ALGEMEEN NIEUW8- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSOH-VLAANDEREN.
No. 6247.
Dinsdag 13 Juli 1915.
55e Jaargang.
De Oorlog
ABONNEMENT:
ADVERTENTlfiN
Telefoon 25.
Bit Blad verscliijnt Maacd^, Woessdag- ea YrijdagaYond, nitgezosderd op Feestdagen, bij de Firma P. J. YAN BE 8ANDE te Ter Neuzen.
TJITBLAG VERKIEZIffG.
HERSTEMMING
voor den Gemeenteraad.
BINNENLAND.
FEUILLETON.
Per 3 maanden binnen de stad 1.Franco per post voor Nederland 1.10.
Bij vooruitbetalingvoor Belgie /1.40, voor Ned.-Indie en Amerika 1.65,
overig Buitenland 2.
Men abonneert zich bij de Uitgeefster, of buiten Ter Neuzen ook bij aile
Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievenbushouders.
Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elken regel meer f 0.10.
Bij direxcte opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de
prijs slechts tweemaal berekend.
Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief.
Inzending van advertentien voor I taur op den dag der uitgave.
Dinsdag den 20 Juli a. s.,
DE BRUIJNE Mz. J.
DE FEIJTER Jacz. J.
VAN HASSELT L. T.
NOLSON R. Q. E.
WOLFERT C.
VAN WIJCK H.
Koninklyk bezoek te Rotterdam.
Het Koninklijk Echtpaar is voornemens
a.s. Donderdag andermaal een bezoek aan
de Maasstad te brengen.
Het heiwerk van het nieuwe stadhuis is
gereed gekomen, waarvoor 8000 palen
noodig waren. zoodat H. M. de Koningin
uitgenoodigd was om den eersten steen van
dit groofce geboaw te leggen.
Hare Majesteit was daartoe volgaarne
bereid.
Ook heeft de Koningin gevolg gegeven
aan de uitnoodiging van Gecommitteerden
tot de zaken der Ned. Herv. gemeente,
om dienzelfden dag de godsdienstoefening
bij te wonen, ter plechtige inwijding van
de Groote Kerk, die gedurende een jaar
een groote restauratie heeft ondergaan.
Ds. Callenbach zal een f'eestrede bouden
en het a Capella-koor zal onder orgel-
begeleiding koralen zingen.
Militaire verloven enz.
Ten opzichte van de verzoeken van mili-
tairen om verlof, overplaatsing of deta-
cheering is een legerorder verschenen,
waarbij bepaald is, dat deze verzoeken
voortaan moeten gerickt worden tot den
opperbevelhebber, terwijl deze ingediend
moeten worden bij de corpscommandanten.
Een andere wijze van bet indienen van
dergelijke verzoeken heeft geen waarde.
Zij worden ter zijde gelegd.
8)
„Papa zegt, dat u mij iets hebt te zeg-
gen. Maak asjeblieft gauw af, want ik heb
de aardappelen nog niet geschild." Zij ging
op den hoek van de tafel zitten, en tikte
van ongeduld gedurig met den hak van den
schoen tegen den tafelpoot; ondertusschen
droogde zij haar handen af aan het blauwe
keukenschort, dat zij nog voor had.
Hans Assets hart klopte van angst en
medelijden. Hij gevoelde, dat het oogenblik
gekomen was om jeugd en vroolijkheid le
ontrooven aan dit jonge bloeiende schep-
sel, dat hij als zijn eigen kind lief had. Als
zij haar plicht deed, en haar vader redde,
was haar eigen leven verwoest! Maar het
moest zoo gebeuren hij moest er over
spreken. Goldammer zou een beslissing
eischen. Met bleek gelaat en rillende alsof
hij kou leed, stapte hij op haar toe.
„Waarom kijkt ge zoo ernstig, Hansje?"
„Er is iets zeer ernstig gebeurd, lieve-
ling, er valt iets zeer moeilijks te overwe-
gen." Hij herinnerde haar, hoe haar vader
in zijn droefheid weinig had gewerkt, en
achteruitgegaan was, hoe Goldammer had
geholpen en hoe haar vader, gebukt gaande
onder een grooten schuldenlast, thans ge-
heel afhankelijk was van den rijken huis-
heer. Daarbij noernde Hans haar de groote
Kader vorm ing.
