verleden jaar is haar geboortedag
zonder het gebruikelijke feestbetoon voorbij
gegaan. De tijden zijn nog niet zoo, dat aan
een geheel onbezorgde viering van den jaar-
dag van Hare Majesteit mocht worden ge-
dacht.
En aanvankelijk scheen 't zelfs een heel
t r i q s t e dag te zullen worden. De regen
striemde uit de lucht. Het was een echt
najaarsweer. Doch tegen den middag klaar-
de het gelukkig op, en voor de zanguitvoe-
ring, hedenavond voor het „Huis ten Bosch",
mogen we, als de teekenen niet bedriegen,
het beste hopen.
Geen parade en geen illuminatie dus
heden, geen „kleine kennis" ook maar
een feestelijk aanzicht had de stad, de bin-
nenstad in 't bijzonder, toch door de vele
vlaggen! Zij wapperden voor de gevels van
het Stadhuis, de Rijks- en gezantschap&ge-
bouwen, en van den Toren, en hier en daar
zag men een feest-etalage in de winkels,
met het borstbeeld van onze Koningin als
middenstuk.
In de verschillende paleizen werd in de
felicitatieregisters druk geteekend, en in de
Groote Kerk werd de verjaardag van H. M.
in een buitengewone godsdienstoefening
plechtig herdacht.
„Ik vlucht naar grootvader Kruse, hij zal
mij niet verstooten, en doet hij het, dan ga
ik ergens als meid dienen!"
„Je schrijft mij toch?"
„Natuurlijk. Maar ik adresseer den brief
naar uw breeders huis, ge zijt daar toch
dagelijks."
„Ja, dat is veiliger."
„En nog iets, oom. Goldammer heeft mij
bij gedeelten in de Iaatste weken driehon-
derd mark voor de huishouding gegeven, be-
taal hem die terug en ook den handkoffer.
Ik kan hem natuurlijk niets schuldig blij-
ven. IJ alles, mijn redder, mijn eenige
vriend."
Zij viel hem in een opwelling van dank-
baarheid om den hats en kuste hem haas-
tig-
Geroerd beloofde hij, hare wenschen te
vervullen. Hij zou wel een harden strijd
met Goldammer, en ook met vriend Emil
krijgen, maar voor haar zou hij zich in
stukken hebben laten scheuren, en door
zijn aansporing had hij medegewerkt om
haar in dezen vreeselijken toestand te bren
gen.
De voorganger, ds. Schokking, sprak naar
aanleMing van de woorden in 2 Samuel 18
vers 3 lOpgeleekend, door het volk Israel ge-
s pro ken tot koning David, toen zijn zoon
Absalon tegen hem opstond: „En gij zult ons
zijn als tienduizend onzer."
In verband met deze woorden sehetste
spreker de aanhankelijkheiid van het Neder-
landsche volk aan het Huis van Oranje en
aan H. M. de Koningin, en smeekte hij
's hemels zegen voor Hare Majesteit en haar
Huis af. Toepasselijke Psalm- en Gezang
verzen werden gezongen, en waar daarin
een zegenbede was vervat, zong de gemeente
deze op uitnoodiging des voorgangers staan
de, terwijl na den slotzegen het orgel de me-
lodie van het Wilhelmus aanhief, en de aan-
wezigen staande een der coupletten zongen
De meeste kerkgangers droegen oranje op
de borst.
Het kerkgebouw was voor een groot deel
gevuld.
Ook in de R.-K. kerk aan de Parkstraat
had hedenochtend, ter gelegenlieid van de
verjaring van H. M., een plechtige dienst
plaats. Te 9 uur werd er de Hoogmis opge-
dragen, geleid door den hoofd-aalmoeze-
nier bij het leger te velde, pastoor Evers, die
geassisteerd werd door de heeren Van Beek,
Kamnegieter en Franken, directeuren der
R.-K. Militairen-Vereeniging alhier.
