ALGEMEEN NiEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOf. ZEEUWSCH-VLAANDEREN.
No. 6178.
Donderdag 28 Januari 1915.
55e Jaargang.
DR ANK WET.
Bekendmaking.
De Oorlog.
ABONMEMENT:
ADVERTENTIEN
Teleloon
Bit Biad verschljnt laaadag-, Woessdag- en Yrpagavoad, nitgezc^Oerd op Feestdagen, &1J de Firma F. J. YAM BE SANDS te Ter Neazea.
BIWNENLAND.
W
Per 3 maanden binnen de stad 1.—Franco per post voor Nederland 1.10.
Bij vooruitbetalingvoor Belgie /1.40, voor Ned.-Indie en Amerika jf 1.65,
overig Buitenland 2.—.
Men abonneert zich bij de Uitgeefster, of buiten Ter Neuzen ook bij aile-
Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievenbushouders.
Van 1 tot 4 regeis 0,40. Voor elken regel meer 0.10.
Bij dil*ecte opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de
prijs slechts tweemaal berekend.
Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend.
Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief.
Inzending van advertentien voor 1 Bills* op den dag der uitgave.
De Burgemeester van HOEK maakt be-
kend, dat de door den heer Commandant
der kustbatterij te Ter Neuzen op lldezer
vastgestelde verordening op het vervoer van
petroleum, benzine, tarwemeel en bloem in
het gebied dezergemeente, wordt ingetrokken
met ingang van 28 Januari 1915.
Hoek, 27 Januari 1915.
De Burgemeester voornoemd,
A. WOLFERT.
Vergadering van 26 Januari.
Yoortgegaan wordt met de behandeling
van het wetsontwerp betreffende het
langer in dienst houden van
dienstplichtigen bij
de landweer.
De heer Tydeman betoogt, volgens bet
verslag der H. Ort., dat de Regeering alleen
de verantwoordelijkheid moet dragen van
de zorg voor onze onafhankelijkheid. Hij
acht het ongeoorloofd dat de Kamer het
roer in handen zou nemen, ook daar de
Regeering beschikt over gegevens, welke
de kamer mist. Hieruit vloeit voort, dat
men de Regeering de beschikking moet
geven over alles wat zij meent noodig te
hebben.
Wat nu het aanhangige ontwerp betreft,
meent spreker dat gister veel te veel is
geklaagd, dat de Regeering geen oog zou
hebben voor de burgerlijke belangen. Hij
voor zich acht de door de Regeering voor
haar voorstel aangevoerde argumenten af-
doende.
Spreker juicht het toe, dat de Regeering
een comite-generaal heeft afgewezen. Zulk
een comite-generaal in deze tijden zou noo-
deloos de ongerustheid vermeerderen onder
de bevolking, en ook de opmerkzaamheid
der buitenlandsche pers, waarvan we reeds
genoeg onaangenaamheden hebben onder-
vonden, doen toenemen. Alleen als de
Regeering zelf het zou wenschen, zou hi] er
zich mede kunnen vereenigen.
Inzake het verleenen van verloven is
spreker voorstander van algemeene maat-
regelen. lndividueele vrijstellingen zouden
den weg kunnen openen tot onbillijkheden,
tot schade van den geest in het leger.
Spreker eindigt met het uitspreken van
zijn voile vertrouwen in de Regeering.
De heer de Meester acht den termijn van
31 Juli, in het ontwerp voor het in dienst
houden der dienstplichtigen gesteld, wat
Iang. Evenwel zal hij er zich bij neerleg-
gen, nu de Regeering verklaard heeft de
manschappen geen dag langer dan noodig
is in dienst te zullen houden.
De heer Bos meent, in tegenstelling met
den heer Tydeman, dat een comite-generaal
de gerustheid in het land zou hebben ver-
hoogd. Bet volk zou hebben gezien, dat
de Regeering vertrouwen stelt in zijn
vertrouwensmannen.
