De krijgs"bsdrijven. De aardbeving in Italie. ruilmiddel ontstaan, waarvan de gronslag de sigaar is. Daar men, vooral in dorpen achter het front, toch niets koopen kan, heeft het gewone geld al zijn waarde ver- loren. Men kan er met den besten wil van de wereld niets mede aanvangen, en het wordt bijna allemaal naar huis gestuurd. Daaren- tegen is de sigaar in waarde gestegen. Terwijl echter bij ons muntstelsel een be- paald metaa!, het goud, de onbewegelijke kern vormt, waarna al het andere zich richt. is het bij de sigaren hetzeltde, van welk soort zij zijn. Of men een Henry Clay heeft of een Stinkadores No. 2, het is alles hetzeltde. Hun muntwaarde is niet verschillend. Zoo heeft zich dan een zeer levendig handelsverkeer ontwikkeld waarbij de sigaar de munteenheid is, en waarvan de koopwaar hoofdzakelijk uit den inhoud van de zen- dingen van huis bestaat. Een stuk gerookte worst, zoo breed als een hand, kost vier sigaren. Een paar polsmoffen kan men voor 20 sigaren krijgen, daar het op het oogenblik vrij zacht weer is als het kouder wordt, zal ook de prijs weer stijgen. Een fle8ch cognac, onverschillig van welk merk. kost 30 sigaren. Er zijn reeds bij- zondere ondernemingen gesticht, die geheel op het sigarenstelsel berekend zijn. Wie bij voor beeld zijn bemodderde laarzen weer eens goed opgeknapt wil hebben, kan ze, bij de poetsmaatschappij, voor twee sigaren laten schoonmaken. Helsies* soitder zw#aas»d. Na de torpedeering van het Engelsche oor- logsschip „Formidable" in het Kanaal door! een Duitsche duikboot hebben kapitein en bemanning zich kloek gehouden. De eer- ste vooral, doordat hij in de nabijheid zijnde schepen waarschuwde, lrem en de zijnen niet te huip te komen, daar ook die ad ders voor de vijandelijke ondferzeeer een welkome schijf zouden hebben geboden:de matrozen enz., door de koelbloediglieidj, waarmee ze het onvermijdelijke aanvaards den. De ..Times" verhaalt daarvan en de- „N. R. Crt." brengt over, Wat een der over levenden daaromtrent heeft meegedeeld'. Er waren vijf reddingsbooten, twee liepen vol. Zoo werden er 199 menschen geborgen, Al de booten waren reeds van boord gestoo- ten, toen er itit een klonk: „Er is nog plaafe voor een!,, De hofmeester en een ander Uootten. De ander won het maar hij zei: Jij hebt nog je ouders: ik niet. Ga jij" spring over boord!" Zoo deed de verteller.' Terwijl de booten wegroeiden vertelt de man verder konden wij de mannen op dek lucifers zien afstrijken om pijp of siga- ret aan te steken. Er was een piano aan dek' gehaald, en er werden vroolijke wijs'jes ge- speeld om den moed er in te houdtti, In mijn boot waren een zestig man. De zee was ruw en we hadden alle moeite om niet vol te loopen. Met schoenen en al wat water kon houden werd er gehoosd. Er werd nu en dan gezongen. Na een tijd merkten we, dat er Men dooden in de boot waren( In zicht van land bezweken er nog zeven. Ik was bewusteloos ,toen wij landden. We zijn niagenoeg 20 uur in de boot geweest. De man van de „Times" vertelt nog], dat volgens de verhalen van overlevenden, de „Fomiidahle" door een tweede torpedo aarr bakboord werd getroffen, waarna het schip' weer recht kwam te liggen. Berst twee uur na voor de eerste maal te zijn getroffen zonk het schip. De luchlkragen, waarvan de bemanning van de Engelsche vloot tegenwoordig voor- zien is, vielen in liet gebruik niet mee. Bij kaijme zee kunnen ze goed helpen, maar bij rul>v weer is de mond van den drenkeling te dicht bij het water. Men beveelt nu het ge bruik van reddingsvesten aan. Er zijn er reeds duizenden van een nieuw maaksel op de vloot uitgedeeld. Sommige worden met lucht volgepompt, andere zijn gevuld mfct kapok, dat, zegt de „Times"-man, viermaali meer drijfvermogen heeft dan