ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
No. 6188.
Zaterdag 20 Februari 1915.
55e Jaargang.
De Oorlog
De krijgsljecLrijven.
ABONNEMENT
ADVERTENTIEN
Telefoon 35.
n,.- Wna-siia- an Yriidaaavontl. uitgezonderd op Feestdagen, bl| ie Firma P. J. TAN DE SAHDE te Ter Neuzen.
SESE.STia BLA2.
BIWNENLAND.
Per 3 maanden binnen de stad 1Franco per post voor Nederland 1.10.
Bij vooruitbetalingvoor Belgie /1.40, voor Ned.-Indie en Amerika 1.60,
overig Buitenland 2.
Men abonneert zich bij de Uitgeefster, of buiten 1 er Neuzen ook bij alle
Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievenbushouders.
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0.10.
Bij ciirecte opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de
prijs slechts tweemaal berekend.
Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief.
Inzending van advertentien voor 1 Ulir op den dag der uitgave.
Verboden van uitvoer.
De St.bladen no. 102 en 108 bevatten
de Kon. besluiten van den 17den dezer,
houdende verbod van uitvoer van a f v a 1
van v 1 a s, geschikt voor de werkgaren-
spinnerijen, en van motorrijwielen
en onderdeelen van motorrijwielen,
van den dag der afkondiging van deze be
sluiten.
Deze verboden kunnen bij Kon. besluit
tijdelijk worden opgeheven of in bijzondere
gevallen kan daarvan ontheffing worden
verleend.
De zee gesloten.
De verklaring der Duitsche admiraliteit,
omtrent haar optreden ter zee, met ingang
van gisteren, is oorzaak, dat de lijnen op
Engeland, zoowel de Batavierlijn van Rotter
dam als de Vlissingsche passagierslijn,
besloten voorloopig niet te varen.
De maatschappij ffZeeland" zal op ver
schillende dagen een vrachtboot laten varen,
waarmede dan, naar vernomen wordt, ook
de mail zal worden vervoerd. Van een
geregelde verbinding met Engeland is dus
voor het oogenblik geen sprake meer.
Naar aanleiding daarvan schrijft het
Alg. Hbl.
Die beslissing om booten en menschen-
levens niet aan gevaren bloot te stellen,
moge men begrijpen en redelijk acbten
men kan toch de noodzakelijkheid om die
beslissing te nemen, ernstig betreuren.
Om twee redenen
In de eerste plaats zouden wij willen
zeggen, omdat daardoor practisch aan een
oorlogvoerenden staat het recht wordt ge-
geven een zee voor neutrale scheepvaart
te sluiten, door de bedreiging, dat alle
schepen daarin aangetroffen zonder behoor-
lijk onderzoek zullen getorpedeerd worden.
En dit is voor internationale rechts-
toestanden even ongelukkig- als het voor
een geordende rechtsgemeenschap zou zijn,
indien het een burger gelukte door be
dreiging met geweldpleging een drukken
verkeersweg te sluiten.
Maar in de tweede plaats zal daardoor
de geregelde verbinding voor goederen en
personen en ook de postverbinding met
Engeland verbroken zijn.
Nu zouden wij echter willen vragen
zal de Regeering geen enkelen maatregel
nemen om althans die postverbinding te
handhaven
Dat is een Rijksdienst, en een dienst,
die voor ons land van zeer groot gewicht
is. De maatregelen, in dit blad vermeld,
zijn ten eenenmale onvoldoende.
Het is bekend, dat snelvarende kleine
schepen in het bijzonder torpedobooten
zoo goed als geen gevaar voor een
aanval van onderzeeers loopen.
Kan de Regeering niet voor postvervoer
door een torpedoboot zorgen en aldus tevens
door een daad toonen, dat zg het recht
van een oorlogvoerenden staat ontkent om
ons den toegang tot de zee voor onze kust
te ontzeggen.
Den legaat van f 58,000.
Op 11 Februari is te Breda overleden
mevrouw A. E. R. OukoopGenis, weduwe
van den heer K. G. Oukoop, in leven wet-
houder der gemeente Breda.