Spreker stelt zich op het standpunt dat
onze weermacht zoo sterk mogelijk moet
zijn, maar daaruit volgt nog niet dat zij
ieder oogenblik paraat moet zijn. Hij
beschikt evenwel niet over de noodige
gegevens om dat aan te toonen en laat
daarom de verantwoordelijkheid aan de
Regeering.
Ook 'spr. had liever den termijn, in het
ontwerp voor het indiensthouden der man
schappen gesteld korter gezien. Men had
dan, wat volstrekt niet overbodig is te
achten, nog eens kunnen discussieeren over
de economische belangen.
Spreker zal voor stemmen hij wil de ver
antwoordelijkheid niet aanvaarden aan de
Regeering te onthouden, wat zij noodig
acht om haar verantwoordelijkheid te kunnen
dragen.
De heer Troelstra vraagt waarorn de
Regeering niet zelf gekomen is met het
aanbod mededeelingen te doen aan de Kamer
waardoor zou zijn voldaan aan het recht-
matig verlangen naar meer medezeggen-
schap der volksvertegenwoordiging. Met
blind vertrouwen in de Regeering wordt
de positie, welke de volksvertegenwoordi
ging in ons Staatsbestuur inneemt, prijs
gegeven.
Met kracht protesteert spreker tegen de
veronderstelling, dat mededeelingen, door
de Regeering aan de Kamer gedaan, niet
geheim zouden blijven. Waarbij hij wijst
op het voorbeeld van Denemarken, waar
de toestand nog gevaarlijker is dan hier
en waar de volksvertegenwoordiging toch
niet onkundig wordt gelaten van politieke
verwikkelingen. En zelfs wanneer niet alles
geheim zou blijven, welke gevaren zouden
er, vraagt spreker, dan nog dreigen Er
wordt toch niet gevraagd naar strategische
geheimen, doch alleen naar feiten en ge-
beurtenissen in verband met de buitenland
sche politiek.
Spreker protesteert dan ook ten ernstigste
tegen de houding der Regeering. Ook daar
de Kamerleden niet verantwoord zouden
zijn tegenover hen, die hen afvaardigden,
indien zij niet hadden gevraagd naar de
gronden, waarop de Regeering bare voor-
stellen doet rusten. Biijft de Regeering
dan ook weigeren, dan neemt zij daarmee
de verantwoordelijkheid op zich voor het
feit, dat de sociaal-demokratische leden tegen
het ontwerp zuilen stemmen.
Spreker wenscht de Kamer gelegenheid
te geven een principieele uitspraak te doen
en dient daarom een motie in, waarin
wordt uitgesproken, dat de Kamer het be-
treurt, dat haar geen gelegenheid wordt
geboden kennis te nemen van de politieke
gronden der Regeering voor de volledige
handhaving der mobilisatie, zij het dan in
comite-generaal.
Deze motie wordt dadelijk in behande
ling genomen.
De heer Patijn vraagt ook nu nog,
waarom het niet mogelijk zou zijn de oudste
landweerlichting met groot verlof naar huis
te zenden, zij het dan ook over eenige
weken. Deze lichting heeft de oudste rech-
ten en moet dus voorgaan aan de dienst
plichtigen van andere lichtingen, voor wie
verlof gewenscht is. Voorts zou het naar
huis zenden van bedoelde lichting in het
buitenland geen opzien wekken, zooals de
minister vreest. Terwijl het bezwaar des
ministers, dat het vervoer der lichting
moeilijkheden zou kunnen opleveren bij
een eventueel noodige concentratie van
troepen wellicht zou kunnen worden on-
dervangen door een nader te omschrijven
bepaalde toestemming voor de manschap
pen der betrokken lichting.
Tenslotte dringt spreker aan op ruime
verloven voor landbouwers, die in dezen
tijd van het jaar moeilijk in hun bedrijf
kunnen worden gemist.
Interpellate.
De heer Helsdingen vraagt verlof op
nader te bepalen dag den minister van
Kolonien te mogen interpelleeren over de
regeling der verhouding van burgerlijke en
militaire autoriteiten in Indie.
