ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. No. 6136 Dinsdag 20 October 1914. 54e Taargang. De Oorlog1 ABONNEMENT ADVERTENTIEN bij de Firma P. J. VAN DE 8ASDE te Ter Neazen Bit Blad YersGhijnt Maandag", Woeasdag^ ea Yriidagavoad, uitgezondeiYi^opJFeeetdagen, BINNENLAND. Per 3 maanden binnen de stad 1—Franco per post voor Nederland 1.10. Bij vooruitbetalingvoor Belgie 1.40, voor Ned.-Indie en Amerika /1.65, overig Buitenland 2. Men abonneert zich bij de Uitgeefster, of buiten Ter iNeuzen ook bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievenbushouders. Van 1 tot 4 regels f 0,40. Voor elken regel meer 0.10. Bij diopgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend. Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief. Inzending van advertentien voor 1 Utfcir op den dag der uitgave. Een daad! Eindelijk heeft Nederland dan toch ook eens iets mogen doenschrijft het Alg. Handelsblad. Wij zijn er van overtuigd dat duizenden in den lande, hoe dankbaar misschien ook wegens het feit dat ons laud tot nu toe slechts de gevolgen van den oorlog en niet den oorlog zelf te ondervinden kreeg, toch wrevelig en verdrietig om de roerloosheid waartoe de neutraliteit ons dwong. Een rieutrale mag niets doenmoet maar bedacht zijn op laten. En dus leidden wij, te midden van het geweld der feiten, tegenover het groote drama van den dag waarin zoo- velen een rol vervullen, het veilige maar ietwat schuwe en roemlooze bestaan eens schuchteren toeschouwers. De val van Antwerpen heeft dat met een slag veranderd. Nu konden icij, neutralen, eindelijk iets doen. Nu was er een rol te spelen ook voor het neutrale,jwisi voor het neutrale Nederland. Opeens kreeg Neder land en ditmaal niet alleen de Regeering of het ieger, maar het gansche land, heel de bevolking tot in de verste hoeken een geweldige, waarlijk groOtsche taak te ver vullen. lets van den oorlog stortte zich binnen onze grenzen uit en deed ons wat van de kwelling voelen van zijn rechtstreek- schen greep. Wij hebben dien plotseling op ons geworpen last onmiddellijk aanvaard en dezen zin uit de Troonrede vDiep begaan met het lot van alle volken die in den krijg zijn medegesleept, draagt Nederland de buitengewone lasten die het worden opgelegd, gewillig en ontvangt met open armen alle ongelukkigen die binnen zijne grenzen een toevlucht zoeken." ook metterdaad gehonoreerd in zulk een buitengewonen omvang als destijds, een maand geleden, zeker niemand heeft kunnen voorzien. Wij hebben du3 eindelijk, goddank, ook gelegenheid gekregen tot een groote daad. Ook Nederland heeft, in zijn geheel, als natie, iets van de vreeselijke maar schoone proef van offer vaardigheid te doorstaan ge kregen die de oorlog aan de volken stelt. Eet° heeft die proef doorstaan. De rol van den barmhartigen Samaritaan, #elck krijgt zijn part en speelt zijn deel", in afmetingeu evenredig aan de gigantische verhoudingen van dezen oorlog, hebben wij met eere vervuld, en de geschiedenis die eenmaal van dezen oorlog zal worden ge- schreven, kunnen wij nu afwachten met iets van Heine's zelfvertrouwen. Und nennt man die besten Namen So wird auch der meine genannt. En tegenover de Bondgenooten, vooral tegenover Belgie, staan wij nu voortaan zeker niet meer in het valsche licht dat de onedele en grievende verdachtmakingen der Fransche pers op ons hadden geworpen van in't geniep te heulen met Duitschland. Nous avons pay£ de notre personne, Er is echter een ding dat wg onder den indruk van den Antwerpschen jammer die over ons land is uitgestort, niet nfogen vergeten. Ten