De Oorlog.
De krijgsMrijven.
tier, zou men zeggen, onvoorwaardelijk het
ffLieb Vaterlrfnd, kannst ruhig sein".
Wat voor onze Regeering en ons volk
echter geen aanleiding moge zijn om in te
dutten en //te slapen op beide ooren".
En wel om de volgende redenen
Wjj moeten niet losjes heenloopen over
hetgeen de heer Charcbill opmerkte in den
aanvang van het gesprek met den Neder-
landschen journalistde onnatuurlijkheid,
strategisch en geografisch gesproken, van
de Schelde-grens. Dat de Rjjn- en Maasdelts
Nederlandsch gebied is, komt er vooral
in onzen tijd van spoorwpgverkeer voor
het achterland nier zoo bij zonder veel op
aan; dat de mond en de benedenloop der
Schelde tot de Nederlandsche territoriale
wateren behooren is, waar Antwerpen slechts
eenige kilometers bovenwaarts aan die rivier
ligt, een omstandigkeid van veel meer ge-
wicht. En van groot gewieht in tijd van
oorlog.
Men versta ons wel:
De zaak is nu eenmaal zoo en wij zouden
er niet aan denken, in eenige aanspraak
van Belgische of andere zijde om den toestand
te wijzigen, iets rechtmatigs te zien. Onge-
lukkigerwijze geeft het kistorisch-geworden
rechtmatige niet altijd den doorslag, in
tjjden van crisis, of bij een groote her-
ziening van de kaart van Europa, als wel-
licht tijdens de vredesonderhandelingen te
wachten staat. Zoo beschouwd, kan er in
dien toestand altijd een element van ver-
lokking liggen voor anderen, die, alleen of
gezamenlijk,sterker zijn dan wij en in
dat opzicht lijkt de Schelde-kwestie ons,
hoe de tegenwoordige oorlog ook moge
afloopen, voor ons een teer punt.
Dat Beigie van geluk mag spreken, om
dat vooral als zijdelings gevolg van ons
bezit der Schelde-oevers Vlaanderenland
slechts voor een zeer klein gedeelte ver-
woest is in dezen oorlog, blijft bijzaak.
De meening van den heer Churchill, die
vermoedelijk de meening weergeeft van de
Engelsche' regeering, is natuurlijk van be
lang, maar wij moeten haar niet over-
schatten. Staatslieden kunnen in zeer korten
tijd van meening veranderen, naarmate de
omstandigheden zich wijzigen, en noch een
interview, noch zelfs een officieele verkla-
ring kan hen binden voor onbepaalden tijd.
Staatslieden zitten bovendien niet al te
vast op het kussen. Reeds heeft de libe
rate regeering kort geleden andere elemen-
ten moeten opnemen. Wie waarborgt ons
dat niet reeds spoedig, misschien reeds
voor den aanvang der vredesonderhande
lingen, een star-conservatief kabinet de be-
trekkingen van Engeland tot het buiten-
land beheerscht
Dan is b.v. Frankrijk er nog, waar de
regeering over al deze dingen wellicht niet
precies eender denkt als de heer Churchill
en de overige Engelsche Ministers. En zelfs
Beigie, dat vermoedelijk spoedig ook weer
wat in de melk te brokken zal hebben, en
dan wellicht niet in een toegeeflijke stem
ming verkeertMen moet wel bedenken
dat de Engelsche regeering voorshands niets
kan doen buiten haar bondgenooten om.
BovendienEngeland geeft thans hoog
op van zijn begeerte om de kleine staten te
beschermen, en wij gelooven hetomdat
dit, in het geval van Beigie en Nederland,
voorshands teveus in zijn welbegrepen
eigenbelang ligt.
De omstandigheden kunnen echter zoo
gewijzigd worden, dat dit laatste niet meer
of niet zoo sterk meer geldt.
En wat dan
Zou men dan gelooven aan een princi-
pieelen, voor altijd geldenden wensch van
elke Engelsche regeering om elken kleinen
staat te handhaven en bij te staan
Het antwoord daarop ligt voor de hand
en het mag nooit vergeten wordenGe-
denk Zuid-Afrika
Er komt nog een zeer belangrijk punt
bij
Men weet dat de Engelsche minister zijn
vaste overtuiging uitsprak, dat de verbon-
denen het winnen. In zijn mond klinkt
dat ook heel natuurlijk.