Bet verlof wordt verleend.
In dienst houden van
Landweerdienstplichtigen.
Minister Bosboom heeft zich tijdens
de debatten afgevraagd of de Kamer zich
wel bewust is van den ernst der omstan-
digheden. Gelukkig boorde hij van den
heer Nolens de erkenning, dat de militaire
eischen thans moeten praedomineeren.
De Regeering is van oordeel, dat onze
weermacht zoo sterk mogelijk gereed moet
blijven om te kunnen dienen als werktuig
ter handhaving van onze onafhankelijkheid.
En zij is in de mededeeling der gronden,
welke haar tot dat oordeel brachten, zoo
ver gegaan als haar mogelijk is. Voor het
overige moet zij het vertrouwen vragen
van het volk en van zijn vertegenwoordigers.
De Regeering staat als een veldheer voort-
durend voor vragenover feiten kan hij
maar zelden beschikken zoodat mededee
lingen in een comite-generaal toch niet
veel zouden kunnen beteekenen.
Hun die aandrongen op het naar huis
zenden van de oudste landweerlichting,
wijst spreker er op, dat het stelsel onzer
militaire wetgeving juist gaat in de richting
van het gebruik maken van de diensten vsjn
ouderen. Voor aanvulling van het leger met
jongeren was een noodwet noodig. Dat
neemt evenwel niet weg, dat de Regeering
de oudste landweerlichtingen geen dag
langer in dienst zal houden dan noodig is.
Waarom met de aanvulling met jongeren
niet vlugger is Voortgegaan, had de heer
Van Twist niet beboeven te vragen. Dat
moet de afgevaardigde, die zelf herhaaldelijk
over grooten kadernood beeft geklaagd,
moeten weten.
Bet denkbeeld van den heer Patijn, om
voor de oudste landweerlichting een afzon-
derlpke organisatie te ontwerpen, ten einde
haar zoodoende met groot verlof te kunnen
zenden, heeft Z. Etc. met verbazing aange-
hoord. De daarvoor noodige verschuivingen
zouden het geheele Jegerverband verbreken.
Echter zal als de lichting 1915 is afge-
richt, de oudste landweerlichting in de
depots kunnen gaan als reserve, en dan
kan overwogen worden of de omstandig-
heden toelaten die oudste landweerlichting
met verlof te zendenmaar zij zal als
landweer ter beschikking moeten blijven.
De minister weerspreekt krachtig dat bij
geen oog zou hebben voor de economische
belangen. Evenwel is het onmogelijk te
voldoen aan de verzoeken om meerdere
verloven voor alle groepen van dienst
plichtigen, waarvoor meer mildheid wordt
gevraagd. De militaire belangen moeten
toch in de eerste plaats in het oog worden
gehouden en mogen niet in gevaar worden
gebracht. Wat de landbouw betreft, reeds
is advies ingewonnen hoe deze zal zijn te
helpen.
In de motie-Troelstra kan de Regeering
niets anders zien dan een uiting van wan-
trouwen in haar beleid. Zij kan haar dus
niet aanvaarden.
Ten slotte sluit spreker zich aan bij het
woord van waardeering, door den heer No
lens gesproken ten aanzien van hen, die
in deze tijden zulke belangrijke diensten
aan den lande bewijzen. Zulke woorden
zijn van oneindig meer waarde dan alle
twijfel, welke wordt uitgesproken ten aanzien
van den goeden geest in het leger.
Minister Cort van der Linden verklaart
dat de Regeering zich levendig is bewust
van de offers welke van de natie worden
gevraagd. Zij meent echter dat de last
nog niet van het volk kan worden afge-
wend. Evenwel zal zij voortgaan met
lenigen van den nood, met verlichting van
den last. En de wenken, daartoe door de
Staten-Generaal gegeven, zullen zeker daar-
bij in aanmerking worden genomen. Over
de onvermijdelijkheid der te nemen maat-
regelen moet evenwel de Regeering alleen
oordeelen. Het is nog de tijd van regeeren
de verantwoording komt later.
