ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD
VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
HINDERWET.
No. 6195.
Dinsdag 9 Maart 1915.
55e Jaargang.
HINDERWET.
De Oorlog.
ABONNEMENT:
ADVERTENTIfiN
BIWNENLAND.
Is, H,©'^,©i©3a.
Telefoon 25.
Bit 8!art verschiint Maanilag-, Wosnsdag- en Vriidagavond, nitgezonS jd op Feestdagen, Hi de Firma P. J. YAM DE SANDE te Ter Kenzen.
FKPIILETON.
De tegenwoordige toestand
Per 3 maanden binnen de stad I.—. Franco per post voor Nederland 1.10.
Bij vooruitbetalingvoor Belgie 1.40, voor Ned.-Indie en Amerika 1.65,
overig Buitenland 2.
Men abonneert zich bij de Uitgeefster, of buiten Ter Neuzen ook bij aile
Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievenbushouders.
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0.10.
Bij direct© opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de
prijs slechts tweemaal berekend.
Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief.
Inzending van advertentien voor 1 imr op den dag der uitgave.
Het besluit der JVederlandsche
reeders.
In eene vergadering van reeders, te
Amsterdam ten kantore der Nederl. Handels-
maatschappij, onder voorzitterschap van den
president dier maatschappij, den heer 0.
J. K. v. Aalst, gehouden, is besloten aan
buitenlandsche afzenders te verzoeken in
ban eigen belang tot nader bericht geen
goederen uit of via Duitschland naar Neder
land te verzenden ter verdere verscheping.
Ongetwijfeld heeft dit besluit een zeer
wijde strekking, schrijft het Alg. Hbl.
Slechts door den drang der noodzakelgk-
heid is men tot een dergelijke beslissing
gekomen.
Onmiddellijk na het bekend worden van
de represaillemaatregelen der entente stelde
men een nader onderzoek in. Dit onder-
zoek toonde aan, dat de Engelsche regee-
ring de bedoeling heeft geen stukje goed
ter overzeesche verzending naar en van
Duitschland ongemoeid te laten.
Dat Engeland het in zijn macht heeft
dezen maatregel door te zetten, daaraan
twijfelde niemandaldus stonden onze
reeders voor de keus om of hun geheele
bedrijf stop te zetten, of, hoe onaangenaam
en nadeelig dit ook voor de reederijen
mocht zijn, de verzending van Duitsche
goederen te weigeren.
Het zeegat kiezen met Duitsche waren
aan boord zou in de gegeven omstandig-
heden voor de Nederl. reederijen waar-
schijnlijk nog nadeeliger zijn dan geheel
stil liggen. lmmers, zoo goed als zeker
zouden dan de schepen naar een Engelsche
haven worden gebracht. Weken en weken
zouden de booten misschien stil liggen en al
dien tijd zou de bemanning moeten betaald
en gevoed worden. Totdat ten slotte de
Duitsche goederen gelost zouden zijn.
Aan dit risico heeft men, zoolang Enge
land niet een mildere toepassing in practijk
wil brengen, zich niet willen wagen.
Het is trouwens zeer waarschijnlijk, dat
het advies der reeders niet meer is dan
het intrappen van een open deur. lmmers,
onmiddellijk na het afkondigen van ge-
noemden represaillemaatregel der entente,
weigerden de assurantie-maatschappijen, de
Duitsche inbegrepen, de Duitsche goederen,
welke ter verschepiDg mochten worden
aangeboden, te verzekeren.
Op zichzelf een afdoend bewijs van het
gevaar, waaraan deze goederen zouden zijn
blootgesteld.
Naar men weet heeft de entente een
uitzondering gemaakt voor de booten, die
bij het afkondigen van den maatregel reeds
onderweg waren, zoodat speciaal uit indie
nog zes weken lang booten met voor Duitsch
land bestemde goederen onze havens kunnen
binnenkomen.
De bevolking van Nederland zal niet
onwaarschijnlijk van den ommekeer op
onverwachte wijze profiteeren. lmmers, de
schepen, die nu onderweg zijn, zullen,
wanneer geen andere oplossing wordt ge-
vonden, welhaast geen andere goederen
mede kunnen voeren dan die, welke of
geconsigneerd zijn aan de Nederl. Overzee-
Trustmaatsehappij of die, welker uitvoer
in Nederland verboden is. Het is aldus
niet onwaarschijnlijk, dat de booten uit
Amerika met groote ladingen graan binnen
komen, onze geringe voorraad wat aan-
gevuld wordt en de prijzen meer naar het
normale teruggaan.