Op het presbyterium was gezeten de ka-
nuniek Wijtenburg, deken van's Gravenhage,
terwijl op het altaar tijdens de consecratie
door vijf grenadiers en vijf jagers het ge-
weer werd gepresenteerd.
De plechtighedd werd hijgewoond door den
gouverneur der residentie, generaal Klerk de
Reus; den inspecteur der infanterie, gene
raal Buyze; den kummandant der brigade
grenadiers en jagers, kolonel Habbema; den
plaalselijken kommandant, kolonel de Vis-
ser, en den kommandant van het regiment
grenadiers, overste van Suchtelen van de
Haare, met adjudanten.
Het kerkgebouw was geheel gevuld met
belangstellende geloovigen, onder wie een
duizendtal soldaten.
Het zangkoor zong verdienstelijk de plech
tig klinkende liederen.
Onder de Hoogmis heeft de hoofdaalmoe-
zenier in het bijzonder de soldaten toege-
sproken, hen gewezen op het groote voor-
recht, dat het geboortefeest van H. M., aan
wie het vaderland zooveel verplicht is, vrij
en vreugdevol in ons land mag worden her
dacht, en hen opgewekt om voor het heil
van H. M. Gods zegen af te smeeken, opdat
haar kracht en wijsheid uit den hemel
worde geschonken, om in dezen moeilijken
lijd het land te hesturen.
De toespraak van den hoofdaalmoezenier
maakte blijkbaar een buitengewonen indruk
op de aanweziigen.
Ds. A. S. Talma.
Als reden, dat Ds. Talma ontslag gevraagd
heeft als veldprediker, ncemt. de Tel., dat
de heer Talma op last van zijn geneesheer
gedurende de eerstvolgende weken absolute
rust moet. nem?n.
De patient is in hooge mate overspannen
en moet het bed houden.
Men brief van dr. Kit yper.
Het „BerIiner Tageblatt" schrijft:
„Dr. A. Ivuyper, die op het oogenblik een
kuur volgt te Weisser Hirsch bij Dresden,
laat zich aldus uit in een brief aan een
van onze medewerkers:
Zooals ik o. a. naar Berlijn aan die hoofd-
redaclie van het „Berliner Tageblatt" schreef
en ook aan u mededeelde, komt het mij,
daar ik slechts om gezondheidsredenen naar
De koets hield bij het station stil. Zij
stapten uit, Hans betaalde en zij snelden
naar het loket. „Naar Soltau, derde klas
Nu naar boven naar het perron. Marie
wist, dat de trein spoedig zou vertrekken.
Voor dat Goldammer besloot, haar vlucht
aan de politic mede te deelen of zelf in zijn
trouweostume haar aan de stations te zoe-
ken, kon er reeds veel tijd verloopen. Zoo
was zij dus nu voorloopig in veiligheid,
dacht zij. Maar ondanks alles beefde zij
van angst en ongeduld.
Eindelijk eindelijk staple zij in den
wagon, wuifde Hans toe, en de trein zette
zich in beweging.
Met een zucht van verlichting, leunde zij
tegen den wand. Het duurde ecliter nog
uren, eer zij zich geheel in veiligheid ge-
voelde, en aan hare omgeving eenige aan-
dacht kon schenken.
Het eene station na het andere vloog voor
bij. Onbekende menschen, kale boomen,
velden met smeltende sneeuw, alles onder
een grauwen hemel, slechts nu en dan door
zonnestralen verlicht dat was alles wat
zij zag.
Hoe zou het thuis wel gesteld wezen?
Goldammer was zeker woedend. Men kon
het hem ook niet kwalijk nemen. Of papa
zeer boos op haar zou zijn? En die arme
goede Hans, die zal wel bij alien de steen
des aanstoots zijn; alien zouden hem
voor den aanstoker houden! Hij en Jeanne
Dresden ben gekomen, gewenscht voor, dat
de pers van mijn aanwezigheid op Weisser
Hirsch hoegenaamd geen nota neemt. Daar-
bij moet ik blijven. Dat belet mij echter
niet, op de twee practische vragen, die u
mij gesteld hebt, in het kort op deze wijze
te antwoorden:
lo. dat de beweging, om Nederland er toe
te brengen, zijne neutraliteit op te geven
en zich bij de Quadruple Entente aan te
sluiten, niets hoegenaamd te beteekenen
heeft en 2o. dat het koloniale vraagstuk
voor ons land eerst later kan opgelost wor
den.