Als het nu echter eens anders uitkwam
Als nu, om niet het tegenovergestelde
aan te nemen, in plaats van //victory" eens
gezet moest worden het woord //Stalemate"
of #rawn game" d.w.z. dat beide partijen
om een eind te maken aan de slachting
^remise" aanvaarden
Deze kans is waarlijk niet de onwaar-
schijnlijkste, en in meer dan een opzicht
de meest wenschelijke.
Doch wat komt er dan van Churchill's
welwillende verzekering terecht V
Dan zal de Schelde-kwestie of welk ander
vraagstuk ook, dat Nederland aanbelangt,
slechts een onderdeel vormen van een
wereld-om^attende regeling, en het grootste
en gewichtigste congres dat ooit samenkwam
te Bern, te Washington in Den Haag
misschien, zal over die kwesties beschikken.
Moge het niet zijn, gelijk vroeger al eens
//Chez vous, sur vous, sans vous Of dat
thans gebeuren zal, hangt althans ten deele
van ons zelf af, van onze redelijkheid om
dan mede te werken in het algemeen belang,
maar ook van onzen vasten wil om ons
zelf te handhaven.
Laten we, den vrede nastrevend, ons kruit
droog houden.
Logger Loeloe.
Gistermiddag zijn per stoomschip Eem-
stroom van Hull, onder geleide van den
reeder te IJmuiden aangekomen zes van
de opvarenden van den logger Loeloe
SCH 217, welke logger op 56° 30' Noord
en 0° Oost door een Engelsch oorlogsschip
is overstoomd en gezonken.
Wij vernamen nog, dat de aanvaring
plaats had 's morgens om zeven uur bij
helder weer, terwjjl de logger aan de vleet
lag. De bemanning kon zich met eigen
boot redden, waarin ze later door het
oorlogsschip, waarvan de naam op verzoek
niet genoemd wordt, werd opgepikt. De
zes andere opvarenden worden te Rotterdam
aangebracht. Niets dan de scheepspapieren
kon geborgen worden. (N. R. Crt.)
De algemeene toestand.
Krachtig wordt de strijd voortgezet, en
onophoudelijk golft over het front van
meer dan 800 K.M. het gevecht op en
neer.
Het is niet gemakkelijk aldus schrijft
het Alg. Hbl. zich een denkbeeld van
zulk een strijd te maken, over zulk een
oppervlakte, van de Oostzee tot aan
Bessarabie het is een beweging, die met
groote nauwgezetheid verdient bestudeerd
te worden, als eens alle gegevens daarover
bekend zijn, door strategen en zij die het
worden willen. Thans, met de zeer on-
volledige en vaak met elkander in strijd zijnde
berichten, die achter elkaar aanhinken, kan
men alleen een zeer algemeen en zeer weinig
nauwkeurig overzicht krijgen. Het is on-
tegenzeggelijk, dat, hoewel de Russen zich
hardDekkig en somtijds met succes ver-
dedigen, hier en daar tot tegenaanvallen
overgaan en de opdringende vijandelijke
afdeelingen tot teruggaau nopen, de voort-
gaande beweging der Duitsch-Oostenrijksche
legers over het geheele front wordt voort
gezet.
Het belangrijkste blijft de strijd aan den
Naref en den Weichsei. Dat de Duitsche
troepen deze beide rivieren zijn over-
getrokken is nog niet aan te nemen. Uit
het Duitsche en Russische bericht biijkt
wel, dat de ovdrtocht over den Naref wordt
beproefd bij Roshan, waar volgens het Rus
sisch telegram hardnekkige aanvallen wer-
den gedaan tegen de bruggehoofdstelling,
volgens het Duitsche twee punten met de
bajonet werden bestormd.
Aan den Weichsei wordt de koofdaanval
gericht op Iwangorodook daar is het
Duitsche leger tot aan de voorwerken ge-
naderd op den westelijken oever van den
Weichsei zijn geen Russische troepen meer,
De vesting Iwangorod is van west- en zuid
zijde ingesloten, en twee bruggehoofden zijn
daar door de Duitschers genomen. Ook
het bruggehoofd Gora-Kalwarja, aan den
Weichsei gelegen, tusschen Warschau en
Iwangorod.
