ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
No. 6203.
Zaterdag 27 Maart 1915.
55e Jaargang.
De Oorlog
ABONNEMENT:
ADVERTENTlfiN
Bit Blad versGhijnt Maandag-, Woensdag- en Vrijdagavond, nitgezonderi op Feestdagen, by de Firma P. J. VAN DE 8ANDE te Ter Nenzen.
B13B/STB BLAD.
B1NNENLAND.
I
Per 3 maanden binnen de stad /l.Franco per post voor Nederland /1.10.
Bij vooruitbetalingvoor Belgie /1.40, voor Ned.-Indie en Amerika /I.65,
overig Buitenland 2.
Men abonneert zich bij de Uitgeefster, of buiten Ter Neuzen ook bij alie
Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievenbushouders.
Telefoon 25.
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0.10.
Bij dfrecte opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de
prijs slechts twee ma al berekend.
Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief.
Inzending van advertentien voor 1 uur op den dag der uitgave.
De lichting 1910 en de Landstorm.
Blijkens het voorloopig verslag werd ge-
klaagd over de onzekerheid waarin men
gelaten wordt omtrent de bedoeling der
ontwerpen.
Gevraagd werd of het niet gewenacht ware
na maar in eens definitief de loting af te
schaffen.
De wenschelijkheid om door deze Iand-
atormlichting onze legermaeht of reserve te
vergrooten werd in twjjfel getrokken en de
voorkeur gegeven aan het alsnog tot den
dienst verplichten van vrijgeloten en vrij-
gestelden, te beginnen met dejongste lichting.
Het vervoer met de Zeeland.
Yanaf 24 Maart worden met de mail-
booten der maatschappjj //Zeeland" geen
Belgische, Fransche, Engelsche of Russi-
sche mannen van 18—45 jaar vervoerd.
Hen recordcijfer.
Maandag werd te IJmuiden in de Rijkshal
voor pi. m. 105.000 aan visch verhandeld.
Een recordcjjfer dat op een dag zooveel
visch werd verkocht.
Voornamelijk is deze enorme omzet aan
de groote vangsten der stoomtreilers in de
laatste dagen toe te sehrijven.
Vroeger was 2000 a f 3000 hoog, doch
thaus zijn de besommingen van 4000 tot
10,000 per echip in een week tijds.
Vitvoer van aardappelen.
Naar de „N. R. Crt." uit goede bron ver-
neemt, is bij de Regeering niets bekend van
een volgens het „H.bld." binnenkort te ver-
wachten besluit, bepalende dat voor zekere
soorten van aardappelen consenten voor
uitvoer zullen worden gegeven met ingang
van in dat besluit te noemen data.
De varUensnood.
Naar het „H.bld." meldt, lieeft dezer da
gen een conferentie plaats gehad tussclien
den Minister van Landbouw en het be-
stuur van den Ned. Slagersbond. Bij deze
gelegenheid gaf de Minister als zijn voor-
nemen te kennen, (binnenkort (voor de slagers
tegen lageren prijs dan op de markt be-
taald wordt, varkens bescliikbaar te stellen.
Z.Exc. verzoeht in verband liiermede op-
gave van het benoodigde aantal.
Deze opgave is den Minister loegezonden.
Aardappelbrood.
Men sclirijft aan de „N. R. Crt.":
Het van verschillende zijden aanbevolen
aardappelbrood", bestaande uit eenmeng-
sel van roggemeel met fijngemaakte aard
appelen, was vroeger in Drente niet onbe-
kend. In de jaren 1866 en 1867, toen- er
schaarschte aan koren en aan geld onder
de landelijke bevolking was, werd het rog
gemeel met gekookte en fijngestooten aard
appelen vermengd; het daarvan gebakken
brood werd zeer smakelijk gevonden, doeh
was in den zomer minder duurzaam.
Visch als volksvoedsel.
Door het bestuur der onlangs opgerichte
/Vereeniging van kleine en stedelijke eD
plattelandsgemeenten" is besloten in overleg
met den hoofdinspecteur der visscherijen
(den heer Bottemanne) voor de bij die
vereeniging behoorende gemeenten den
vischverkoop door die gemeenten over het
gansche land te organiseeren.