kurk. SCoper. Een medewerker van de „Times" zet uileen waar koper alzoo voor dient. Een oorlog- voerende natie heeft het in.de eerste plaats noodig voor de patroonhulzen, welke uit een alliage van koper ]en zink bestaan. Beide: melalen dienen voor zulk een gebruik heel zuiver te zijn. Dan is koper noodig voor de hulzen der projectielen voor de snelvuurka- nonnen. Ook voor deze hulzen moet het alliage van de beste hoedanigheid zijn. Het moet precies 1/1250 van een centimeter dik en gasdicht zijn. Zuiver koper is het eenigd metaal dat daarvoor dienen kan. Koperen draden zijn noodig voor de veld- telefonen en voor de windingen van dyna mo's. Aluminium kan het niet vervangen, hoewel men in die richting /vaak proeven ge- nomen heeft, o. a. in Amerika, waar men tranidmissie-kabels van staaldraad met een bekleedsel van aluminium heeft trachten te gebruiken. Op een heel ander gebied wordt veel kopeH in d en vorm van kopervitriool gebruikt, om de Duitsche wijngaarden te besproeien en tegen de phylloxera te vrijwaren. Uit deze veelvuldige toepassing is te ver- klaren, dat een ton koper op het oogenblik met 1920 gulden in goud betaald wordt, ter wijl zij in Engeland maar 720 gulden waard is. Vand e totale koperopbrengst in de wereld (1,011,312 ton in 1912, 1.002,281 in 1913)levert Amerika 64 pet., en hiervan de Yereenigdd Staten 55 pet. alleen. In gewone tijden heeft Duitschland ongeveer 250,000 ton koper noo dig. De man van de „Times" geeft dan cijfers ojtn aan te toonen hoeveel koper boven den gbwonen invoer sedert het begin van den oorlog ,naar neutrale landen verscheept is. De moeilijkheid om verscheping van ko per te ontdekken bepaalt zich niet tot de ontdekking van gezuiverd koper of erts. In het begin van den oorlog stond b. v. „wit metaal", ofschoon het tot 70 pel. koper be- vat, niet o-p| de lijst van verboden goede- ren. Tenzij Duitschland goud uitvoert, is het duidelijk, dat de betaling van koperleveram ties alleen door middel van papier kan ge-! schieden en het is zoo goed als zeker dat zulke documenten ten slotte in lianden van! Londensche banken komen. Daarom zou het, meent de medewerker van de „Timesv, de moeite loonen, om de kanalen aan hqt licht te brengen, waardoor betaling ge- schiedt lndien de finantieele bemiddeling verhinderd werd, zouden de verschepingen van zelf ophouden. Een succes der Duiiacher-s. Blijkens de berichten der laatste dagen van de vorige week, hebben de Duitschers nu op het westelijk oorlogstooneel een succes van beteekenis behaald. Waar overigens als het ware om elken meter grond wordt gestreden, is het zeker van beteekenis, dat ze eenige duizenden meters zuidwaarts geko- men zijn. De eerste berichten daaromtrent waren te lezen in een officieel Fransch commu- que, hetwelk meldde dat de Franschen hun troepen van het noorden van de Aisne hadden moeten terugtrekken, omdat de hevig gezwollen stroom in de rivier de door de Franschen gemaakte hulpbruggen had ver- nield, waardoor het niet mogelijk was, die troepen hulpmiddelen en versterkingen te zenden. Hier werd dus de schuld van het terug trekken op het water geschoven, wel een schrale troost, maar dan toch - een pleister op de wond. Dat men ruiterlijk erkende terug gemoe- ten te zijn, heeft echter, blijkens telegram- men in Parijs een nogal gunstigen indruk gemaakt, omdat men daaruit meent te zien, dat de officieele berichten vertrouwen verdienen. Ondertusschen bezien de Duitschers dien terugtocht uit een ander licht. Het groote hoofdkwartier meldde 15 Januari 11. het volgende Ten Noorden en ten Noord-oosten van Soissons is de Noordelijke oever van de Aisne geheel van Franschen gezuiverd. De Duitschers veroverden de plaatsen Cuffies, Crouy, Bucy-le-Lune, Missy, en de boeren- hofsteden