Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. No. 6237. Zaterdag 19 Juni 1915. 55e Jaargang. De Oorlog TWH-BDH BIAD. De algemeene toestand. Belangrijke veranderingen in den toestand zijn nog niet waar te nemen, schrijft bet Alg. Hbl. In het Oosten duurt de strijd, die sedert eenige dagen woedt in bet gebied ten westen en ten zuiden van Lemberg, over het geheele front met onverminderde hardnekkigheid voort. Van de San af tot aan de 'grens van Bessarabie, wordt over een "front van 300 K.M. lengte gestreden, en hoeweFde Duilsch-Oostenrgksche troepen geregeld vooruitgaan, tenminste naar bunne berichten te oordeelen, hebben zij voort- durend rekening te houden met den zeer krachtigen tegenstand der Russen, die her- haaldelgk tegenaanvallen doen en daarbij terrein winnen, dns de Duitsche of Oosten rijksche troepen tot den terugtocht nood- Z&kdQi Maar ondanks dien tegenstand bleken de Ilussen niet in staat, den opmarsch der verbonden legers tegen te gaan. Het resul- taat echter van dien strijd is nog niet te voorzien. Herhaaldelijk tocb bleek het, dat een aanvankelijk zegeviereude opmarsch van legers moet worden gestaakt, wanneer de vijandelijke strijdmacht erin slaagde een goede gedekte stelling in te nemen en zijn artillerie gelegenheid te geven, baar werking te doen. Tot nog toe, zeggen de berichten van Duitsche zjjde, konden de Russen er nergens in slagen, zich van de aanvallen dei bond- genooten los te maken, om gelegenheid te vinden hunne gevechtslinie in meer achter- waarts gelegen^stelliugen te reorganiseeren en zich door het aanleggen van versterkingen en het opwerpen van hindernissen te be- veiligen tegen de onophoudelijke aanvallen waaraan zij bloot staan. Maar, zooals wij zeiden, zoolang het ge- vecht niet geeindigd is, kan over het ver moedelijk resultant weinig worden gezegd, wij I verrassingen nooit zijn buitengesloten, steeds kunnen voorkomen, vooral daar, zoo als het llussisch legerbericht zegt, de strijd met toenemende hardnekkigheid wordt ge- Gevochtea wordt in het Oostelyk front van de Oostzee tot aan de Bessarabische grens, doch niet overal met dezelfde heftig- lieid. Artilleriebeschietingen worden afge- wisseld met infanterie-aanvallen, waarbij nu en dan de cavalerie gelegenheid vindt op te treden, zooals in het gevecht aan de Venta, waar de Duitschers moesten terugtrekken. door de Russische cavalerie achtervolgd. Maar dit is wel een uitzoudering in dezen oorlog, waarin de cavalerie meer als infan- terie in de bopgraven moet vechten, dan gelegenheid heeft door het maken van charges de oude tradities te handhaveu. Even groote wjjzigingen als de lessen uit dezen oorlog zullen brengen in de oefenings- wjjze der infanterie, en in het gebruik der artillerie, zullen er ten slotte uit voort- vloeien voor de taktiek der cavalerie, wier aanvankelijke verkenningsar'beid al heel spoedig zal worden overgenomen door de vliegers, en die dan naast de infanterie, met karabijn of met machinegeweer, in de loopgraven zal moeten strijden, voor zoover zij niet voor ordonnansendienst noodig is. Doch de teletonische verbinding tusschen de bevelhebbers en de afdeelingen in het gevecht hebben ook daarin wgziging ge- bracht. De operaties der ltaliaansche troepen aan de Oostenrijksche grenzen blijven nog be- perkt tot de gewonnen gebieden in het dal van de lsonzo-, waar de Italianen zich ver- sterken. In de bergpassen ten oosten en ten westen van den Monte (Jroce arnico poogden de Oostenrijkers tot bet offensief over te gaan. u Het was hier, zooals de 1 imes in herinnering brengt, dat de chef van den Oosten rijkschen generalen staf, baron t on- rad von Hotzendorf, offensieve werken had laten aanleggen, om in geval van een oorlog de Oostenrijksche troepen te con- centreeren in het Gail-dal, en ua de passen geforceerd te