Vooral hevig woedt de strijd ten zuiden
van den spoorweg Lublin—Cholm. Generaal
Alexejet, die met de verdediging van dien
spoorweg belast is, zet er alles op, om
Von Mackensen, belast met het bevel over
de aanvallende troepen, tegen te houden.
Het Russische legerbericht, dat van de
geveckten op Woensdag 21 Juli in die
streek melding maakt, zegt, dat toen de
Oostenrijkers een hevigen aanval deden op
de wegen, die door Belsjitze loopen. Sedert
zijn die aanvallen voortgezet, met het ge
volg dat, zooals het Oostenrijksche bericht
mededeelt, de aartshertog Josef Ferdinand
de Russen terugdreef op Belsjitze en over
de Wrona.
Ook de Duitsche aanvallen in het front
KhmielePiaski Woislawiza—Groebesjof,
die Woensdag werden ondernomen, hebben
volgens het Duitsche bericht geleid tot het
doorbreken van de Russische linies, zoodat
de Russen tot den aftocht werden gedwongen.
Dat aan beide zijden groote verliezen
werden geleden is uit de berichten met
voldoende zekerheid op te maken. Telkens
worden aanvallen gedaan, stellingengenomen,
tegenaanvallen ondernomen,-en daarbij wor
den de stellingen en dorpen, waarom ge-
streden wordt, genomen en hernomen, en
het is duidelijk, dat daarbij van beide zjjden
aanzienlijke verliezen worden geleden aan
dooden en gewonden, en dat telkens gevan-
genen in handen van den tegenstander vallen.
Zulke gevechten worden eveneens geleverd
aan den Boeg en den Dnjester in Oost-
Galicie, en de berichten over dorpen, die
genomen en hernomen zijn, komen in alle
berichten voor.
Inmiddels is het uit de verschillende be
richten wel duidelijk, dat Von Mackensen
den spoorweg, zij het ook langzaam nadert,
en dien weldra zal hebben bereikt.
Ook uit de Oostenrjjksche berichten biijkt,
dat de Russen al hun krachten aanwenden,
om de posities ten zuiden van dien spoor
weg te behouden. Zij hebben, door de
beschikking over de 'spoorwegen in den
vestingdriehoek, de gelegenheid op elk
gewenscht punt troepenversterkingen te
kunnen aanvoeren en maken daarvan dan
ook gebruik. De Oostenrijkers merken,
dat zij telkens nieuwe en versche troepen
tegenover zich krijgen, en dat de gevechten
met groote taaiheid, vaak man tegen man
worden gevoerd. Want de Russen ge-
voelen, dat het hier om meer gaat dan om
een positie alleen, dat het verlies van den
spoorweg van Lublin de stelling van Iwan
gorod en daardoor ook die van Warschau
in gevaar zou brengen.
Vandaar dan ook, dat de bondgenooten
krachtige pogingen aanwenden, om door
het aanvoeren van troepen en door herhaal-
de aanvallen de Russen tot den terugtocht
te noodzaken. De namen der plaatsen, die
in de berichten worden genoemd, en die
alien gelegen zijn tusschen de lijn Krasnostaf
Groebesjof en den spoorweg, toonen, dat
de bondgenooten er tot nog toe in slaagden,
zij het ook met hevig vechten, hunne aan
vallen steeds meer in noordelijke richting
te verplaatsen.
In het westen wordt de strijd op de ge-
wone wijze voortgezet aanvallend en
verdedigend op het terrein, en in commu
nique s. Maar het blijft bij loopgraven,
in kleine stellingen, en de kibbelarijen
tusschen de generale staven over de meer
of mindere juistheid van de medegedeelde
berichten, zijn niet in staat, het gebeurde
op het terrein belangrijker te maken.
Aan de Oostenrijksch-Italiaansche grens
komt er evenmiu veel wijziging in den
toestand. De strijd in het dal van de Isonzo,
en de pogingen om Gorz te veroveren worden
hardnekkig voortgezet, maar zonder dat zij
tot nog toe veel resultaten opleverden. In
het bergland, waar het terrein den strijd
zoo ontzettend bemoeilijkt, blijft ook de
algemeene positie onveranderd.
