BP rag
ALGEiEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD ¥00 ZEEOWSOH-VLAANDEREN.
No. 6224.
Dinsdag 18 Mei 1915.
55- Jaargang.
iiiqi
De Oorlog
ABONNEMENT:
ADVERTENTIEN
is m th i
Telefooa 25.
Bit BM Yerscliijnt Maandag^, Woensdag- en Yrijslaga?csnd, uitgezonfieM op Feestflagsn, bij de Firma P. J. VAN DE 8ANDE te Ter Neuzen.
BINNENLANO.
FEUILLETON.
Per 3 maanden binnen de stad I.—. Franco per post voor Nederland /1.10.
Bij vooruitbetalingvoor Belgie /1.49, voor Ned.-Indie en Amerika 1.65,
overig Buitenland 2.
Men abonneert zich bij de Uitgeefster, of buiten Ter Neuzen ook bij alle
Boekhandelaren, Postdirecfeuren en Brievenbushouders.
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0.10.
Bij direct© opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de
prijs slechts twee ma al berekend.
Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief.
Inzending van advertentien voor 1 uur op den dag der uitgave.
Erger bytyds voorkomen.
Goedkoop brood.
Tot dusver heeft in de verschiilende pro-
vincien bet volgende aantal gemeenteD zieh
Oereid verklaard tarwemeel van de Regeering
te betrekken ter bereiding van Regeerings-
brood a 12-cents per K.G in Zuid-Holland
t»0, in Noord-Holland 30, in Zeeland 25, in
Overijset 0, in Groningen 1 (de gemeente
Groningen), in Gelderland 14, in Limburg
2 (Maastricht en Roermond). in Noord-
Brabant 9. in Utrecht 8, in Friesland 7.
in Drente 1 (de gemeente Meppel).
De prijzen, waarvoor de gemeenten het
tarwemeel van de Regeering zuilen betrekken,
varieeren tusschen f 7 (in Vlaardingen) en
f 13.50 (in Roermond), per 100 KG.
De gemiddelde prijs bedraagt 9 per
100 KG.
Buitcugewoon oorlogscrediet.
Het Nederlandsehe Correspondentiebureau
schrijft:
De mededeeling van den Minister van
Oorlog. bij de jongste Kamerdebatten over
het we tson twerp in zake het nieuwe buiten-
gewoon crediet gedaan, als zou van de in
1914 beschikbaar gestelde buitengewone cre-
dielen tot een bedrag van honderd miiiioen
gulden, vermoedelijk ongeveer 15 miiiioen
onbescliikt zijn gebleven, heeft aanleiding
gegeven tot misverstand.
Daarom wordt er de aandaciit op geves-
tigd, dat de beide in 1911 toegestane buiten
gewone credieten, elk van 50 miiiioen, niet
anders waren dan verhoogingen van de ge-
wone oorlogsbcgrootiug voor tret -dienstjaar
1914. Vandaar, dal de bedragen, waarover
op 31 December 1914 niet was beschikt,
verder onaangeroerd moesten blijven, om-
dat het den Minister niet vrijstaat, voor uit-
gaven, gedaan in 1915, gebruik te maken van
fondsen, iiem voor 1914 toegestaan.
Hieruit volgt tegelijkertijd, dat van de op
12 dezer door de Tweede Kamer gevoteerde
nieuwe 50 miiiioen, dienende ter verhooging
van de oorlogsbegrooting voor 1915, in de
afgeloopen 4Vg maand reeds een zeer aar.-
zienlijk deel is verbruikt.
Belastmg-ambienaren.
De belasling-ambtenaren, die tot dusver
onder de wapenen waren, zoowel miliciens-
soldaat als gegradueerden, keeren naar bun
standplaatsen terug, ten einde daar weer in
hun betrekking bij de admini'stratie der di-
reele belastingen, invoerrechten en aceijn-
zen werkzaam te zijn. - (Volk.)
Een correspcndent van de „N. R. Ct."
schrijft uit Brnssel
Dezer dagen werd hier.van Duitsche zijde
een kaart van Belgie verkrijgbaar gestetd,
waarop, aati de band van offieieele gegevens,
duidelijk werd gemaakt hoe in de maanden
Augustas. September eu October de Duitsche
legers Belgie waren binnengekomen en langs
welke wegen zij verder naar het Westeiijk
front waren getrokken. Door een onduide-
Ijjkheid in den druk. had het er alien sehijn
van alsof een der wegen nabij Yaals over
ons grondgebied geloopen had.