De Opperbevelhebber van Land- en Zee-
macht heeft, volgens de Avp." bepaald
Alle milieiens der lichting 1915, die
geschikt worden geacht om te worden op
geleid tot een rang, zullen hunne opleiding
ontvangen bij het regiment, waartoe zij
behooren.
Zij, die ingedeeld zijn bij een reserve-
bataljon, zullen daartoe naar hun regiment
worden opgezonden en worden vervangen
z.m. door milieiens der lichting 1907.
De opleiding zal z.m. bij een onderdee
van het regiment moeten worden gecentra-
liseerd. Zoodra de elemeDtaire opleiding
is geeindigd, en de sergeantsrang is behaald,
zullen de aspiranten bp verschillende veld-
compagnieen van het regiment worden in
gedeeld om een voortgezette opleiding als
sergeant te volgen.
De daardoor overcompleet komende oudere
sergeanten zullen naar de depots worden
overgeplaatst.
De opleiding zal zoodanig worden geregeld,
dat de bevor.lering kan plaats hebben tot
den korporaalsrang omstreeks 15 Juli voor
de milieiens, die op 16 Dec. 1914 onder
de wapenen gekomen zijn; omstreeks 1 Sept.
voor hen, die 16 Febr. 1915 zijn opge^
komen omstreeks 15 Sept. voor hen, die
3 Maart 1915 zijn opgekomen en omstreeks
2 Nov. voor hen, die 22 April 1915 zijn
opgekomen, terwijl bevordering tot den
sergeantsrang voor de hiervoren genoemde
categorien zal moeten geschieden resp. om
streeks 1 Oct., 15 Nov., 3 Dec. 1915 en
20 Januari 1916.
Er zullen in het gebeel per regiment
infanterie 48 milieiens kunnen worden be
vorderd tot den rang van sergeant en 36
milieiens bovendien tot den rang van kor-
poraal.
Militaire hoofd deksels.
Gebleken is dat de shako niet heeft vol-
daan als hoofddeksel te velde. Daarom zal
door het legerbestuur een proefworden ge-
nomen met een grijze kepi, waarover ook
de klep met grijs laken is overtrokken, zoo
dat alle glimmende deelen vermeden zijn.
Aan offieieren en onderofficieren zal wor
den vergund in plaats van de shako voor-
loopig in veldtenue een kepi van bedoeld
model te dragen.
Uniforme meelprijs.
Naar men aan de ,/N. Ct." mefdt. zijn
er bij den Minister van Landbouw belang-
rijke wijzigingen in voorbereiding inzake de
verstrekking van goedkoop regerringsmeel
aan bakkers en van regeeringsbrood. Het
ligt in de bedoeling van den Minister een
uniformen meeiprijs voor bet heele land
voor te stellen, wat neerkomt op een niet
belangrijke prijsverhooging voor de bakkers
in tal van plaatsen. Behalve verschillende
andere wijzigingen wenscht de Minister ook
een einde te maken aan hetgeen in ver
schillende plaatsen, b. v. in Amsterdam, ge-
beurt, waardoor tal van bakkerijen het brood
tegen een lageren prijs verkoopen dan 12
cts. per KG.
som die haar vader schuldig was.
Marie liet zich van de tafel glijden en
riep handenwringend„Wel gedacht! Ach,
niet zonder reden was ik angstig! Wat moe
ten wij doen? Hoe raken wij weer vrij?"
„Arm kind!"
„Maar ik kan nog werken ik wil alles
doen om vader te helpen!"
„Alles?"
Zij begreep hem en zag hem met een
strakken blik aan. Luidkeels zuchtende sloeg
zij het keukenschort voor haar gelaat en
leunde tegen de tafel.
„Ik zie", zei Assel treurig, „gij weet reeds
wat er van u gevorderd wordt om uw vader
le redden."
„Dat nooit nooit, oom Hans! Gij kunt
van mij alles verlangen wat ge wilt, maar
met dien ouden wormstekigen pruikebol
trouwen, oom Hans, dat kan geen ernst
zijn, om zoo iets van mij te verlangen."