Viaux-rot en Herreries. Onze buit gedurende de gevechten der drie laatste dagen ten Noorden van Soissons bedraagt thans rond 5200 gevangenen, 14 stukken geschut, 6 mitrailleurs en ver- scheidene snelvuurkanonnen. De Franschen leden zware verliezen. Er werden van 4 tot 5000 lijken van Franschen op het slagveld gevonden. Hun terugtocht naar den Zuidelijken oever van de Aisne had zwaar te lijden onder het vuur onzer battery en grof geschnt. Hoe zeer de toestanden veranderd zyn, vergeleken met vorige oorlogen, toont een vergelijking van de hierboven vermelde gevechten met de gebeurtenissen van 1870. Al kunnen deze gevechten ten Noorden van Soisson niet gesteld worden naast die van den slag van 18 Augustus 1870, zoo ge- lijkt toch de grootte van het slagveld op dat van Gravelotte en van St. Privat. De verliezen der Franschen van 12-14 Jan. 1915 gaan echter waarschynlijk die van 18 Augustus 1870 aanmerkelyk te boven. De Franschen geven te kennen, dat het door hen geleden plaatselijk nadeel niet van invloed kan zyn op de algemeene krijgs- bedrijven. Ook de overzichtschrijver van het Algemeen Handelsblad meent, dat het echec niet zoo ernstig is, als men eerst zou hebben vermoed. Wanneer wij aldus schrijft hij den toestand, zooals die uit de Duitsche en Fransche berichten is at te leiden nagaan, dan is ten noorden van de Aisne, om den heuvel 132, die benoorden Crouy en Ruffles gelegen is, een hevig gevecht geleverd. Twee hoogten, waarvan rfe hellingen door de Duitschers bezet waren, werden voort- durend bestreden tusschen de beide par- tijen. Op den linkervleugel van deze korte gevechtslinie hadden de Fransche troepen eenig succes, zonder dat echter een merk- baar voordeel werd behaaldde Fransche stellingen om het dorp Crouy konden worden gehandhaafd, doch bij Vregnv deden de Duitsche troepen een kracbtigen aanval op de Fransche posities, zoodat de Fran sche troepen daar moesten terugtrekken, en de geheele hoogvlakte door de Duitsche troepen kon worden bezet. lnmiddels waren door den hoogen water- stand de Fransche bruggen over de Aisne weggeslagen, zoodat het onmogelijk was versterkingen naar den noordelijken oever te zenden. Dientengevolge moesten de Franschen den noordelijken oever ontrui- men en zich op den zuidelijken oever terug trekken. Zij namen hier een stelling in tusschen Crouy en Missy, met achterlating van bruggenhoofden op den noordelijken oever. Tot zoover het Fransche verhaal. Een kleine onjuistheid moet hierin zijn geslopen, daar zoowel Crouy als Missy benoorden de Aisne liggen. Klaarblijkelijk is dus be- doeld, een stelling die op den zuidelyken oever gelegen was in de lijn, die evenwydig liep met de lijn tusschen genoemde plaat sen hoewel dit niet duidelijk blijkt. Het Duitsche legerbericht meldt nog, dat de Duitsche troepen, by stroomenden regen en in den overal omgewoelden kleigrond, totdat de duisternis viel, loopgraaf na loop- graaf aan de Franschen ontrukten. De gehuchten Cuffies, Crouvy, Bocy-le-Long, Missy, Yauxcot en Herreries vielen in Duitsche handen5200 krijgsgevangenen, benevens kanonnen en mitrailleurs werden genomen. De terugtocht der Franschen, noodzake- lijk geworden door het bedreigen van hun terugtochtsweg, wij I de bruggen vernield waren, moest plaats hebben onder het hevige artillerievuur van de Duitschers, en daarbij kan het r.iet anders of de Franschen heb ben aanzienlijke verliezen geleden. Maar dat de Duitschers daarbij tevens gelegenheid vonden de Aisne over te trek- ken, zooals uit een Fransch telegram in het Ochtendblad zou kunnen worden afgeleid, i3 onjuist. In het bedoelde telegram wordt wel gesproken van een gevecht ten zuiden van Soissons, en dat is alleen denkbaar, zoo de Duitsche troepen aan den zuidelijken