De Oorlog. De krijgsMrijven. tier, zou men zeggen, onvoorwaardelijk het ffLieb Vaterlrfnd, kannst ruhig sein". Wat voor onze Regeering en ons volk echter geen aanleiding moge zijn om in te dutten en //te slapen op beide ooren". En wel om de volgende redenen Wjj moeten niet losjes heenloopen over hetgeen de heer Charcbill opmerkte in den aanvang van het gesprek met den Neder- landschen journalistde onnatuurlijkheid, strategisch en geografisch gesproken, van de Schelde-grens. Dat de Rjjn- en Maasdelts Nederlandsch gebied is, komt er vooral in onzen tijd van spoorwpgverkeer voor het achterland nier zoo bij zonder veel op aan; dat de mond en de benedenloop der Schelde tot de Nederlandsche territoriale wateren behooren is, waar Antwerpen slechts eenige kilometers bovenwaarts aan die rivier ligt, een omstandigkeid van veel meer ge- wicht. En van groot gewieht in tijd van oorlog. Men versta ons wel: De zaak is nu eenmaal zoo en wij zouden er niet aan denken, in eenige aanspraak van Belgische of andere zijde om den toestand te wijzigen, iets rechtmatigs te zien. Onge- lukkigerwijze geeft het kistorisch-geworden rechtmatige niet altijd den doorslag, in tjjden van crisis, of bij een groote her- ziening van de kaart van Europa, als wel- licht tijdens de vredesonderhandelingen te wachten staat. Zoo beschouwd, kan er in dien toestand altijd een element van ver- lokking liggen voor anderen, die, alleen of gezamenlijk,sterker zijn dan wij en in dat opzicht lijkt de Schelde-kwestie ons, hoe de tegenwoordige oorlog ook moge afloopen, voor ons een teer punt. Dat Beigie van geluk mag spreken, om dat vooral als zijdelings gevolg van ons bezit der Schelde-oevers Vlaanderenland slechts voor een zeer klein gedeelte ver- woest is in dezen oorlog, blijft bijzaak. De meening van den heer Churchill, die vermoedelijk de meening weergeeft van de Engelsche' regeering, is natuurlijk van be lang, maar wij moeten haar niet over- schatten. Staatslieden kunnen in zeer korten tijd van meening veranderen, naarmate de omstandigheden zich wijzigen, en noch een interview, noch zelfs een officieele verkla- ring kan hen binden voor onbepaalden tijd. Staatslieden zitten bovendien niet al te vast op het kussen. Reeds heeft de libe rate regeering kort geleden andere elemen- ten moeten opnemen. Wie waarborgt ons dat niet reeds spoedig, misschien reeds voor den aanvang der vredesonderhande lingen, een star-conservatief kabinet de be- trekkingen van Engeland tot het buiten- land beheerscht Dan is b.v. Frankrijk er nog, waar de regeering over al deze dingen wellicht niet precies eender denkt als de heer Churchill en de overige Engelsche Ministers. En zelfs Beigie, dat vermoedelijk spoedig ook weer wat in de melk te brokken zal hebben, en dan wellicht niet in een toegeeflijke stem ming verkeertMen moet wel bedenken dat de Engelsche regeering voorshands niets kan doen buiten haar bondgenooten om. BovendienEngeland geeft thans hoog op van zijn begeerte om de kleine staten te beschermen, en wij gelooven hetomdat dit, in het geval van Beigie en Nederland, voorshands teveus in zijn welbegrepen eigenbelang ligt. De omstandigheden kunnen echter zoo gewijzigd worden, dat dit laatste niet meer of niet zoo sterk meer geldt. En wat dan Zou men dan gelooven aan een princi- pieelen, voor altijd geldenden wensch van elke Engelsche regeering om elken kleinen staat te handhaven en bij te staan Het antwoord daarop ligt voor de hand en het mag nooit vergeten wordenGe- denk Zuid-Afrika Er komt nog een zeer belangrijk punt bij Men weet dat de Engelsche minister zijn vaste