Tenminste wanneer daartegen van de zijde
der entente geen bezwaar wordt gemaakt
en men genoegen neemt met de plechtige
verzekering van onze Regeering, dat het
meel in ons land blijft.
Een groote moeilijkheid zit speciaal voor
ons land nog in den afzet van onze Indische
producten. Wat dit betreft, was en is ons
land, onze markt, aangewezen op de
consumtie van Midden-Europa.
Zal Engeland, zal Frankrijk ook dat willen
beletten
„Ja, juf is ziek en mama zal juf bcter
maken, maar dan moet ze met juf alleen
zijn. Ga je nu mee met zus? Kom, Line,
jij ook."
De oudste zuster, een rnooi, blond kind,
nam beiden bij de hand en zonder veel
moeite gelukte het haar hen uit de kamer
te krijgen.
Zoodra ze het vertrek verlaten hadden,
trad ze op de bonne toe, die niet meer
weende, doch nu de reactie gekomen was,
met half gesloten oogen als wezenloos in
haar stoel achterover lag.
Mevrouw Van Weert bevochtigde haar
voorhoofd, liare slapen en hare polsen met
eau de cologne en zette zich toen naast
haar neder, het oogenblik afwachtende tot
ze geheel tot bewustzijn zoude zijn terugge-
keerd.
Zaclit greep ze hare hand en fluisterde:
Louise!"
De bonne slaakte een diepen zucht en
toen gewaar wordende, dat hare meesteres
naast haar zat, traclitte ze zich op te richl-
ten.
„BIijf maar stil zitten, kind! of liever",
ging ze op teederen toon voort, „leg je
hoofd nu eens tegen mijn schouder en je
hand in de mijne en vertel mij eens, wat er
aan scheelt. Neen! niet meer schreien"
want de lippen trokken weer zenuwachtig
te zamen „je bent anders zoo'n flink,
verstandig meisje. Denk voor een oogen
blik, dat je mijn dochter bent, wat is er?"
„0, mevrouw! mijn moeder! ach, ik kan
het niet zeggen; lees u dien brief, als 't u
belieft, dan zult u wel begrijpen."
Liane doorliep vluchtig den inhoud. Het
was een brief van een schoolmeester uitMiil-
hausen, waarin vermeld werd, dat madame
Duins, de moeder der bonne, ernstig onge-
steld was; dat de dokter vreesde voor een
ongunstigen afloop en de oude vrouw in
hare ijlende koortsen telkens om hare doch
ter riep, weshalve men haar verzocht zoo
gauw mogelijk over te komen.
„Arm kind! Maar Louise,! je bent een
Hollandsche, hoe komt je moeder zoo in
den vreemde? O, neem me niet kwalijk;
voor het oogenblik dient die opheldering
nergens toe, we hebben alleen met liet feit
te doen. Dat is een heele reis, Louise!"
„Die arme, lieve moe! Ze is als juffrouw
van gezelschap met een dame meegegaan
en die vergunde, dat ik bij haar bleef. Die
oude mevrouw is een jaar of acht geleden
gestorven en liet haar een klein legaat naj.
Daar konden wij evenwel niet van leven
en zoo ging ik in conditie, zooals men zegt,
Ik kende echter niet genoeg Fransch om
in Mulhausen of in een andere stad te sla-
gen en toen probeerde ik door mij tot een
verhuurkantoor in Holland te wenden, ge-
plaatst te worden en kwam bij u. Door een
deel van mijne verdienste kon ik haar on
dersteunen en haar eenige gemakken bezor-
zorgen. En nu ligt ze daar in haar kosthuis,
bij vreemden, ziek, verlaten misschien
st-ervende, in doodsangst roepende om haar
kind en ik ben niet bij haar om haar lijden
En de macbineri&n, die wij voor het
bedrijf onzer cultrn- --ondernemingen uit
Duitschland noodig hebben zal de enten
te verhinderen,. dat deze worden verzonden
van Europeesch Neueiland naar Aziatisch
Nederland
We hopen en verw.aekten toch, dat noch
ngeland, noch Frankrijk, zoo min als
duitschland doof zullen zijn voor de recht-
vaardige verlangens van een volk, dat zijn
neutraliteit in alle opzichten zoo nauwgezet
mogelijk heeft gehandhaafd enhandhaven zal.