Deze dame heelt aan Breda f 58.000
gelegateerd, waarvan 50,000 besteed moet
worden tot restauratie van het gemeentehuis,
te verwerken in 10 jaar, en de rente der
overblij vende f 8000 gebruikt moet worden
door het Burgerlijk Armbestuur voor eene
extra-bedeeling op den tweeden Kerstdag.
De Duitsche verklaring
In verband ook met de besprekingen,
welke in de laatste dagen hebben plaats
gehad tusschen leden onzer regeering en de
vertegenwoordigers der groote stoomvaart-
maatschappyen, meldt men ons, dat de
houding der regeering tegenover de vraag,
welke de gedragslijn der scheepvaart in de
komende dagen zal moeten zijn, deze is,
dat de regeering de scheepvaart geheel vrij
heeft gelaten in de beslissing, of deze, met
het oog op de Duitsche verklaring en de
daarmede verband houdende waarschuwingen
van Duitsche zijde, hare schepen in de als
gevaarlijk gekenschetste gedeelten der Noord-
zee wil laten varen.
De regeering heeft er zich daarbij zelfs
van onthouden, ook maar eenigen wenk te
geven met betrekking tot de door de scheep
vaart te volgen gedragslgn.
Tegenover de komende gebeurtenissen
wordt een volmaakt afwachtende houding
aangenomen. (N. R. Ot.)
Beroepskeuze voor meisjes.
In deze weken verzendt het Nat. Bureau
voor Yrouwenarbeid gratis een /,Leidraad
voor Nederlandsche Meisjes bij de keuze
van een Beroep" aan iedere openbare of
bijzondere lagere school in ons land, die
meisjes leerlingen heeft (uitgezonderd
de scholen te Amsterdam, Rotterdam en
's Gravenhage, die speciale vplaatselijke
Leidraden ontvangen). Het is de bedoeling
dat de vrouwelijke van school gaande jeugd
dat boekje te leen zal ontvangen, door be-
middeling van het schoolhoofd, teneinde er
haar voordeel mee te doen bij de beroeps-
keuzen.
Wie 't werkje in zijn bezit wil hebben
kan 't koopen aan het Nationaal Bureau
voor Vrouwenarbeid, 's Gravenhage, Jacob
v. d. Doesstraat 68 (schoolmeisjes, door be-
middeling der schoolhoofden a 25 cts, anderen
a, 75 cts franco per post).
Mocht eenige gemengde of meisjesschool
begin Maart nog geen Leidraad hebben
ontvangen, dan hoopt 't Nat. Bureau voor
Yrouwenarbeid daarvan verwittigd te worden.
De slrijd bij de Nlasoerische
meren.
Nu meer berichten inkomen over den
grooten slag aan de Mascerische meren,
waarin Von Hindenburg ten derden male
Oost-Pruisen van den Russischen inval be
vrijdde, blijkt zoo schrijft het Hbl
steeds duidelijker, dat de strijd van buiten-
gewoon grooten omvang is geweest.
Negeu dagen heeft de worsteling in ijzig
winterweer geduurd. Met de geweldige
toeneming van de massa's, welke in den
modernen oorlog tegen elkaar worden ge-
worpenmet de voortdurende verbetering
van de technische vechtmiddelen, is de tijd
voorbij, dat de beslissing op het slagveld
in een dag viel. Wat thans een slag ge-
noemd wordt, is een reeks gerecbten, die
vaak op van elkaar gescheiden terreinen
worden geleverd, maar waaraan toch steeds
dezelfde gedachte en dezelfde opzet leiding
en vorm geeft.
Reeds eenige dagen geleden werd uit het
Duitsche hoofdkwartier gemeld, dat de strijd
een gunstig verloop nam en de Duitsche
troepen snel voorwaarte rukten.
Dit „gunstige verloop" blijkt thans hierop
neer te komen, dat het Xe Russische
legerkorps, waartegen Yon Hindenburg zijn
hoofdstoot richtte, vrgwel geheel ver-
nietigd is.
Dit leger bestond uit elf infanterie
divisies en de noodige cavalerie-divisies
de ,/Koln. Ztg." schat het geheel op minstens
160.000 man.
Ook thans streefde Von Hindenburg niet
alleen naar het verslaan van den vijand,
maar naar diens vernietiging. In wijde
boog voerde de Duitsche linkervleugel een
omtrekking in ijlmarsehen uit, terwijl
centrum en rechtervleugel (de laatste om-
vattend) den vijand in front en hank
vasthielden, om hem in een ijzeren om
arming dood te drukken.