overtuiging uitsprak, dat de verbon- denen het winnen. In zijn mond klinkt dat ook heel natuurlijk. Als het nu echter eens anders uitkwam Als nu, om niet het tegenovergestelde aan te nemen, in plaats van //victory" eens gezet moest worden het woord //Stalemate" of #rawn game" d.w.z. dat beide partijen om een eind te maken aan de slachting ^remise" aanvaarden Deze kans is waarlijk niet de onwaar- schijnlijkste, en in meer dan een opzicht de meest wenschelijke. Doch wat komt er dan van Churchill's welwillende verzekering terecht V Dan zal de Schelde-kwestie of welk ander vraagstuk ook, dat Nederland aanbelangt, slechts een onderdeel vormen van een wereld-om^attende regeling, en het grootste en gewichtigste congres dat ooit samenkwam te Bern, te Washington in Den Haag misschien, zal over die kwesties beschikken. Moge het niet zijn, gelijk vroeger al eens //Chez vous, sur vous, sans vous Of dat thans gebeuren zal, hangt althans ten deele van ons zelf af, van onze redelijkheid om dan mede te werken in het algemeen belang, maar ook van onzen vasten wil om ons zelf te handhaven. Laten we, den vrede nastrevend, ons kruit droog houden. Logger Loeloe. Gistermiddag zijn per stoomschip Eem- stroom van Hull, onder geleide van den reeder te IJmuiden aangekomen zes van de opvarenden van den logger Loeloe SCH 217, welke logger op 56° 30' Noord en 0° Oost door een Engelsch oorlogsschip is overstoomd en gezonken. Wij vernamen nog, dat de aanvaring plaats had 's morgens om zeven uur bij helder weer, terwjjl de logger aan de vleet lag. De bemanning kon zich met eigen boot redden, waarin ze later door het oorlogsschip, waarvan de naam op verzoek niet genoemd wordt, werd opgepikt. De zes andere opvarenden worden te Rotterdam aangebracht. Niets dan de scheepspapieren kon geborgen worden. (N. R. Crt.) De algemeene toestand. Krachtig wordt de strijd voortgezet, en onophoudelijk golft over het front van meer dan 800 K.M. het gevecht op en neer. Het is niet gemakkelijk aldus schrijft het Alg. Hbl. zich een denkbeeld van zulk een strijd te maken, over zulk een oppervlakte, van de Oostzee tot aan Bessarabie het is een beweging, die met groote nauwgezetheid verdient bestudeerd te worden, als eens alle gegevens daarover bekend zijn, door strategen en zij die het worden willen. Thans, met de zeer on- volledige en vaak met elkander in strijd zijnde berichten, die achter elkaar aanhinken, kan men alleen een zeer algemeen en zeer weinig nauwkeurig overzicht krijgen. Het is on- tegenzeggelijk, dat, hoewel de Russen zich hardDekkig en somtijds met succes ver- dedigen, hier en daar tot tegenaanvallen overgaan en de opdringende vijandelijke afdeelingen tot teruggaau nopen, de voort- gaande beweging der Duitsch-Oostenrijksche legers over het geheele front wordt voort gezet. Het belangrijkste blijft de strijd aan den Naref en den Weichsei. Dat de Duitsche troepen deze beide rivieren zijn over- getrokken is nog niet aan te nemen. Uit het Duitsche en Russische bericht biijkt wel, dat de ovdrtocht over den Naref wordt beproefd bij Roshan, waar volgens het Rus sisch telegram hardnekkige aanvallen wer- den gedaan tegen de bruggehoofdstelling, volgens het Duitsche twee punten met de bajonet werden bestormd. Aan den Weichsei wordt de koofdaanval gericht op Iwangorodook daar is het Duitsche leger tot aan de voorwerken ge- naderd op den westelijken oever van den Weichsei zijn geen Russische troepen meer, De vesting Iwangorod is van west- en zuid zijde ingesloten, en twee bruggehoofden zijn daar door de Duitschers genomen. Ook het bruggehoofd Gora-Kalwarja, aan