„Het is helaas vreeselijke ernst."
„Ik loop weg, ik doe het niet!"
„Nu, luister nog eens naar mij, kind. In
het menschelijk leven komen dikwijls oogen-
blikken voor, waarin men zich in het on-
vermijdelijke moet schikken. Toen uw moe-
der voelde, dat zij sterven ging, heeft zij
dikwijls gebeden en gesmeekt: „Is het niet
mogelijk dat deze kelk aan mij voorbij ga?"
Zij scheidde van ons met angst en zorgen.
Ik weet echter dat zij zich onderwerpend
aan Gods wil heeft gezegd: „Niet mijn
wil, maar Uw wil geschiede." Toen ik be-
gon te beseffen, dat ik een ongelukkigschep-
sel ben, toen het meisje, dat ik lief had,
mij koel afwees met een spottenden blik en
H tilde aan de Jfederlandsche
diplomat ie.
De correspondent van „De Tijd" in Luxem
burg schrijft
De broodquaestie in Luxemburg, die in
den laatsten tijd in een stadium verkeerde,
betwelk onder het volk aanleiding gaf tot
zorg en angst voor de toekomst, is thans
volkomen opgelost door een orereenkomst
tusschen Luxemburg en Zwitserland, welk
land zich verbonden heeft om de 14 dagen
voldoenden meelvoorraad naar Luxemburg
te zenden. Een Zwitsersch officier komt
iederen keer mede naar Luxemburg, om
de lading offieiee! aan de regeering af te
leveren. Frankrijk en Duitschland hebben
de overeenkomst gqedgekeurd. Dit mooie
resultaat voor Luxemburg heeft men te
danken behalve aan de onafgebroken onder-
handelingen van den Staatsminister, aan de
ijverige bemoei'ingen van den Nederlandschen
gezant in Bern, baron Van Panhuys. Het
is bekend, hoezeer meD zich de joDgste
maanden ook in Den Haag steeds voor
Luxemburg heeft geinteresseerd. Men is
in Luxemburg den Hollandschen diplomaten
veel dank verschuldigd sinds het uitbreken
van den oorlog en overal wordt hier met
waardeering erkend, dat de Hollandsche
gezanten in de landen, waar Luxemburg
niet diplomatiek vertegenwoordigd was, de
belangen van het groothertogdom op uit-
stekende wijze hebben behartigd.
De algemeene toestand.
Met de grootste karigheid spreken de
berichten van alle zijden over hetgeen bij
Krasnik is geschied. Het feit, dat aarts-
hertog Josef Ferdinand is teruggeslagen,
werd ook in het Oostenrijksche legerbericht
erkend; maar tot hoe ver, is nog steeds niet
duidelijk. Het jongste Russische bericht
zegt, dat de Oostenrijkers hun terugtocht
voortzetten, doch trachtten de Russische
offensieve beweging te stuiten, en vooral
krachtigen tegenstand boden bij hoogte 118,
ten zuiden van het dorp Kilkolazs Gorny.
Het was duidelijk, dat met het oog op
het groote belang van den spoorweg Lublin-
Cholm, de grootvorst alles zou doen wat in
zijn vermogen was, om aan den opmarsch
der Oostenrijksche en Duitsche troepen daar
den krachtigsteD tegenstand te bieden. Hij
liet, naar de #Times"-medewerker doet uit-
komen, de Oostenrijksche troepen een eind
vooruitrukken in het moeilijkste gedeelte
tusschen Weichsel en den Wjepr, tot onge-
veer 15 mijlen ten Z. van den spoorweg.
En inmiddels had hij een nieuwe legermacht
bij Lublin bijeengebracbt, waarschijnlijk ge-
vormd nit het Russische leger, dat bij Odessa
was samengetrokken, om den aanval op den
Bosporus te doen, en dat inderhaast naar
Galicie werd gebraeht, te laat om de door-
braak bij Doenajetsj te voorkomen, maar
tijdig genoeg, om thans bij Lublin in het
gevecht te worden geworpen. De Oosten
rijksche troepen, die bij Krasnik oprukten,
ik wist, dat ik nooit zoo gelukkig zou zijn
door een vrouw hemind te worden, toen
heb ik ook mij niet willen schikken in liet
lot dat mij beschoren is; toen heb ik ge-
mord en mij tegen het noodlot verzet, en
mijn ziel was bedroefd tot in den dood.