Reeds onmidnellijk nadat de eerste kaarten
uitgestald waren, gingen, vooral in de
middenstad, de praatjes hun gang wanneer
nu ook van Duitsche zijde sekending van
Nederlandsch grondgebied werd toegegeven,
wat beweeTden de Nederlanders dan steeds
maar over de handhaving hunner onzijdig*
heid Het sedert Augustus nooit geheei
uitgeroeide praatje leefde weer op en
dreigde weer grootere afmetingen met alle
voor onze landgenooten hier te stede zoo
onaangename gevolgen aan te nemen.
25)
„Wie, ik brand van nieuwsgierigheid;
neem een kopje koffie, eet wat en verlel
mij dan alles geregeld."
,,Je moet weten; 't was daar juist ker
mis, in Arnhem, meen ik, en zoo zonder
doel langs de tenten en kramen kuierende,
viel mijn oog op een tent waarboven in
groote letters stond: Circus Franconi". "I
Was een paardenspel. Ik meende door den
grond te zinken en hoewel nu ruim 30
jaren geleden, zag ik alles weer even dui
delijk, alsof het dien avond, toen ik het
„Stil, geen namen, of zacht praten, de
huizen en de wanden zijn hier van papier."
Zij schoof dichter bij hem en nam zijne
hand in de hare.
„Wat er op dien avond daar ginds ge-
beurd is, weet je, Elsa, en je kunt mijn ont-
Dat (lit infijds voorkomen wtrd, is te
danken aan het sndle en energieke irjgiijpen
van den Neuerlandscben gezantschapsraad
Van Vollenhoven, die onmiddeilijk zich in
verbinding stelde met de Duitsche overheid
en deze er toe wist te brengeD dat zij hare
politie uitzord om de gevaarlijke kaarten
overal in beslag te doen nemen.
Onnoodig te zeggen dat de gezantsehaps-
raad, die reeds sedert het begin van den
oorlog hier ailer steun en vraagbaak is,
door dit flinke en doortastende optreden
de in Belgie gevestigde Nederlanders nog
meer aan zich verplicht heeft.
Belgie en Nederland.
Men schrijft uit Brussel aan ,,de Tjjd",
dat vLe Bruxellois" van 7 Mei jl. een
hoof'dartike! bevat over de geallieerden en
de positie der neutrale Staten. Het blad
besluit met het volgende over de positie
der Nederlanders
Eindelijk, onze noorderburen, aan welke
wij zooveel er^entelijkheid zijn verschuldigd
voor de weldaden, waarmede zij onze
gevluchte landgenooten heeft overladen
Nederland.
Ons hart aarzelt tusschen twee strjjdige
gedaektea. Aan den eenen kant begeeren
we den dag te zien, waarop de staten van
Zuid en Noord zich vereenigen en ver-
broederen in eenzelfde zucht naar vrijheid.
Dit is echter poezie.
Aan dCn anderen kant wenschen wij
vuriglijk, dat onze Hollandsche beschermers
in 't geuot zouden mogen blijven van hun
eervollen vrede, terwijl gansch Europa
rondom hen, in vuur en vlam staat. En
dat is werkelijkheid.
Geleid door een zakenkabinet, verheven
boven alien lof, door een //premier", aan
wien, na den storm, het land met reden
een standbeeld zal oprichten, schijnt de
Koningin der Nederlanden twee woorden
te wilien toevoegen aan haar fiere leus
z/lk zal handhaven den vrede".
Wij zijn zoo dikwijls teleurgesteld ge
weest in onze verwachtingen tijdens den
loop ouzer beproevingen, laat ons nu ook
de hoop, die we hadden op het ingrijpen
der Nederlanden, opofferen ter wille der
gevoelens van dankbaarheid, die wij hen
verschuldigd zijn. Wenschen wij hun den
vrede en laat ons verlangen, dat de geesel
van den Europeeschen oorlog verre van
hen blijve.
in de legers zijn er soldaten, die strijden
en lijden en brancardiers, die troostend de
wonden verbinden. Zoo zullen er ook vol-
keren zijn, die bloeden en andere, die het
werk verrichten van den goeden Samaritaan.
De Engelsclie froepen aan het
Westeiijk front.
De militaire medewerker van de Times"
in Noordelijk Frankrijk selireef vandaar j.l.