hebben, door te dringen in de valleien van de Fela, Chiarso, Degano en Tagliamento. Die passen zijn echter door de Italianen krachtig versterkt, zoodat het forceeren ervan, zonder groote opoffe- ringen, onmogelijk schijnt. Het ltaliaansche legerbericht maakt mel ding van een beklimming van de Monte Nero door de Alpenjagers, waarbij een Oostenrijksche stelling werd bestormd en 300 Oostenrgkers werden gevangen genomen. De berichten van het westelijk front blij ven onbelangrijk. Bij Tperen slaagden En gelsche en Fransche strijdkrachten etin een aanval te doen op de Duitsche stellingen, en eenige loopgraven te nemen. Doch zuide- lijk daarvan in de nabgheid van La Bassee werden de aanvallen, na een hevig gevecht, afgeslagen. De berichten over de gevechten bij Lo- retto loopen weer eenigszins uiteen, evenals die over den strijd in de Vogezen. De Fransche berichten spreken van terrein winst, de Duitsche beweren, dat de Fransche aan vallen overal werden afgeslagen. Het Fran sche legerbericht meldt, dat de Braunkopf door de Fransche troepen werd bezet, waarbij 350 Duitsche krijgsgevaugenen, benevens eenig oorlogsmaterieel in handen der Fran- sehen vieleu. Wjjzigingen van eenig belang in den toestand werden door deze gevechten en aanvallen niet veroorzaakt. Belangrijk is zeker de verklaring, door minister Asquith afgelegd bij de behande- ling van het tweede crediet van 250 millioen pond sterling in het Lagerhuis. Het is vanzelfsprekend, dat de minister met ver- trouwen en besliste zekerheid sprak over de toekomst, over de eindelijke overwinning der geallieerden. Hij besloot zijn rede met de verklaring, dat jEngeland het zwaard niet in de scheede zal steken, voordat Belgie alles heeft teruggekregen wat het verloor, en zelfs meer dan dat, voordat Frankrijk voldoende gewaarborgd zal zijn tegen agressie/e aan vallen, voordat de rechten der kleine volken op een onaantastbaren grondslag zullen zijn gewaarborgd, en voordat de militaire over- heersching van Pruisen geheel en voorgoed zal zijn veruietigd." Gent leent geld. - Ondersteun- den. Gedwongen arbeid. - Geen ijzei*en, maar toch xonderling geld. - Voor de krijgsgevangeneti. De correspondent van de Tel. te Sluis schrgft ons d d. 15 Juni De gemeecteraad van Gent heeft een crediet van 6250 fr. toegestaan aan de gemeeute Zwijnaarde, die haar boete aan de Duitschers niet kon betalen. Aan't Amands- berg leende Gent 10,000 fr. voor openbare werken. En toch heeft Gent ook zelf veel zorgen. Men ondersteunt er 9300 manneu, 7800 vrouwen en 5056 kinderen boven 16 jaar, die totaal werkloos zijn; in 't geheel dus 22,156. Verder: 6000 mannen, 5200 vrouwen en 3600 kin deren van boven de 16 jaar, die gedeeltelijk werkloos zijn; dus in 't geheel 14 800. Rekent men de leden der gezinnen dan bedraagt het aantal ondersteunden 51.325. Wekeljjks geeft men voor die ondersteuning 109 200 frank uit. Het nationaal Comiteit betaalt hiervan 100.000 frank Men zal nu die ondersteuning verleenen onder den vorm van bons van 25 en 50 centiemen, die alleen geruild kunnen worden tegen eetwaren en voorwerpen van dagelijks gebruik. Met die bons kan men in alle winkels terecht. Het werk van de voeding zal van 15 tot 20 Juni opnieuw worden georganiseerd. Men heeft eenigeu tjjd geledeu gemeld, dat de stad Gent gzeren geld in omloop zou brerigen. Van dit plan heeft men afgezien, omdat het materiaal geheel onge- schikt was. Men zal nu vermoedelijk een andere grondstof kiezen, een mengsel van koper met aluminium. Gent zal voorts 2.000.000 fr.-briefjes van 100 frank en 500.000 fr.