eerste dat aile ware barmhartigheid daar ophoudffiwaar de blinde liefdadigheid begint. g mogen bg alle deernis met het lot van de Belgen, dat van onze eigen noodlijdenden niet vergeten. In normalen tijd is Nederland een welvarend, geen schat- rijk land. Een land van vele welgestelden, van be trekkelijk weinige rijken en waarin reuzen- forluinen als in Engeland en in Duitschland zijn te vinden, niet worden aangetroffen. Maar de oorlogstoestand heeft het nationale peil van gegoedheid algemeen aanzienlijk omlaag gedrukt. Terwijl de financieele lasten weldra geducht zullen stijgen als de gevoteerde en de vele nog te voteeren mil- lioenen eens op t belastingbiljet zullen verschijnen, is anderzijds de draagkracht verzwakt door't kwijnen van handel, scheep- vaart en nijverheid, door werkeloosheid en door depreciatie van waarden. Nu reeds is de nood van duizenden Nederlanders zorgelijk de winter staat voor de deur klaar met verergering. In die omstandigheden is zuinigheid niet slechts voor ieder onzer, maar voor het land in zijn geheel geboden. En wij mogen thans waar lijk wel bedenken dat „charite, lien ordon- nee, commence par soi-meme." Dat is onze dure plicht tegenover onze eigen hulpbe hoevenden die, naar wg vreezen, nu toch al wel zullen tekort komen door al wat voor de Belgen moet worden gedaan. Nu heeft het Duitsche bestuur van Ant werpen volstrekt niet geaarzeld om de vluchtelingen terug te roepen, met de rijken ook de armen. Maar Leuven heeft er den schrik zoo ingebracht, dat velen de Duitsche verzekering niet gelooven, ver- getend dat ook de Duitschers wel wat zullen hebben geleerd. Misschien zou het een goede uitwerking hebben wanneer eens een geruststellende proclamatie werd uitge- vaardigd, niet door den Duitschen gouver neur, maar door den Belgischen burge- meester van Antwerpen. Een woord van hem zou zeker bij velen vertrouwen wekken. Maar dan zullen er altijd nog wel over- blijven die, behoorend tot de schamelen dezer aarde, bij wie ffhet eene been even zwaar weegt als het andere", liever hier, in den vreemde kosteloos worden gevoed, gekleed en gehuisvest, dan in hun eigen stad naar een onzeker bestaan of erger terug te keeren. Tot ben zal eenmaal het harde woord moeten worden gesproken dat een eind zal maken aan hun verblgf in Nederland. Het zal ellendig wezen om juist die Veevoedsel. Het Nederlandsch Landbouw-Comite meldt ons Naar wij uit de ons verstrekte inlichtingen metzekerheid mogen afleiden, bestaat eron- voorziene omstandigheden voorbehouden alleszins gegronde reden, om aan te nemen, dat in den komenden winter als gevolg van de regeeringsmaatregelen een voldoende hoeveelheid veevoedsel beschikbaar zal komen. Yrees voor het tegeadeel behoeft derhalve niet oorzaak te zijn, dat de landbouwers meer dan met de belangen der fokkerij eenerzgds en met de belangen van het vleesch-etende publiek anderzijds vereenig- baar is, voor de fokkerij geschikte varkens voor export verkoopen. Wij meenen derhalve goed te doen en met het oog op de fokkerij en om zooveel mogelijk te voorkomen, dat er vrees voor een tekort aan varkensvleesch ontstaat, de landbouwers op te wekken in geenendeele de varkensfokkerij te verwaarloozen doch daarmede door te gaan, alsof wij in normale omstandigheden verkeerden. allerarmsten uit te moeten stooten. Maar wij zullen 't niet anders mogen. Door vreemde armlastigen uit een niet meer on- veilige stad te blijven bekosfigen, zouden wij niet alleen een dwaasheid begaan, maar erger: een vergrijp jegens onze eigen dul zenden noodlijdenden. Wg mogen