Wqensdag:
Wij hebben le lijden van sommige nadee-
ien, die het moeilijk maken doorslaande suc-
cessen te behalen. Het heldere weer heeft
hei mogelijk gemaakt de slerkte van de Duit
sche stellingen geheei te verkennen van een
punt ten Noord-Oosten van Yperen reclit
naar liet Zuiden, waar de Engelsclie rech-
terzijde staat. De Duilsehers houden bijna
ul de golvende, duidelijk aangegeven hoog-
ten, die de stellingen beheerschen, waar vvij
bij bet begin van den oorlog vochten en nog
staan, bezet. Te Yperen, St. Elov, rond ons
vooruitspringende punt bij Armentieres,
langs de hoogte van Aubers en verder Zui-
delijk naar de heuvels tegenover de Fran-
roering dus begrijpen. Ik dacht een oogen-
blik na en ging naar de tent om den di-
recleur te spreken. Zijne verschijning stel-
de me leleur, bij was de man niet, dien ik
zoeht. Maar, domkop, die ik was, bedacht
ik niet, dat het gebeurde at zoolang geleden
en de „Franconi" van toen destijds al een
man op jaren was. In korle woorden deci
de ik hem mede, wat ik graag wenschle te
weten. Toen werd hij aehterdochtig en
zeide van de heele kwestie niets te weten.
,,'t Is maar", zei ik zoo langs mijn neus
weg, ,,dat het kind tot een voorname fami-
lie behoort; de zaak is op de een of andere
manier uitgelekt en als de politie ze in han-
den krijgt, dan
,,'t Kan mij ailemaal niels schelen", zei
hij lachende, „ik weet van niels, als dat op
een goeden avond bij Goch of daar ergens
een man een kind braeht en mijn vader het
aannam. Zij is bij ons gebleven en nog in
mijn circus; ik ben een eerlijke kerel en
heb met den heelen rommel niets uit le
staan en wit er verder ook niets van hoo-
ren."
sehen houden de Diktsellers liet hooggele-
gen terrein bezet en bijna overal kijken ze
neer op onze stellingen. De twee legers van
den kroonprins van Beieren en den hertog
van Wurtemburg staan nog in voile sterkte
tegenover ons. Er zijn niet veel punten,
waar een aanval beproefd kan worden en
op die punten heeft de vijand de verde/Ji-
gfngswerken opgehoopl: honderden maehine-
geweren zijn er handig verborgen, iedere
loopgraaf-linie is met prikkeldraad versperd.
De loopgraven zijn met goede troepen be
zet, die door een geweldige artillerie ge-
steund worden. Deze Duitsche linies kun-
nen niet gemakkelijk genomen worden.
In de tweede plants lijden wij nog van den
eersten gas-aanval bij Yperen. Deze aanval
joeg onze bondgenooten aan onze linkerzijde
terug en ontblootte onze slelling. De beves-
tiging van onze nieuwe positie ten Oosten
van Yperen k'pstte tijd en veel menschen-
levens. Wij hadden niet slechts slach(offers
door de Duitsche gifiige gassen te )>etreu-
ren, maar wij leden zware verliczen door
den overval* Deze dingen zijn van invloed
geweest op ons optreden tot steun van onze
bondgenooten bij hun offensief van Atrecht
uit, dat met zooveel dapperheid en volliar-
ding is voortgezet.
De resultaten van onze aanvatlen op j.l.
Zondag in de dislricteri Fromelles en Iliche-
bourg waren leleurstellertd. Wij ervoeren
dat de vijand veel sterker versehanst was
dan wij vermoed liadden. Wij beschikten
niet over voldoende granaten van liooge
brisante werking dan om de verschansin-
gen van den vijand met den grond gelijk
te maken, zooals dat de gewoonte is van de
Franschen. Fn toen onze infanterie een
moedige storinaanval uitvoerde tegen de
loopgraven, hetgeen op beide plaatsen bet
geval was, vonden wij uV het garnizoen nog
onversaagd was, dat vele hindernissen nog
intact waren gebleven en da'i aan alle kan-
len de macliine-geweren klaar stonden om
een moordenden kogelregen op ons uil te
gieten. Wij konden ons niet handhaven in
de genomen loopgraven en er werden geen
reservetroepen gestuurd, omdat er voor een
welgeslaagden aanval geen kans bestond.
Het ontbreken van een voldoenden voor-
raad granaten van groote brisante werking
was een noodlottige hinderpaal voor ons
succes.