-briefjes van 20 fr. in omloop brengen. Verscheidene Geutsche fabrikanten hebben een schrijven van de Duitsche overheid ontvangen, waarin ze worden aangemaand, voor het leger te werkenbij weigering zouden de fabrieken onder militair best uur worden gesteld. Men is nieuwsgierig naar het besluit van de fabrikanten. Bij bevel van de Duitsche overheid mag aan de krijgsgevangenen niet meer dan een pakket per maand worden gestuurd. Dit mag ten hoogste vijf kilogram wegen. Meerdere pakketten zullen aangeslagen wor den. Een pak mag geen brieven, druk werk, lucifers, wapens of vloeistoffen bevatten. Eveumin waren, aan bederf onderhevig. De vernietiging van een Duit sche onderzeeboot door Scheveningers verhaald. In verband met een officieele mededee- ling van den Duitschen marinestaf, dat de Duitsche onderzeeboot VU 14" van haar laatste onderneming niet is teruggekeerd en als verloren moet worden beschouwd, verneemt het Hbl. dat de bemanning van den te Scheveningen binnengekomeu logger //Sch. 347", schipper E. Grootveld en toe- behoorende aan de reederij J. J. van der Zwan te Scheveningen, verklaard heeft te hebben bijgewoond tijdens de reis van den logger, dat in de eerste week van Juni vjjf bewapende Engelsche treilers een Duitsche duikboot in den grond boorden, waarbij de kogels langszijde den logger vlogen. De duikboot zou acbter den logger bescherming hebben gezocht. Alleen komt het nummer van den onderzeeer niet uit, daar deze volgens de bemanning van den logger de ,/U 10" zou geweest zijn. In aausluiting aan het reeds vermelde omfrent de Duitsche onderzeeboot U 14 wordt nog het volgende vernomen Schipper E. Grootveld van het logger- schip Sch. 347, reeder J. J. van der Zwan, te Scheveningen, rapporteert, dat hij Zater- dag 5 Juni l.l. 's morgens vroeg in de Noordzee op 57 gr. 16 min. N.B. en 1 gr. 16 min. O.L. juist zijn vleet van de haring- vangst hebbende binnengehaald, heeft bij gewoond, dat een plotseling opgedoken Duitsche onderzeeer (vermoedelijk de D 14), waarvan hij een ondeelbaar oogenblik te voren den periscoop had ondekt, tweeschoten loste op een Engelschen trailer, bewapend met een- kanon van 7.5 c.M. en bemand o. a. met twee Engelsche marine-matrozen. Vermoedelijk had de onderzeeer door de zwaar betrokken lucht niet gezien, dat nog vier andere Engelsche treilers, soortgelijk bewapend en bemand, in den omtrek waren. Na het lossen dier schoten, waarmede de onderzeeer wilde te kennen geven, dat de bemanning van den treiler er af moest komen, bracht deze echter de stoomfluit in werking, waarop de vier andere treilers onmiddellijk opdaagden en de vijf tegen- standers nu op hun beurt den onderzeeer terstond de voile laag gaven. Daardoor werd deze danig in het voorschip getroffen, dat oinhoog ging, terwjjlffiet achterschip onder water bleef. De onderzeeer kon hierdoor niet meer duiken en werd door een dei; treilers geramd. Na nu geheel te zijn ondergegaan, dook de onderzeeer een oogenblik op, waarvan zijn bemanning, 44 mau sterk, gebruik maakte om met de zwemgordels over boord te springen, waarop de onderzeeer een p-aar minuten later voor goed onderging. De drenkelingen werden alien door de bemanningen der treilers op- gepikt, die koers naar Peterhead zetten, waar ze de geredden aan land brachten. De treiler, die het eerst in actie was, behoorde te Grimsby thuis en had een num mer in de vgfhonderd. Van dit drama, dat zich in korteu tgd afspeelde, was op 200 M. afstaud de logger Sch. 347 getuige, alsook de Sch. 194. Beide liepen elk oogenblik gevaar te worden getroffen door de her haaldelijk over hun vaartnigen heen flui- teude kogels, welke in hun nabgheid iu het water ploften, maar gelukkig bleven ze ongedeerd. Voordat de gewapende Engelsche stoom- treilers vertrokken, kwameu twee Engelsche matrozen en een Engelsche schipper met geladen revolver aan boord van de Sch. 347, genaaml »Adriana", om de papieren in te zien en te trachlen enkele inlichtingen in te winnen, waarop echt«r geen antwoord kon worden verstrekt. Nadat de papieren in orde waren bevonden en de bemanning