Een directeur voor dezen specialen tak
van dienst der vereeniging zal weldra worden
benoemd.
Alle gemeenten, die zulks wenschen,
zullen door tusschenkomst der vereeniging
haar visch inkoopen bij het //rijksbureau
tot afzet van visscherijproducten" en zullen
de visch plaatselijk zoo goedkoop mogelijk
distribueeren.
In den regel zal het aanbeveling ver-
dienen de visch op bestelling af televeren
en geen afslag in het leven te roepen,
omdat dit laatste tot prjjsopdrijving aan-
leiding geeft.
Het besluit der nieuwe vereeniging ver-
dient speciaal in dezen tijd, toegejuicht.
Eerstens in het belang van ons volk, daar
visch een goed en goedkoop volksvoedsel
is, waaraan thans groote behoefte bestaat.
Maar ook voor onze Nederlandsche vissche
rijen, welke niet anders dan gebaat kunnen
worden wanneer ons volk leert visch eten
en zoodoende in ons binnenland een afzet-
basis voor dit zoo bij uitstek nationaal
product wordt gevormd, verdient het plan
al steun.
De Russen weer uit Oost-
Pruisen.
Werd in het laatst der vorige week ge-
meld van een inval der Russen in Oost-
Pruisen, waarbij het hen ook gelukt was
de stad Memel te veroveren, spoedig kwam
er van Duitsche zijde bericht, dat de Russen
na een gevecht tot in de straten der stad
weer uit Memel verdreven waren. Yerder
hoorde men daarvan niet, maar nu wordt
dit laatste door een bericht van den Russi-
schen generalen staf bevestigd, een bericht
dat weer een mooi staaltje is van de wijze
van berichtgeven der strijdenden.
Omtrent dat verdrijven uit Memel door
de Dhitschers zegt de Russische generale
staf eenvoudig Onze verkenningsafdee-
ling in de richting van Memel, heeft zich
naar ons grondgebied teruggetrokken".
De verkenningsafdeeling heeft dus een
uitstapje gemaakt naar Memel en toen men
gezien had hoe het er daar uitzag, is men
weer kalm naar huis gegaan. Het ligt
voor de hand, dat de werkelijke geschiede-
nis van dien tocht er wel anders zal uitzien,
dat men wel voornemens geweest is om,
zooal niet verder in Pruisen door te dringen,
toch wel wat langer te Memel te blijven,
maar dat de oorzaak van het terugtrekken
naar eigen grondgebied moet gezocht worden
in de omstandigheid, dat de Duitschers
hen daar niet rustig lieten verblijven, om
de stad en de bevolking aan de macht der
Russen te ontrukken.
Er is van die zijde ook wraak geroepen
over de wijze waarop de Russen op dien
laatsten tocht in Oost-Pruisen zouden zijn
te werk gegaan en er werd weerwraak
aangekondigd, daar voor elk plat gebrand
dorp enz. 3 dorpen in Russisch-Polen door
de Duitschers zouden worden verwoest.
Een protest tegen dat voornemen van
socialistisehe zijde in den Duitschen Rijksdag,
heeft zelfs nog aanleiding gegeven tot een
stormachtige zitting.
De slotsom is echter, dat nu uit dat
Russisch bericht blijkt, dat Pruisen weder
van vijanden bevrijd is.
De inneming wan Przemysl.
Bij gebrek aan nieuws omtrent nieuwe
voorvallen op het krijgsgebied, stelt men
zich thans tevreden met nabetrachtingen
omtrent de belegering en de capitulatie
van Przemysl.
Van Oostenrijksche zijde tracht men
zich over het capituleeren te troosten door
de gedachte, dat de vesting voor het veld-
tochtplan toch weinig meer te beteekenen
had en dat de overgave ook weinig daarop
van invloed kan zijn. Wat dit laatste
betreft, zal de tijd het moeten leeren.
Het was er toch mede als met Antwerpen.