den Weichsei gelegen, tusschen Warschau en Iwangorod. Vooral hevig woedt de strijd ten zuiden van den spoorweg Lublin—Cholm. Generaal Alexejet, die met de verdediging van dien spoorweg belast is, zet er alles op, om Von Mackensen, belast met het bevel over de aanvallende troepen, tegen te houden. Het Russische legerbericht, dat van de geveckten op Woensdag 21 Juli in die streek melding maakt, zegt, dat toen de Oostenrijkers een hevigen aanval deden op de wegen, die door Belsjitze loopen. Sedert zijn die aanvallen voortgezet, met het ge volg dat, zooals het Oostenrijksche bericht mededeelt, de aartshertog Josef Ferdinand de Russen terugdreef op Belsjitze en over de Wrona. Ook de Duitsche aanvallen in het front KhmielePiaski Woislawiza—Groebesjof, die Woensdag werden ondernomen, hebben volgens het Duitsche bericht geleid tot het doorbreken van de Russische linies, zoodat de Russen tot den aftocht werden gedwongen. Dat aan beide zijden groote verliezen werden geleden is uit de berichten met voldoende zekerheid op te maken. Telkens worden aanvallen gedaan, stellingengenomen, tegenaanvallen ondernomen,-en daarbij wor den de stellingen en dorpen, waarom ge- streden wordt, genomen en hernomen, en het is duidelijk, dat daarbij van beide zjjden aanzienlijke verliezen worden geleden aan dooden en gewonden, en dat telkens gevan- genen in handen van den tegenstander vallen. Zulke gevechten worden eveneens geleverd aan den Boeg en den Dnjester in Oost- Galicie, en de berichten over dorpen, die genomen en hernomen zijn, komen in alle berichten voor. Inmiddels is het uit de verschillende be richten wel duidelijk, dat Von Mackensen den spoorweg, zij het ook langzaam nadert, en dien weldra zal hebben bereikt. Ook uit de Oostenrjjksche berichten biijkt, dat de Russen al hun krachten aanwenden, om de posities ten zuiden van dien spoor weg te behouden. Zij hebben, door de beschikking over de 'spoorwegen in den vestingdriehoek, de gelegenheid op elk gewenscht punt troepenversterkingen te kunnen aanvoeren en maken daarvan dan ook gebruik. De Oostenrijkers merken, dat zij telkens nieuwe en versche troepen tegenover zich krijgen, en dat de gevechten met groote taaiheid, vaak man tegen man worden gevoerd. Want de Russen ge- voelen, dat het hier om meer gaat dan om een positie alleen, dat het verlies van den spoorweg van Lublin de stelling van Iwan gorod en daardoor ook die van Warschau in gevaar zou brengen. Vandaar dan ook, dat de bondgenooten krachtige pogingen aanwenden, om door het aanvoeren van troepen en door herhaal- de aanvallen de Russen tot den terugtocht te noodzaken. De namen der plaatsen, die in de berichten worden genoemd, en die alien gelegen zijn tusschen de lijn Krasnostaf Groebesjof en den spoorweg, toonen, dat de bondgenooten er tot nog toe in slaagden, zij het ook met hevig vechten, hunne aan vallen steeds meer in noordelijke richting te verplaatsen. In het westen wordt de strijd op de ge- wone wijze voortgezet aanvallend en verdedigend op het terrein, en in commu nique s. Maar het blijft bij loopgraven, in kleine stellingen, en de kibbelarijen tusschen de generale staven over de meer of mindere juistheid van de medegedeelde berichten, zijn niet in staat, het gebeurde op het terrein belangrijker te maken. Aan de Oostenrijksch-Italiaansche grens komt er evenmiu veel wijziging in den toestand. De strijd in het dal van de Isonzo, en de pogingen om Gorz te veroveren worden hardnekkig voortgezet, maar zonder dat zij tot nog toe veel resultaten opleverden. In het bergland, waar het terrein den strijd zoo ontzettend