Blijkens Berlijnsche berichten wordt de
stemming tusschen Italie en Turkije met
den dag vijandiger. Verschillende Italiaan-
sche bladen beschuldigen Turkije van woord-
breuk, daar het ondanks de belofte om den
strijd niet naar Lvbie over te brengen,
agents provocateur en officieren naar Noord-
Afrika zou hebben gezonden, om de Arabieren
op te ruien en tot den oorlog tegen de
Italianen in Tripolis aan te zetten. Ook
wordt Turkije beschuldigd van vijandelijke
houding tegen de Italianen in Klein-Azie.
Deze berichten in de Italiaansche pers
staan in verband met de vraag, of Italie
dat tot dusver alleen aan Oostenrijk-
Hongarije den oorlog verklaarde, doch niet
aan de bondgenooten van de Monarchic
niet zal gaan deelnemen aan de pogingen
om de Dardanellen te forceeren.
De //Secolo" zet in een hoofdartikel uit-
een, dat de toestand van de Fransche en
Engelsche troepen op de zuidpunt van het
schiereiiand Gallipoli, in een onherbergzaam
oord, waar de hitte weldra ondragelijk zal
zijn en het watergebrek zich dagelijks
nijpender doet gevoelen, vrijwel hopeloos
is, en dat slechts het optreden van een
groote Italiaansche strijdmacht daar helpen
kan.
Wordt in dit gevoelen in regeerings
kringen gedeeld, dan moet Italie een aan
leiding hebben om Turkije den oorlog te
verklarenen vandaar de aanvallen en
beschuldigingen, die thans in verschillende
Italiaansche bladen tegen Turkije worden
geuit.
De nota van Amerika aan
Dultschland.
In de nota der Amerikaansche regeering
aan Duitschland waarvan thans de vol
ledige tekst openbaar gemaakt is wordt
erop gewezen, dat Duitschland's jongste
duikboot-operaties aantoonen, dat het zeer
wel mogelijk is, een zoodanigen oorlog te
voercn in overeenstemming met de begin
selen der internationale jvetten.
De nota dringt erop aan, dat Duitschland
de onmenscheljjke daad van den bevelhebber,
die aansprakelijk is voor het it den grond
boren van de //Lusitania", verloocbent en
zooveel herstel daarvoor verschaffen zal als
nog mogelijk is. De nota verklaart, dat
herhaling door Duitsche vlootkommandanten
van daden, die in strijd zijn met de rechten
der neutralen, beschouwd zullen worden als
met opzet onvriendelijk, indien daardoor
Amerikaansche burgers getroffen worden.
Voorts geeft de Amerikaansche nota te
kennen, dat de Duitsche nota weinig vol-
doening geschonken heeft, daar ze niet
tegemoet kwam aan de Amerikaansche
verlangens en geen weg aangaf, waarlangs
de bestaande meeningsverscliillen kunnen
worden opgelost.
De regeering der V. S. kan niet in
discussie treden over de politiek van Groot-
Brittanje ten aanzien van den neutralen
handel, tenzij met de Britsche regeering
zelve en zjj moet de gedragswijze der
andere oorlog-voerenden beschouwen als
niet aangewezen om een punt van be-
spreking uit te maken. De V. 8. kunnen
niet gelooven, dat de keizerlijke regeering
ten aanzien van eenige niet te rechtvaardigen
schendingen van de rechten van Ameri
kaansche burgers nog langer zal loochenen,
dat het in den grond boren van de Lusitania
een daad van willekeur was en dat ze zal
weigeren voldoening te schenken.
De nota verwerpt het voorstel tot het
toestaan van vrije vaart op bepaalde schepen.
V oorts wijst de nota op de lange vriend-
schap tusschen beide staten en hun wil tot
het verkrijgen van de vrijheid ter zee.
Met een beroep op de volledige samen-
werking met Duitschland vestigt de nota
de aandacht op de noodzakelijkheid, welke
voor de beide staten betreft, om de rechten
der onzijdige staten nauwkeurig in acht
te nemen.
Gentsche munten.
Gent heeft volgens het Vad. een afzon-
derlijk muntstelsel gekregen.
Het 50 centimestukje is van metaal, on-
geveer 11/2 c M. in het vierkant en ver-
vaardigd uit aluminium. Aan deeene zijde
ziet het er uit als een goudstuk en daar
staat in gegrift 50 centimes. De andere
kant is geelachtig en daar staat op, ron-
aom een leeuw,
Gand".
