Hoo^watergetij te Ter Neuzen
ft
w
3
o
X
0091/
mh
0091
L L L
X X
X X
S 0
0 0
X X
X
X X
X X
1
X
X
1
1
X X 1
1
X - x
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
X
w
so
m
w
o
o
S .E E
a
a
a
DAGEN.
Vrij dag
die een zuiver inkomen hebben van 450
of minder."
Aan deze regeling zijn de volgende v.oor-
deelen verbonden:
a. met het aanslaan van een belasting-
pliehtige voor het schoolgeld, belioeft dan
niet te worden gewacht, tot dat deze ten
kohiere is gebracht van den hoofdelijken
omslag;
b. de kans, dat de aanslagen van het
schoolgeld kunnen worden geind van hen,
die op de suppletoire kohieren van den
hoofdelijken omslag worden gebracht, wordl
belangrijk verhoogd;
c. het inkomen van een schoolgeldplich-
tige is dan niet vastgekoppeld aan een aan-
slag in den hoofdelijken omslag.
Waren de voorgestelde veranderingen het
vorige en dit jaar reeds van kracht geweest,
danzoudenmet betrekking tot de schoolgeld-
heffing vele moeilijkheden zijn voorkomen,
omdat burgemeester en frvethouders verplicht
waren, ouders, voogden en verzorgers van
schoolgaande kinderen na 1 Augustus 1914
zonder voldoende inkomen, toch ten ko
hiere te brengen naar hun inkomen per
1 Januari 1914.
De door sommige raadsleden in de vorige
vergadering geuile vrees, omtrent de ge-
volgen van de voorgestelde wijziging, is,
naar de meening van burgemeester en wet-
houders, niet op hare plaats, vermits bij
het opmaken der schoolgeldkohieren ook in
de toekomst meestal rekening zal dienen
te worden gehouden met den aanslag van
den schoolgeldplichtige in den hoofdelijken
omslag.
Wellicht ten overvloede, zij nog opge-
merkt, dat de schoolgeldkohieren, evenals
het kohier van den hoofdelijken omslag,
door den raad wordt vastgesteld.
De geuite vrees zou meer reden van be-
staan kunnen hebben, indien de vaststelling
van de schoolgeldkohieren aan burgemees
ter en wethouders was opgedragen.
In het tarief van het schoolgeld wordt
evenwel geene wijziging voorgesteld.
Met betrekking tot de invordering van de
schoolgelden wordt voorgesteld, voortaan 3
in plaats van 4 kohieren op te maken, en
zulks ter besparing van arbeid. Doch daar-
aan zijn nog andere voordeelen verbonden.
Wat toch is het geval, onder de bestaande
verordening kan het tweede kwartaalskohier
eerst na 1 Mei worden opgemaakt; het ge-
volg daarvan is, dat de aanslagbiljetten voor
het 2e en 3e kwartaal elkaar meestal te lcort
opvolgen, wat niet ten gerieve der belasting-
schuldigen is. Voorts is het bij de invne-
ring van de voorgestelde verordening op de
invordering der schoolgelden geen beletsel.
om het kohier van het tijdvak 1 Januari—
30 April vast te stellen in de eerste vergade-
ring van den raad, volgende op die, waarin
het kohier van den hoofdelijken omslag is
vastgesteld.
Op grond van vorenstaande, vertrouwen
burgemeester en wethouders, dat de raad
bereid zal zijn tot aanneming van de ont-
worpen verordening.
Het ontwerp luidt als volgt:
VERORDENING op de heffing van school
geld voor het openbaar lager onderwijs
in de gemeente TER NEUZEN.
Artikel 1.
Ter tegemoetkoming in de kosten van het
openbaar lager onderwijs, welke voor reke
ning van de gemeente blijven, wordt voor
iederen leerling eener openbare lagere school
een schoolgeld gelieven. Voor kinderen van
bedeelden en van hen, die, schoon niet be-
deeld, onvermogend zijn, is geen schoolgeld
verschuldigd.
Voor de toepassing van dit artikel worden
als onvermogend aangemerkt zij, die een
zuiver inkomen hebben van 450 of min
der.
Art. 2.
Het te heffen schoolgeld wordt geregeld
naar het zuiver inkomen der ouders, of
wanneer deze overleden zijn, van de leer-
lingen zelve en bedraagt, voor leerlingen die
deelnemen aan het gewoon lager onderwijs
zooals in artikel 3, en voor leerlingen die
de lessen van het herhalingsonderwijs vol-
gen zooals in artikeil 4 dezer verordening is
bepaald.