Nochtan3 schijnt een gedeelte van het
Russische leger zich aan de insluiting ont-
trokken te hebben, althans er wordt ge-
sproken van een vervolging. Maar de
weerstandskracht van de Russen is in elk
geval op dit gedeelte van het operatie-
tooneel gebroken, hetwelk trouwens blijkt
uit hun teruggaan onder de dekking van
hun fortenlinie.
Welke invloed deze ontruiming van
Oost-Pruisen en Polen ten noorden van de
Weichsel hebben za! op den toestand ten
zuiden van de Weichsel, in bet centrum dus
van het oostelijk gevechtsfront, moet worden
afgewac'nt.
De ^Times'' vergelijkt de positie van de
wederzijdsche strgdkrachten met den toe-
stand van Juni 1812. Toen was, evenals nu,
het front, dat de vgandelgke legers inna-
men, reusachtig en strekte zich uit van Ga-
licie tot de Njemen, Schwarzenberg en zijn
Oostenrijkers vervulden de rol van den
Oostenrgkschen aartshertog Eugende rol
van den koningvan Westfalen, op Warschau
en Bialystok aanrukkende, wordt nu vervuld
door het leger van generaal Machesen die
van den onderkom van Italie, Eugene de
Beauharnais, die nog meer naar links stond,
wordt vervuld door de Duitsche troepen op
den rechter Weichseloever, terwijl Napoleon
en Murat, van Thorn oprukkende naar
Oost-Pruisen, het nieuwe leger van Hinden
burg vormden. Macdonald met zgn Pruisen
bij "Tilsit is het tegenwoordige Duitsche
leger, dat over de Memel ageert. Er is
niets nieuws onder de zon, zegt de //Times",
en de Duitschers hebben eenvoudig een
strategisch plagiaat gepleegd en Napoleon's
denkbeeld nagevolgd.
Men zou ook kunnen zeggen, dat Napo
leon nog immer de onovertroffen meester
big ft.
Een al te krasse maatregel.
In een artikel van den militairen mede-
werker van de /Times" over de legerbe-
grooting lezen we o.a. Wij moeten ons geen
illusies maken over de militaire inlichtingen
die de Duitsche regeering bezit. Zg kent
maar al te goed de zwakke plaatsen in het
harnas der geallieerden tenzij we bereid
zgn om den drastiscben maatregel te nemen
om eenvoudig-weg alle verkeer van welken
aard ook tnsschen Engeland en de neutrale
staten aan de Duitsche grenzen te sluiten,
big ft de waarschgnlgkheid groot, die vrijwel
zekerheid is, dat het officieele Duitschland
vrij volledig op de hoogte zal blijven van
de vorderingen van onze nieuwe legers en
onze militaire besehikkingen in het binnen-
land.
De Keijzer te Lyck.
Uit Lyck wordt geuild, dat een gewiehtig
onderdeel van de wintercampagne in het
gebied der Masoerische meren de gevechten
in en om Lyck waren. Deze plaats bood
een rustig en stevig steunpunt. Onze troepen
slaagden er in onder de oogen van den aan
het front vertoevenden Keizer op 14 dezer
den vijand uit zijn stellingen rondom de
stad te verdrijven. Nauwelijks waren de
overwinnaars de stad binnengetrokken, of
ook de Keizer verscheen in de stad, waar
behalve talrgke Russische gevangenen, deelen
van de elfde landweerdivisie en van de tweede
infanteriedivisie, o. a. het roemrijke Oost-
Pruisische fusilierregiment Graf Roon no.
33, zich bevonden. Op het marktplein
speelde zich te midden der doorschoten
huizen en de zeer beschadigde kerk, een
aangrijpend merkwaardig tooneel af, dat
bij alle getuigen onvergetelijk zal zgn. De
juist uit de hevigste gevechten terugge-
keerde soldaten, bedekt met bloed en vuil,
drongen juichend om den Keizer, die vele
manschappen en alle aanwezige officieren
toesprak. Duizenden hieven de volksliederen
aan. Alle muren en vensteropeningen der
doorschoten huizen waren bezet met soldaten
die den Keizer wilden zien. Bij het ver-
laten van de stad ontmoette de Keizer nog
twee binnentrekkende bataljons van het
Pommersche grenadierregiment no. 2 met
doorschoten vaandels. De troepen vormden
een carre en in het midden van de soldaten
bracht de Keizer den grenadiers dank. Zij
hadden het in hen gestelde vertrouwen
schitterend gerechtvaardigd en zich hun
voorvaderen waardig getoond, die in 1870
en voor honderd jaren met ongetemden
moed het vaderland tegen den vijand hadden
bestemd.
