algemeen nieuws- en abvertentieblad voor zeeuwsgh-vlaanderen.
De krijgsbedrijven.
No. 6237.
Zaterdag 19 Juni 1915.
55e Jaargang.
De Oorlog.
m mm
ABONNEMENT:
ADVERTENTlfiN
Telefoon 25.
Bit Blad verscfeijnt Maaadag-, Woensiiag- en Yrijdagayond, uitgezoBdsrd op Feestdagen, by de Firma P. J. YAN BE 8ANDE te Ter Kenzen.
150 SBSTB IBILJL33.
B1NNENLAM0.
Per 3 maanden binnen de siad f\—Franco per post voor Nederland 1.10.
Bij vooruitbetalingvoor Belgie 1.40, voor Ned.-Indie en Amerika 1.65,
overig Buitenland 2.
Men abonneert zich bij de Uitgeefster, of buiten Ter Neuzen ook bij alle
Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievenbushouders.
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer f 0.10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de
prijs slechts tweemaal berekend.
Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief.
Inzending van advertentien voor 1 uur op den dag der uitgave.
Het bericht omtrent deD papier-
nood in .Nederland, zal ook a&n
onze lezers wel niet zijn ontgaan. Wij
hadden getracht ons door een tijdens den
oorlog gesloten contract voor voldoenden
voorraad gedurende een zeer ruitn tijdsver-
loop te dekken. Door intusschen inge-
treden veranderde omstandigheden, kon dat
contract wegens force majeure niet gekand-
haafd worden.
Ondertusschen hebben we ons, door het
onmiddellijk aangaan eener nieuwe over-
eenkomst, van de levering eener andere
partij courantenpapier weten te verzekeren,
zoodat onze lezers gewaarborgd zijn, dat
de uitgifte van ons biad door papier-gebrek
gedurende den oorlog niet zal bekoeven te
worden gestaakt. Het zou er althans zeer
bedroevend uitzien, wanneer de oorlog op
het tijdstip dat die nieuwe voorraad verbruikt
kan zijn, nog niet beeindigd was. We
hopen beter
DE UITGEEFSTER.
EERSTE KAMER.
Vergadering van Donderdag.
Eedsvraagstuk.
ASn de urde is de voortzetting va» de
discussie over het wetsontwerp tot nadere
regeling van het eedsvraagstuk.
Aan het woord kwam, volgens de H. Crt.'
thans de Minister van Justitie, de heer Ort,
die herinnerde aan de woorden van dank in
de memorie van antwoord tot de Eerste
Kamer gericht, wegens de spoedige behan-
deling van dit onlwerp, daar een noodtoe
stand was ontstaan door het bekende arrest
van den Hoogen Raad. De noodtoestand
wordt vervolgens door spreker uitvoerig ge-
schetst. Ze bracht rechteloosheid in tal van
opzichten. Men moge bedenkingen hebben
tegen het ontwerp toch mag niet uit het
oog worden verloren de toestand, door het
arrest geschapen.
Wel degelijk kan hier gesproken worden
van een gevestigde jurisprudentie. Er was
dringende voorziening noodig. Spreker wijst
o. a. op de eeden, gevorderd bij benoemin-
gen, en inzake de Sucoessiewet en ernstige
strafzaken. De Regeering was zoo van *de
noodzakelijkheid van wetswijziging door-
drongen, dat ze reeds eenige dagen na het
arrest een ontwerp indiende, lietgeen o. a.
mogelijk was door het onderzoek van de
Staatscommissie betreffende wijziging van
het Wetboek van Strafvordering, waarvan
spreker deel uitmaakte. Dat de zaak te
haastig is voorbereid, geeft spreker den beer
van der Biesen niet toe. Het arrest maakle
den noodtoestand overduidelijk djit in ant
woord aan den heer Kuvper. Spreker tracht
vervolgens aan te toonen, dat andere stel-
sels onuitvoerbaar zijn.
Afschaffing van den eed acht spreker in
strijd met het religieus karakter der natie.
Volledige vrijheid tusschen eed en beiofte,
afgescheiden van gemoedsbezwaren, bracht,
naar het oordeel der Regeering, verschil-
lende bezwaren met zich; voor de waarheid
in de getuigenverklaring en de rechtszeker-
heid werden daarvan nadeelen geducht.