aldus met den schrik was vrijgekomen, kon schipper Grootveld de reis voortzetten en in de omgeving zijn vleet weer uitzetten. Aan de ideutiteit van de Sch. 347 had gedurende de reis niets outbroken want de Ned. vlag was bestendig ontplooid, het- geen ook hielp bij het verschijnen een week te voren op 600 M. boven het vaartuig van twee Zeppelins, die echter bij het waarnemen van de nationaliteit huns weegs gingen. Dinsdagochtend is schipper Grootveld van de veelbewogen reis met de aanzienljjke en heste vangst van 16 last having beboudeu de Scheveningsche haven binuengekomen. Te Brugge. Twee Belgische Otficieren. Kranig op- treden van (len Burgeineester. De weerbare inannen. Men schrijft van Belgische zijde aan het Hbl. Bij de Kommandantur te Brugge was een naamlooze brief toegekomen, die er begrijpelijke beroering teweegbracht. Naar luid van den inhoud, waren twee Belgische officieren in de stad gebleven, na de be- zetting door de Duitschers, en zij waagden het nog hun wapens op een zichtbare wijze te dragen. De brief gaf zelfs de narnen dier officieren duidelijk op: het waren Jan Breydel en Pieter de Coninck. Er is dadelijk een nauwkenrig onderzoek bevoleu. Het gebeurde met de meeste omzichtigheid, het heele stelletje van de spionnen werd in werkking gezet en alle onderofficieren werden aangemaand bij de ontdekking van de waaghalzen gewapende hulp te verleenen. Men zochc en zochtin de bevolkingsregisters, bij de politie, in de hotels, in particuliere huizen. Het was aldra de heele stad door bekend, dat de Belgische officieren, als ze gevonden werden, tot den kogel zouden verwezen worden. Er ging een geweldige schaterlach door de heele stad. Men lachte zoo luid, dat het ook tot de Duitsche hersens is door- gedrongen de vrijheidshelden Breydel en De Coninck, die in 1302 hun land tegen vreemde overheersching vrg vaard-n, staan in brons vereeuwigd op de markt te Brugge. O, die gezonde lach der Belgen, zelfs in deze tragische tijden. Wat is die een bewijs van oerkracht in dat onvergaukelijke ras De burgemeester van Brugge houdt zich kranig. Graaf Visart de Bocarme is nu 80 jaar oud, maar sedert de aeht maanden, die de bezetting nu al duurt, heeft hij niet opgebouden ten voile den plicht te ver- richten, dien zijn ambt hem oplegt en de belangen van zijn stad en zijn onderhoorigen te verdedigen. Onlangs werd de stad weer een zware boete opgelegd. De Duitschers haddeu Fransche en Belgische soldaten door de straten gevoerd en de bevolking hadgeroepen: //Leve Belgie!" »Yive la France!" Dit was weer een middeltje om munt te slaan, en de overheei schers lieten het niet na. Maar de grijze burgemeester is naar de Kommandantur toegegaan en heeft aan zijn verontwaardiging li.cht gegeven./Mijn- heeren," zei hij, //gedurende de eerste twee maanden van den oorlog werden de meeste Duitsche krijgsgevaugenen naar hier ver- voerd. Te zamen met de andere overheden van de stad heb ik toen alle maatregelen genomen opdat die krijgsgevangenen zouden geeerbiedigd worden zooals het behoort en ik heb ze altoos in gesloten lijtuigen laten vervoeren, zoodat zij zooveel mogelrjk aan de nieuwsgierige blikken zouden onttrokken worden. Nu komt gij zelf' onze eigene soldaten door onze straten voeren en gij laat ze het voorwerp zijn van de spotter- nijen van uw manschappen. Gij daagt ons volk uit, en wanneer sommige van de in- woners lucht geven aan hun gevoelens, dan sluit gij ze op in de gevangenis. Dit noem ik een misdaad, dit is onmenschelijk." De Duitsche overheid heeft den burge meester niet in het ongelgk gesteld en is zoo goed geweest hem, noch de stad voor zijn stoute doorspreken een straf op te leggen. Ten eicde verdere aanvallen van vliegers op hun benzine-depots te vermijden, hebben de Duitschers hun heele stock benzine, bij geringe hoeveelheden, ondergebracbt