Wat het eerste betreft, waren het slechts
eenige tweede-klas Belgen, die ons trachtten
mede te steepen. De hooger staande Belgen
daarentegen begrepen van den aanvang af,
dat zij onze gastvrijheid niet slechter kon-
den beantwoorden, dan door onze neutrali
teat in gevaar te brengen. De eerste-klasse
Belgen deden dat dan ook op geen enkelc
wijze en onzerzijds was er ook geen enkele
staatsman, noch een persorgaan van eenige
beteekenis, die niet tegen iedere schending
van onze neutraliteit opkwam.
Met het koloniale vraagstuk is het anders
gesteld. De koloniale groote inogendheden
plegen in hunne kolonies slechts een kleine
vloot beschikbaar te houden. Over hare ko-
lonien wordt in Europa beslist, niet in de
kolonien zelf.
Voor Nederland staat de zaak anders.
Onze positie in Europa is niet van zoo-
danigen aard, dat wij in Den Haag of in
Amsterdam de beslissing omtrent onze kolo
nien kunnen afwachten. Wij moeten ons in
den Archipel zoodanig wapenen, dat wij
elk offensief afweren kunnen. Voor de oor-
log uitbrak, was dan ook het plan gereed,
om een vloot van dreadnoughts voor onzen
Archipel te laten bouwen. Nu is dit plan
voorloopig uitgesteld. Eerst moet ook voor
ons uitgemaakt wordien, of het duikbooten
of dreadnoughts moeten zijn, waarmede wij
onze kolonien moeten verdedigen.
Hierbij zend ik u nog drie mededeelingen
uit de Nederlandsche pers. De eerste is van
mijn vroegeren collega aan het ministerie
van kolonien, admiraal Ellis, die ook tijde-
lijk aan het hoofd van het departement van
buitenlandsche zaken heeft geslaan en die
zich zeer pertinent uitspreekt.
De tweede is van Mr. Van Houten, den
vroegeren minister van binnenlandsche za
ken in het kabinet Roell, een radicaal con-
servatief, en de derde wijst op de vleierijen
in de Fransche pers, die ons land voor zich
wil winnen. Misschien zullen deze stukken
u interesseeren. Niet ik deel u den inhoud
mede, ik wijs u slechts op datgene, wat in
de pers voorkwam.
De oud-minister Van Houten laat zich in
het artikel, dat dr. Ivuyper bedoelt, in dien
zin uit, dat de Nederlanders in Europa geene
machtverdeeling noch eene machtsvermeer-
dering, hetzij voor Frankrijk en Engelandi,
lietzij voor Duitschland wenschen, maar dal
dit standpunt geenszins actieve sympathie
voor Duitschlands tegenstanders aanduidt."
De algetneene toestand.
De vervolging van het Russische centrum
wordt kraehtig voortgezet. Het Duitsche
noorderleger bereikte schrijft het Alg.
Hbl. op verschillende plaatsen den ooste-
lijken rand van het oerwoud van Bjelowjesk,
de legergroep van Leopold van Beieren streed
gisteren nog in het bosch om een overgang
deze zeker ook uit eigenbelang zouden
ecliter beslist naar hun beste krachten voor
liaar in de bres springen.
Zoodra haar hoofd niet meer geheel ver-
vuld was met liaar noodlot, was haar eer
ste gedachte: wat is de wereld toch groot
en leeg! Zij had nauweiijks de groote stad
verlaten en alles, wat zij zag, leek haar
vreemd en wekte in haar een gevoel van
angst.