Het aanlal ongeloovigen is in ons land
relatief niet groot. Vrijgesteld werden de
ongeloovigen: de vrijheid van conscienlie
gebiedt zulks. Ook uit praktisch oogpunl,
voor den ongeloovige is de eedsdwang een
schijnvertooning, dient de ongeloovige te
worden vrijgesteld. De wel-geloovige, zoo-
wel tot, als niet tot een kerkgenootschap
behoorende, dient volgens hetzelfde stelsel
te worden vrijgesteld van den eed. Die op-
recht meent bezwaren te hebben tegen den
eed, dient te worden vrijgesteld, en om nu
te voorkomen dat anderen ook de gelegen-
heid zouden hebben van de vrijstelling ge-
bruik te maken, kwam spreker tot het toet-
singsrecht.
De verschillende bezwaren, tegen dat
toetsingsrecht ingebracht, tracht spreker te
weerleggen. De rechter heeft de gemoeds
bezwaren zelf niet te wegen, doch slechts
te onderzoeken of de getuige te goeder
trouw is.
Rijna dagelijks heeft de rechter als
psycholoog op te treden; ook dat is dus
niets nieuws.
De rechter moet door eigen aanblik drin-
gen in de ziel van den getuige en zich een
oordeel vormen naar de studie op den
levenden mensch. Dat de eene rechter an-
ders kan oordeelen dan de andere, is niets
ongewoons. Het toetsingsrecht is in Enge-
land reeds tal van jaren met bevredigend
resultaat toegepast, en is ook reeds aan
niet-rechtcrlijke ambtenaren toegekend. In
de Staatscommissie hier te lande, dat het
toelsingsrechl als doellreffend prees, zaten
tal van lieden, door lange ervaring met onze
rechtspraak volkomen op de hoogle.
Dat door het ontwerp de eed feitelijk
faeullatief zou worden gesteld, ontkent spre
ker, omdat de meerderheid van ons volk
geen bezwaren tegen den eed heeft. Spre
ker ontkent voorts, dat de ongeloovige zou
worden bevoorrecht: de eed wordt gesteld
als regel, waarop echter zekere uilzonderin-
gen noodzakelijk zijn. De geloovige kan
zich niet gegriefd gevoelen, omdat van hem
iets gevraagd wordt, dat de ongeloovige niet
geven kan en niet geven mag. Dat men den
ongeloovige meer vertrouwt dan den geloo
vige is een onjuisle conclusie. Ware een
krachtiger middel dan de beiofte voor den
ongeloovige te bedenken, dan zou het zeker
worden verlangd. Voor alien bestaat de
verpjichting lot den eed en voor alien zijn
ook uitzonderingen loegelaten.
Dit onlwerp is het compromis, waartoe
na jaren de verschillende polilieke partijen
zijn gekomen, en schendt dus niet het Be-
stand, zooals de heer Kuyper beweerde.
Door dit wetsontwerp te verwerpen stelt
deze Kamer de kwestie scherper dan ooit.
Spreker vreest ernstig, dat reeds de debat-
ten van deze dagen de moeilijkheden zullen
vermeerderen, en een verwerping zou dat
zeker nog meer doen. De moeilijkheden
groeien dagelijks en beperken zich niet tot
Amsterdam alleen. Voor dezen toestand
moeten andere bezwaren wijken. De Re
geering bleek tot offers bereid; mag het
zelfde niet gevraagd worden van deze hooge
vergadering? Met vol vertrouwen laat spre
ker haar de beslissing.
Bij de replieken verklaart de lieer Kuyper,
dat zijn bezwaren niet werden opgeheven.
Spreker wijst er op, dat in ,,De Dageraad"
is betoogd, dal ook de ongeloovige niet het
minsle bezwaar behoeft te hebben tegen den
van hem gevorderden eed. Ook de heer
Van Houlen plaatste zich op dat standpunt.
Spreker heeft wegens het Bestand niet prin-
cipieel gestreden.
Tot een noodmaatregel was spreker be
reid geweest. Dat tusschen rechts en links
over deze zaak geen geschillen bestaan,
is, ondanks verklaringen van den heer
Heemskerk en anderen, onjuist.
Ten slotte dupliceert nog kortelings de
Minister, die er op wijst, dat hij op het
oogenblik heeft te verdedigen het ontwerp,
zooals de Tweede Kamer het aannam, en
dat een ieder iets van de eigen gevoelens
moet opofferen, om een eind te maken aan
den huidigen, anarchistischen toestand.
Het ontwerp wordt daarop met 23 tegen
17 stemmen verworpen (rechts tegen links).