oever van de rivier en tot voorbij Soissons waren doorgedrongen. Heel waarschynlijk klonk dat niet, wijl er in geen enkel bericht over z'ulk een voortzetting van den opmarsch was gesproken en bovendien de overtocht over de Aisne, nu de Fransche bruggen waren wegge slagen, te moeilijk en te bezwaarlyk zou zyn geweest. De Duitschers hadden dan toch bruggen moeten slaan over een zeer gewassen, snelstroomende rivier, onder het geschutvuur van den vijand, die aan den zuidelijken oever, bij Soissons en ten oosten en westen dier stad, zeer sterke artillerie- stellingen heeft in de heuvels, die langs de Aisne loopen. Het bleek dan ook weldra, bij een door ons ingesteld onderzoek, dat hier geen sprake was van Soissons, maar van Senones, een plaatsje dat in de Vogezen, dicht bij de Fransch-Duitsche grens, ten noorden van St. Die gelegen is. De toestand bij Soissons is dusdat de lijn Crouvy Vregny en de zuidelijk daar van gelegen stellingen bij Bucy-le-Long en Cuffies door de Franschen ontruimd en in handen der Duitschers gevallen zijndat de Franschen stellingen ten zuiden van de Aisne hebben ingenomen, ten oosten en ten westen van Soissons, en dat de rivier- overgang daar nog steeds door de Fransche artillerie wordt belet. Hetgeen niet belet, dat de Franschen bij Soissons een betrekkelijk ernstigc nederlaag leden, en dat zij, ondanks het achterlaten van dekkingsafdeelingen op den noordelijken oever van de Aisne, evenmin als de Duit schers, in staat zulien zijn over die rivier bruggen te slaan, wijl de Duitsche artillerie, op de hoogvlakte tusschen Cuffies en Bucy opgesteld, eveneens de overtrekking van de rivier onmogelijk maken zal. Of de gevolgen van het succes, dat de Duitschers hier behaalden, zich zal doen gevoelen tot Rheims en in de Argonnen, zooals de //Lokal Anzeiger" meent, staat nog te bezien over de strategische betee kenis van deze overwinning zal men eerst later kunnen oordeelen. Een gisteren ontvangen Reuter-bericht maakte melding van een belangrijk Engelsch succes bij La Bassee, waar de Engelschen in een hevig gevecht, de Duitsche stellin gen bezet hebben. De Duitschers leden daar ernstige verliezen, de Engelsche verliezen waren gering. De bezetting van dit be- langrijke punt beteekent een winst van een kilometer, zegt het Engelsche bericht. In het officieele communique van den Franschen generalen staf, waarin de ver- schillende gevechten worden opgesomd, die gisteren geleverd werden, wordt van deze Engelsche overwinning echter geen melding gemaakt. Daarin wordt wel gesproken over de over- winning, die Zouaven bij Atrecht hebben behaald, waar zij vijandelijke stellingen hebben bezet en de hatterijen van de Duit schers tot zwijgen hebben gebracht. Van het oostelijk oorlogstooneel zjjn de berichten nog schaarsch. Weer en terrein beletten het ondernemen van belangryke operaties. De telegrammen maken dan ook slechts melding van artilleriegevechten, waarvan de resultaten natuurlijk als zeer belangryk worden voorgesteld. Maar uit de Russische berichten blijkt, dat de Russische troepen ten zuiden van Ortelsburg weder in Oost-Pruisen zijn bin- nengedrongen en verschillende dorpen heeft bezetde Duitsche cavalerie, die daarheen was gezonden en opgerukt was tot Serpec, werd teruggedreven. flieruit mag men afleiden, dat benoorden de door Hindenburg bezette streek een Russische afdeeling, zonder veel tegenstand te ontmoeten Oost-Pruisen is binnen- gedrongen. De ,/Franktorter Ztg." deelt echter mede, dat de Russische opmarsch in dat gebied door de Duitsche troepen is teruggeslagen. Van het Westelijk gevechts- terrein. De N. R. Crt. bevat de volgende tele grammen BERLIJN, 17 Jan. (WTolff). Ambtelijke mededeeling uit het groote hoofdkwartier van 17 dezer in Ylaanderen