op den auur den Belgischen armen geen boterhammen snijden van het brood waarom onze eigen armeu vragen Het hemd blijft nader dan de rok. Zeeland verkoopen aan Engeland. Het Handelsblad meent, dat waar onze pers, evenals onze Regeering, de strikste onzijdigheid in acht neemt, wij ook mogen eischen, dat de bladen der oorlogvoerenden te onzen opzichte neutraal zijn. Hiertegen wordt nog al eens gezoudigd. Het blad haalt een zeer beleedigend artikel aan uit de //Saturday Review" een weekblad van grooten naam in Engeland en van eeni- gen invloed. Het is getiteid //The Great War" en ge- schreven door //Vieile Moustache" den mili- tairen medewerker van het blad, die o.m. zegt z/Wg hebben wellicht eerlang een zware taak voor ons, welke milioenen geld en duizenden levens kan kosten. Wij zouden op beide bezuinigen kunnen als wij Zeeland kochten en pachten en dit aan Belgie af- stonden. Deze grens moet de toekomstige grens van Nederland zijn wanneer er van vrede weder sprake is. Het is beter diplo- matische moeilgkheden te voor komen door veel geld een koop te sluiten tijdens den oorlog. Het zal ons de kosten van een vloot of twee en een menigte zorgen besparen Laat in het budget van marine geld worden gevoteerd voor landaankoop, al was bet maar voldoende voor een station voor lucht- schepen om dus onze vijand nader op het lijf te komen. Yoor geld is men bezig Turkije als een nieuwen bondgenoot te koopen voor Duitschland en Oostenrjjk Laat ons toonen dat wij over een even lange beurs beschikken om neutraal territoor te koopen. In oorlogstijd moet de gewone wet de vlag strijken voor oorlogswet. Oor- logswet, welke feitelyk de wet van den sterkste is, moet haar vervaardigers in staat stellen hun eigen code en verplichtingen vast te stellen, ten einde gewapend te zijn tegen de nieuwe oorlogsmiddelen onder water en door de lucht. Het Handbl. vestigt de aandacht van den Engelschen gezant in Den Haag op deze ergerlgke beleediging van ons land en vraagt dan //Is er iets meer grievends te bedenken dan het voorstel om Zeeland dat met Holland het hart van Nederland is door Engeland te laten koopen en dan op te merken, dat bij den vrede toch deze grens aan Belgie gegeven moet worden, en dat evengoed als de twee geallieerden in Turkije met geld veel vermogen, Engeland in ons land geld besteden kan Als een van sentatie levend jingoblad dit geschreven had, zouden wij de schouders ophalen en zwijgen. Maar dit weekblad heeft naam en overweegt wat het zegt. Wanneer weekbladen als The Saturday Review dus als de felste militaristen schrgven en zulke voorstellen doen, rijat de vrees, dat eerbied voor wet en volkenrecht reeds meer dan geschokt is in Engeland, waarvan neutrale mogendheden dus notitie zullen moeten nemen. De Belgische legatie te 's Gravenhage deelt aan de //Tel." mede Bij het verlaten van Belgie heeft de regeering de volgende bekendmaking doen aanplakken Medeburgers, Sedert bijna twee-en-een-halve maand nu verdedigen de Beigiso.Vy soldaten, ten kostc van heldhaftige pogingen, voet voor voet den vaderlandschen bodem. De vijand reken- de er vast op ons leger te Antwerpen te vernietigen. Maar een aftocht, in onberis- pelijke orde en waardigheid volbracht, is deze hoop komen verijdelen en heeft ons het behoud verzekerd van strijdkracbten, die zonder ophouden voort zullen gaan te strijden voor de recbtvaardigste en schoonste der zaken. Yan dit oogenblik af opereeren deze troepen op onze Zuidgrens, waar zij door de bondgenooten worden gesteund. Dank zij deze waardevolle samenwerkiug, staat de overwinning