De Rijksinkomsleiibelasling.
Aan de orde is vervolgens de inlerpellalie-
Van Nierop, omtrent de toepassing van art.
13 der wet tot heffing eener inkomstenbe-
lasling op dividenden en andere winstuilkee-
ringen van naamlooze vennootschappen.
Spreker wijst er op, dat er omtrent ar-
tikel 13 groote onzekerheid heerscht in het
land. Wat beteekent: „winslen enz., die
het laalste kalenderjaar heeft opgeleverd"?
De Minister heeft dat in een cireulaire,
in de dagbladen gepubliceerd, op verschil
lende gronden uiteengezet. Die gronden acht
spreker aannemelijk. Echter heeft hij be
zwaar, dat verschil gemaakt wordt tusschen
dividenden en tantiemes, en wel omdat deze
laatsten verband houden met zekere dien-
sten. Waarop steunt dat? Artikel 13 drukt
slechts een algemeen beginsel uit.
Dikwijls wordt de balans van naamlooze
vennootschappen pas opgemaakt na 1 Mei.
Men zal dus zijn inkomsten schatten, en
dat gesehiedt in den regel niet te hoog.
Het kan tegenvallen, zoo zal men vaak rede-
neeren, en met allerlei mogelijkheden wordt
dan rekening gehouden. Moet men nu op-
geven hoeveel men genoten heeft over het
afgeloopen jaar, dan kan het antwoord in
zoo'n geval luiden: „niets". Hoeveel het
nog zal opleveren, daarnaar wordt niet ge
vraagd.
De Minister van Financien, de heer Treub,
erkent, dat het artikel niet zeer duidelijk
is. Spreker meent, dat uit het bewuste ar
tikel duidelijk blijkt, dat inkomsten uit ver-
mogen berekend worden over 't kalender
jaar, uit arbeid over het boekjaar. Spreker
meent, dat de opgaaf van inkomsten over
een bepaald boekjaar geen moeilijkheden
kunnen opleveren. Men heeft te veel willen
samenvatlen en is daardoor onduidelijk ge-
worden. 'Spreker wil gaarne een redactie-
wijziging voorstellen. Spreker treft heele-
maal geen sehuld, want toen de wet werd
samengesteld, was hij nog geen Minister.
De heer Van Nierop repliceert.
De heer Van Holthe tot Echten is het
met den Minister eens, dat de belastingbeta-
ler zich eenvoudig heeft af te vragen, wat
een bepaald aandeel hem in het afgeloopen
jaar heeft opgeleverd, onverschillig van welk
boekjaar. Z. i. diende niet in de wet te
staan wat een bepaald jaar oplevert, doch
wat in een bepaald jaar is genoten.
De heer Cremer is het geheel met den
vorigen spreker eens. Onjuist is het dat de
wet spreekt van ,.zuiver heeft opgeleverd",
want verschillende inkomsten moeten wor
den vastgesteld bij taxatie.
Na dupliek van den Minister en tripliek
van den heer Van Nierop komt aan de orde:
De oneerlijke mededinging,
bet ontwerp lot aanvulling van het Wetboek
van Slrafrecht met een nieuw artikel tot
bestrijding van de oneerlijke mededinging.
De heer Aalberse, lid der Tweede Kamer,
door den voorzitter van dit college aange-
wezen om het ontwerp te verdedigen, wordt
ter vergadering binnengeleid.
De heer Laan is tegen strafbepalingen en
noeml verbieden een sleclite methode van
opvoeden. Door keuren trachtte de Over-
heid in vorige eeuwen in alles te voorzien.
Het gaf echter niets. Strafbepalingen mogen
z. i. slechts gesteld worden in het belang
van den Staat.
Nog noemt spreker het onpraktisch, als
voorgeschreven zou worden natte waren per
maat en droge per gewicht te verkoopen.
De heer Aalberse dankt deze Kamer voor
de vriendelijke ontvangst van zijn ontwerp.
Wil men zich op het standpunt plaatsen,
dat de wereld bedvogen wil zijn, dan kan
men ook de wettelijke bepalingen tegen be-
drog wel afschaffen. Dit ontwerp zal mede-
werken om den naam van Nederland in het
buitenland hoog te houden.
De keuren ginger tegen concurrentie, dit
ontwerp alleen tegen oneerlijke concurren
tie. 'Het ontwerp generaliseert, doch vaag
is het zeker niet. Het criterium: „mislei-
ding" is duidelijk genoeg.