is van weerskanten enkel een artilleriegevecht geleverd. Bij Blangy (ten O. van Atrecht) hebben wy een groot fabrieksgebouw in de lucht laten vliegen en hierbij eenige gevangenen gemaakt. Yan het overige front is behalve artillerie gevechten met afwisselende hevigheid en een voortzetting van de sappen- en mijn- sevechten niets van beteekenis te melden. In de Argonne hebben wij kleine vorde- ringen gemaakt. Storm en regen belemmeren byna op het geheele front de krygsverrichtingen. PARIJS, 17 Jan. (Reuter.) De ambte lijke mededeeling van hedenmiddag behelst: Wij hebben onze vorderingen in de buurt van Nieuwpoort en Lombaertzijde voort- gezet. Onze artillerie noopte de Duitschers schansen ter lengte van 200 M. achter het Groote Duin te ontruimen, en heeft ook een redoute vernield ten noorden van die plaats, en ook werken van den vijand ten zuiden van St. Joris bescboten. Ar tilleriegevechten zijn geleverd te Yperen, La Bassee en Lans. In een levendig gevecht te Blangy hebben de Duitschers een yzersmelterij genomen wij hernamen die dadelyk en handhaafden onze stellingen. Onze artillerie is voortgegaan met de vernieling van schansen te La Boiselle. Tusschen Ailly en Craonne heeft de vijand een mislukten aanval gedaan. Wij hebben verder een aanval afgeslagen bij Beaulne. In de streek van Perthes en Beau-sejour is onze opmarsc voortgegaan ondanks een hevigen storm. In het Bois Pretre hebben wij een aan val de.r Duitschers afgeslagen. In de Vogezen hebben wij ten westen van Orbey eenig terrein gewonnen. Den geheelen dag heeft het daar zwaar ge- sneeuwd. in Kaukasie. BERLIJN, 17 Jan. (Wolff.) Het Turksche hoofdkwartier meldt Onze in Kaukasie opereerende troepen zetten sinds enkele dagen den verbitterden strijd tegen de Russen, die aanzienlijke ver sterkingen hadden ontvangen, voort. De bevelhebber van het Turksche leger deelt mede, dat de Russen als wilden op- treden en de regelen van het volkenrecht en de beschaving schenden. Bij hun terugtocht staken zij hun eigen landgenooten, indien het Mahommedanen waren, de oogen uitouden van dagen en onbeschermde menschen werden vermoord. Toen de Russen zich uit het Turksche gebied moesten terugtrekken, dat zy bij den aanvang der vijandelijkheden waren binnengevallen, namen zij de ongewapende bevolking als gevangenen mee, Al hun have en goed en al hun geld werd in beslag genomen, zonder dat daarvoor ook maar eenige quitantie werd afgegeven. Behalve aan deze lafheden, maken de Russen zich nog schuldig aan dingen, die geen volk en geen beschaafd leger het zou wageu te bedrijven. Zij vallen aan op de veld- hospitalen, hakken gewonden in stukken en weigeren wat hun barbaarschheid de kroon opzet de Roode Halve Maan te eer'oiedigen, die toch in de Oonventie van Geneve als neutraal erkend is. De Turksche regeering acht het haar plicht deze daden van barbaarschheid aan de beschaafde wereld bekend te maken. ST. PETERSBURG, 17 Jan. Een me dedeeling van den staf van het Kaukassische leger meldt De slag bij Kara Oergan, die drie dagen lang in een verblindende sneeuwjacht ge- woed heeft, is met onze volkomen over- winning geeindigd. Het verzet van den vijand is gebroken en zyn achterhoeden vernietigd. Het overschot van het Turksche leger vlucht in de richting van Erzeroem. De vervolging duurt voort. Uit Tupkije. BERLIJN, 17 Januari. (Wolff). Het Turksche hoofdkwartier deelt bijzonderheden mee over het zinken vau de Fransche onder- zeeboot Saphir. De onderzeeboot wilde den ingang van de Dardanellen naderen zonder zich te laten zien. Daarbij liep het vaartuig op een mijn en zonk. In de Zwarte Zee. ST. PETERSBURG, 15 Januari. (Reuter). De Russische vloot heeft in de Zwarte Zee tachtig zeilschepen in den grond ge- boord, die Turksche