Het zuiver inkomen van ouders of leerlin
gen wordt berekend overeenkomstig de ver
ordening op het heffen van een hoofdelijken
omslag in de gemeente Ter Neuzen.
Art. 3.
Het schoolgeld voor het bijwonen der les
sen van het gewoon lager onderwijs ver
schuldigd, wordt geregeld, zooals op de bij
deze verordening behoorende tabel is aange-
geven.
Art. 4.
Het schoolgeld, voor het bijwonen der
lessen van het herhalingsonderwijs, bedraagt
voor de jongens de helft en voor de meisjes
een vierde van het bedrag, dat genoemd
wordt in artikel 3 en voor een kind is be
paald.
Voor het bijwonen der lessen in de Fran-
sche taal op school D bedraagt het school
geld voor leerlingen, die tevens de dagschool
bezoeken, een vierde en voor andere de
helft van het bedrag, dat in artikel 3 voor
66n kind is bepaald.
Rij deeling der bedragen door 2 of 4.
wordt f 0,0025 en minder voor niets, meer
dan 0,0025 tot en met 0,0075 voor 1/2
cent en boven 0,0075 voojr 1 pent gerekend.
Voor het bijwonen der lessen in de Fran-
sche taal op school D en voor het herha
lingsonderwijs, wordt geene reductie toege-
staan, wanneer meer dan 66n kind uit een
gezin daarvan gebruik maakt.
Art. 5.
Het schoolgeld is verschuldigd door de
ouders, voogden of verzorgers van kinderen,
die op een openbare lagere school school-
gaan en wordt berekend per maand, iedere
maand eindigende met den dag welke als
laatste op de kalenders is aangegeven.
Een gedeelte van een maand wordt voor
een geheele berekend met uitzondering van
Het 1e lid van art. t der bestaande verorde
ning luidt als volgt»Ter tegemoetkoming in de
kosten van het openbaar lager onderwijs, welke voor
rekening van de gemeente blijven. wordt van ieder.
op de openbare school sehoolgaand kind een school
geld gelieven, met uitzondering van kinderen van
bedeelden en van hen, die, schoon niet bedeeld,
onvermogend zijn, als hoedanig worden beschouwd
die personen, welke niet, of naar een belastbaar
inkomen van minder dan 100 in den hoofdelijken
omslag zijn aangeslagen".
b.
c.
d.
e.
de maand, waarin de groote vacantie valt;
deze wordt slechts voor eene halve maand
berekend.
Voor elke maand, waarin een leerling de
school niet bezoekt, wordt afschrijving ver-
leend, wanneer dit zijn oorzaak vindt in:
verwijdering uit de school;
overlijden;
vertrek uit de gemeente;
verlaten der school, en
onmogelijkheid, door ziekte of om an
dere redenen, welker geldigheid door bur
gemeester en wethouders is te beoordeelen.
de school te bezoeken.
Art. 6.
Voor leerlingen wier ouders, voogden of
verzorgers elders wonen of gevestigd zijn,
is een schoolgeld verschuldigd van een be
drag, dat bepaald wordt op dezelfde wijze
als in de artikelen, 3 en' 4 is aangegeven.
Naar het vermoedelijk inkomen der ouders
of leerlingen zal door het gemeentebestuur
tijdig geinformeerd worden bij het best mil
der gemeente, tot welker bevolking zij be-
hooren.
Art. 7.
Het schooljaar loopt van den len Januari
tot en met den 31en December.
Art. 8.
De invordering, der volgens deze verorde
ning verschuldigde schoolgelden, heeft plaats
overeenkomstig de verordening op de invor
dering van schoolgeld voor het openbaar
lager onderwijs in de gemeente Ter Neuzen,
van heden.
Art. 9.
Deze verordening treedt in werking op den
eersten Januari 1916,
Alsdan vervallen de vroegere voorschriflen
op de heffing van schoolgeld in de gemeente
Ter Neuzen, zooals deze geregeld zijn in de
verordening van 28 Januari 1909.