Indien wij ook al niet alles hebben be-
reikt, waarop wij gehoopt hadden, zoo heb
ben wij loch op ons front een vijandelijke
macht vastgelegd, even sterk als de onze,
en daardoor hebben wij het Fransche offen
sief aan onzen rechtervleugel zeer gesteund.
Door liet verschieten van 27(5 granaten van
groote ontploffende kracht per kanon in een
dag werden alle Duitsche verdedigingswer-
ken, behalve de dorpen, met den grond ge
lijk gemaakt, en ofschoon wij moeten ver-
wachten dat de Duilsehers van andere pun
ten van de lange Westelijke verdedigingslijn
reserves zullen lalen aanrukken, hebben wij
goeden moed, dat het legerkorps uit Frei
burg en andere Duitsche troepen vernie-
ligd zullen worden, en dat de dappere Fran
sche generaals, die dezen krazhtigen enmoe-
digen aanval leiden, groot succes zullen he-
lialen.
Wij hebben alle aanvallen op Yperen ge
makkelijk afgeslagen.
De aanvalswaarde van den Duitschen sol-
daat is verminderd, doch wij moeten beter
uitgerust zijn, wilien wij in den loopgraven-
oorlog door de harde buitenkorst van zijn
verdedigingslijn breken. Zijn wij daar een-
maal doorheen, dan zullen wij geloof ik
de Duitsciie legers kurmen verslrooien.
Maar om er doorheen te breken is het noo-
dig de beschikking te hebben over meer ont-
ploffingsmiddelen, meer zware houwitsers
en meer m aim en.
Op den 13den Mei hebben bet Duiiselie
Itde, 7de en het kste Beiersche met nog
enkele andere divisies die tegenover de
Franschen stonden, lenminste 23.000 man
,,Zou ik dat meisje
„Meisje, ze is een vrouw en raakt al aar-
dig op dreef om een oud wijf te worden,
ten minste voor ons vak."
„Niet even kunnen spreken?" ging ik
voort.
„Voor mijn part kun je ze medenemcn,
die zwarte heks. Verbeeld je, ze is liet
beste sujet van mijn circus en ze wil bier
niet optreden, waarom weet ik niet."
„En heb je haar gezien?"
„Ja."
„En de kleertjes, die ze toen droeg. je
weet we)
„Ja, jaElsa, zij is het, ze heeft ze mij
lalen zien, alien geteekend, en den kleinen
gouden ring droeg ze aan een zwart koordjc
om haar hals; twee ineen gekronkelde slan-
getjes, waarvan aan het eene den kop ont-
brak. Ik heb haar alles gezegd en als wij
haar noodig hebben, zal zij komen."
De oude vrouw had de handen gevouwen.
„Goddanksprak ze aangedaan, ..dat die
drukkende last van ons zal worden wegge-
nomen, wij den laatsten wensch van onze
verloren; en de Britten brachten den Duit-
schers de laatste paar dagen 10.000 man
verliezen toe.
Een huiszoeking.
Aan het Belgisch Informatie-Bureau wordt
uit Brussel gemeld:
Yerledeu week werd mevrouw Carton de
Wiart, echtgenoote van den Minister van
Justitie, in hare woning aangeliouden. Om
G uur 's morgens kwamen een tiental Duit
sche officieren eu een groot aantal gewa-
pende soldaten zich aan liet Ministerie van
Justitie, iii de Wetstraat, aanmelden om
eene liuiszoeking te doen. Alle bureelen en
ook de particuliere appartementen van de
familie Carton de Wiart werden afgezel.
Met gansche pensoneel en alle ambtenaren
werden bij limine komst gevangen genomen.
Mevrouw Carton de Wiart werd naar de
Kommandantur overgebracht, onder be-
schuldiging een geregelde briefwisseling te
voeren met haren echtgenoot. De liuiszoe
king had ten doel de hand le leggen op de
brieven van den Minister van Justitie. Het
gebouw werd nauwkeurig onderzocht, de
stoelen en fauteuils opengescheurd, de wand-
bekleeding afgerukt. Om lwlf drie verlie-
ten de Duilsehers het Ministerie, zonder iets
gevonden te hebben. Ambtenaren en perso-
neel werden weer in vrijheid gesteld. .Me
vrouw Carton de Wiart mocht om 7 urn
's avonds de Kommandantur verlatcn, doch
onder voorwaarde echter dat zij zich ter be
schikking van de Duitsciie overheden zou
houden voor een eventueel onderzoek, en
zich den votgenden dag om 10 uur 's mor
gens op de Kommandantur zou aanmelden.