De Keizer was overtuigd, dat zij en het
geheele leger ook verder niets zouden na-
laten om den vijand te verslaan, waar hij
zich ook zou vertoonen, tot kg volkomen
zou zgn overwonnen. De troepen ant-
woordden met donderend hoera op deze
woorden van den Keizer.
door de golven en met voile vaart gaat het
naar de rookzuilen, waaronder een Engel-
schen kruiser te zien komt. „Naar de boo
ten", wil Muecke roepen, om ook van de
partij te zijn. Te laat! Reeds werpt kapi-
tein v. Midler den Brit de eerste ijzeren
uitdaging voor den boeg. Een fontein
springt op, en zinkt weg te midden van
wit schuim. Het is 10 uur s morgens.
Von Muecke voelt, dat het misloopt. Wei
heeft de „Emden" aanvankelijk goede tref-
fers, zij schiet snel en nauwkeurig; maar
na een hardnekkigen strijd delft zij langza-
merhand het onderspit. Onder de oogen van
de kleine schare op het eiland wordt het ge-
liefde schip vernield. Het is voor de man-
nen, alsof zij zelf gewond worden, wanneer
na het inslaan van een Engelsche granaat,
een Duitsch kanon eenige minuten zwijgt.
Zij zien hun kameraden bloedend, hun wa-
pens vernield en voelen het bittere van het
niet mee te kunnen doen, als hun eigen
schip en hun bemanning strijden. Hun
kelen worden droog en de oogen branden,
als de vlammen het achterschip van de
„Emden" verteren. Zij knarsen met liun
tanden en ballen hun vuisten, wanneer de
voorste schoorsteen en de fokkemast door
granaten over boord worden geworpen. Zoo
nu en dan en steeds zwakker biedt de
„Emden" tegenstand.
Haar munitie raakt op. Muecke begrijpt,
dat zij spoedig in de golven verdwijnen zal.
Hij kijkt om en overziet den toestand. Op
het Engelsche eiland bevindt hij zich onder
Engelschen en buiten ligt de vijandelijke
kruiser, die na de vernieling van den Duit-
scher zonder twijfel een sterk landings-
detachement zal zenden. Dan zullen er
heel wat dooden vallen, voorclat de 50 Duit
schers met den strijd zullen eindigen. Zoo
goed als het gaat met twee machinegeweren
en 47 geweren, maakt hij het eiland gereed
voor de verdediging. Wanneer de oude
.Emden" zinkt, zal Keeling een nieuwe
zijn!
Om; 5 uur s middags verdwijnen dc vech-
tende kruisers aan den horizon. Voor de
schemering valt, duiken zij weer op. In het
avond-licht ziet Muecke, dat de tegenstan-
der met snelle vaart tot dicht bij de bijna
weerlooze „Emden" stoomt. De rookwolken
van beide schepen zijn tot e6n samenge-
smolten. Uit het donkere zwart springt plot-
seling een witte straal stoom te voorschijn.
Een torpedo-scliot! Trof het de Emden
Bijna! Want tegen de bloedroode schijf van
de zon, die in den Oceaan zinkt, ziet men
voor de laatste maal den eenigen mast onge-
schonden. Daarop zwijgt het vuur. De sche
pen verdwijnen in de verte en in den nacht.
Wie weet, vraagt Muecke, of ik niet toch
mijn schip kan bereiken? In de haven heeft
hij overdag den ouden 97 tons driemast-
zeilsclioener „Avesha" gezien. Maakt dat
ding klaar voor vertrek!" Het vaartuig
wordt, zoo goed en zoo kwaad als het kan.
van proviand voorzien en opgetakeld en de
kleine stoomsloep sleept s nachts den ouden
scheepsbarkas nil de haven. Muecke roepi
zijn mannen bij elkaar en spreekt hun toe.