van het recht vast. In- tusschen voegen de omstandigheden van het oogenblik een nieuwe beproeving toe aan de opofleringen, welke het Belgische volk zich reeds heeft getroost met een moed, die slechts de uitgebreidheid dier offers evenaart. Op straffe van anders de plannen van den invaller te dienen, is het noodig, dat de Belgische regeering voor- loopig haren zetel overbrengt naar een plaats, waar zij, eenerzijds in verbinding met ons leger, anderzijds met Frankrijken Engeland, de nationale souvereiniteit kan blijven uitoefenen en de voortzetting daarvan kan blijven verzekeren. Daarom verlaafc zij heden Ostende met een dankbare herinnering aan de ontvangst, haar door deze stad bereidzij zal zich voorloopig te Havre vestigen, waar de edele vriendschap van de regeering der Fransche republiek haar de volledige uitoefening van hare souvereine rechten zoowel als van haar gezag en hare plichten aanbiedt. Medeburgers, deze tijdelijke beproeving, waaraan onze vaderlandsliefde zich moet onderwerpen, zal, daarvan zijn wij overtuigd, snel gewroken worden. De Relgische takken van dienst zullen blij ven fungeeren, geheel naarmate de plaatse- lijke omstandigheden dit zullen veroorloven, Koning en regeering rekenen op de wijs- heid van uw vaderlandsliefde. Rekent uwer- zijds op onze algeheele toewgding, op de waakzaamheid van ons leger en op de mede- werking van de bondgenooten, om het uur van de algemeene bevrijding te bespoedigen. Ons geliefd vaderland, dat op zoo afschuwe- lijke wijze verraden en behandeld is ge- worden door een der mogendheden, die gezworen hadden zijn onzijdigheid te waar- borgen, heeft een steeds toenemende be- wondering opgewekt in de geheele wereld. Dank zij de eenheid, den moed en de helderziendheid van al zijn kinderen, zal bet deze bewondering, die haar heden ten dage versterkt, waardig blijven. Morgen zal het uit deze beproevingen grooter en schooner te voorschijn treden, omdat het geleden heeft voor de rechivaar- digheid en zelfs voor de eer der beschavfng. Leve het vrije en onafhankelijke Belgie (Volgen de onderteekeuingen van alle Belgische ministers). Alle ministers zgn naar Havre vertrokken aan boord van een stoomschip van den Bel gischen staat, met het personeel der mi- nisteries, den nuntius en alle leden van het diplomatieke korps, die den Koning naar Antwerpen gevolgd waren. De Koning is aan het hoofd van zijn leger gebleven. De besetting van Gent. Een officieel Duitsch bericht meldt, dat de Duitschers op 14 dezer Brugge en op 15 dezer Ostende hebben bezet. Bg de bezetting van Gent werd de volgende proclamatie, in het Duitsch, Fransfh en Nederlandsch gesteld, aangeplakt //Duitsche troepen treden heden in uw stad binnen. Aan geen enkel van uwe mede burgers zal kwaad gedaan en uw goederen zullen geeerbiedigd worden, indien gij u onthoudt van alle vgandelijkheid. z/Iedere tegenstand, zooals iedere poging de Duitsche troepen te schaden, zal onmee- doogend gestraft worden, volgens de wetten van den oorlog. z/Alle wapens, die in de stad voorhanden zijn, moeten dadelijk op het stadhuis worden afgeleverd en aldaar aan mgn gemachtigde worden overgegeven. Wie nadien nog in het bezit van wapens gevonden wordt, of in wiens woning wapens verborgen zijn, wordt doodgeschoten, volgens de wetten van den oorlog. Uitgezonderd zgn enkel de politie-agenten (niet de burgerwacht), en de personen, die een bewijs van verlof hebben, uitgereikt door een Duitsche mili- taire overheid. z/Indien nu of in de toekomst in uw stad Duitsche troepen aangevalleu worden, wordt de bezetting