Een vergeldingsmaatregel.
Het Engelsclie Ministerie van Buitenland-
sche Zaken publiceert, uaar Reuter seint, de
volgende correspondentie,' gevoerrl door lie-
middeling van de Amerikaansche regeering:
De Turksche regeering beklaagde zich op
2 dezer over liet feit, dat de geallieerden
non-combattanten Le Galipoli en andere
niet-versterkte plaatsen op het schiereiland
Galipoli beschoten en doodden en dreigde
Fransche en Engelsclie onderdanen uit Kon-
slantinopel daar been te zenden, opdat ook
zij aan dat gevaar blootgesteld zouden zijn.
Grey antwoordde op, 7 dezer, dat de En
gelsclie regeering Enver pasja, Said Halim
pasja, de leden van liet legenwoordige kabi-
net en de militaire autoriteiten persoonlijk
aansprakeljjk zal stellen voor het doodeh
of wonden van Engelsclie of Fransche on
derdanen, die naar de genoemde plaatsen
mochten worden overgebracht,
De Amerikaansche ambassade Iiecfl nu
bericht, dat de Turksche regeering, ondanks
zijn pogingen om haar le weerhouden, 21
Engelsclie en 21 Fransche onderdanen naar
Galipoli heeft laten overbrengen.
Twee Amerikaansche correspondenten heb
ben verlof gekregen lien le vergezellen.
Een Groenboek.
De „Lokal Anz." verneemt uit Rome: De
Ilaliaansche regeering zal nog voor het bij-
eenkomen van het parlement een Groenboek
uitgeven over de diplomatieke onderhande-
lingen in de internationale crisis en de hou-
ding van Ilalie daarbij. Zij wil de parle-
mentsleden in staat stellen zich een eigen
oordeel te bouwen over den Werkelijken
loestand wat betreft de buitenlandsche po-
liliek.
Be „LUSITA\IA".
Aan de World" wordt uit Washington be
richt, dat de Duitsche gezant Bernstorff
heeft verklaard, dat in het antwoord van
Butischland aan president Wilson in hoffe-
lijke en minzamc bewoordingen geweigerd
zal worden de legenwoordige metliode van
oorlog ter zee oji te geven en dat (evens
verklaard zal worden, dat Duitschland zai
voortgaan de schepen der oorlogvoerendem
in den grond te boren.
Blijven de Amerikarien met die sehepen
reizen, dan bestaat er kans, dat zij geaood
worden.
gestorven meesteres kunnen vervullen; de
rechtmatige dochter aan hare familie kun
nen weergeven en dan in vrede onze oogen
kunnen sluiten."
„Ja", gaf Heinricli peinzend ten antwoord,
..niaar die arme andere!"
..Die andere!" riep Elsa driftig uit, „hecfl
die niet alles gehajd wat men geluk noemt
op de wereld; onbillijk, onrechtvhardig de
weelde genoten van het eehte kind, dat zeer
zeker een jammerlijk leven achter den rug
heeft in zoo'n kermistent.
O, Nora heeft zich wreed gewroken; en
wij, wij zijn medeplichtig geweest aan die
wraak, liehben in onze blinde liefde voor
haar, die helpen volvoeren. Wij zijn zwak
geweest, maar dat neemt onze schuld niet
weg.
Ja, als je er zoo over denkt! Zie. ik had
anders gemeend, dat het misschien het best
was de zaak maar blauw, blauw te iaten.
Wij weten niet, met wie wij te doen krijgen
en ik zou op mijn ouden dag niet graag met
het gerecht in aanraking komen."
„Liever dat dan voort te leven met zulk
Be waarschuwingen aan reizigers.
De Duitsche ambassade te Washington
zond Woensdagavond telegrafisehe mededee
ling aan de bladen in alle groote steden,
dat het niet noodig is verder de annonces
te plaatsen, waarbij de Amerikanen worden
gewaarschuwd, de reis over den Atlanti-
schen Oceaan niet te doen aan boord van
sehepen der oorlogvoerende mogendheden.
Er wordt geen reden opgegeven waarom de
waarschuwing niet verder behoeft te wor
den geplaatst; naar gemeld wordt, aclit de
Duitsche ambassade de waarschuwing thans
genoeg bekerid.
Aan de Bardanellen.