versterkingen naar Klein-Azie brachten. Uit Rome wordt aan „de Tijd" gemeld dat Donderdagnacht onder groote deelne- ming van het Romeinsche publiek de eerste trein met gewonden uit het geteisterde gebied binnenkwam. De zwaar gekwetsten werden onmiddellijk per auto of zieken- wagen naar de hospitalen gevoerd, waar reeds alles in gereedheid was gebracht, om de eerste hulp te verleenen. Drie ge wonden zyn tijdens het vervoer overleden. De Koning, die 's avonds van zijn auto- tocht door de provincie Rome was terug- gekeerd, liet nog vroeg in den morgen naar den toestand der gewonden informeeren. In opdracht van de regeering gaat Yisochi, onderstaatssecretaris van het ministerie van Openbare Werken naar de meest geteisterde streken. De schade, door de aardbeving in Rome aangericht, is belangrijker, dan men aan- vankelijk vermoedde. Personen zijn, voor zoover bekend niet gedood. Min of meer ernstige schade is toegebracht aan verschil lende kerken en gebouwen. Het vermoeden, dat de eerste aardschok, door meerdere gevolgd zou worden, is be- waarheid. Donderdagmorgen om vier uur werd te Rome opnieuw een aardschok ge- voeld. In eenige stadsgedeelten vluchtte de bevolking naar buiten. Een vluchteling heeft nog aan de Mes- sagero verteld dat er in de streek van Magliano Marsi meer dan 1500 menschen zijn gedood. Er zyn ongeveer 200 menschen in leven gebleven. De brand heeft er het vernietigingswerk voltooid. Marconi heeft een bezoek gebracht aan de door de aardbeving geteisterde streken. Hij kan geen woorden vinden om de af- grijselijkheden te beschrijven die hij zag temidden van die zwaar getroffen bevolking. „lk had nooit gedacht dat iets derge- lijks mogelijk was, zei Marconi en hij voegde er aan toeDe Koning heeft my verteld dat hij van jongs af aan alle door aardbeving getroffen streken in Italie heeft bezocht, maar deze is erger dan alle vorige, overtreft ook die van Messina, daar het percentage der overlevenden te Avezzano slechts 2 tot 3 bedroeg en te Messina 30. De hevigheid van deze aardbeving is zonder weerga. Als voorbeeld wordt ver teld hoe een wageuvoerder met zijn wagen op 50 meters afftand een huis voorbij reed, toen de aardbeving het huis letterlijk naar hem toeslingerde en man, paard en wagen bedolf. Avezzano bestaat niet meer. Het lijkt of de stad aan poeder is gemaleu door een reusachtigen molen." Marconi beschrijft voorts de afschuwelyke tafereelen van versteende lijken, die men overal maar beeft laten liggen, daar de redders het 't beste achten hun geheele aandacht te wijden aan de gewonden. Geen organisatie kan opgewassen zijn tegen de gevolgen van een zoo grobte ramp. Het droevigste van het reddingswerk is het hooren van het hulpgeroep der bedolvenen, zonder in staat te zijn hen te helpen, daar er te weinig menschen voor het reddingswerk zijn. Hier en daar zijn staken gezet om aan te duiden waar hulpgeroep is gehoord, maar als dan later voidoende hulp opdaagt, zijn de meeste stemmen verstomd. Marconi zelf heeft onder de puinhoopen van een meisjesschool twee stemmen ge hoord die om hulp smeekten en zeiden dat zij geheel ongedeerd waren, daar zij door een piano beschermd werden. Zij hadden zonder voedsel twee dagen en een nacht zoo doorgebracht, maar alle pogingen tot redding waren vergeefs. Marconi werkte zelf mee tot hij uitgeput was van gebrek aan voedsel. Hij aanvaardde toen de uitnoodiging om met hem naar Rome terug te keeren. Voor hij vertrok, trachtte hij nog kleine troepjes te vormen om den brand, die op verschillende punten uitbrak, te blusschen. Gister hebben de koning, de koningin en de hertogin-weduwe van Aosta de gewonden in het hospitaal te Rome bezocht. Gemeld is ook dat Paus Benedictus het Ziekenhuis Santa Marta heeft bezocht en daarvoor