Het ontwerp werd zonder hoofdelijke
stemming aangenomen.
TJiibrei&ing van den landstorm.
Twee van de vi)f afdeelingen der Tweede
Kamer zjjn Woensdag met hefc onderzoek
van de verschillende wetsontwerpen gereed
gekomen, en de drie overige zullen heden
hoogstwaavsehijnlijk haar taak beeindigen.
Het verluidt, dat het wetsontwerp tot
i adere uitbreiding van den landstorm, enz.,
bij meer dan een groep zeer ongunstig is
ontvangen, en dat overheerscbend waren
twee meeningen, n.l. dat dit wetsontwerp
nooit anders zou mogen beschouwd worden
dan als een noodmaatregel, en voorts, dat
het ver heenreikt over den tijd, voor welken
dergelijke maatregel zou mogen strekken.
Geinterneerden.
Men meldt uit Alkmaar aan het Hdbl.,
dat aan verschillende Duitsche geinterneer
den te Bergen (N.-H.) toegestaan is, werk-
zaamheden voor particulieren te verrichten,
zoodat thans Duitsche soldaten dienst doen
bij een hotelmaatschappij, een slager, een
kruidenier enz.
Nederland en de heilige oorlog.
Wolff seint uit Konstantinopel aan de
N. R. Crt.
Het Persbureaa maakt een communique
openbaar, hetwelk er op wijst. dat Neder
land een bevriende natie is en de heilige
oorlog alleen is verklaard tegen de landen,
die zich in oorlog met het Kalifaat bevinden,
en dat daarom de afkeuring der Turksche
regeering uitspreekt over een vlugschrift,
uitgegeven door het Turksche eomite voor
nationale verdediging, dat verschillende
stukken bevat, berekend om de Mohame-
danen op Java op te zetten tegen de re
geering van Neder^andsch-Indie. Het vlug
schrift zal eerst mogen worden uitgegeven
na verwijdering ran de gewraakte stukken.
Het eomite voor nationale verdediging
maakt een verklaring openbaar, waarin
het zijn innig ieedwezen uitspreekt over
het bij vergissing in het vlugschrift op-
nemen van de bedoelde stukken.
De ge'interneerde Engelsclie
officieren.
Met bevestiging van het bericht, dat
Engelsche officieren, die in den laatsten tijd
te Groningen zijn geinterneerd, naar Wie-
rickerschans of Urk zullen worden overge-
bracht, wordt uit Den Haag gemeld, dat bij
de Britsche admiraliteit als algemeen beginsel
schijnt te gelden, dat, ingeval officieren ge-
vangengenomen of geinterneerd worden, zij
hun eerewoord, teneinde eenige meerdere
vrijheid te bekomen, niet mogen geven dan
na van de admiraliteit toestemming te hebben
bekomen om hun parool, dat zij niet meer
aan de krjjgsverrichtingen zullen deelnemen
te geven.
Die toestemming was door de ge'interneerde
Engelsche officieren, waarvan hier sprake
is, niet gekregen. Vandaar bun overbren-
ging naar Wierickerschans of Urk, waar-
heen steeds geinterneerde officieren, die hun
eerewoord niet hebben gegeven, worden
overgebracht.
Het Oostenrijtcsche
veldtochtplan.
Het Oostenrijksche plan de campagne
wordt, naar uit Rome gemeld wordt, met
den dag duideiijker. De Oostenrijkers hebben
Ccirz en Tolmino voor een wanhopige ver
dediging in gereedheid gebracht, beseffende,
dat het voor de Italianen onmogelijk is,
hun opmarsch naar Triest voort te zetten
terwijl zij in hun linkerflank worden bedreigd.
De Oostenrijksche krijgsvervichtingen zijn
overal defensief, behalve in het Karinthisch
gebied, waar de Oostenrijkers hun beste
troepen hebben bijeengebracht voor een
krachtig offensief, met het doel, de valleien,
die naar de Venetiaansche provincies leiden,
binnen te vallen. De gedaehtengang van
den Oostenrijkschen generalen stafisklaar-
blijkelijk, dat, indien zjj er in slagen,
Italie op die wpze binnen te dringen, het
geheele ltaliaansche leger het offensief aan
de andere fronten zou moeten staken en
samengetrokken zou moeten worden om het
nationaal gebied te verdedigen van het
Inferno-dal tot Malborghetto. Het geveeht
duurt dag en nac'nt bevig voort op hoogten
van meer dan 7000 voet. Tot dusverre
zijn de herhaalde Oostenrijksche aanvallen
afgestooten op den Italiaanschen tegen-
stand.