Een smartelijk gevoel van verlatenheid
overviel haar. Ten slotte kreeg zij honger,
koeht in Ulzen een paar Jielegde broodjes,
die langs den trein werden verkocht, en ver-
wonderde zich er over, dat zij daarvan met
zooveel smaak at.
Steeds kaler en woester werd de streek,
de bruine heide strekte zich langs beide
zijden van den spoorweg uit, bier en daar
een stadje, een gehucht, sporen van sneeuw
langs de wegen en spiegelende waterplassen.
Donkere dennewouden in de verte en daar-
boven een grauwe hemel.
De zon neigde reeds ten ondergang, toen
de trein het station Soltau bereikte. Marie
staple uit. verlieugd dat zij zich weer kon
bewegen. Nu s.tond zij met de koffer in
haar hand op het perron van het kleine
station.
Niet veraf lag het stadje, stil en eenzaam,
alsof alles sliep. Zij vroeg een beambte,
waar Haiddorf lag. Ongeveer een uur van
het station verwijderd, en zoo lang zou het
over den Boven-Naref, maar Von Woyrsch
was reeds bij Soeehopol en Sjeresjewo, en
naderde dus den spoorweg naar Minsk.
Von Mackensen nadert Kobriu, en daar-
mede den spoorweg naar Pinsk.
Oveval worden hevige achterhoeden-ge-
vechten geleverd, maar nergens kuar en de
Russen stand houden. Maar door die ge-
vechten wordt ook slechts gepoogd, den
terugtocht te dekken.
Het Zuiderleger, dat van de Zlota-Lipa
op den vestingdriehoek Luzk-Rofno-Dubno
terugtrekt, kon wel eens voor een Aerk-
waardige verrassiug komen. Uit het Rus
sische legerbericht blijkt, dat de Oostenrijk-
sche legers, die aan den Boeg opereerden,
bij Wladimir Wolynsk, den marsch naar het
noorden hebben opgegeven, maar thans in
oostelijke richting voortrukken naar Luzk.
Het Oostenrijksche legerbericht meldt, dat
overal in Oost-Galicie den tegenstand der
Russen gebroken is, en dat zij in vollen
terugtocht zijn. En nu sehijnen de in
Wolhlnie opereerende Oostenrijksch-Hon-
gaarsche strijdmachten een poging te willen
doen, om zich op den terugtochtsweg van
het Russische Zuiderleger te willen plaatsen
door Luzk en Rofno te bezetten.
Zij rukken daar snel vooruit, en hebben
Swiniuchy en andere plaatsen reeds aan de
Russen ontruktaan de Styr, een zijrivier
van de Pripjet, die ten noorden van Luzk
stroomt, wordt hevig gevochten.
Het denkbeeld, in sommige kringen ge-
opperd, dat de Oostenrijkers in het zuiden
van hun positie zullen gebruik maken, om
te trachten in de Oekraine door te dringen
en Kjief te bereiken, is klaarblpkelpk on-
juist. Zelfs de „Times"-correspondent
erkent, dat het niet hun doel kan zijn om
vjjandelijk gebied te bezetten, maar wel het
vijandelijke leger te dwingen tot een gevecht
onder omstanaigbeden, die het mogelijk
zouden maken, dit leger te vernietigen of
het ten minste een gevoelig verlies toe te
brengen.
Vandaar dan ook de poging, om Luzk en
Rofno te bereikeD, waardoor het Russische
zuiderleger in een zeer moeilijke positie
zou komeu. Luzk is een bruggehoofd aan
de Styr, waar twee bruggen over de rivier
voeren en is het rechtervleugel-steunpunt
van de Ikwa—Styr linie, die door de drie
plaatsen Luzk, Rofno en Dubno wordt ge-
vormd, en die een omvang heeft van 14
K.M.
Voor den oorlog bestond het vestingfront
van Luzk uit vier versterkte schansen, die
waren ingericht voor eenige compagnieen
infanterie en eenige veldkanonnen. Langs
Luzk voeren de belangrijke straatwegen,
die van het westen en het zuiden naar het
oosten loopen.