,Stad Gent" en //Ville de
Aan de Belgische grens.
In den buurt van Baarle Nassau trachtten
in het begin der vorige week ongeveer 50
Belgen 's nachts over de grens te komen,
Ze werden door de Duitschers ontdekt en
op twee na gevangen genomen. Een der
ontsnapten had nog een schot in den
bovenarm.
Een slimme true.
Men meldt uit Luik aan „het Vaderland":
Sinds eenige weken hield een zg. Velo
Maatschappij alhier, met toestemming van
de Duitsche overheid kleine wielerwed-
strijden over 20 a 25 K.M. De voordeelen,
die deze wedstrijden opleverden kwamen
voor de eene helft ten goede aan het Belgi
sche, voor de andere helft aan het Duitsche
Roode Kruis. Nu 5 dagen geleden, had
men na uitvoerige besprekingen met den
Duitschen stadscommandant, toestemming
gekregen voor een zg. Provinciale Weg-
wedstrijd, of zooals het officieel genoemd
werd, ,/Le circuit de Liege." Daarbij was
bepaald dat daar waar de weg vlak langs
de Hollandsche grens liep, de Duitsche greiis-
wachten de deelnemers niet lastig zouden
vallen en rustig zouden laten passeeren,
zonder hun passen of papieren telkens te
moeten vertoonen. Alles liep prachtig van
stapel. 115 jonge mannen namen aan den
wedstrijd deel, geen incident kwam voor,
toen, bij de Hollandscne grens heel de club
met een 50 K M. vaartje over de grens
vloog, natuurlijk om niet meer terug te
keeren.
Wij ontleenen de volgende telegrammen
aan de N. R. Crt.:
Man hei Weslelijke gevechts-
terrein.
P4RIJS, 24 Juli. (Reuter). De kennis-
geving van hedenavond luidt, dat er niets
beiangrijks is gemeld.
PARIJ^), 25 Juli. (Havas.) Officieel
bericht van vanmiddag
De nacht is zonder bizondere voorvallen
voorbijgegaan, behoudens eenig geschutvuur
in Artois, rond Souchez, tusschen Aisne en
Oise, op het plateau van Quennevierres en
in het Priesterbosch, waar de kannonnade
gepaard ging met levendig geweervuur,
evenwel zonder infanteriegevechten.
In de ogezen hebben de Frauschen bij
Ban de Sapt een nieuw succes behaald.
Gisteravond hebben zij zeer sterke ver-
dedigingswerken van de Duitschers tusschen
de Loogte Fortmelle (hoogtepunt 627) en
het dorp Launois, benevens een groep
nuizen, het zuidelijk deel van dat dorp
vormend, vermeesterd. De Franschen hebben
er meer dan 700 ongewonde Duitschers,
tot vier verschillende bataljons behoorend,
en een compagnie mitrailleurs gevangen
gemaakt. Over het vermeesterde oorlogs-
tuig kan nog geen opgave worden gedaan.
Bij Bethancourt is een Duitsch vliegtuig
gedaald. De twee vliegers die er in zaten
zijn gevangen genomen.
BERLIJN, 25 Juli. (Wolff) Officieel
bericht uit het groote hoofdkwartier
Aan den oostelijken rand van Argonne
hebben wij een vijandelijk blokhuis in de
lucht laten vliegen.
Bij Launois (ten zuiden van Ban de Sapt)
hebben de Franschen zich in een klein
deel van onze voortste loopgraven genesteld.
Wij hebben verscheidene bom men op de
vesting Duinkerken geworpen.
Van het Oostelijke gevechts-
terreln.
BERLIJN, 25 Juli. (Wolff.) Officieel
bericht uit het groote hootdkwartier
Het leger van generaal von Below heeft
gevechten geleverd met de achterhoeden van
den vijand en gisteren opnieuw 6000 ge-
vangenen gemaakt.
Bij aanvallen aan de Jesia, ten zuiden
van Kowno, en in de streek van Demoour
(10 K.M. ten noordoosten van Suwalki) zijn
Russische loopgraven veroverd.
Onze troepen zijn op het geheele front
van ten zuiden van Ostrolenka tot Pultusk
over de Narew getrokken. Ten zuidwesten
van Pultusk naderen onze troepen de Boeg.