Wij houden ons trouwens overtuigd, dat
de Commissie uit dea Nederl. Handel, die
reeds zoovele moeilijkbeden uit den weg
wist te ruimen, ook thans, wanneer er een
oplossing mogelijk is, deze zai weten te
vinden.
Verbod van vervoer van onderschei-
deneartikelen uit eenigegemeenten.
Het Stbl. no. 126 bevat een Kon. besluit
van den 4en dezer, waarbij bet vervoer van
bout en andere bouwmaterialen, tin, lood,
ijzer, koper, motor- en smeerolien en van
werktuigen en gereedschappen van uit het
gebied der gemeenten Alblasserdam, Capelle
aan den lJssel, Dordrecht, Hendrik-Ido-
Ambachc, IJsselmonde,. Krimpen aan de
Lek, Krimpen aan den lJssel, Lekkerkerk,
Nieuwlekkerland, Papendrecht, Ridderkerk,
Zwijndrecht en Op- en Neer-Andel naar
het overige gedeelte des rijks, totdat hier-
omtrent nader bij Kon. besluit zal worden
beslist, wordt verboden, voor zoover dit
door den Minister van oorlog noodig wordt
geoordeeld.
In aansluiting hierraee brengt de Minister
van Oorlog in de St.Ct. ter algemeene kennis,
dat in het belang van den staat van heden
af tot nader order het vervoer van koper
van uit het gebied van de bierboven genoemde
gemeenten naar het overig gedeelte des
Rijks is verboden.
Van vorenstaand verbod kan de Minister,
in bepaalde gevallen ontheffing verleenen,
waartoe men zich eventueel met een verzoek
tot hem zal kunnen wenden.
omstandigbeden
Graan voor branderijen.
Uit de rede van den Minister van Land-
bouw in de Tweede Kamer gehouden
Gebleken is, dat slechts 155.000 K.G.
koren voor branderijen wordt gebruikt.
Daarvoor behoefde de Regeering toch
geen heele industrie lam te slaan.
De Minister werd overstelpt met telegram-
men van gebeelonthouders-vereenigingen
doch bij elk telegram werd die zaak hem
onsympathieker.
Een beweging, die zoo'n verheven doel
heeft als de geheel-onthouding, moest niet
van zalke buitengewone
gebruik maken voor propaganda.
Koers van franc en mark.
Naar de Tel. verneemt is door de spoor-
wegmaatschappijen in ons land bepaald,
dat de wisselkoers aan de stations voor
marken (papier) zal worden teruggebracht
van 52 op 50 cent per mark, terwijl die
van zilveren mark 50 cent blijft.
te verlicliten en, als God haar tot zich
roept, de oogen toe If, drukken. Ik zou er
op mijn voeten heen willen vliegen, als dat
mogelijk was en op een andere wijze.
„Stil, stil, meisje; ik weet heel goed, dat
jejezelven zooveel mogelijk bekrimpt en als
een brave dochter bijna alles aan je moe
der zendt, wat je verdient. Louise=, je bait
bijna 8 jaar in mijn huis, je liebt onze
jongste kinderen zien geboren worden; je
bent voor hen alien een liefderijke toewij-
dende verzorgster geweest, een hartelijke
vriendin, een brave leidsvrouw. Denk je nu
zoo slecht van ons, dat je er aan twijfelt)
wat we doen zullen; dat wij zoo ondank-
baar zullen zijn?"
„0, mevrouw!"
„Hoor nu; vandaag kun je niet wegf;
maar morgen vertrek je met den eersten
trein, dan ben je overmorgen bij je moe
der."
„Ach, als ik
„AIs ik maar geld genoeg had voor de
reis! wil je zeggen. Lieve meid, bekommer
je daar niet over; ik zal van avond aara
mijnheer verzoeken je een vol jaar salaris
te geven en als je daar bent en er is meer
noodig, schrijf dan maar. Mijnheer en ik
zijn waarlijk wel verplicht je zorgen te ver-
lichten."
Geheel ontroerd, diep getroffen door die
edelmoedigheid, overweldigd door een innig
gevoel van dankbaarheid, sloeg Louise hare
armen om den hals harer meesteres, doch
verschrikt over die opwelling van het
oogenblik, viel ze op hare knieen en kuste
Lian-e's hand.