De vijftig mannen hebben geen nautische
instrumenten, hebben liaast geen voedsel of
kleeren, want zij dragen slechts het dunne
landings-tenue. Zij denken met zorg aan
Muecke hoort dit met genoegen, want de
touwen zijn slecht, de zeilen gescheurd.
Maar een prijs mag hij niet commandeeren.
Hij staat er op, dat de „Ayeslia" een oor-
logsschip is en protesteert. De schoener
wordt dan als oorlogsschip beliandeid. Of
hij een schriftelijke opdracht, of een bevel
van den commandant van de „Emden
heeft'? „Is niet noodig", schrijft Muecke
koel, „want ik voer de oorlogsvlag en den
wimpel. Mijn officieren zijn te vinden in
de ranglijsten der keizerlijke marine en
mijn bemamiing is actief personeel der
Duitsche vloot. Dat zijn voldoende bewijzen,
dat de schoener een oorlogsschip is.
Een nieuwe brief„Hoe hij in het beziL.~«.
van het vaartuig is gekomen?"
„0", zegt Muecke kwaad, en hij schrijft:
„Daarover ben ik slechts aan mijn supe-
rieuren rekenschap verschuldigd!'
Hij kreeg alles, om zijn schip zeewaardig
te maken, proviand, water, kleeren enz.
Meer dan het gevraagde krijgt men van
de Duitsche handelsschepen in de haven.
De zeelieden hebben de „Ayesha" met ge-
juich ontvangen, en zij deden alles om de
laatsten van de „Emden" te helpen. Op
ontelbare pakjes staan gelukwenschen. En
in die pakjes zijn onder kleeren, sigaren,
wijn, vruchten en... horloges! En de niooi-
ste cadeaux die men kreeg, Nvaren de berich
ten van Duitsche overwinningen.
Nu was het de moeite waard, opnieuw- te
vertrekken en Muecke schrijft deze woor
den: „Dadelijk, nadat wij het noodzake-
lijke ontvangen hebben, vertrek ik. en ik
zal het schip en de bemanning in het be-
lang van den dienst aanwenden, zooals het
mij het beste toeschijnt."
Deze belofte heeft de dappere comman
dant door zijn landing te Hodeida met twee
officieren en 47 man gestand gedaan.
Nog eens heeft hij echter met de vreemde
haven-autoriteiten te doen, en hij schrijft
hun: „Wanneer ik nog eens door een oor
logsschip begeleid wordt, dan zie ik daarin
een onvriendelijke daad.
De bestellingen en de ,.Liebesgaven' zijn
aan boord gekomen en wel op bevel van
Muecke over een neutraal oorlogsschip. Hij
wil steeds de correcte zes-officier zijn. De
„Ayesha" is klaar voor verlrek.
De bemanning der Duitsche koopvaarders
in de haven juichen. Er wordt gewuifd.
„Deutschland, Deutschland iiber alles'
klinkt over het water.
Van het verblijf der „Ayesha" in den
Indischen Oceaan weten wij verder niets.
Volgens Engelsche berichten deed Muecke
kustvaartuigen zinken, maar lang kon het
niet duren, want de proviand was te ge-
ring.
De „Ayesha" ging door de straat van
Bab-el-Mandeb, die door vijandelijke oor-
logsschepen scherp bewaakt werd, en onder
de oogen van de bemanning van een Fran-
schen kruiser landde men te Hodeida en
sloot zich daar bij de Turken aan.
Zoo is dan de geschiedenis van S. M. S.
„Avesha", zoo besluit Otto von Gottberg.
De schoener zal,'nadat hij zijn plicht ge
daan heeft, door de bemanning, als een
Duitsch oorlogsschip, tot zinken gebracht
zijn, opdat hij niet in handen van den vij
and zou vallen
De „Ayesha" en haai*
commandant.
Het IJzeren Kruis is aan de geheele be
manning van de „Ayesha verleend; de com
mandant kreeg Ret IJzeren Kruis le klasse.