Rofno is een dubbel bruggehoofd, aan de
Oestje, met zeven versterkte veldverschan-
singen het dekt drie spoorwegverbindingen
naar Kowel en naar Tomaschgrod in bet
noorden, en naar Sdolbunof in het zuiden.
Dubno is een permanent fort met dubbele
omwalling, dat voor den oorlog bewapend
was met 70 kanonnen, en met bomvrije
onderstanden en kazematten was voorzien.
Wat er in het noorden gebeurt, voor de
lijn RigaWilna, is nog niet duidelijk.
nog wel licht blijven, zei de man.
Op dit niet zeer duidelijk antwoord vroeg
Marie, of er iemand mee kon gaan, om haar
den weg te wijzen en haar koffer te dragen.
Het was niet noodig, heette het, zij kon
volstrekt niet dwalen. Eerst den straatweg
langs, en dan rechtsaf den veldweg, daar
stond een wegwijzer, en Krusenhof, waar zij
been wilde, was de naaste boerderij. Zoo
laat had niemand lust om mee te gaan,
haar handkoffer was ook zoo zwaar niet,
en zoo'n jonge flinke vrouw als zij was,
kon hem zelf wel dragen.
Zij zou bij de bloedverwanten niet gaarne
den indruk maken, alsof zij vervelend was,
en daar zij zich uitgerust gevoelde, liet zij
zich nog eenmaal den weg aanduiden en
wijzen, en nam getroost den tocht.
In het begin gevoelde zij zich rnoedig en
bemerkte geen vermoeienis.
Frissche, scherpe lucht waaide over de
vlakte, die als met een wit taken bedekt
scheen, waar uit hier en daar bruine heide
en plekjes jong groen te voorscliijn kwarnen.
De wind dreef grauwe wolken langs den
bleekblauwen liemel. Berken, prijkende met
jong loof en katjes, stonden in regelmatige
rijen langs den reehten straatweg, waarop
Marie voortschreed.
Na. eenigen tijd moest zij den koffer in de
andere hand nemen en haar schreden ver-
kleinen. Een pijnlijk gevoel van honger
kreeg zij, het speet haar, aan bet station
I Wanneer het waar is, wat de Russische
rain ster van oorlog beweerde, dat de Rus
sische hoofdmacht om Wilna staat, dan zou
daar een belangrijke strijd te wachten zijn.
Maar waarschijnlijk is dit niet zoo. Als het
waar was, zou de Minister het wel niet zeg-
gen. De berichten over de ontruiming van
WTilna en Dunaburg houden voortdurend
aan. De Berlingske Tidende", te Kopen-
hagen, die goede betrekkingen heeft met
Petersburg, meldt
//Wilna wordt ontruimd. Dagelijks komen
stroomen vluehtelingen uit Kowno en het
tusschengelegen gebied naar Petersburg.
De vluehtelingen vertellen, dat de Russische
troepen alles in brand steken."
Dat dit zoo is, blijkt ook uit het verhaal
van den Engelschman Dillon, dat in de
//Daily News" voorkomt en waarin ver-
baald wordt, hoe de Russen in het eigen
land alles in brand steken, opdat de vijand
bij het voortrukken niets kan vinden, wat
hem zou kunnen van nut zijn.
Wat er nu verder gebeuren zal is een
geheim van den generalen staf. Het praten
over //coming events", is alleen mogelijk
wanneer zij hun schaduw vooruitwerpen.
Maar terecht zegt de Times"
„De meening der militaire critici, dat
Brest Litowsk een krachtigen tegenstand
zou bieden, werd beschaamd door de feiten,
waaruit blijkt hoe weinig die critici het
vertrouwen genieten van het legereom-
mando."
Evenzoo zal het wel gaan met de mede-
deeling, die het blad zegt afkomstig te zijn
van generaal Polivanof, over den toekomstigen
slag bij Wilna. Het legercommando neemt
geen dagbladcorrespondenten in zjjn ver
trouwen, wetende dat dezen alles aan de
groote klok hangen. Wat voor vertrouwe-
lijke mededeelingen over toekomstige ge-
beurtenissen niet altoos de meest geschikte
plaats is.