„Vergeef mij, mevrouw, dat ik een oogen-
De wisselkoers van papieren en zilveren
francs wordt eveneens teruggebracht van
42 op 40 cent per franc.
Steun voor kleine neringdoenden.
Omtrent de vergadering van vertegen-
woordigers van kredietinstellingen op 13
dezer te 's Gravenhage te houden, wordt
nog gemeld dat op een ter vergadering te
bespreken wijze en tot een aldaar nader
aan te. geven grens mede werking van bet
Rijk ter verwezenlijking van het doel der
vergadering in uitzicht zal worden gesteld,
aangezien de beoogde kredietverleening aan
den kleinen landbouwenden, industrieelen
of handeldrijvenden middenstand is te be-
schouwen als een voortzetting van het werk,
dat met de oprichting van het Koninklijk
Nationaal Steuncomite is aangevangen.
Het aantal uitgenoodigde instellingen
bedraagt ongeveer 150. Daaronder bevinden
zich de verschillende centrale kredietbanken
voor den middenstand (kredietinstellingen,
welke bij een centrale zijn aangesloten,
zijn niet afzonderlijk uitgenoodigd) en voorts
de hulpbanken, welk bij het Centraal Bureau
voor de Statistiek bekend waren, benevens
enkele andere, als de Credietbank tegen den
Woeker, welke ook zij het niet speciaal
den middenstand krediet te verleenen.
laat zich aanzien, alsof er weer nieuwe
verwikkelingen op komst zijn, een gevolg
van de aangevangen pogingen tot bet for-
ceeren der Dardanelles Dit kan van grooten
invloed zijn op den toekomstigen stand van
zaken in de Middellandsche zee en op den
Balkan en dit doet blgkbaar de daarbg be-
trokken regeeringen, die tot dusver onzgdig
waren, overwegen of wijziging van hun
standpunt wenschelijk is met het oog op de
belangen van hun land.
Meer belangrijk dan de oorlogsberichten
van de fronten, die melding maken van
bet veroveren, heroveren, verliezen van
eenige honderden meters of minder loop-
graven, het maken van groepen gevangenen
en bet afslaan van tegenaanvallen, 'oerichten
die nu al week in, week uit op elkaar ge-
lgken, zonder dat er eenige verandering in
den toestand merkbaar is, zijn dus de
berichten omtrent de houding van ltalie,
Griekenland en andere Balkanstaten.
Dat de bescbieting van de Dardanellen,
door de Engelseh-Fransche vloot naast
krggskundige, voornamelijk politieke oog-
merken had, was zoo schrijft de N. R. Ort.
- van den aanvang af duidelijk.
Sasonof, de Russische minister van buiten
landsche zaken, had niet onduidelijk gezegd,
dat Konstantinopel, altbans de vrije door-
vaart door Bosporus en Dardanellen, een
van de voornaamste voordeelen was, die
Rusland met den oorlog hoopte te bereiken.
Inderdaad een uitlating, geschikt om alle
Oostelijke Middellandsche Zee-staten in rep
en roer te brengen. Daarop kwam de
blik in mijn innig gevoel van dankbaarheid
den eerbied vergat, dien ik u verschuldigd
ben. Ik kan geen woorden vinden om dien
dank uit te spreken, doch bier in mijn hart,
staan die gegrift. De zegen eener oude moe
der zal op uw hoofd rusten, mevrouw, en
moge eenmaal eens een ure aanbreken, dat
ik een klein gedeelle van mijn schuld aan
u kan afdoen, dan zal dat een der schoonste
oogenblikken van mijn leven zijn. God geve,
dat eens een offer van mij gevergd worde!
om mij gelegenheid te geven mijn dank door
daden te betuigen."
„Dweepster!" sprak Llane met een zaeh-
len glimlach, terwijl ze haar oprichtte.
„Kom, wees nu een flink meisje en geen
sentimetaliteit meer; je zult nog wel een en
ander voor de reis te bereddercn hebben,
dus laat ik je alleen. Maak, dat je vooral
tijdig klaar bent, want je moeder telt mis
schien de oogenblikken, dat je nog van haar
verwijderd zijt en denk er aan, kind, vele
dingen worden ons meermalen geschonken,
doch een moeder geeft de Hemel ons maar
eens."