Een telegram uit Mudros, meldt volgens
Reuter: De bondgenooten eoncentreeren zich
tlians voor een offensief tegen de versterkle
liooglen van Achibaba, ten Oosten van Krit-
iiia. Deze worden onafgebroken gebombar-
deerd door onze scliepen, geholpen door de
balterijen, die aan land zijn opgesteld. Dit
bombardement dient om den weg te banen
voor een reeks aanvallen, die thans zijn be-
gonnen. Het Turksche leger is in dit deel
van liet schiereiland nu vastgezet en feite-
lijk omvat door de Engelsclie troepen uit
"t Westen en Noord-Westen, door de Austra-
liers uit het Xoorden en Oosten, en door
de Franschen uit het Zuiden en Zuid-Wes-
ten.
Naar men verneemt, winnen onze troepen
voortdurend terrein en drijven zij den vij
and van de eene linie loopgraven tot de
andere terug in de richting van hun hoofd-
stelling, waar de beslissende slrijd zal moe
ten worden uitgevochten.
De afzonderlijke tocht landwaarls aan den
Aziatischen kant, door de Franschen onder-
nomen vaiujvogm Kaleh uit, was eiikel een
schijnkeweging om de aandaciit van de Tur-
ken af te leiden van de ware punten van
aanval, aan de overzijde van liet water.
De. van te voren afgesproken terugtocht van
de Franschen, die pas werd uitgevoerd na
dat een aanzienlijk aantal gevangenen was
gemaakt, gaf den Turken de kans om be-
lachelijke fabels te verzinnen. Die Fran
sche troepen xverken nu met de onzen sa-
men onder de hoogten van Achibaba. Onze
landingstroepen worden voortdurend ver-
sterkt door troepentransporten uit Egypte
en Frankrijk.
De in bezitneming van een belangrijke
strook rotsachtig terrein, dat den omtrek
beheerscht en dat zieh uitstrekt van Kalid-
bahr naar Soeandere, wordt thans zeker ge-
aeht.
Naar beweerd wordt beantwoorden enkel
de forten aan den Europeeschen kant ons
Uit liet Turksche hoofdkwartier wordt
van 15 Mei gemeld:
,.Bij Ariboernoe kan de vijand, nietLegen-
staande iiij door de verscliansingen veel
sterker is geworden, geen vorderingen ma
ken. "Op enkele punten trachtte hij tot een
actie over te gaan, maar deze werd verliin-
derd door onze tegenaanvallen.
In den sector van SeduL Bahr liandhaaft
de vijand zich in zijne oude stellingen.
Hij kreeg verslerkingen om zijn verliezen
aan le vullen, maar die verslerkingen wer
den cloOr het krachtig vuur van onze voor-
uitgeschoven balterijen uiteengedreven.
Het gisteren in de Morto-baai in den
grond geboorde schip is liet Engelsclie pant-
serschip Goliath". Een groot gedeel'e der
kemanning is verdronken. Deze overwinning
werd behaald door onzen torpedojager
..Muavenel i Millye", die, nadat hij zijn
opdracht yiet succes liad ten einde gebracht,
belioudtii terugkeerde.
Vijandelijke torpedobooten werden door
het vuur onzer batterijen genoodzaakt terug
te trekken.
Onder de vijandelijke torpedobooten hoor-
de men bet geluid van ontploffingen.
Onze kustbatterijen op de Anatolische kust
bombardeerden krachtig de landingsplaats
een misdaad op ons geweten, die nog zwaar-
der zou wegen als wij de heiiige belofte
braken die wij aan onze stervende mees
teres hebben gegeven, die wij gezworen heb
ben te zullen vervullen. Heinricli anlwoord-
de niet terstond en zat eenigen tijd zwijgend
voor zich uit te staten. Eindelijk richtte hij
zich op.
„Je liebl gelijk, vrouw!" sprak liij vast-
beraden, ..je hebt als altijd gelijk; er moet
gehandeld worden en nu ook maar hoe eer
hoe beter. Morgen ga ik terug naar Arn
hem, naar liera. Ik weet waar hem te vin-
den; zijn woonplaats vond ik in het adres-
boek, maar om zeker te zijn, of ik den
rechten man voor had, heb ik dien nog ten
overvloede gevraagd aan den beer, die op
„Hohenlo" woont, zijn sclioonzoon, en beide
opgaven stemden preeies overeen. Morgen
ga ik naar hem toe, en dan moet hij maar
verder zorgen, dat alles in orde komt.
(Wordt vervolgd).