TABEL bedoeld bij artikel 3 van de ver
ordening op de heffing van schoolgeld
voor het openbaar lager onderwijs in de
gemeente Ter Neuzen, van 19 Augustus
1915.
schoolgeld is verschuldigd. Bij het school
geld voor het meer uitgebreid lager onder
wijs en de hoogere burgersehool wordt geen
aftrek van schoolgeld wegens de vacantie
verleend, maar is bepaald, dat het school
geld voor een vol jaar verschuldigd is. Hij
vraagt. of het den raad niet aanbevelens-
waardig voorkomt, ook voor het lager on
derwijs dien regel te volgen.
De heer I). Scheele verklaart zich voor
zoodanige wijziging.
De heer R. Scheele merkt op, dat toch ge-
durende de vacanties de jaarwedden van de
onderwijzers ook worden doorbetaald, en
het regelmatig zou' zijn ook het schoolgeld
te laten doorbetalen.
De heer Eijke wijst er op, dat het over-
groote deel der ouders van de kinderen, die
de lagere school bezoeken, het minder kun
nen mis sen, dan van de kinderen die ge
bruik maken van het meer uitgebreid onder
wijs of de hoogere burgersehool en ver
klaart zich voor behoinf van den bestaan-
den toestand.
Het artikel wordt alsnu goedgekeurd zoo
als het is voorgesteld.
Bij artikel 6 stelt de heer Waalkes voor,
evenals zulks op andere plaatsen in de ver
ordening geschiedt, in den aanvang der
tweede alinea ook te spreker van „zuiver"
inkomen.
Q
S2J
I
OS
u
CS3
0
0
IX
r—4
CM^ OO CM
1 CM CO i—T
5. J; 5.
0 0
0 0
co r-
^r-
X X
00000
00 "T}4 r—1
I *-4 (M CO "rf 1—T
25 55
1—1 CM CO CO~
"S !l St St
O O
O O
S 10
I I
L co
h ci ti eo 0
X fc ft 85
0 0
0 0
CO c
X r—
1
1 t— r-
1 1—1 cm" CO
k
CM S CO
1 0
OO iO
CM CO
0 0
CM
-
CM 10
N lO
cT cT
X S;
0 - 0
2 7-1
1 QO OO
OO 1 -tH
i-T cm' cm"
s
1 vO I
CO CO
I—1—
oj
10 ira
CM CM
OO 95
T—1 1 T—
10
°o -£_ 1
CM 00 00
CO CO 1
1 1—1 r-T
X St te Ss
over het tijdvak
het
het
tijdvak
tijdvak
o
o
00
X
o
10
00
X
XO XO
to CO O
lO OS XO
O O r—1
XO
cx
X
t as
o
AO
IX
o
c 0
00
O AO
O. 00
cT <0
000
r—CO d
o
o
o
iO
IX
kO (M
IX
o" o"
xO
o
XO
CM GO
O
kO
o
o
o
IX
O
00
o o o
5:
o
r-H O
O
o
o
kd
o
xo xo
kO to CO IX
CO kO IX GO
o
0000
o
kO
kO
o
o
CO
o
CO
CO CO O (M
N -
OOOO
X 5: 5;
O
o
kO
o
kO
kO
xO XO
kO O <M (M o
Ol "rt* kO CO h
o' o" 0" o o"
5: t 5:
o
kO
o
o
O (M <M
<M CO -if
o~ o" o"
X St «f
o
10
00
o
O
Q
P3
£Q
W
p-1
E-i
H
Q
OS
OU
OS
a a
0) 05
I- fc<
05 O)
-O -O TS
C3 m 35
—1 IM CO .S
u
O)
a>
u
CJ
r—i
u
Daar niemand algemeene beschouwingen
wenscht te houden, gaat de voorzitter over
tot de artikelsgewijze behandeling.
De artikels 1, 2, 3 en 4 worden goedge
keurd.
De voorzitter vestigt er bij artikel 5 de
aandacht op, dat dit- is geredigeerd overeen
komstig den bestaanden toestand, d. w. z.,
dat bij de maand waarin de groote vacantie
valt, over die maand slechts het halve
De voorzitter geeft te kennen, dat burge
meester en wethouders dit amendement over-
nemen, waarna het artikel, aldus gewijzigd,
met algemeene stemmen wordt goedgekeurd.
Evenzoo worden artikelen 7, 8 en 9 goed
gekeurd, terwijl ook het tarief geen aanlei-
ding geeft tot besprekingen en met alge
meene stemmen wordt goedgekeurd.
Alsnu wordt de geheele verordening met
algemeene stemmen aangenomen.