Pasmunt wan zink.
Sedert maanden is er in Belgie gebrek
aan nikkelgeld. De gouverneur-generaal
heeft daarom, zooals uit Brussel aan het
»Berl. Tagebl." wordt bericht, een veror-
denicg uitgevaardigd, waarbij bepaald wordt
dat pasmunt van zink zal worden geslagen.
Er zullen stukken van 5, 10 en 25 cen
times worden uitgegeven. Niemand zal
echter verplicht zijn dergelijke munten
tot een hooger bedrag dan vijf francs in
betaling te nemen.
Het nieuwe geldstuk vertoont een om-
kransten leeuw en het opschrift Belgie"
in het Fransch en Nederlandsch.
Dultsch zeifvertrouwen.
Wolff seinde dd. 26 dezer uit Berlijn
aan het Alg. Hbl.
Met Brest-Litowsk viel weder een sterk
Russisch verdedigingspunt. Opnieuw is eea
schakel van de Russische afsluitketen, en
wel een der Iaatste, verbroken, opnieuw
een voor de bijeentrekking en verplaatsing
van groote legermassa's belangrijk punt den
vijand ontnoraen. Sedert het begin van den
oorlog hebben onze troepen als vestingbe-
dwingers hunne gelijken niet. In het westen
vielen negen vestingen in onze handen, n.l.
Luik, Namen, Longwy, Montmedy, La
fere, Laon, Maubeuge, Antwerpen en
Rijssel. Bovendien namen wij de zes forten
nog niet eens iets te liebben gegeten.
Wat was hier alles stil en somber! De
lucht, die steeds kouder en voch tiger werd,
maakte de ademhaling moeilijker. Zij werd
er benauwd van en al voortstappende kwam
haar als in een droom voor den geest, wat
zij in de Iaatste vier-en-twin tig uren had
doorleefd.
Zij zag zich aan de schrijftafel van haar
nioeder, het was alsof zij zelf doorleefde,
wat de dierbare overledene haar had mede-
gedeeld. Was zij het niet, die nu ging, om
haar vader vergiffenis af te smeeken? Ook
zij zelf had haar vader zonder zijn toes lem
ming verlaten.
Nu reed zij in haar deftig trouwkleed
met de drie mannen door de drukke straten.
Zij stond voor het hekwerk, en werd door
een vreemden heer toegesproken. Wat een
brandende angst en vertwijfeling doorstond
zij! Dan die verlossing. O Hans, trouwe
goede Hans!
Zij zag zich in het kleine kamertje bezig
met toebereidselen voor haar vlucht, de
vriendin hielp, weg weg! En nu die
kale, vreemde streek, waar geen mensch te
zien was. Waar zou zij terecht komen?
(Wordt vervolgd.)
cXJr
De Burgemeester van TER NEUZEN brengt ter
kennis, dat dezer dagen bij hem is ingekomen een
gift van N. N., groot /500,voor het Koninklijk
Nationaat Steuncomite. In verband met de verzonden
circulaires zal dit goede voorbeeld, naar hij vertrouwt,
worden nagevolgd, en zij die nog geen gift hebben
gezonden hiertoe alsnog overgaan, terwijl hij hoopt
dat zij die kunnen, hunne gift niet achterhouden
maar aan hem zullen doen toekomen.
Ter Neuzen, 1 September 4915.
De Burgemeester voornoemd,
J. HUIZINGA.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN,
brengen ter kennis, dat het te suppletoir kohier van
den Hoofdelijken Omslag in deze gemeente voor
1915, in afschrift, gedurende vijf maanden op de
secretarie der gemeente voor een ieder ter lezing
is nedergelegd.
Ter Neuzen, 31 Augustus 1915.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
J. HUIZINGA, Burgemeester.
L. WABEKE, Seeretaris.
23) i