En ik kwam hier en vond jou. Je liefkoo-
zende kinderhand heeft mij tot zachtmoe-
digheid gestemd en mij met mijn lot ver-
zoend. Ook uw vader heeft bitter geleden,
toen hij op de knieen voor het sterfbed
van uw moeder lag en niet missen wilde,
wat hem het dierbaarst ter wereld was.
Hij heeft veel geleden, door het verlies van
haar, die zijn steun was, en zijn geluk uit-
maakte. Maar het werd hem niet bespaard
den met wreed harleleed gevulden beker te
ledigen."
„0, hoe treurig, diep treurig!" weend©
Marie.
„Het leven is geen spel, arm kind, het is
een taak, een school, gelukkig degene, die
naar zijn geweten handelt."
„Wanneer ge een beroep doet op mijn ge
weten, oom Hans", zei Marie op vasten toon,
„bedenk dan, dat ge mij niet kunt over-
reden om voor Gods altaar liefde te be-
loven aan een man, die ik niet lief lieb.
Hoe? Zou ik mijn gewelen met een ieugen
bezoedelen?"
„Gij zult hem de liefde toedragen, die God
ons geschonken heeft, die we onze naasten
moeten toedragen. Goldammer is niet slecht,
hij is een verstandig man en vroolijk tevens.
Gij belooft hem Irouw uw plicht als zijn
vrouw te volbrengen. Dat kunt ge doenl"
j,Zijn vrouw worden!" Het meisje schud-
werden aan de rivier de Oerzendofka door
de Russen aangevallen en tot den terug
tocht genoodzaakt, waarbij volgens het
Russisch bericht 15,000 gevangenen in
Russische handen vielen.
Wat er sedert gebeurd is, kan nog moei-
lijk worden nagegaan. Op de hoogten ten
noorden van Krasnik, hield de aartshertog
standdaar poogde hij den Russischen
tegenaanval te breken. Eu bijzonder bard-
nekkig was het gevecht, dat geleverd werd
op de hoogte 118, tusschen Krasnik en het
dorp Kilkolaz Gorny.
Daar is dus de opmarsch der Oosten
rijksche legers tot stilstand gekomen.
Dat er werkelijk, zooals de //Times" reeds
deed voorzien, maatregelen waren genomen,
om zoo spoedig mogelijk Warschau te ont-
ruimen, blijkt uit mededeelingen in de
z/Roesski Iuvalid" en de //Armeiski West-
nik" maar tevens dat het slechts voorbe-
reidende maatregelen waren.
Voor het oogenblik is het gevaar voor
Warschau geweken, en komt integendeel
een nieuw gevaar de posicie der Duitsche
en Oostenrijksche legers bedreigen. Wan-
neer de Russen gelegenheid zouden hebbeD
hun offensieve beweging door te zetten,
en van Krasnik af naar het zuiden op te
rukken, dan zouden de Oostenrijksch-Duit
sche troepen in dezelfde positie kunnen
geraken, waarin de Russen sedert de laatste
weken verkeerden, want dan zou het Rus
sische leger zich kunnen dringen tusschen
de legers, die nog steeds ten oosten van
Lemberg in de lijn SokalKamionka
BoeskZloczof ten zuiden daarvan staan,
en de legers, die ten westen van den
Weichsel geplaatst zijn. En in dat geval
zouden de pas doordeOostenrijksch-Duitsche
troepen heroverde gedeelten van Galicie in
gevaar komen, opnieuw in Russische handen
te vallen.
Het is daarom waarschijnlijk, dat aarts
hertog Josef Ferdinand zich met groote
opofferingen poogt staande te houden in de
bergstreek benoorden Krasnik, en daar
versterkingen afwacht.
Zoo gaat de strijd der millioenen legers
in Oost en West steeds op de merkwaardigste
wijze op en Deer. Telkens, als men meent,
dat een krachtige zet zal worden onder-
nomen doet de tegenpartij een tegenzet,
die het geheele spel van karakter schijnt
te doen veranderen. Maar het is alles schyn.