Hierna komt aan de orde de
VERORDENING op de invordering van
schoolgeld voor het openbaar lager on
derwijs in de gemeente Ter Neuzen.
Artikel 1.
Van de verschuldigde schoolgelden inge-
volge de verordening op de heffing van
schoolgeld voor het openbaar lager onder
wijs in deze gemeente worden ieder jaar
3 kohieren opgemaakt, onderscheidenlijk ge-
merkt als no;. 1, 2 en 3.
Kohier no. 1 loopt
1 Januari—30 April;
kohier no. 2 loopt over
1 Mei31 Augustus-
kohier no. 3 loopt over
1 September31 December.
Een door Gedeputeerde Staten goedge
keurd kohier wordt binnenj 8 dagen na de
terugontvangst, in afschrift, in handen ge-
steld van den gemeente-ontvanger ter invor
dering. Deze zandt binnen 14 dagen daarna
aan ieder der op de kohieren voorkomende
schoolgeldplichtigen een aanslagbiljet, naar
een door burgemeester en wethouders voor
te schrijven model.
Art. 2.
De aanslagen zijn invorderbaar in maan-
delijksche termijnen, verschijnende den laat-
sten dag der maand.
De bij de terugontvangst der goedgekeurde
kohieren verschenen termijnen zijn' dadelijk
na de uitreiking der aanslagbiljetten invor
derbaar.
Art. 3.
\oor den laatsten dag van elke der maan-
den Januari, Mei en September worden ko
hieren opgemaakt en vastgesteld.
Zij bevatten de aanslagen ten aanzien der
leerlingen, die op den lsten dier maanden
als sehoolgaand en wel schriftelijk, met ver-
melding der namen en woonplaatsen van
ouders, voogden of verzorgers voor den 5en
van die maanden aan burgemeester en wet
houders door het hoofd der school worden
opgegeven.
Op de kohieren worden ook gebracht:
a. de aanslagen, die bij het opmaken van
een vorig kohier mochten zijn overge-
slagen;
b. de aanslagen ten aanzien van de leer
lingen, die na het opmaken van een
vorig kohier op de school werden toe-
gelaten en deze bezochten.
Voor de beoordeeling der gevallen in a
en b bedoeld, worden mede voor den 5en
der maanden Januari, Mei en September
door het hoofd der school aan burgemeester
en wethouders schriftelijk de noodige opga-
ven ingediend.
Art. 4.
Op de invordering van de schoolgelden
zijn voorts de artikelen 258 tot en met 262
en 264 tot en met 266 der Gemeentewet van
toepassing.
Art. 5.
De aanslagen, welke door den gemeente-
ontvanger niet kunnen worden ingevorderd,
worden door hem aan den raad der ge
meente voorgedragen tot oninbaarverklaring.
Art. 6.
Deze verordening treedt in werking tege-
lijk met de verordening op de heffing van
de belasting.
Na artikelsgewijze behandeling, waarbij de
achtereenvolgende artikels zonder bespre-
king worden goedgekeurd, wordt de veror
dening met algemeene stemmen aangenomen.
7. Voorslel tot verkoop van grond.
Ingekomen is een adres van J. A. Meertens,
timmerman te Ter Neuzen, die daarin te
kennen geeft, dat hij van de gemeente
wenscht te koopen een gedeelte bouwgrond,
groot 130 M2., volgens de nevens het
adres ingezonden schetsteekening, op het
ter re in der afgegraven wallen, sectie L,
no. 1417, voor de som van vijf gulden per
M2.
Uit de teekening blijkt, dat de grond wordt
gevraagd juisl op den hoek, achter den
voormaligen kruitkelder.
De voorzitter deelt mede, dat dit adres
om advies is gesteld in handen van den ge-
meentebouwmeester, die in zijn rapport te
kennen geeft, dat het aangevraagd perceeltje
bouwterrein van den afgegraven vestingwal,
zooals het op de overgelegde situatieteeke-
ning is aangegeven, wel kan worden ver-
kocht..
Voor dat perceeltje is de verhouding van
de breedte in de rooilijn, tot de oppervlakte
als 18 tot 130 of weil als 1 tot 7,22.
\oor de andere perceelen bouwterrein van
dien wal is die verhouding, bij eene gevel-
breedte van 18 M. in de rooilijn, veel klei-
ner en zeker niet grooter dan als 1 tot 25.