Ongelukken hebben een onmiskenbare nei-
ging voor gezelligheid en schijnen een soort
van cooperatie te vormen, van daar waar
schijnlijk het bekende spreekwoord, dat een
ongeluk zelden alleen komt en de grens tus-
schen ongeluk en onaangenaamheden is som-
tijds zoo gering, dat men dat spreekwoord
gerust op de laatste mag toepassen. Zoo
ging het ook nu.
Voor Louise was de ernstige ziekte harer
moeder een ramp, voor de familie Van Weert
eene onaangenaamheid, daar ze den gere-
gelden gang van zaken stoorde. En was dit
verklaring vhn .de Engelsche regeering, dat
Engeland en Frankrijk zich met Rusland's
streven in dezen konden vereenigen, ge-
volgd door de beschieting van de Darda-
nellenforten.
Wat de kroonraad te Athene heeft besloten
weten wij niet, maar uit de commentaren
van de Duitsche bladen blijkt, dat men er
te Berlijn niet gerust op is.
De Lokal-Anzeiger vraagt zich af, welke
vergoeding de geallieerden Griekenland nog
zouden kunnen bieden om het land zonder
noodzaak in den oorlog mee te sleepen.
Deze vraag is (wellicht opzettelijk) naief.
Reeds gedurende den eersten Griesch-Turk-
schen oorlog, toen Griekenland bet alleen
tegen bet Osmaansche rijk had opgenomen
(en deerlijk slaag kreeg), weerklonk in
Griekenland de leuze, dat Konstantinopel
de hoofdstad van Griekenland worden moest.
De kans daarop is, als Rusland zjch aan de
Bosporus vastzet, voor goed verkeken, maar
toen Turkije den oorlog verklaarde hebben
de entente-mogendheden onomwonden ver-
klaard, dat zulks de executie, d.i. de ver-
deeling van Turkije „slecbts verhaasten" zou.
Met de beschieting van de Dardanellen
is het proces dat op die deeling uit moet
loopen, aangevangen wie nu niet meehelpt
aan dat proces, loopt hard kans bg de
deeling met leege handen te blgven staan.
Die beschieting moet dus de staten, die
meenen mede aanspraak op een stuk van
Turkije te mogen maken, voor de vraag
stellen of zg zich de kans het te verkrggen,
voorgoed zullen laten ontglippen, of dat zg
aan het krggsbedrijf, dat die verdeeling
moet voorbereiden, zullen meedoen. Zooals
gezegd, voor Griekenland is, als Rusland
aan den Bosporus komt, Konstantinopel
voor goed verkeken, maar des te meer
reden, zoo zullen de Grieksche voorstanders
van deelneming aan den oorlog zeggen,
om niet de laatste kans de andere min of
meer Grieksche deelen van Turkije te ver-
spelen, in de eerste plaats op de westelijke
kuststrook van Klein-Azie en Smyrna.
Daarbg komt dat Turkije nog steeds niet
de eilanden Chios en Mytiiene feitelijk aan
Griekenland heeft afgestaan en in de nabij-
heid der Dardenellen nog twee //onbevrijde"
Grieksche eilanden liggen, Imbros en
Tenedos. Met deze argumenten zal van
de zijde der entente dan ook wel te Athene
zijn gewerkt. De Duitsche bladen schrijven
dat de Engelschen en Franscben om de
Dardanellen te forceeren een landingsleger
noodig hebben, maar dat Griekenland hun
dat toch niet zou kunnen versehaffen. Het
zou zijn leger niet kunnen verkleinen met
het oog op het gevaar dat van Bulgaarsche
zijde dreigt. De Lokal-Anzeiger schrgft,.
dat Griekenland zeer goed weet, dat de
geringste stap zgnerzgds onmiddellijk na-
volging zou vinden bij Bulgarge en misschien
wel bij Roemenie. M. a. w. dat als Grie
kenland zich aan de zijde der entente sehaart
door mee te doen aan den oorlog tegen
Turkije, Bulgarge en Roemenie zich aan
de zijde van het drievoudig verbond zouden
scharen.
nog maar het eenige geweest! Maar deze
stoornis was de voorbode van andere.