En per slot van rekening blijft het, bij
deze reusachtige legers met hunne bijna
volmaakt-technische hulpmiddelen en met
den bijstand van Tauben en Zeppelins,
Sigorsky-tweedekkers en Duperdussins, toch
steeds een op en neer, een heen en weer,
zonder resultaat.
Een belangrijk besluit van de Russische
regeering is de benoeming van generaal
Roesski tot commandant van de Russische
legers aan het Noordwestelijke front. Gene
raal Roesski, die de Russische legers aan-
voerde bij hunne ofiensieve beweging tegen
Lemberg, wordt als een der kundigste stra-
tegen van Rusland beschreven. Hij werd
wegens verschillen van meening met Groot-
de liet hoofd. „Nooit, nooit!" Zij was nog
steeds vol gramschap en haat, hield haar
ooren dicht en liep weg.
Toen zij voor de keuken stond, viel haar
iets in. Zij moest aan haar vader zeggen,
dat zij onder geen voorwaarde het verzoek,
dat oom Hans liaar had gedaan, kon ver-
vullen.
Zij lioorde haar vader in de kamer praten.
Zijn stem klonk dof, zooals altijd, wanneer
hij in zichzelf sprak.
Zonder nadenken ging zij vlug bij hem.
Emil Liebreich stond voor het porlret van
zijn geliefde vrouw en sprak tot de dier-
bare overledene, alsof zij hem kon hooren.
Zijn dochter lioorde bij het binnenkomen
juist nog de ernstige gesproken woorden:
Help mij, sta mij bij in mijn nood!"
Aangegrepen door dit schouwspel, stond
Marie eenige oogenblikken stil en durfde
nauwelijks tot den in gedacliten verzonken
man te spreken.
Hij had haar binnenkomst echter be-
merkt en keek liaar met een verhelderden
blik aan: „Daar komt de hulpende redding
uit den nood!"
■Dat wat ge meent, wat ge van mij ver-
langt, vader, Goldammer dat kan ik
niet, dat doe ik niet, vader!"
.Mijn kind, wat zal er dan van ons wor
den
„Draag mij iedere taak op, maar mij ver
koopen, een slavin een man met tegen-
zin toebehooren dat is verschrikkelijk!"
.En wanneer ge uw krachten geheel ver-
zwakte, uw handen tot bloedens toe ge-
bruikte, dan zoudt ge nog nauwelijks in
vorst. Nikolaas, den Russischen generalissi-
mus, van zijn post outheven en met verlof
wegens ziekte" gezonden.
Thans, in den nood, leerde men zijn
verdiensten en bekwaamheden beter waar-
deeren, en werd hij met groote bevoegd-
heden tot commandant der Russische legers
in het Noordwesten benoemd tevens werd
hem de titel van vice-geceralissimus toe-
gekend. Uit sommige Russische berichten
krijgt men zelfs den indruk, dat de Tsaar
er over gedacht heeft zijn neef te vervangen
en generaal Roesski aan het hoofd van het
geheele leger te plaatsen. Dit werd echter
door de grootvorsten-partij beletdoch het
was niet te beletten, dat Roesski met
buitengewone bevoegdheden en met den
hoogsten rang onder den grootvorst, aan
het hoofd van de Noordwestelijke legers
werd geplaatst.
Op het Westelijk oorlogstooneel blijft het
bij den loopgravenstrijd en de artillerie-
beschieting. Ook daar komen millioenen-
legers niet van hun plaats. Evenmin als
aan de Italiaansch-Oostenrjjksche grens,
waar de strijd meer met de pen dan met
het zwaard wordt gevoerd. De Italiaansche
mededeelingen over de Oostenrijksche maDier
van stijdvoeren hebben den Oostenrijkschen
legerstaf weder gebraeht tot een tegenspraak.
En zoo blijft men voortgaan. Het is slechts
een variant op het bekende woord //Ordres,
contre ordres" en wat er verder volgt. De
wanorde ontstaat nu Diet bij de legers, maar
in de hoofden der lezers, die niet meer
weten wat zij van al deze beschuldigingen
en tegenspraken moeten denken.
Duitsch Zuidwest*Afrika.