Wanneer wordt aangenomen, dat de ge-
middelde verkoopprijs van het bouwterrein
minstens 5 per M2. zal zijn, dan is die
prijs voor de hoekperceelen te klein. Boven-
dien zal voor dit kleine bouwterreintje nog
een hoofdriool naar den openbaren weg
moeten worden gelegd, over eene lengte van
ongeveer 45 M.
Omdat nog niet voldoende bekend is, dat
de grond van den afgegraven vestingwal
voor bouwterrein te koop is, geeft de ge-
meente-bouwmeester in overweging, de Iwee
hoekperceelen op dien wal publiek bij in-
schrijving of bij opbod te verkoopen.
Bij inschrijving kunnen de liefhebbers de
oppervlakte van het bouwterrein zelf be-
palen.
Bij dit advies van den gemeente-bouw-
meester hebben burgemeester en wethouders
zich vrijwel aangesloten. Alleen in de laat
ste vergadering is nog een ander denkbeeld
geopperd en in verband daarmede stelt spre
ker voor, de behandeling van dit verzoek
alsnog aan te houden tot over 14 dagen,
als wanneer weer vergaderd moet worden.
In dien tijd zouden burgemeester en wet
houders den bouwmeester het terrein eens
willen laten uitkavelen, om te zien hoe een
en ander zal uitkomen, ook in verband mei
het lhans in koop gevraagd wordende hoek-
je. De verzoeker heeft aan spreker te ken
nen gegeven, dat, als het zoo mocht uitko
men, hij ook bereid is om 170 of 180 M2.
te koopen.
Inmiddels zou kunnen worden overwogen,
welken weg men wenscht te bewandeien.
Het terrein in openbare veiling brengen,
zou wellicht succes kunnen hebben, ter
wijl het ook aanbeveling kan verdienen, om
te bevorderen, dat daar met bouwen begon-
nen wordt, omdat ook in dit geval, „als er
eenmaal een schaap over de brug is, er
meerderen volgen."
De heer Waalkes zou het ook wel goed
vinden, dat het terrein eens in kavels werd
verdeeld, niet alleen dat hetwelk thans in
koop wordt gevraagd, maar ook het overig
terrein, op de wijze zooals dat aan den nieu-
wen weg is gebeurd.
De voorzitter acht dit gewenscht, want
er behoort nog een en ander te worden op-
gelost, eer de aangevraagde grond kan wor
den verkocht. Hij weet b.v. niet, of de aan-
vrager er prijs op zal stellen, om een ach-
ter-uitweg te hebben. Is dit niet bet geval,
dan zou deze niet dan onder perceelen van
anderen een rioleering naar het hoofdriool
kunnen maken en zou het nog noodig wor
den, speciaal voor dat perceel een riolee
ring aan te brengen, opdat dit een riolee
ring zoude kunnen maken naar de voor het
perceel aan te leggen straat.
De heer Lensen meent, dat ook over den
prijs wel eens behoort te worden gedacht.
Het thans gevraagde hoekje, komt hem voor
het mooiste punt te zijn. En het is wel
waar, als er een schaap over den dam is
komen er meer, maar als men nu voor liet
beste schaap maar 5 vraagt, kan men
moeilijk later van de andere schapen meer
krijgen. Bovendien, de prijs, die hier zal
gevraagd worden, drukt ook op andere ter-
reinen. Spreker denkt daarbij aan den prijs,
dien de raad wilde hebben van een op de
Mark! gevraagd stukje bouwterrein. Deze
kwestie staat dus niet op zichzelf en men
mod omzichtig zijn, bij de prijsbepaling.
Hij vraagt: Hebben burgemeester en wet
houders zich al eens een idee gevormd van
den prijs, dien de grond zal moeten op-
brengen
De voorzitter wil een historisch overzicht
der zaak geven. Het is ongeveer anderhalf
jaar geleden, dat voor het perceel op den
hoek der Markt 10 per M2. werd geboden.
Door den raad werd toen bezwaar gemaakt,
om op dien prijs in te gaan, met het oog
op andere mogelijkheden in de toekomst, en
de aanvrager zag er inmiddels van af. Later
is er een ander, lager bod gekomen, doch
dit is weer ingetrokken, omdat de aanvra
ger voornemens was zich elders te vestigen.
Verder is er een aanvraag gekomen 0111 van
het terrein op den afgegraven vestingwal
1000 M2. te koopen tegen den prijs van 3
per M2., terwijl er inmiddels ook andere
aanvragen zijn. Dat is de historie.