bemoeilijkt, blijft ook de algemeene positie onveranderd. Blijkens Berlijnsche berichten wordt de stemming tusschen Italie en Turkije met den dag vijandiger. Verschillende Italiaan- sche bladen beschuldigen Turkije van woord- breuk, daar het ondanks de belofte om den strijd niet naar Lvbie over te brengen, agents provocateur en officieren naar Noord- Afrika zou hebben gezonden, om de Arabieren op te ruien en tot den oorlog tegen de Italianen in Tripolis aan te zetten. Ook wordt Turkije beschuldigd van vijandelijke houding tegen de Italianen in Klein-Azie. Deze berichten in de Italiaansche pers staan in verband met de vraag, of Italie dat tot dusver alleen aan Oostenrijk- Hongarije den oorlog verklaarde, doch niet aan de bondgenooten van de Monarchic niet zal gaan deelnemen aan de pogingen om de Dardanellen te forceeren. De //Secolo" zet in een hoofdartikel uit- een, dat de toestand van de Fransche en Engelsche troepen op de zuidpunt van het schiereiiand Gallipoli, in een onherbergzaam oord, waar de hitte weldra ondragelijk zal zijn en het watergebrek zich dagelijks nijpender doet gevoelen, vrijwel hopeloos is, en dat slechts het optreden van een groote Italiaansche strijdmacht daar helpen kan. Wordt in dit gevoelen in regeerings kringen gedeeld, dan moet Italie een aan leiding hebben om Turkije den oorlog te verklarenen vandaar de aanvallen en beschuldigingen, die thans in verschillende Italiaansche bladen tegen Turkije worden geuit. De nota van Amerika aan Dultschland. In de nota der Amerikaansche regeering aan Duitschland waarvan thans de vol ledige tekst openbaar gemaakt is wordt erop gewezen, dat Duitschland's jongste duikboot-operaties aantoonen, dat het zeer wel mogelijk is, een zoodanigen oorlog te voercn in overeenstemming met de begin selen der internationale jvetten. De nota dringt erop aan, dat Duitschland de onmenscheljjke daad van den bevelhebber, die aansprakelijk is voor het it den grond boren van de //Lusitania", verloocbent en zooveel herstel daarvoor verschaffen zal als nog mogelijk is. De nota verklaart, dat herhaling door Duitsche vlootkommandanten van daden, die in strijd zijn met de rechten der neutralen, beschouwd zullen worden als met opzet onvriendelijk, indien daardoor Amerikaansche burgers getroffen worden. Voorts geeft de Amerikaansche nota te kennen, dat de Duitsche nota weinig vol- doening geschonken heeft, daar ze niet tegemoet kwam aan de Amerikaansche verlangens en geen weg aangaf, waarlangs de bestaande meeningsverscliillen kunnen worden opgelost. De regeering der V. S. kan niet in discussie treden over de politiek van Groot- Brittanje ten aanzien van den neutralen handel, tenzij met de Britsche regeering zelve en zjj moet de gedragswijze der andere oorlog-voerenden beschouwen als niet aangewezen om een punt van be- spreking uit te maken. De V. 8. kunnen niet gelooven, dat de keizerlijke regeering ten aanzien van eenige niet te rechtvaardigen schendingen van de rechten van Ameri kaansche burgers nog langer zal loochenen, dat het in den grond boren van de Lusitania een daad van willekeur was en dat ze zal weigeren voldoening te schenken. De nota verwerpt het voorstel tot het toestaan van vrije vaart op bepaalde schepen. V oorts wijst de nota op de lange vriend- schap tusschen beide staten en hun wil tot het verkrijgen van de vrijheid ter zee. Met een beroep op de volledige samen- werking met Duitschland vestigt de nota de aandacht op de noodzakelijkheid, welke voor de beide staten betreft, om de rechten der onzijdige staten nauwkeurig in acht te nemen. Gentsche munten. Gent