Over de „Ayesha", het schip, waarmee
eenige leden van de bemanning van de
„Emden" den avontuurlijken tocht naar
Arabie ondernamen, vertelt Otto v. Gott
berg in de „Koln. Zeitung" het volgende:
De „Emden" ligt voor het Kokos-eiland
Keeling. Op het eiland is kapitein-luitenant
v. Muecke met de luitenants-ter-zee Schmidt
en Gyssling met 47 man bezig met het ver-
nielen van het draadlooze station, toen in
de verte een rookzuil uit een schoorsteen
van een schip boven den horizon zichtbaar
wordt. Het zal het schip zijn, dat vanmid-
dag de „Emden" van kolen zal voorzien.
Muecke keert het den rug toe. Maar op een
roep van een matroos grijpt hij naar zijn
verrekijker. De „Emden" laat het eiland
haar achterschip zien. Haar boeg snijdt
hun vaderland, want de Emden" ving
slechts berichten op van Duitsche neder-
lagen: onze vloot vernield, de Russen voor
Berlijn en de Franschen bij den Rijn!
Zestien dagen zijn zij op zee, op weg naar
een neulraal eiland, waar de uitrusting aan-
gevuld zal worden. Een torpedojager komt
hun tegemoet en volgt hen van dichtbij.
'..Waarom vergezelt u mij?" vraagt Muecke.
De vreemdeling zwijgt, maar Muecke ziet,
dat de afstand met de „Ayesha" grooter
wordt.
Het is een heldere morgen en misscliien
juisd 8 ,uur, als de grens van een neutralen
staat gepasseerd wordt. Oorlogsvlag en
wimpel hijschen!" De vlag van den stoom-
barkas en een wimpel, vermoedelijk uit een
oud hemd geknipt, gaan omhoog. De drie
officieren salueeren. Op het commando
„stilstaan" staat de bemanning in het ge
lid. En toen Muecke in een boot gaat en
langszij den neutralen torpedojager vaart,
klinkt aan de valreep het fluitje. Hij
deelt mede, dat "hij de haven van X. wil
binnenloopen. De vreemde commandant is
verbaasd. Daarom zegt Muecke kalm:
„Mijn schip is een oorlogsschip.
Met behulp van den loods komt Muecke
in de X.-haven. Niet zelf gaat hij naar de
haven-autoriteiten, maar hij stuurt een
officier met een korte mededeeling. Hij is
van plan, water en proviand in te nemen
en binnen 24 uur weer te vertrekken. De
,,Ayesha" is een oorlogsschip en Muecke de
correcte commandant. Het antwoord luidt:
De regeering der kolonie moet telegrafisch
om orders verzocht worden. Muecke krijgt
den volgenden dag antwoord ,,De
j.Ayeslia" zal als een prijs behandeld wor
den, maar het allernoodigst mag zij aan
boord nemen en zij mag tot dat zij zeewaar
dig is in de haven verblijven
Wij ontleenen daaromtrent aan de Telegr.
de volgende telegrammen
Aan het Westelijk front.
Officieele communique's.
PARIJ3, 18 Febr. (Reuter). Het offi
cieele communique van hedenmiddag luidt
Het wordt bevestigd, dat wij ons bg
verrassing meester maakten van twee
Duitsche loopgravenlinies ten noordmi van
Atrecht en ten Noord-Westen van Roclin-
court, waarbij den vijand ernstige verliezen
werden toegebracbt. Wij veroverden em
bommenwerper en eenige honderden botnmen.
In het dal van de Aisne en in den sector
van Reims hadden artillerie-gevechten plaats,
waarbij onze -banerijen een beslist voordeel
bebaaldeu.
In Champagne in de streek van Perthes
behielden wij al het terrein, dat wij gisteren
en eergisteren gewonnen hadden. Onder
de talrijke krgsgevaugenen, die den 16en
en 17en in onze handen gevallen waren,
komen officieren en manschappen voor van
het 6e en 8e actieve en het 7e en lOde
reserve-leger-korps.
In de Argonnen.handhaafden wij ons op
het gewonnen terrein in het bosch La Gru-
rie, ten Zuiden van Fontaine aux-Charmes.
Wij maakten eenige vorderingen in de streek
van Boureuilles op heuvel 263.
Ons succ-es tusschen de Argonne en de
Maas, betwelk wij den 17en 'savonds ge
meld hebben, stelde ons in het 1 ezit van
h-£ boscb ten Zuiden van Bois de Chippy
I
TER NEUZENSCHE COURANT