De Cittss di Ferrara,
De Weensche correspondent van de N. R.
Crt. schrijft dd. 8 Juni
De heldendaad van den marine-officier
Giasing, die met zijn vliegtuig den Itali
aanschen Parsival-ballon Citta die Ferrara
vernield heeft en de bemanning heeft ge-
vangen genomen trekt algemeen de aandacht.
Tot dusver was een geveeht in de wolken
tusschen vliegers en Zeppelins een gelief-
koosde stof in oorlogsromans. Thans is
de verbeelding werkelijkheid geworden.
Dadelpk bij het uitbreken van den oorlog
had de Citta di Ferrara met zijn 12.000
kubieke meters inhoud zich hier en daar
boven Oostenrijksch grondgebied vertoond.
Op het laatst vloog het scbip over Abbazzia
en Fiume waar eenige bommen naar beneden
werden geworpen en schade aanrichtten in
een chemische en in een oliefabriek. Ook
moet er een vrouw gedood zijn. Na dat
werk verricht te hebben wilde het ltaliaan
sche luchtsehip weer naar Rimini terug,
maar werd door het Oostenrijksche vlieg
tuig L 48 ingehaald en vernield. Twee
officieren en vijf man zijn gevangen genomen.
Wel is waar, had de Citta di Ferrara
kanonnen en ammunitie aan boord, maar
dit baatte niet veel omdat de L 48 veel
hooger vliegen kon en de hoogte bij ge-
vechten in de lucht den doorslag geeft.
Op welke hoogte gevochten is, is nog niet
bekend, alleen weten wij dat de Citta di
Ferrara evenals de meeste Zeppelins, niet
hooger kon stijgen dan 2000 meter, terwijl
een vlieger, gelijk bekend, veel hooger kan.
Dit maakt hem juist zoo gevaarlijk. Want
eer.maal boven het luchtsehip, kan de
vlieger zijn vijand veel makkelijker bestoken
dan omgekeerd. De groote ballon biedt
grooter trefkans dan de kleine vogel. De
soldaten die van het schuitje uit op het
vliegtoestel willen schieten worden natuur-
lijk erg gehinderd door den gelen zak die
boven hen hangt.
Ze kunnen daardoor niet goed richten
en het kleine vliegtuig niet goed zien.
Hooger stijgen kon de Citta di Ferrara niet,
dalen in vijandelijk land ging evenmin en
wegvliegen ook niet, omdat de L 48 veel
vlugger was en zoo kon David Goliath
beschieten en doen zinken. De Citta di
Ferrara was in kamers verdeeld. Dat de
Citta di Ferrara langzaam is gedaald, be-
wijst het feit, dat men de bemanning heeft
kunnen gevangen nemen. De zekerheid,
waarmee de Oostenrijksche marine-officieren
Giasing en Fritseh gemanoevreerd hebben
is boven alien lof verheven en daar zij de
eerste Oostenrijksche vliegers zjjn, die zoo'n
bestuurbaren ballon hebben vernietigd, zul
len beider namen wel in 's lands geschie-
denis vereeuwigd worden. Italie heeft vijf
half stijve ballons. Zg schijnen niet zoo
goed als de stijve Zeppelins, die op hun
stalen ribbenkast een platform hebben voor
een licht kanon.
Van het Westelijke gevechts-
terrein.
Omtrent de krijgsbedrijven ontleenen wij
aan de „N. R. Crt." de volgende telegram-
men:
PARIJS, 17 Juni. (Havas). Officieel be
richt van hedenmiddag:
Ten N. van Yperen hebben de Engelsche
troepen zich meester gemaakt van een linie
Duitsche loopgraven. Hun ten Westen van
La Bassee gemaakte aanwinst hebben zij
niet kunnen handhaven.
In den sector ten N. van Atrecht hfibben
de Franschen op verschillende punten veld
gewonnen, vooral ten O. van Lorette, ten
Z.-W. en ten Z. van Souchez en in het Dool-
hof. Zij hebben 300 gevangenen gemaakt en
verselieidene machinegeweren veroverd.
Ten Z. van Atrecht hebben de Duitschers
hevig de stellingen beschoten, die zij bij de
hoeve van Toutvent hadden verloren, doch
zonder tot een infanterie-aanval over te
gaan.