heeft volgens het Vad. een afzon- derlijk muntstelsel gekregen. Het 50 centimestukje is van metaal, on- geveer 11/2 c M. in het vierkant en ver- vaardigd uit aluminium. Aan deeene zijde ziet het er uit als een goudstuk en daar staat in gegrift 50 centimes. De andere kant is geelachtig en daar staat op, ron- aom een leeuw, Gand". ,Stad Gent" en //Ville de Aan de Belgische grens. In den buurt van Baarle Nassau trachtten in het begin der vorige week ongeveer 50 Belgen 's nachts over de grens te komen, Ze werden door de Duitschers ontdekt en op twee na gevangen genomen. Een der ontsnapten had nog een schot in den bovenarm. Een slimme true. Men meldt uit Luik aan „het Vaderland": Sinds eenige weken hield een zg. Velo Maatschappij alhier, met toestemming van de Duitsche overheid kleine wielerwed- strijden over 20 a 25 K.M. De voordeelen, die deze wedstrijden opleverden kwamen voor de eene helft ten goede aan het Belgi sche, voor de andere helft aan het Duitsche Roode Kruis. Nu 5 dagen geleden, had men na uitvoerige besprekingen met den Duitschen stadscommandant, toestemming gekregen voor een zg. Provinciale Weg- wedstrijd, of zooals het officieel genoemd werd, ,/Le circuit de Liege." Daarbij was bepaald dat daar waar de weg vlak langs de Hollandsche grens liep, de Duitsche greiis- wachten de deelnemers niet lastig zouden vallen en rustig zouden laten passeeren, zonder hun passen of papieren telkens te moeten vertoonen. Alles liep prachtig van stapel. 115 jonge mannen namen aan den wedstrijd deel, geen incident kwam voor, toen, bij de Hollandscne grens heel de club met een 50 K M. vaartje over de grens vloog, natuurlijk om niet meer terug te keeren. Wij ontleenen de volgende telegrammen aan de N. R. Crt.: Man hei Weslelijke gevechts- terrein. P4RIJS, 24 Juli. (Reuter). De kennis- geving van hedenavond luidt, dat er niets beiangrijks is gemeld. PARIJ^), 25 Juli. (Havas.) Officieel bericht van vanmiddag De nacht is zonder bizondere voorvallen voorbijgegaan, behoudens eenig geschutvuur in Artois, rond Souchez, tusschen Aisne en Oise, op het plateau van Quennevierres en in het Priesterbosch, waar de kannonnade gepaard ging met levendig geweervuur, evenwel zonder infanteriegevechten. In de ogezen hebben de Frauschen bij Ban de Sapt een nieuw succes behaald. Gisteravond hebben zij zeer sterke ver- dedigingswerken van de Duitschers tusschen de Loogte Fortmelle (hoogtepunt 627) en het dorp Launois, benevens een groep nuizen, het zuidelijk deel van dat dorp vormend, vermeesterd. De Franschen hebben er meer dan 700 ongewonde Duitschers, tot vier verschillende bataljons behoorend, en een compagnie mitrailleurs gevangen gemaakt. Over het vermeesterde oorlogs- tuig kan nog geen opgave worden gedaan. Bij Bethancourt is een Duitsch vliegtuig gedaald. De twee vliegers die er in zaten zijn gevangen genomen. BERLIJN, 25 Juli. (Wolff) Officieel bericht uit het groote hoofdkwartier Aan den oostelijken rand van Argonne hebben wij een vijandelijk blokhuis in de lucht laten vliegen. Bij Launois (ten zuiden van Ban de Sapt) hebben de Franschen zich in een klein deel van onze voortste loopgraven genesteld. Wij hebben verscheidene bom men op de vesting Duinkerken geworpen. Van het Oostelijke gevechts- terreln. BERLIJN, 25 Juli. (Wolff.) Officieel bericht uit het groote hootdkwartier Het leger van generaal von Below heeft gevechten geleverd met de achterhoeden van den vijand en gisteren opnieuw 6000 ge- vangenen gemaakt. Bij aanvallen aan de Jesia, ten zuiden van Kowno, en in de streek van Demoour (10 K.M. ten noordoosten van Suwalki) zijn