De bezetting van Antwerpen maakte het
aan het Duitsche leger in den rug lastig.
Dit was ook een der oorzaken, dat de
Duitschers de stad aanvielen. Ook de Russen
konden moeilijk voort, met eene zoo sterke
bezetting als die der vijandelijke stad in
den rug. Bovendien moesten zjj van hun
leger een 80.000 manschappen vasthouden
om d§ stad in te sluiten en de uitvallen
van het gamizoen te keeren. Die troepen
kunnen nu weer voor het verdere offensief
gebruikt worden.
De bezetting wordt ook verschillend op-
gegeven. Werd in het eerste bericht ge-
sproken van eene bezetting van slechts
25.000 manschappen, doch naar generaal
Kusmanek, de gewezen bevelhebber der
vesting opgeeft, hebben zich te Przemysl
aan de Russen overgegeven 9 generaals,
93 hoofdofficieren, 2500 oflieieren en amb-
tenaren en 117.000 manschappen. Het
aantal kanonnen en de verdere buit moest
nog worden vastgesteld.
Of er nog veel buit zal zijn, is de vraag,
daar luidens de berichten de stad door
gebrek tot de overgave gedwongen was en
verder zijn de forten rondom de stad ver-
nietigd en de kanonnen en verder materieel
op last van de Oostenrijksche regeering
voor de overgave onbruikbaar gemaakt.
Voor een deel is de oorzaak dat de stad
thans moest vallen den slechten toestand
der wegen in Galicie na het eerste beleg.
De stad was toen ontzet, maar daar de
wegen in Galicie onbruikbaar werden, kon
men geen voorraden aanvoeren en werden
zelfs voor de troepen te velde voorraad uit
de stad gehaald.
I oen de stad dus voor de tweede maal
ingesloten werd, was zij niet van de noodige
voorraden voorzien, w^re dit het geval ge
weest, dan had de start het met zoo'n groote
bezetting lang kunner uithouden, daar de
Russen weinig meer konden doen, dan ze
insluiten. Zijn de berichten juist, dan waren
er slechts 80,000 Russen rond de stad ge-
legerd, dus waren de belegeraars in getal-
sterkte zwakker dan de belegerden, maar
bovendien was dat ook het geval met het
geschut. De rond de stad liggende moderne
forten werden verdedigd met zeer zwaar
geschut, dat de batterijen der Russen,
wanneer de stelling ontdekt werd, geregeld
stuk schoot.
Met vliegtuigen die dagelijks, heen en
weer gingen werd van uit de belegerde stad
communicatie ondernouden met het overig
deel van Oostenrjjk en. de regeering.
Niettegenstaande het gebrek aan levens-
middelen heerschten er in de stad geen
besmettelijke ziekten, maar ongeveer 20
procent der inwoners lued aan scheurbuik.
Terwijl de bezetting zich gereed maakte
zich over te geven. verlieten op bevel van
den commandant der vesting de daar tot
het laatste oogenblik gebleven vliegers de
stad, opdat hunne vliegtuigen niet in
's vijands handen zouden vallen.
Toen de bevelhebber, generaal Kusmanek,
zijn degen wilde overgeven, werd hem ge-
zegd//Generaal, een half jaar lang hebt
gij onze overmacht weerstaan, Rusland
wenscht, dat gij uw sabel beboudt, gij zjjt
steeds een dapper en ridderlijk vijand ge
weest".
Poolsche soldaten, te Przemysl gevangen
genomen, verklaarden dat de toestand
wegens gebrek aan voedsel, onhoudbaar was
geworden. Zelfs alle paarden behalve die
der oflieieren waren opgegeten. Het
onvoldoende en slechte voedsel deed typhus
en andere ziekten snel toenemen.
Een oorlogscorrespondent van de //Neue
Fr. Presse" bericht: ,/De beide laatste
vliegers, die uit Przemysl ontkomen zijn,
deelen de volgende treflende bjjzonderheden
mede omtrent de laatste uren voor de
capitulatie van de vesting: ,/De gezond-
heidstoestand van de bezetting was, gezien
de buitengewone omstandigheden, geruimen
tijd zeer goed. In de laatste weken echter
vulden zich de hospitalen ten gevolge van
de vreeselijke ontberingen hoe langer hoe
meer met door den hooger uitgeputte
personen.