En nu is de Regeering er van overtuigd
dat er nog geen man van onze weermacht
kan worden gemist. De gronden voor deze
overtuiging heeft zij ten deele medegedeeld.
En de nietmeegedeelde gronden wenscht
zij ook niet in comite-generaal kenbaar te
maken vooreerst omdat er mededeelingen
en feiten zijn, waarvan zij niet het recht
heeft mededeeling te doen en vervolgens
omdat er andere zijn, waarvan bekendmaking
strijdig zou zijn met 's Lands belang.
Een comite-generaal zou bovendien geen
nut hebben. Het oordeel der Regeering
berust niet alleen op feiten, doch ook op
indrukken, waarvan de Kamer, die niet
beschikt over de ervaring der Regeering,
de waarde niet geheel kan beoordeelen.
Zi]n er Kamerleden, die aarzelen, om de
weigering van een comite-generaal, hun
stem aan het ontwerp te geven, dan wijst
de minister er hun op, dat in de gevaar-
lijke tijdsomstandigheden de eendracht van
ons volk, en het feit dat de Regeering het
leger en het volk achter zich had, een
machtige factor te onzer bescherming zijn
geweest, en hij vraagt hun dat machtige
middel thans niet prijs te geven. Boven
dien verklaart spreker hier dat er nog
zwakke plekken in onze internationale po
sitie zijn. En dit zegt spreker niet om
ongerustheid te wekken, doch er wordt
tusschen groote naties een strijd gevoerd
op leven en dood, waarbij ook in neutrale
landen met onverwachte hevigheid de be-
proeving kan komen.
Ten slotte wijst de minister er de Kamer
op dat er naast de speculatieve neutraliteit
ook de hoogere neutraliteit bestaat zich
zelf te zijn. En de Regeering is er zeker
van dat ons land dit recht nooit zal prijs-
geven. Doch niet dat recht alleen is de
beschutting van ons onafhankelijk volks-
bestaan, doch de wil om dat recht krachtig
te verdedigen. Daarom moet in deze dagen,
nu de wereld ons gadeslaat, niet kunnen
worden getwijfeld aan den ernst van onze
voornemens.
Indien en hier richtte de Minister
zich tot den heer Troelstra zooals in
Augustus de nationale gedachte nog over-
heerscht., dan meent spreker dat de Kamer
het best gedekt zou zijn door haar ver
trouwen te blijven stellen in de Regeering.
De nationale gedachte wordt het best ge-
diend niet door woorden, maar door daden.
(Applaus.)
De heer- Troelstra repliceert. Hij ver
klaart met zijn motie allerminst een uiting
van wantrouwen in het beleid der Regee
ring te bedoelen. Hij handhaaft zijn motie
en biijft bij zijn voornemen om tegen te
stemmen.
De heer Lohman behoort tot hen, die
in de afdeelingen bezwaar maakten tegen
het ontwerp. Daarom verheugt het hem,
ook al zou hij in ieder geval voor hebben
gestemd, omdat hij de verantwoordelijkheid
niet zou willen overnemen, dat de rede-
voeringen van beide ministers hem volkomen
hebben bevredigd.
Het verbaast hem, dat de Regeering zich
met zoo zwaar geschut tegen de motie-
Troelstra keerde die motie toch is op zich
zelf ODaannemelijk zjj betreurt immers 't
niet verstrekken van meedeelingen, waar
van men niet weet of zij met het oog op
's lands belang toelaatbaar zijn.
De heer Duymaer van Twist repliceert.
De heer Van der Voort van Zijp beveelt
de belangen der landweermaunen bij de
Regeering aan. Hij heeft vertrouwen in
de Regeering en zal daarom tegen de motie-
Troelstra stemmen.
De heer Bos motiveert, waarom hij tegen
de motie zal stemmen. De motie heeft
wel een algemeene strekking, waarmede
spreker zich kan vereenigen, doch zij strekt
zich ook uit over het aan de orde zijnde
ontwerp, ten aanzien waarvan spreker een
comite generaal niet noodig acht.