Eenige dagen later toch kwam de ingenieur,
gelieel in afwijking van zijn gewoonle, zeer
vroeg tliuis; Liane begreep, dat er iets bi-
zonders moest zijn voorgevallen, want zijn
gelaat stond ernstig, meer dan dat: er lag
een diep treurige uitdrukking op. Gewoon
als zij was zich om niets le bekommeren,
wat hem in het bizonder betrof, veinsde ze
niets van zijne gemoedsstemming te bemer-
ken, hoewel het haar niet ontgingi, dat hij
zeer bewogen was en moeite had zijne ont-
roering te verbergen. Hoewel zij branddej
van nieuwsgieriglieid om de reden daarvan
te vernemen, uitte ze geen enkel woord,,
overtuigd, als ze was, dat hij, die nooit iets
voor haar geheiitt hield, omdat hij haar
liefhad en in zijn vlekkeloos leven niets te
verbergen had, haar wel zou mededeelen,
wat de reden zijner ontstemming was; en
daarin zag ze zich niet bedrogen.
„Liane", begon hij op zachten, weemoedi-
gen toon, „herinner je je mijn broeder An
ton nog?"
Ze zag hem verwonderd aan.
„Zeker en liet zijn juist geen aangename
gedachten, welke zich aan die herinnering
vastknoopen."
„Ja", gaf hij bitter ten antwoord, „zoo
oord-eelde destijds en oordeell nog de we-
reld; maar ik lieb die meening nooit ge-
deeld. Hij was liehtzinnig verkwistend,
dol-driftig, niet wat men een solied, zelfs niet,
wat men een goed man noemt, maar een
schurk was hij niet."
Wordt vervolgd).
NEUZENSCHE COURANT
—in iwni 7i -1 fMBBB—1—BSMBEII TIHWmBWWBi
Bnrgemeester en Wethouders van TERNEUZEN,
gezien de artt. 6 en 7 der Hinderwet (Staatsblad
r«. 222 van 1896) maken bekeud
dat op heden ter gemeente-secretarie ter visie is
gelegd een verzoek van ARIJ VERLINDE, timmer-
.man, wonende te Ter Neuzen, om vergunning tot
'het plaatsen van een zuiggasmotor in het perceel,
plaatselijk gemerkt 38 en gelegen aan de Vlooswi.jk-
itraat, kadastraal Sectie L, deel van No. 1762,
leneinde de aanwezige schaaf- en zaagmachine enz.
daardoor in werking te brengen
en dat op Maandag, 15 Maart 1915, des na-
middags van 3 tot 4 uren, ten raadbuize dezer
gemeente, gelegenheid zal worden gegeven om
tegen het maken dier inrichting bezwaren in
oe brengen en deze mondeling of schriftelijk toe
te lichten.
Ter Neuzen, 1 Maart 1915.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
L. WABEKE, Secretaris.
N.B. Wij vestigen er de aandacht op, dat volgens
ie bestaande j urisprudentie niet tot beroep gerechtigd
zijn zij, die niet overeenkomstig art. 7 der Hinder-
wet op den bovenbepaalden dag voor het gemeen-
iebestuur zijn verschenen, teneinde hunne bezwaren
mondeling toe te lichten.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN,
gezien de artt. 6 en 7 der Hinderwet (Staatsblad
•a, 222 van 1896) maken bekend
dat op heden ter gemeente-secretarie ter visie is
gelegd een verzoek van JAN FRANS VAN OSSELAER,
vlashandelaar, wonende te Ter Neuzen, om vergunning
tot het oprichten en in working brengen van een
vlaszwingelkeet te Sluiskil gemeente Ter Neuzen op
het perceel kadastraal bekend Sectie G No. 673
en dat op Maandag, 15 Maart 1915, des namiddags
van 3 tot 4 uren. ten raadhuize dezer gemeente,
gelegenheid za! worden gegeven om tegen het maken
dier inrichting bezwaren in te brengen en deze
•ondeling of schriftelijk toe te lichten.
Ter Neuzen, 1 Maart 1915.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
L. WABEKE, Secretaris.
N. B. Wij vestigen er de aandacht op, dat volgens
de bestaande j urisprudentie niet tot beroep gerechtigd
zijn zij, die niet overeenkomstig art. 7 der Hinderwet
op den bovenbepaalden dag voor liet gemeentebestuur
jfn verschenen, teneinde hunne bezwaren inon-
deling toe te lichten.