Aande overgavevan de Duitschestrydmacht
zijn geen voorwaarden verbonden. Botha had
een ultimatum gezonden, dat Donderdag-
middag om 5 uur afliep.
Vrijdagochtend heeft Botha den Duitschen
gouverneur Seitz met zijn geheeie strijd-
macht aanvaard.
Uit de berichten van generaal Botha,
over de overgave der Duitsche stvijdmacht
in Duitsch Z.W.-Afrika, biijkt, dat een
gevecht niet heeft plaats gehad. Door een
handige en volkomen geslaagde omtrek-
kingsbeweging Botha scbijnt een ijverig
lezer van de Duitsche staf-werken te zijn
slaagden de Unie-troepen er in, de Duitsche
troepen te omsingelen.
Gouverneur Seitz, die zijn positie aan
alle kanten bedreigd zag en wiens troepen
bovendien aan watergebrek leden, zag zich
genoodzaakt te capituleeren. Botha wilde
van geen voorwaardelijke overgave weten
hij stelde een ultimatum „a prendre ou
a laisser". En daar ontsnappen niet moge
lijk was, nam de gouverneur Seitz het
ultimatum aan, waardoor 204 offieieren,
3166 soldaten, 37 kanonnen en 22 mitrail-
leurs in handen der Afrikaansche troepen
vielen. De voorwaarden, die Botha steide,
en die van zeer humane opvattingen ge-
tuigen, laten de offieieren, op parooi, in
het bezit van hun wapens en kennen hun
staat zijn om u in het leven te houden.
Hoe wordt vrouwenarbeid betaald? Uw
moeder heeft dikwijls tot in den nacht zit
ten naaien, en hoeveel heeft dit opge-
leverd?"
„0, kon ik maar iets doen, wat waarde
heeft!"
„Is het dan niet van groote waarde uw
armen zwakken vader uit den nood te hel
pen?"
„Jawel, maar hoe!"
„Wij moeten God danken, dat Hij ons de
helpende hand toereikt en haar dankbaar
aannemen. Goldammer is alleen in staat ons
uit den nood ie helpen."
„Dat is onwaardig, dat is afschuwelijk!"
„Marie, ik zweer je bij den naam van je
overleden moeder! Zij wil, dat je je ouden
vader zult bijstaan", hij hief de armen
in vertwijfeling omhoog.
En nu gebeurde er iets ongehoords, iets,
dat het meisje door merg en been ging. De
groote man knielde aan de voeten van zim
kind en omvatte vleiend haar knieen. Ont-
steld greep zij liem bij de armen en deed
hem opstaan. Daarbij stamelde zij: „Zoo
niet, vader, zoo niet dat is verschrikke
lijk, dat mag niet gebeuren, dat is tegen de
natuur!"
Zij omvatte hem liefdevol, deed hem neer-
zitten, streek hem over de wang, knielde
voor hem neer en beloofde alles "voor hem
te doen, wat hij verlangde.
(Wordt vervolgd).
Burgemeester en Wethouders der gemeente TER
NEUZEN maken bekcnd, dat een afsehrift van het
proces-verbaal, vermeldende den uitslag der op 9 Juli
1915 gehouden stemming, ter verkiezing van vijf
Jeden van den Gemeenteraad, is aangeplakt en voor
een ieder ter Gemeente-Secretarie ter inzage ligt.
Ter Neuzen, 9 Juli 1915.
Burgemeester en Wethouders voornoeind
J. IIUIZINGA, Burgemeester.
L. WABEKE, Secretaris.
De Burgemeester der gemeente TER NEUZEN,
brengt ter openbare kennis, dat op
van des morgens acht tot des namiddags vijf uren,
de herstemming zal geschieden ter vervulling van
drie plaatsen in den Gemeenteraad.
De candidaten, in alphabetische volgorde zijn
Tevens wordt de aandacht gevestigd op artikel
128 van het Wetboek van Strafrecht, luidende
„Hij die opzettelijk zich voor een ander uitgevende
aan eene krachtens wettelijk voorschrift uitgeschreven
verkiezing deelneemt, wordt gestraft met gevangenis-
straf van ten hoogste EEN JAAR".
Ter Neuzen, 9 Juli 1915.
De Burgemeester voornoemd,
J. HUIZINGA.