Een bepaald denkbeeld omtrent den prijs,
hebben burgemeester en wethouders nog
niet gevormd; wel is er overwogen, dat,
wanneer te veel gevraagd wordt, er geen
koopers komen, en als de grond te goed-
koop verkocht wordt, de gemeente wordt
benadeeld. In den raad is echter vrijwel
de meening uitgesproken, dat 4 de mini-
mum-prijs is, waarvoor van het beschikbare
bouwterrein kan worden verkocht. Wenscht
de raad, dat zulks geschiedt, dan zullen bur
gemeester en wethouders evenwel een voor-
stel doen, waarin een prijs wordt aange
geven.
De heer Lensen zou het wel gewenscht
achten, over dit punt nog van gedachten te
wisselen in de straks te houden besloten
vergadering.
De heer Waalkes zou het wel noodig ach
ten, dat, nu men zoo ver is, dat de grond
verkocht kan worden, er een zekere rich-
ting werd aangegeven, op welke voorwaar-
den men den grond verkoopen wil.
De voorzitter gelooft, dat het denkbeeld,
om den grond publiek te veilen, wel aanbe
veling verdient, men kan dan zien wat er
geboden wordt en blijft eventueel nog vrij.
of men al of niet voor de geboden bedragen
wil gunnen.
De heer Dees merkt op, dat men eent
minimum-prijs zou kunnen bepalen.
Overeenkomstig het voorstel van den voor
zitter, wordt besloten, de behandeling van
het verzoek aan te houden tot de volgende
vergadering.
Het verdient volgens gedeputeerde staten
aanbeveling, dat voor hen eene regeling. be-
treffende het genot der jaarwedde, wordt
gemaakt, in den geest als door den raad.
der gemeente Nieuw Lekkerland, dd. 25 Sep
tember 1914 is getroffen, en welke is goed
gekeurd door gedeputeerde staten van Zuid-
Holland dd. 6 October 1914, B no. 2060
(le af deeling) G. S. no. 22, terwijl een daar-
legen door den belanghebbenden onderwijzer
ingesteld beroep werd ongegrond verklaard
l)ij koninklijk besluit van, 1 April 1915, no. 44.
De in het schrijven van gedeputeerde sta
ten bedoelde regeling te Nieuw Lekkerland
luidt aldus:
,,De jaarwedde wordt slechts voor een
deel behouden, wanneer de to tale inkomsten
uit militaire dienstbelrekking gevoegd bij
het bedrag dier jaarwedden, deze met meer
dan 200 overtreffen.
In dit geval wordt eene korting op de
jaarwedde toegepast, indien deze wordt over-
schreden
met meer dan
J 200 tot en met 400 ad 20 o/0
100 600 35 o/„
■f 6°0 f 800 50 0/0
s 800 /1000 65o/0
1000 80 0/„
In geen geval zal door deze korting echter
het totaal van de wedde als onderwijzer
en de inkomsten uit militaire betrekking
dalen beneden een bedrag van 200 meer
dan de wedde.
Bovendien worden de bijdragen voor eigen-
en weduwen- en weezenpensioen door de
gemeente belaald."
De voorzitter deelt mede, dat burgemees
ter en wethouders hierover met gedeputeer
de staten hebben gecorrespondeerd, omdat
zij van meening waren, dat dergelijke be-
paling hier niet behoefde te worden ge
maakt, aangezien geen enkele der onderwij-
zers in het geval verkeert, waarop die be-
paling van invloed zou zijn, daar de onder
wijzer Bakker niet daaronder behoort, als
hebbende bij het leger eene vrijwillige ver-
bindtenis aangegaan. Gedeputeerde staten
stellen er echter prijs op, dat dusdanige wij
ziging in de verordening wordt opgenomen.
Hij stelt voor, hierover in eene volgende
vergadering te beslissen.
De secretaris merkt op, dat gedeputeerde
staten spoedige toezending van de gewijzigde
verordening verzoeken.
Enkele leden geven blijk, geen bezwaar te
zien in dadelijke behandeling van de wijzi
ging.
De heer Waalkes merkt op, dat wel mag
overwogen worden, dat men nu voor de
onderwijzers een dusdanige rekening zal ma
ken, maar, dat men die regeling dan ook
nopens andere gemeente-ambtenaren, die in
dienst zijn of komen, zal moeten maken.