Ten zuidwesten van Pultusk hebben wij
ondanks taaien tegenstand van den vijand
de linie NasielskGzowo bereikt (Gzowo
ligt 10 K M ten zuiden van Pultusk aan
den weg Pultusk Sierock).
Ten westen van Blonie zijn verscheidene
vijandelijke steliingen genomen ten zuiden
van Warschau de plaatsen Ustanow, Lbiska,
Jazgarzew (welke plaatsen ongeveer 25 K.M.
ten Zuiden van Warschau liggen) stormen-
derhand genomen.
Op het zuidoostelijke gevechtsterrein is
de toestand bij de Duitsche troepen on
veranderd,
WEENEN, 25 Juli. (Wolff) Officieel
bericht uit het groote hoofdkwartier
De dag van gisteren is betrekkelijk rustig
voorbijgegaan. Bij Iwangorod hebben onze
troepen eenige zwakke aanvallen van den
vijand afgeslagen.
Ten Zuiden van Kryiow hebben de Russen
een zwakke poging gedaan om#over de
Boeg te komen.
ST. PETERSBURG, 24 Juli. (Pet. Tel.
Ag.) De generale staf deelt mede
In de streek van Mitau is er den 23sten
niet gevochten.
Zuidelijker aan het front Janiszki
SzawleRossieny blijft de vijand in Ooste-
lijke richting oprukken.
Aan het Narew-front sloegen wij den
23sten 's avonds een aanval op den linker-
oever van de Pissa af, niettegenstaande de
vijand bommen met bedwelmende gassen
gebruikte. De vijand deed wanhopige
pogingen om tusschen Rozan en Pultusk
over de Narew te komen. Den 23sten
woedde hier een hardnekkig gevecht.
Aan den Weichsei geen belangrijke ver-
andering. Wij hebben eenige aanvallen op
Nowo Georgievsk en Iwangorod afgeslagen.
Den 23sten is er tusschen Weichsei en
Boeg in de richting van Lublin een hevig
kanonnade geweest. De vijand poogde op
te dringen in de richting van Berzice.
Aan het front Chomel Woislavice zijn
hardnekkige gevechten geleverd. In den
nacht op den 23sten behaalden onze troe
pen met een aantal tegenaanvallen voor
deelen. Daarbij gelukte het verscheiden
malen tot bjj de geschutstelling van den
vijand te komen, maar de omstandigheden
van het gevecht beletten ons de kanonnen,
die de vijand in den steek had gelaten,
mede te nemen.
In de buurt van Groubechof trok de vij
and een aanzienlijke stijdmacht samen, die
er na hardnekkige gevechten in slaagde,
zich een weinig naar het Noorden uit te
strekken.
In de buurt van Sokal aan de Boeg duur-
de den 23sten het gevecht voort.
Aan het oude front is hier de nadering
van versche Duitsche troepen waargeuomen.
Aan het overige front geen verandering.
to'arn het Zsuidelijlce gewechis-
terrein.
WEE.ivEN, 25 Juli. (Wolff.) Officieel be
richt uit lie! groote hoofdkwartier:
In het gebied van Gorz heeft de vijand
zich gister over dag bepaald tot een sterk
artillerievuur.
Wanhopige nachtelijke aanvallen op onze
stellingen aan den rand der hoogvlakte van
Doberdo zijn wederom onder zware ver
liezen voor den vijand mislukt.
De Italianen kunnen aan het feit, dat hun
stormloop tegen ons front in de kuststreek
vergeefs is, niets veranderen.
ROME, 24 Juli. (Reuter.) Het hoofdkwar
tier meldt:
De Italianen hebben de bezetting van To-
fana v-oltooid.
In de streek van de Monte Nero vordert
de opmarsch langs den top van de Luznica.
De Oostenrijksche aanvallen aan de Isonzo
op de Monte Piano, ten Noorden van Misu-
rina en op het Karstplateau zijn alle afgesla
gen.
Op een gevangen genomen officier is een
legeroi-der gevonden, waaruit biijkt, dat de
mislukt-e Oostenrijksche aanval van 22dezer,
vermeld in het bericht van gisteren, een all-
gemeene aanval was met het doel onzen lin-
kervleugel terug te drijven en ons van deze
zijde van de Isonzo te verjagen.