Bijna de helft der bezetting lag in het
hospitaal. Voor den laatsten uitval kregen
de manschappen twee porties conserven.
Deze werden als het ware verslonden. De
verzwakte magen konden echter die onge-
wone hoeveelheid niet verdragen. Veel
manschappen werden ziek, er kwamen zelfs
sterfgevallen voor.
Alle paarden ongeveer waren reeds ge-
slacht en opgegeten. Ten slotte kwamen
die der generaals aan de beurt.
De laatste haver werd gemalen en tege-
lijk met wat paardevleesch onder de hon-
gerigen verdeeld. Daarmede moesten zij
het doen gedurende den tijd der overgave,
totdat de Russen verder voor hen zouden
zorgen.
Er werd verteld, dat den vestingcomman-
dant Zondag j.l. een gebraden postduif
werd voorgezet, het eenige, wat er behalve
paardevleesch nog in de stad aanwezig was.
Generaal Kusmanek had de duif niet willen
eten en ze aan een ernstige zieke in het
hospitaal gezonden.
Maarschsik French is vol
vertrouwen.
Een correspondent van het agentschap
Havas, die een tocht maakte langs het
Britsche front, vertelt het volgende om
trent een onderhoud met den Britschen
veldmaarschalk Sir John French. Zijn ge-
laat gaf een treffende uitdrukking weer van
kracht en energie en terwijl hij sprak,
wendde hij zijn levendige doordringende
blauw-grijze oogen niet van mij af. Sir
John French zeide tot mij
U hebt onze soldaten in de loopgraven
bezocht en zijt dus in staat geweest op te
merken, dat de vochtige en mistige winter
hun goed humeur en bun vroolijkheid in
geenen deele heeft bedorven. Deze oorlog
is wreed maar het probleem dat hij oplevert
is betrekkelijk eenvoudig. Er is munitie
noodig, steeds meer muDitie. Dat is de
belangrijke kwestie, de voorwaarde, die elke
vordering, elken stap voorwaarts beheerscht.
ledere man moest voldoende schietvoorraad
hebben, maar de Duitschers (en hier sobitter-
den de oogen van den veldmaarschalk) heb
ben zelfs nog meer noodig dan wij, want
sedert eenigen tijd zijn ze zuiniger met hun
granaten. Zij verspillen ze niet meer zooals
in het begin. Zij krijgen gebrek aan nitraten,
die noodig zijn voor de fabricatie ervan.
Het moreel van hun troepen is ook niet
meer wat het geweest is. Men kan hun
vermoeidheid en moedeloosheid begrijpen.
Zij hadden alles berekend op een schit-
terende overwinning. Het plan is echter
in duigen gevallen en de geest van de
troepen is in overeenstemming daarmede
gewijzigd. Bovendien Worden de economische
moeilijkheden in hun land elken dag ernstiger.
De Duitschers zijn nog ver van den hongers-
nood, maar zij geraken in verlegenbeid, dat
is al veel". „En" vervolgde de veldmaar
schalk ernstig, geloof niet in een langer
voortdurenden oorlog na een oogenblikke-
ljjke rust.
Sir John ging voort:
De lente zet goed voor de geallieerden
in. Het Fransche leger, tot welks lof niets
meer behoeft te worden gezegd, is in uit-
muntende conditie en zeer goed voorzien
van de zaken, die het noodig heeft om op
te treden. Het toont dit dagelijks.
De Russen hebben juist Memel bezet
(doch weer ontruimd ook. Red.) en zijn
weer binnengedrongen in Oost-Pruisen dat
de keizerlijke proclamaties definitief vrij
hadden verklaard van alle gevaar voor een
inval.
In de Dardenellen zijn eenige forten tot
zwijgen gebracht. Bij zulk een moeilijke
onderneming zijn verliezen onvermijdelijk.