Russische loopgraven veroverd. Onze troepen zijn op het geheele front van ten zuiden van Ostrolenka tot Pultusk over de Narew getrokken. Ten zuidwesten van Pultusk naderen onze troepen de Boeg. Ten zuidwesten van Pultusk hebben wij ondanks taaien tegenstand van den vijand de linie NasielskGzowo bereikt (Gzowo ligt 10 K M ten zuiden van Pultusk aan den weg Pultusk Sierock). Ten westen van Blonie zijn verscheidene vijandelijke steliingen genomen ten zuiden van Warschau de plaatsen Ustanow, Lbiska, Jazgarzew (welke plaatsen ongeveer 25 K.M. ten Zuiden van Warschau liggen) stormen- derhand genomen. Op het zuidoostelijke gevechtsterrein is de toestand bij de Duitsche troepen on veranderd, WEENEN, 25 Juli. (Wolff) Officieel bericht uit het groote hoofdkwartier De dag van gisteren is betrekkelijk rustig voorbijgegaan. Bij Iwangorod hebben onze troepen eenige zwakke aanvallen van den vijand afgeslagen. Ten Zuiden van Kryiow hebben de Russen een zwakke poging gedaan om#over de Boeg te komen. ST. PETERSBURG, 24 Juli. (Pet. Tel. Ag.) De generale staf deelt mede In de streek van Mitau is er den 23sten niet gevochten. Zuidelijker aan het front Janiszki SzawleRossieny blijft de vijand in Ooste- lijke richting oprukken. Aan het Narew-front sloegen wij den 23sten 's avonds een aanval op den linker- oever van de Pissa af, niettegenstaande de vijand bommen met bedwelmende gassen gebruikte. De vijand deed wanhopige pogingen om tusschen Rozan en Pultusk over de Narew te komen. Den 23sten woedde hier een hardnekkig gevecht. Aan den Weichsei geen belangrijke ver- andering. Wij hebben eenige aanvallen op Nowo Georgievsk en Iwangorod afgeslagen. Den 23sten is er tusschen Weichsei en Boeg in de richting van Lublin een hevig kanonnade geweest. De vijand poogde op te dringen in de richting van Berzice. Aan het front Chomel Woislavice zijn hardnekkige gevechten geleverd. In den nacht op den 23sten behaalden onze troe pen met een aantal tegenaanvallen voor deelen. Daarbij gelukte het verscheiden malen tot bjj de geschutstelling van den vijand te komen, maar de omstandigheden van het gevecht beletten ons de kanonnen, die de vijand in den steek had gelaten, mede te nemen. In de buurt van Groubechof trok de vij and een aanzienlijke stijdmacht samen, die er na hardnekkige gevechten in slaagde, zich een weinig naar het Noorden uit te strekken. In de buurt van Sokal aan de Boeg duur- de den 23sten het gevecht voort. Aan het oude front is hier de nadering van versche Duitsche troepen waargeuomen. Aan het overige front geen verandering. to'arn het Zsuidelijlce gewechis- terrein. WEE.ivEN, 25 Juli. (Wolff.) Officieel be richt uit lie! groote hoofdkwartier: In het gebied van Gorz heeft de vijand zich gister over dag bepaald tot een sterk artillerievuur. Wanhopige nachtelijke aanvallen op onze stellingen aan den rand der hoogvlakte van Doberdo zijn wederom onder zware ver liezen voor den vijand mislukt. De Italianen kunnen aan het feit, dat hun stormloop tegen ons front in de kuststreek vergeefs is, niets veranderen. ROME, 24 Juli. (Reuter.) Het hoofdkwar tier meldt: De Italianen hebben de bezetting van To- fana v-oltooid. In de streek van de Monte Nero vordert de opmarsch langs den top van de Luznica. De Oostenrijksche aanvallen aan de Isonzo op de Monte Piano, ten Noorden van Misu- rina en op het Karstplateau zijn alle afgesla gen. Op een gevangen genomen officier is een legeroi-der gevonden, waaruit biijkt, dat de mislukt-e Oostenrijksche aanval van 22dezer, vermeld in het bericht van gisteren, een all- gemeene aanval was met het doel onzen