De heer Ter Laan repliceert.
De algemeene beraadslagingen worden
gesloten.
De motie-Troelstra komt in stemming.
Zij wordt verworpen met 62 tegen 14 stem-
men (die der socialisten).
Alvorens tot stemming over art. 1 wordt
overgegaan, verklaart de heer Bichon tegen
te zullen stemmen, omdat hij er zich niet
mee kan vereenigen, dat de Minister zegt
dat iets niet mogelgk is zonder het te
motiveeren.
Het artikel wordt aangenomen met 61
tegen 15 stemmen (die van de socialisten
en van den heer Bichon).
Het ontwerp wordt daarna zonder stem
ming aangenomen, evenals dat tot het langer
in dienst houden van dienstplichtigen bij
de militie.
Nog worden goedgekeurd de ontwerpen
nopensde waarde van zaken, waaronder
de rechten van successie of van overgang
bjj overlijden verschuldigd zijnnaturali-
satie van M. H. Hendrix en 15 anderen.
De Voorzitter is voornemens de Kamer
heden over drie weken opnieuw bijeen te
roepen, ter behandeling van het eedsvraag-
stuk, van de voorwaardelijke strafopschor-
ting, van het buitengewoon krediet voor
Oorlog, van het wetsvoorstel-Aalberse en
van de wijziging der militaire Pensioen-
wetten, benevens de bespreking van den
toestand van het spoorwegpersoneel.
De vergadering wordt gesloten.
PostcJieque- en giro dienst.
Ingediend is een wetsontwerp houdende
aanvulling van de wet tot regeling der
brievenposterij, voor de instelling van een
postcheque en gito-dienst.
Voorgesteld wordt te bepalen dat. op
door de Kroon vast te stellen voorwaarden
en tegen betaling van door haar te regeien
rechten op postkantoren gelegenheid wordt
gegeven tot korting van een beschikking
over gelden in rekening-courant.
De Ministers van Waterstaat en Financien
zeggen in hun toelichting tot dit wets
ontwerp dat toevoeging aan den postdienst
van de bovenbedoelde instelling eene be
langrijke vergemakkeling in het betalings-
verkeer zal teweegbrengen. De geld-
verplaatsing met al de daaraan verbonden
bezwaren zal bierdoor zeer aanzienlijk
beperkt worden. Gelden, welke thans per
postwissel of per aangeteekenden brief
overgemaakt dan wel per quitantie inge-
vorderd worden, kunnen dan op de rekeningen
worden gestort. De rekeningbouders be-
hoeven niet telkens gelden aan de post
kantoren in ontvangst te nemen of te laten
afhaleu. Zij kunnen de stortingen op
hunne rekening laten staan tot zij over
hun tegoed wenschen te beschikken, hetgeen
kan geschieden door afgifte eener cheque
of wel door overschrijving op een andere
rekening.
Ook voor den postdienst zelf zal het
cheque- en giroverkeer van veel nut wezen.
Er wordt een waarborgsom van 50
vereischt voor elke rekening-courant.
De rente wordt berekend naar 11/2 pCt.
per jaar. Yoor elke storting wordt 3 cent
berekend (5 cent als de rekening elders
wordt gehouden), en voor elke overschrijving
ook 3 cent.
Stortingen in geld worden aan alle
postkantoren op alle rekeningen aangenomen.
Gelden welke de postadministratie aan de
rekeningbouders heeft uit te betalen, kunnen
daarop goedgeschreven worden.
Over het saldo eener rekening kan worden
beschikt door overschrijving op een andere
rekening en door middel van cheques.
Deze cheques zullen kunnen luiden aan
toonder, behoudens advies betaalbaar zijn
ten opgegeven postkantore binnen een korten
tijd na de aangifte en aan een maximum
van bijv. 3000 gebonden zijn, terwijl op
denzelfden dag en op dezelfde rekening
over niet meer dan een zeker maximum
zal mogen beschikt worden.