Wij moeten er ons niet over verbazen.
Het voornaamste is het eindsueees, of wij
den strijd aan de zeeengte, het Fransch-
Belgische front of het Russische front be-
scbouweu en ik, evenals alle anderen hier,
ben ervan overtuigd, dat na deze moeilijke
maanden van oorlog de overwinning ons
wacht."
Een Engelsch plezierreisje
naar Duitschland.
Volgens een Amerikaansch blad is een
oproep tot het teekenen als vrijwilliger voor
het Engelsche leger aldus gesteld
Naar Berlijn
Het land arrangeert in het voorjaar een
tocht naar Duitschland voor eenige sportlui
in den leeftijd van 18 tot 38 jaar. Alle
hotelkosten en reisgeld worden door de
regeering betaald. Goedejacht. Wapenen
en munitie worden gratis verstrekt. Goed-
koope tochten op den Rijn. Men gelieve
zich spoedig aan te melden, daar slechts
een beperkt aantal (een millioen) deelnemers
gevraagd wordt.
Een Duitsch blad teekent daarbjj aan
ffErontbreektalleen nog maar de vermelding,
wie voor de ongevallen op de reis opkomt."
Dat de advertentie daarover zwijgt, is een
bewjjs, dat de stellers niet heelemaal zoo
gek zijn als het publiek voor hetwelk de
oproep bestemd is.
Duitsche baritreinen voor
het Oosten.
Naast hospitaalIreinen heeft het Duitsche
legerbestuur nu een trein laten inrichten,
die bestemd is om de manschappen in de
gelegenheid te sfellen hun lichaam zindelijk
te houden. Wat, met het oog op de onge-
dierte-plaag, en de daaruit voortvloeiende
gevaren voor besmettelijke ziekten tot een
noodzakelijkheid was geworden.
Naar de „Norddeutsche Allgemeine Zei-
tung" meldt, is althans de eerste badtrein
naar het oostelijk oorlogstooneel vertrok-
ken. De Weill bestaat uit twee waterwagens
met te zamen 50.000 liter inhoud, verder
uit twee badwagens met dertig douches,
twee kleedwagens, vier magazijnwagens voor
schoon ondergoed en montuur, een maga-
zijnwagen voor de uniformstukken, die af-
gelegd worden of gedroogd moeten worden,
twee ontsmettingswagens en een wagen voor
huisvesting van het personeel.
De trein wordt getrokken door twee loco-
motieven, die tegelijkertijd de wagens ver-
warmen, het badwater koken en den stoom
leveren voor het drogen van het goed. Bin
nen den tijd van tien uur kunnen niet min
der dan 1200 man een douche nemen, ter
wijl in dien tusschentijd hun ondergoed en
uniform volkomen worden gedroogd. De
trein is in de werkplaatsen van de Staats-
spoor te Weenen gebouwd. Binnenkort
komen nog twee treinen gereed, die de
soldaten te velde zullen helpen in den strijd
tegen het ongedierte en de besmetting.
Geen Paaschpaketten naar
het front.
Het „Berl. Tagebl." meldt: Het legerbe
stuur herhaalt zijn bevel dat er geen Paasch
paketten met liefdegaven voor de troepen
naar het front mogen gezonden worden.
Een massa-zending zou een afsluiting van
den militairen paketdienst ten gevolge kun
nen hebben. De reeds afgezonden gaven
zullen evenwel bezorgd worden, zonder dat
met een bepaald tijdstip, als bijv. Paschen,
rekening kan worden gehouden.
Officieel wordt verder in genoemd blad
meegedeeld dat er weer een groote veld-
postbezending verbrand is. Blijkbaar is
zoo meldt het officieele bericht verder
zelfontbranding de oorzaak. In een of meer
paketten zullen, ondanks het verbod, ont-
vlambare stoffen zich bevonden hebben, die
tijdens het vervoer per spoor de postzending
in brand hebben gezet. Twee honderd post-
zakken voor de 17e en 18e infanterie-divi-
sie en het 9e legerkorps, zijn verbrand. De
betreffende troepen zijn van het verlies in
kennis gesteld.