in bijzoudere huizen. De Duitschers zijn hoe langer hoe meer in de weer om alie weerbare manneu van 17 tot 35 jaar te enregistreeren en onder toezicht te houden. Niet alleen moeten dezen zich tweemaal in de week komen aanmelden, en worden hun naastbestaanden voor een gebeurtelijke vlucht over degrees aansprakeiijk gesteld, maar ze worden ook verplicht een identiteitskaart op zak te dragen. Met welke bedoeliug dit toezicht op de weerbare mannen gedaau wordt, blijkt uit het feit, dat onlangs uit de omstreken van Rijsel, waar het voor de Duitschers gevaarlijk wordt, 700 jonge mannen gevankelijk weg- gevoerd* zijn. Men wil beletten, dat zij zich, bg een mogelijk achteruittrekken van het Duitsche leger, bij de geallieerden als sol daten zouden aar.geven. Lemberg bedreigd. ,/Keiue Schule, grosser Sie g." ^Binnenkort zullen de schoolkiuderen te Berlijn en Weenen wederom met deze bood- schap thuis komen, als Lemberg door de Russen zal zijn ontruimd, schrijft de Tel. Want het wordt meer en meer duidelijk, dat de Russische generate staf voor het behoud van de Galjcische hoofdstad geen grooten veldslag zal wagen. Liever dan tot het uiterste weerstand te bieden, schijnen de Russen naar het grensgebied te willen terugtrekken. Verscheidene weken duurt thans het Duitsch-Oostenrijksche offensief in GaliciS. Het begon met den slag Gorlice-Tarnow en het is een groote vraag, of het reeds met de bezetting van Lemberg zal eindigen. Over de beteekenis en het resultaat van deze offensieve bewegiug wordt zeer ver- sehillend geoordeeld. Er zijn zelfs militaire autoriteiten, ook in neutrale landen die iu haar het keerpunt van den oorlog, de vernietigiDg van het Russische leger zien. Deze op- vatting is zonder eenigen twijfel overdreven. Wellicht heeft het in de bedoeling der Duitschers gelegen, in Galicie een beslissing te verkrijgen, maar, indien dit zoo is, dan zgn zij daarin niet geslaagd. Telkens als zij beweerden de vijandelijke linies te hebben doorbruken, bleek het, dat het verband tusscheu de Russische legers was biijven bestaan en dat van een in twee deelen snijden van het Russische front geen sprake was. Als een reusachtige slang blijft de llussische legermacht zich laugs het Duit sche en Oostenrijksche grensgebied van Libau tot Roemenie kronkelen. Wel slagen de Duitschers en Oostenrijkers er nu en dan in, een bocht, die te dicht nadert, weg te duwen, maar het dier zelf in tweeen te snjjden en dooden, kunnen zij niet. Het heeft altijd tot de tactiek der Russen behoort liever slagen te ontwijken, dan ze direct te pareeren. Zij kunnen dit systeem in toepassing brengen, omdat terrein-verlies op zich zelf voor hen nooit beslissend kan zijn. Warschau is voor Rusland geen Parijs en Higa geen Calais. Toch hebben de Russen in dezen oorlog nooit (eir in ontruimd, dat voor hen, met het oog op hun legerorganisatie van betee kenis was. Indien men het Ruissische spoorweg- en vesting-systeem beschouwt, dan ziet men onmiddellijk, dat de geheele strook van Polen, die zich op het oogen blik in handen der Duitschers en Oosten rijkers bevindt, door het Russische leger- bestuur besterad was, om aan den vijand te worden overgelaten. Daareutegen zijn de eentrale rnogend- heden er nooit in geslaagd door den vesting- gordelKovno-Grodno-Ossowiec-Lomza-Novo Georgiewski-Warschau-Ivangorod heen te breken. Het is juist binnen dezen gordel, dat zicb alle strategische spoorwegen van Rusland bevinden. Duidelijk blijkt hieruit, dat de Russen, indien zij gebied ontruimen, zij volgens een goed doordacht plan te werk gaan. Zij, die aan den terugtocht van het Russische leger uit Galicie zulk een overdreven beteekenis hechten, zullen goed doen deze algemeene waarheid in het oog te houden. Trouwens, wat kan het doel van het Duitsch-Oostenrijksche offensief in