De voorzitter zegt, dat daaromtrent niets
gezegd wordl.
De heer aalkes erkent zulks, maar is
van gevoelen, dat de billijkheid dit dan toch
zou vorderen.
De secretaris wijst er nog op, dat, als de
ledactie der wijziging wordt aangenomen
zooals die welke hierboven is aangegeven,
dat dan ook de onderwijzer Baklier daaron-
dei vallen zal, omdat dan geen onderscheid
wordt gemaakt tusschen verplichten of vrij-
willigen dienst.
Naar aanleiding hiervan, meent de voor
zitter, dat uitstel gewenscht is, opdat dan
nog eens eene andere redaetie kan worden
overwogen.
De secretaris wijst er op, dat, wanneer
de i aad te lang wacht met het aanbrengen
der verlangde wijziging, de Ivoningin zelve
wel eens zou kunnen ingrijpen.
De voorzitter meent, dat dit nog niet zoo
direct gebeuren zal en dat er geen bezwaar
is, 0111 althans nog eens een 14 da^en le
wachten.
Met algemeene stemmen wordt aldus be
sloten.
De openbare vergadering wordt geschorst
en gaat over in eene met gesloten deuren.
9. Vaststelling suppletoir kohier van den
hoofdelijken omslag.
Na het weder openbaar worden der zit-
ting is de beer Moggr6 niet meer aanwezig
Overeenkomstig het voorstel van den voor
zitter, wordt het suppletoir kohier van den
hoofdelijken omslag, zooals dat in de beslo
ten vergadering is besproken, met algemeene
stemmen vastgesteld op een bedrag van
f 1602,19.
8. Wijziging verordening regelende de
jaarwedden van hel onderwijzend per-
soneel.
Ingekomen is een schrijven van gedepu
teerde staten van Zeeland,' dd. 30 Juli 1915,
naar aanleiding van de salaris-regeling van
onderwijzers in militairen dienst. De in
deze gemeente bestaande regeling komt ge
deputeerde staten niet billijk voor.
Zijne Excellentie de Minister van Staat,
minister van binnenlandsche zaken, heeft
hen uitgenoodigd, te willen bevorderen, dat
voor zoodanige onderwijzers, wier jaarwed
de na een jaar gelieel of voor een groot deel
zou worden ingehouden, bepalingen in voor
hen gunstiger zin worden vastgesteld.
10. Verbindingswcg Tusschen Oostelijk en
Wesl'elijk Zeeuwsch-Vlaanderen.
De voorzitter herinnert, dat destijds het
verzoek van den gemeentcraad aan de pro-
vinciale staten, om een verbindingsweg aan
te leggen tusschen Oostelijk en Westelijk
Zeeuwsch-Vlaanderen, van verschillende zij-
(len met bijvai is begroet en veel stenn heeft
ontvangen. Evenwel, de provinciale staten
zijn er niet op ingejgaan. Onder de tegen-
woordige omstandigheden klemt echter het
ontbreken van zoodanigen weg des te meer
omdat de bewoners van beide gedeelien
geen gelegenheid hebben hunne producten
van het eene deel naar het andere te ver-
voeren. In verband daarmede is deze kwes
tie wel aanhangig gemaakt bij de afdeeling
der Zeeuwsche landbouwmaatschappij in
deze streek, maar spreker meent, dat het
ook aanbeveling zou verdienen, dat dezer-
zijds bij vernieuwing pogingen worden aan-
gewend om dusdanigen weg te verkrijgen,
al is het ook, dat daarbij de gemeentebelan-
gen met direct zijn betrokken.
Hij i aagl dus, of de raad burgemeester
en wethouders willen machtigen, om in deze
alias aan le wenden wat mogelijk is, om de
veiwezenlijking van dat plan nader te bren
gen. Burgemeester en wethouders zullen
die opdracht gaarne aanvaarden.
Met algemeene stemmen liecht de raad
hieraan zijne goedkeuring.
11. Omvraag.
Geen der leden verlangt het woord.
De voorzitter sluit de vergadering.
Voorm.
Nam.
Zaterdag
Zondag
Maandag
Dinsdag
W oe^sdag
Donderdag
21 Augustus
22
23
24
25
2(5
27
10.20
11.41
0.14
1.6
1.49
2.28
3 3
11 5
12.41
1.29
2.9
2 46
3.21