Een millioen hoefijzers.
Naar wij vernemen, worden thans te
Amsterdam en in omliggende gemeenten
groote bestellingen uitgevoerd van gesmeede
hoefijzersmen spreekt ons zelfs van 1
millioen. Deze bestelling is voor buiten
landsche rekening en ook werd ons de
richting aangegeven, waar de hoefijzers
zullen heentrekken.
Onze zegsmans verontrust zich over een
dergelijk aanzienlijk verlies van grondstof
voor de binnenlandsche nijverheid. Wij
hebben echter ter bevoegde plaatse ge'infor-
meerd en vernomen, dat uitvoer van ijzer-
waren niet verboden is. (De Tijd.)
Rooverbeiredeii in Vlaande^en.
Men schrijft uit Geeraardsbergen" aan
de Tel.
ffL'histoire se repete" Vlaanderen is
een eeuw teruggedrongen in de geschiedenis.
Bij al de ellende van den oorlog beleeft de
rampzalige bevolking er weer volop de ver-
schrikking van de //trainards" van't Sanscu-
lottenleger en van Baeke'andt en zijn roovers-
bende van het vrijbosch.
Of er slechts eene groote of verschillende
kleinere benden in het spel zijn, is nog niet
uitgemaakt, maar op zeer vele plaatsen
tusschen Geeraardsbergen en Aalst, waar
thans geen Duitsche soldaten meer zijn,
hebben deze laatste weken de boeren last
van roovers gehad.
Overal gaan deze volgens hetzelfde sy-
steem te werk, dat geen ander is dan van
de bandieten uit den onden tijd. Bij ploegen
van vijf tot tien man dringen ze, met zwart-
gemaakt gezicht, de afgelegen woningen
binnen, binden de verraste bewoners vast
aan stoelen of op hun bed en eischen, onder
de gruwelijkste bedreigingen, dat me:, hun
het verborgen geld wijze. En daD nemen
ze ook alles mee wat maar eenige waarde
voor hen heeft.
Op sommige plaatsen werden boeiderijen
letterlijk leeggebaald door zeer sterke, van
alle inbrekersgerei, wapenen en zelfs voer-
tuigen voorziene benden.
Zoo drongen te Impe bij den landbouwer
Bosschaert niet minder dan vijftien roovers
binnen, en plundfrden de hoeve volgens al
de regeien van de kunst.
Feiten in denzelfden aard kwamen ook
voor te Meire, te Erpe en te Gemmerage.
In dit laatste dorp echter liep het voor de
schelmen niet zoo goed af. Met hun zessen
waren ze gedrongen in de hoeve van de ge-
broeders Wijnendale, doch deze waren op
tegenweer bereid en slaagden er in de ban
dieten op de vluchr te drijven, niet echter
zonder door messteken te zijD gewond. v>:j
Enkele roovers werden reeds aangek mden,
doch alleen kunnen de veldwachters tegen
hen niet op. Ook werden in verschillende
dorpen reeds nachtwachten ingericht, en
enkele burgemeesters hebben reeds de hulp
der Duitsche militaire overheid ingeroe.,en
en ook verkregen.
COURANT.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN,
brengen ingevolge artikel 37 in verband met artikel
12, le lid der lJrankwet, ter openbare kenn'is dat
bij ben is ingekomen een verzoekschrift om verlof
tot den verkoop van alcoholhoudenden, anderen
dan sterken drank van MARIA MARTHA JANSEN,
huisvrouw van Jan 't Gilde, wonende te Ter Neuzen,
in het linkervoorlokaal van bet perceel plaatselijk
gemerkt P 50 en gelegen aan den kanaaldijk.
Binnen twee weken nadat deze bekendmaking
is geschied, kan ieder tegen het verleenen van bet
verlof schriftelijk bij Bnrgemeester en Wethouders
bezwaren inbrengen.
Ter Neuzen, 25 Januari 1915.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZ1NGA, Burgemeester.
L. WABEKE. Secretaris.
TWEEDE KAMER.