lin- kervleugel terug te drijven en ons van deze zijde van de Isonzo te verjagen. ROME, 25 Juli. (Reuter.) Officieel wordt kennis gegeven Twee Italiaansche watervliegtuigen heb ben het spoorwegstation te Riva (aan het Gardameer) met uitmuntend gevolg gebom- bardeerd en zijn behouden teruggekeerd. Een aanval op onze stellingen in Karinthie is Yrijdagavond afgeslagen. Gisteren deed de vijand drie wanhopige aanvallen op de stellingen, die wij op den top van de Lusnica hadden veroverd, maar werd met zware verliezen teruggeworpen. Van het Russisch-Turksche gevechtsterrein. ST. PETERSBURG, 24 Juli. (Pet. Tel. Ag.) De generale staf deelt mede: In de buurt van den Bosporus hebben onze torpedobooten een Turksch cavalerie- kamp beschoten en den vijand verliezen toegehracht. Zjj veroorzaakten een ontplof- fing in een proviandtrein. TER NEUZEN, 26 Juli 1915. Het weerbericht van het meteorolo- gisch instituut te De Bilt van heden, luidt als volgt Hoogste barometerstand 761.9 Munchen. Laagste barometerstand 752.3 Mernel. Verwachting tot den avond van 27 Juli: Meest matige Zuidelijke tot Westelijke wind betrokken of zwaar bewolkc, met* tijdeli/ke opklaring, waarschijnlijk regen ofonweers- buien, aanvaukelijk iets warmer. Bij het eiDd-examen voor de H. B. S. met 5-jarigen cursus, zijn o. m. geslaagd mej. La C. M. W. van der Moer van Ter Neuzea en de heer R. N. M. A. Malotaux van Sas van Gent. Naar we vernemen werd ter gelegen heid van den jaardag van H. M. Koningin Elisabeth van Beigie, het volgende telegram aan Koning Albert gezonden z/De talrijke Belgen in dit ressort, z/verzoekeD mij, ter gelegenheid van den z/jaardag hunner verheven Koningin, z/aau Uwe Majesteiten hunne hartelijkste z/gelukwenschen en hunne gevoelens z/van ohwrikbare trouw over te brengen. //Zij zijn gelukkig de groote bewon- z/dering te kunnen hernieuwen, welke z/de onvermoeide toewjjding, waarmede z/hun Edele Yorstin, de ellende en het //lijden tracht te verzachten, afdwingt". VAN CANTFORT, Consul van Beigie. In den nacht van Zaterdag op Zondag is bij de politie te Vlissingen door een inwoner van Ter Neuzen aangifte gedaan, dat hem een portemonnaie met 70 is ontvreemd. Schip gezonken. Zaterdagmorgen is het Rijnschip Anton", kapt. A. Hermann, van Gundelsheim, ge- laden met grindzand, van Ruhrort naar Gent, in de middenhaven gezonken. Het Rijnschip was den vorigen avond binnengekomen en gemeerd aan de stadzijde der haven, waar zich onder water een talud bevindt, waarop geladen schepen van den omvang der //Anton" niet zonder gevaar aan den grond kunnen vallen, waarop den kapitein ook werd gewezen, en aangeraden naar het midden der geul te verhalen, wat niet is geschied. Toen het water meer en meer begon te vallen, viel het Rijnschip op zijde, schoof eerst met de voorzijde naar de diepte, waar- door het schip langs boven water schepte en ten slotte geheel volliep. Het kostte aan degenen die van den wal het ongeval zagen aankomen, nog heel wat moeite om de opvarenden te waarschuwen het zinken ging echter zoo lapgzaam, dat alien konden worden gered en ook nog een groot deel van den inboedel aan wal kor worden gehaald. Naar we vernemen zal morgen een aan vang worden, gemaakt met het lichten van het wrak. Ofschoon er door belemmerd, is de vaart door de middenhaven niet gestremd. De It. K. Militaire-Vereeniging te Ter Neuzen. Door de zorgen van den Z. Eerw. Heer Bogers, pastoor, is alhier opgericht eene R.-K. militairenvereenjging. Deze vereeniging kreeg een onderdak in de oude parochie-

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1915 | | pagina 2