het Vaticaansche paleis heeft ver- laten. Nader wordt uit Rome gemeld dat de Paus geen ltaliaanschen grond betreden, noch het terrein van het Vaticaan verlaten heeft. Het hospitaal van Santa Marta, waar de Paus honderd gekwetsten, zijn geestelijken troost bracht, dient in gewone tijden als hotel voor pelgrims. De Paus begaf zich naar het lazaret door de St. Pieterskerk, welker op het St. Pietersplein uitkomende deuren gesloten bleven. Door de sacriste bereikte hij een viaduct, dat de St. Pieter en Santa Marta verbindt. Deze overgang is door Leo XIII gebouwd, opdat de Pausen het hospitaal van het Yaticaan konden bereiken, zonder de straat, die om de St. Pieterskerk loopt, te moeten overschryden. Benedictus XV heeft dus geen gebied betreden, dat niet door de garantiewet aan den Paus is afgestaan. Het //Giornale dTtalia" zegtdat een vreemd gezantschap (van Duitschland) den wensch heeft te kennen gegeven om in het buitenland een beweging tot hulpverschaffing op touw te zetten op dezelfde wijze als plaats bad ter gelegenheid van de ramp van Messina. De ltaliaanscbe regeering heeft echter terstond verklaard dat op 't huidige oogenblik geen enkele beweging in den vreemde in 't belang van Italie kon worden aanvaard, met het oog op den kieschen aard van den internarionalen toestand, zoowel ten opzichte van de onzijdige, als de oorlog- voerende staten. Het Giornale" keurt het besluit goed als weergevende het algemeene gevoelen. Uit Milaan wordt d.d. 15 Januari ge meld Yoigens de laatste berichten uit andere plaatsen zijn de dooden reeds te tellen bij tienduizenden. Het stadje Avezano, van 11000 inwoners is volkomen van de aarde weggevaagd. Niet 10 procent van de inwoners ontsnapte. Sora, een plaats van 9000 inwoners is een ru'ine geworden van steenhoopen. Verder leden verschrikkelijk de plaatsen Monte Lanico, Terre Cajelani, Ferentio, Subiaco Narones Costa, Anticoli, Corrado, Novlupo en Velletri. Overal is men met het red dingswerk bezig, maar overal klinken nog steeds onder de hooge puinhoopen kreten en het zal wel onmogelijk blijken, alien, die daaronder begraven zijn, te redden. TER NEUZEN, 18 Jan. 1915. Jl. Vrydagavond hadden wij het genoe- gen een der ontspanningsavonden by te wonen, aangeboden aan de militairen, door eenige dames en heeren. Al was het, naar we vernamen, niet zoo druk als den eersten avond, zoo waren toch ook dezen avond weer een zeer groot aantal onzer landsver- dedigers, waarvan velen met hunne vrouwen in de gymnastiekzaal der hoogere burger- school bijeen, om te genieten van hetgeen zou worden geboden. En daar viel werke- lijk te genieten. Het programma werd afgewisseld door een aantal mnzieknummers voor piano, die er de stemming in brachten. Vervolgens werden ten tooneele gevoerd, de volgende blijspelen,/Beter een vogel in de hand dan tien in de lucht", ^Rosalie, of hoog bezoek" en „Vergissen is mensche- lijk". De opvoering dezer humoristische stukjes viel te loven en deed dan ook har- telijk lachen, evenals dat het geval was met eenige comische voordrachten, van een landweerman, die den tweeden avond eenige extra-nummers gaf, ter vergoeding voor het ontbreken der zangnummers, daar de dame die deze den eersten avond tot aller genoe- gen had medegewerkt, jammer genoeg, we- gens ongesteldheid niet tegenwoordig kon zijn. Nu, naar we hoorden, heeft de groep dames en heeren herhaaldelijk met zieken in haar kring te kampen gebad. In de pauze werden de militairen weder onthaald. De fleschjes bier cf limonade vonden goed aftrek, evenals de z. g. vet- bollen, door verschillende dames in grooten getale vervaardigd. en die de soldaten zeker wel eenigermate aan hun thuis zal o

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1915 | | pagina 2