De houding wan Italie.
Het regent ongunstige berichten over
de verhouding tusschen Italie en Oosten-
rijk-Hongarije. Maar niet alle behoeft men
te gelooven. Zoo zouden Oostenrijksche
en Duitsche troepen ten getale van 40.000
man in Triest zijn opgehoopt en zouden
de Italianen, die stad verlaten. Zoo zou
de Italiaansche regeering het goederenvervoer
naar Duitschland via Zwitserland hebben
stopgezet. Zoo zou de scheepvaart tusschen
Italie en Dalmatie zijn gestaakt, enz. Feit
schijnt te zijn, dat Italie een aantal kolen-
schepen gecharterd heeft.
De Italiaansche vloot is in de laatste
zes maanden met 20 duikbooten uitgebreid
voorts zou het leger thans over 300 vlieg
tuigen beschikken.
In de Kamer is een crediet van 50 mil
lioen toegestaan voor de bestrijding der
werkloosheid.
Op voorstel van minister-president Sa-
landra, is besloten de Kamer tot 12 Mei
te verdagen. De minister verklaarde, dat
de regeering niet van plan was om zonder
parlement te willen regeeren, doch wanneer
zij een ietwat langer parlementsvacantie
voorstelde, dan was het om al haar aan-
dacht aan den internationalen toestand te
kunnen wijden. Het was noodzakelijk om
de regeering vrijheid van actie te geven.
Volgens de »Daily Mail" wordt thans in
Italie de lang dreigende uitzetting van
Duitsche en Oostenrijksche onderdanen al
gedeeltelijk ten uitvoer gelegd. Dertig
Duitschers en Oostenrijkerste Venetie kregen
aanzegging, dat zij den volgenden dag naar
de grens gebracht zouden worden.
Verschillende wijzigingen in den spoorweg-
dienst naar de Oostenrijksche grens schijnen
er op te duiden, dat de sporen voor troepen-
vervoer gebezigd zullen worden.
Men heeft aan oflieieren sedert Maandag
geen verlof meer toegestaan, zelfs niet van
enkele uren, en een aantal manschappen
van de marine zijn naar Tarente geroepen,
om aan boord van hun schepen te gaan.
De strijd aan het Suez kanaal.
Dinsdag hebben de Engelschen ongeveer
1000 man Turksche troepen 15 kilometer
ten oosten van het kanaal bij Suez terug-
gedreven. De Turken zijn in vollen aftocht.
Bij het Turksche leger bevond zich de
Duitsche generaal Von Traumer.
Donohoe, de bekende correspondent van
de Daily Chronicle, seint uit Constanza, dat
het thans vaststaat, dat het Turksche leger,
hetwelk met zooveel goeden moed uittrok
ter verovering van Egypte, thans met zoo
veel spoed terugtrekt, als zijn gedesorgani-
seerde en verzwakte toestand mogelijk maakt.
Bijgevolg hebben de Turken hun offen
sief tegen Egypte definitief laten varen en
Djemal Pasja, de bevelhebber, die een
schreeuwerig politieus, doch geen krijgsman
is, en wieDS tegenwoordigheid elders schijnt
geeischt te worden, zou zijn troepen aan
haar lot hebben overgelaten. De terug-
trekkende Turken sterven van honger en
dorst bij hun tocht door de woestijn, want
als gewoonlijk is er van de Turksche inten-
dance niets terecht gekomen. Bij duizenden
blijven de terugtrekkende Turken langs den
weg liggen, waar zij omkomen, en ten prooi
vallen aan de woestijngieren, welke sinds
het begin van den terugtocht, welke aanving
na de mislukte poging om zich van het
Suezkanaal meester te maken, het leger
vergezelden.
De armzalige Djemal Pasja, met wiep
ik vroeger te Constantinopel wel bekend
was, bezit allerminst de groote bedreven-
heid van een Xerxes. Hij is niets anders
dan een militaire kerkkraai, die met g^-
leende veeren pronkt. Zoodra hij de lucht
kreeg van de ophanden zijnde moeielijk-