Bij de hoeve van Quenneviere hebben de
Franschen, na verselieidene Duitsche tegen-
aanvallen te hebben afgeslagen, hun ter-
reinwinst uitgebreid ten N.-W. van de reeds
vermeesterde loopgraven en een honderdtal
gevangenen gemaakt, waaronder 2 pfficieren.
In de Vogezen hebben de Franschen zich
volkomen meester gemaakt van een keten
hoogten, die bet dal van de Fecht beheer-
schen.
Ten N. van Steinbruek en ten Z. van
Melzeral hebben de Franschen eveneens ter-
rein gewonnen tusschen twee armen van
de Boven-Fecht en op de hoogten, die de
dalen van Fecht en Lauch scheiden.
In den loop van den laden Juni zijn
eenige bommen geworpen op Nancy, St. Die
en Belfort door Duitsche vliegtuigen, die
zonder verscliooning te werk gingen. Te
Nancy zijn eenige mensch en, behoorende tot
de burgerlijke bevolking, getroffen.
BFRLIJN, 17 Juni. (Wolff.) Officieel be
richt uit het groote hoofdkwartier:
De stukken loopgraaf ten N. van den
vijver van Bellewaarde, die eergisteren ver
loren waren gegaan, zijn grootendeels her-
overd.
De Engelsehen en Franschen hebben gis-
teren hun poging om ten N. van het kanaal
van La Bassee door te breken, voortgezet.
De Engelsehen zijn door de Westfaalsche
en Saksische troepen in een handgemeen
overweldigd en tot een overliaasten terug-
tocht naar hun stellingen gedwongen.
De Franschen hebben hun hernieuwden
aanval op het front van een punt ten W.
van Lievin tot Atrecht voortgezet.
Op de Lorette-hoogte is den Franschen
een voislagen in elkaar geschoten loopgraaf
gelaten.
Ten Z. van Souchez is het den Franschen
gelukt vasten voet te krijgen in onze stel
lingen over een breed te van omtrent 600 M.
Er wordt daar nog gevochten.
De aanvallen, die gisteren met verspilling
van veel munitie en zonder acht te geven
op de zwaarste verliezen zijn ondernomen,
verkeerden dus weer in nederlagen voor de
Franschen en Engelsehen. De gevechten op
korten afstand, die in ons voordeel uitvie-
len, geluigen opnieuw van de schitterende
dapperheid, de onversehrokkenheid en taai-
heid onzer troepen.
Evenzeer zijn de Fransclie aanvallen bij
Moulin-sous-Toutvent mislukt. Wij hebben
Haar 5 officieren en 300 man van de Fran
schen gevangen genomen.
In de Vogezen duurden de levendige ge
vechten tusschen de Fecht en het Lauch-dal
nog voort, maar 's avonds kwamen zij tot
stilstand. Met uilzondering van eenig ter-
reinveriies ten N.-W. van Metzeral hebben
wij ons weten te handhaven.
De bewering in het offieieele Fransclie
avondbericht van 16 Juni, dat de kathe-
draal van Reims met brandgranaten is be
schoten, is onwaar. Ons vuur was veeleer
gericht tegen de kazernes in het oostelijk
deel der slad, zoomede tegen een batterij
bij den spoordriehoek ten N. van Reims, die
een levendig vuur op onze stelling had ge
richt.
Van het Qostelijke gevechts-
terrein.
ST. PETERSBURG, 16 Juni. (Pet.Tel.-
Ag.) Mededeeling van den grooten generalen
staf
In den omtrek van het dorp Liazkow,
bij de Windau, (d.i. ten N. v/d. spoorweg
LibauMitau) hebben de Duitschers de
laatste drie dagen zonder resultaat aange-
vallen. Het geveeht van Dinsdag eindigde
in ons voordeel.
In de streek van Popeljany (meer zuid-
oostelijk a/d. Windau en noordwestelijk van
Szawle) zijn onze troepen de Wenta (of
boven- Winda) overgestoken. Bij de ver-
volging van den vijand heeft onze cavalerie
eenige honderden Duitschers neergesabeld
en eenige tientallen gevangenen gemaakt.
Het geveeht bij Szawle duurt met afwisse-
lend gelnk voort. Eenige dorpen zijn in
handen van den vijand gevallen. Aan de
Doebissa geschutvuur.
Op het gevechtsterrein aan gene zijde
COURANT
V