Galicie zijn V De Duitsche pers zegt het Oosten- rijksch gebied van vijanden te zuiveren. Alsof Duitschland in dezen strijd op leven en dood zich door dergelijke gevoels- argumenten zou laten leiden Als men ziet, welk een ontzaglijke troepen- macht Duitschland in Galicie had gecon- centreerd, welk een geweldige artillerie ter besehikking van het leger van Mackenzen was gesteld en hoe de geheele Oostenrijk sche strijdmacht met de Duitschers samen- werkte, terwgl aan de ltaliaansche grens slechts observatietroepen waren achterge- laten, dan kan het geen twijfel lijdeu, of het offensief in Galicie had, volgens de plannen van den Duitschen generalen staf voor Rusland doodelijk moeten zijn. Dat het dit niet werd, danken de Russen aan un systematisch retireeren. Hoe ordelijk en weloverwogen hun terugtocht plaats heeft, bewijst de geringe buit, die den Duitschers in handen valt. Zelfs Przemysl was geheel ontruimd, toen de verbondenen daar binnenrukten. Zoo- doende bljjft het resultaat van den Duitsch- Oosteurijkscheu opmarsch iuderdaad beperkt tot de herovering van het Oostenrijksche grondgebied, maar van een wegneming der Russische bedreiging is geen sprake. Het is duidelijk, dat de Duitschers en Oostenrijkers hun offensief niet in het oneindige kunnen doorzetten. Uitgeput door verliezen eu gedwongen door den militairen toestand op de andere oorlogsterreinen, zullen zij binnenkort in Galicie hun op marsch moeten stakeu. Welk nut heeft dau hun grootsch opgezette campagne gehad. Een stoot in het hart is den Russen niet toegebracht. Ten hoogste hebben zij eenigszins zwaarder verliezen dan de Duitschersgeleden. Daaren- tegen kunnen de Russen zich sneller herstel- len, vooral nu via Archangel de aanvoer van munitie wederom op normale wijze plaats heeft. Ons vertrouwen in het Russische leger is daarom door de jongste gebeurtenissen in Galicie geenszins geschokt. De Russen zullen voortgaau hun taak, het vasthouden van een zoo groot mogelijk aantal vijandeljjke troepen te volbrengen. Zjjn zij eenmaal met de organisatie van hun nieuwe legers gereed en is voor al hun artillerie voldoende versterkt, dan zullen zij opnieuw tot het offensief overgaan. Wanneer deze periode zal aanbreken, is inoeilijk te voorspellen. Pessimisten ver- moeden, dat het tot het najaar duren zal, alvorens Rusland het hoogtepunt van zgn militaire macht zal hebben bereikt. Hier- tegenover staat, dat het Duitsche leger thans tot de grootst mogelijke ontplooiing van zijn militaire capaciteiten gekomen is en veroordeeld schijnt in de komende maanden langzaam maar zeker in weerstandsvermogen af te nemen. Oe Engelsche schietvoorraad. De bewegiug tot vermeerdering van de productie van projectielen en munitie door vrijwilligen arbeid, breidt zich steeds uit, zoo meldt een bericht uit Londen. Maan- dag kwam een reeks van handelslieden zich laten inschrijven voor de vrgwillige muni tie-brigade en tegen het einde van den dag waren reeds bijna duizend namen toege- voegd aan de reeds zoo lange lgst van man nen, die hun vrijen lijd, hun Zaterdagna- middagen en Zondagen ter besehikking van de regeering hadden gesteld voor de fabricage van munitie. O. a. hebben 400 beambten van de Lon- densche onderwijs-commissie ook hun dien- sten aan de regeering aangeboden. Een treffend voorbeeld van het patrio- tisch gevoel, dat alle klassen der maat- schappjj doordringt is het feit, dat lord Norbury, reeds 52 jaar oud is, als srewoon monteur in een vliegmacbine-fabriek werk- zaam is van 6 uur 's ochtens tot 7 uur 'savouds, en tegelijk met de andere werk- lieden schaft en in elk opzicht evenals dezen wordt behandeld. Zgn vrouw, lady Norbury werkt in de koffie-kantine voor de soldaten in het Euston-spoorwegstation. 1 o uoit I I

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1915 | | pagina 5