ROME, 25 Juli. (Reuter.) Officieel wordt
kennis gegeven
Twee Italiaansche watervliegtuigen heb
ben het spoorwegstation te Riva (aan het
Gardameer) met uitmuntend gevolg gebom-
bardeerd en zijn behouden teruggekeerd.
Een aanval op onze stellingen in Karinthie
is Yrijdagavond afgeslagen.
Gisteren deed de vijand drie wanhopige
aanvallen op de stellingen, die wij op den
top van de Lusnica hadden veroverd, maar
werd met zware verliezen teruggeworpen.
Van het Russisch-Turksche
gevechtsterrein.
ST. PETERSBURG, 24 Juli. (Pet. Tel. Ag.)
De generale staf deelt mede:
In de buurt van den Bosporus hebben
onze torpedobooten een Turksch cavalerie-
kamp beschoten en den vijand verliezen
toegehracht. Zjj veroorzaakten een ontplof-
fing in een proviandtrein.
TER NEUZEN, 26 Juli 1915.
Het weerbericht van het meteorolo-
gisch instituut te De Bilt van heden, luidt
als volgt
Hoogste barometerstand 761.9 Munchen.
Laagste barometerstand 752.3 Mernel.
Verwachting tot den avond van 27 Juli:
Meest matige Zuidelijke tot Westelijke wind
betrokken of zwaar bewolkc, met* tijdeli/ke
opklaring, waarschijnlijk regen ofonweers-
buien, aanvaukelijk iets warmer.
Bij het eiDd-examen voor de H. B. S.
met 5-jarigen cursus, zijn o. m. geslaagd mej.
La C. M. W. van der Moer van Ter Neuzea
en de heer R. N. M. A. Malotaux van Sas
van Gent.
Naar we vernemen werd ter gelegen
heid van den jaardag van H. M. Koningin
Elisabeth van Beigie, het volgende telegram
aan Koning Albert gezonden
z/De talrijke Belgen in dit ressort,
z/verzoekeD mij, ter gelegenheid van den
z/jaardag hunner verheven Koningin,
z/aau Uwe Majesteiten hunne hartelijkste
z/gelukwenschen en hunne gevoelens
z/van ohwrikbare trouw over te brengen.
//Zij zijn gelukkig de groote bewon-
z/dering te kunnen hernieuwen, welke
z/de onvermoeide toewjjding, waarmede
z/hun Edele Yorstin, de ellende en het
//lijden tracht te verzachten, afdwingt".
VAN CANTFORT,
Consul van Beigie.
In den nacht van Zaterdag op Zondag
is bij de politie te Vlissingen door een
inwoner van Ter Neuzen aangifte gedaan,
dat hem een portemonnaie met 70 is
ontvreemd.
Schip gezonken.
Zaterdagmorgen is het Rijnschip Anton",
kapt. A. Hermann, van Gundelsheim, ge-
laden met grindzand, van Ruhrort naar
Gent, in de middenhaven gezonken.
Het Rijnschip was den vorigen avond
binnengekomen en gemeerd aan de stadzijde
der haven, waar zich onder water een talud
bevindt, waarop geladen schepen van den
omvang der //Anton" niet zonder gevaar
aan den grond kunnen vallen, waarop den
kapitein ook werd gewezen, en aangeraden
naar het midden der geul te verhalen, wat
niet is geschied.
Toen het water meer en meer begon te
vallen, viel het Rijnschip op zijde, schoof
eerst met de voorzijde naar de diepte, waar-
door het schip langs boven water schepte
en ten slotte geheel volliep.
Het kostte aan degenen die van den wal
het ongeval zagen aankomen, nog heel wat
moeite om de opvarenden te waarschuwen
het zinken ging echter zoo lapgzaam, dat
alien konden worden gered en ook nog een
groot deel van den inboedel aan wal kor
worden gehaald.
Naar we vernemen zal morgen een aan
vang worden, gemaakt met het lichten van
het wrak.
Ofschoon er door belemmerd, is de vaart
door de middenhaven niet gestremd.
De It. K. Militaire-Vereeniging
te Ter Neuzen.
Door de zorgen van den Z. Eerw. Heer
Bogers, pastoor, is alhier opgericht eene
R.-K. militairenvereenjging. Deze vereeniging
kreeg een onderdak in de oude parochie-