er uitgetrokken en de stacj^al zonder genade in brand geschoten wo \en. z/Ik waarschuw u De opperbevelhebber, von Beselee,, generaal der infanterie." Zijnerzijds maakte de burgemeester bekend dat de burgerij den mark tegen 1 fr. 25 bad aan te nemen, en de Duitsche over heid liet later aanplakken, dat het ieder vrij stond naar het bezette deel van Belgie, in oostelgke richting, te vertrekken. De Duitsche staf. die op het provinciate gou- vernement zeteit, geeft de passen en vrij- heidsbrieven uit. Tot gijzelaars werden aaugewezen de volgende wethoudersM. de Weert en A van der Stegen voor de liberate fractie, Jos. Casier en A!f. Siffer voor de katholieke, Anseele en Goppieters voor de socialistische zij mogen echter vrij rondloopen, maar moeten ter beschikking der Duitsche over- heden blijven, die dezen bijzonderen maat- regel nam omdat de goede gezindheid der burgerij gebleken was. Belgie's onzijdigheid. De //Tel." ontving uit Londen het vol gende telegram In officieele kringen hier te lande acht men die gansche geschiedenis van de Allg. Nordd. Ztg.", betreffende documenten, die in de archieven te Brussel gevonden zouden zgn, en volgens welke Engeland in 1906 voornemens heette, een leger naar Belgie te zenden, met het blijkbaardoel, om Duitsch land aan te vallen, kortweg bespottelijk. Het is in dit verband voldoende, er aan te herinneren, dat Engeland op dat tijdstip een bij uitstek vredelievend premier had, Campbell Bannerman, wiens eerste voorstel, om aan weerszijden de vlootbewapening te verminderen, door Duitschland verworpen werd. Het is wel belangwekkend, na te gaan, op welke wijze de neutrale Amerikaansche pers reageert op het bewuste verhaal. Een der bladen is van oordeel, dat de z.g. door de Duitschers gevonden documenten Enge- lands oprechtheid, in verpletterend contrast met Duitschlands gekonkel, zoo mogelijk nog duidelijker hebben belicht. Duitschland had er beter aan gedaan, deze stukken maar dadelijk te verbranden, in plaats van ze aan het nuchter oordeel der wereld te onder werpen. De /New-York Herald" vraagt kalm, of Belgie soms niet van den beginne af aan het hoofddoel des keizers is geweest, en merkt verder op, dat het bezit van Belgie ten gevolge zou hebben, dat Duitschland Nederland aan drie zijden omvat, zoodat de z/opslorping" van dit laatste land onver- mijdelgk is, mocht de keizer er in slagen, Belgie te behouden. De //New-York Times" merkt bitter op De Duitschers overvielen Belgie, verwoestten zgn akkers, vernielden zgn vestingen, lieten granaten regenen op open steden, dreven de Belgische regeering in den vreemde. Zou bet zoo verwonderlijk zijD, als de Belgische generale staf, die dit alles zag aankomen, maatregelen had genomeu, om Britsche troepen te doen landen, teneinde deze rampen te voorkomen De /Tribune" zegt eenvoudig ,/Het is nogal duidelgk, dat Belgie vrees koesterde voor een Duitschen overval." Dit is een staaltje van de //meening der onzijdigen", die het agentschap Wolff blijk- baar wilde uitlokken Geen medelijden met de Belgen. Men weet dat de /Nordd. Allgem. Ztg.", het officieuse Duitsche regeeringsorgaan, en ook de ,/Berl. Lok.-Anz." in hun be- schouwingen over den huidigen oorlogstoe stand resp. spraken van het //ongelukkige Belgie", en het //medelijden, hetwelk thans in de plaats van onzen wrok en woede is getreden". Deze termen, getuigende van menschelijk gevoel en een zeker mededoogen met een diep-rampzaligen, verslagen vijand, hebben de woede gaande gemaakt van sommige pan-Germanistische bladen als de //Tagl. Rundschau" en de ,/Post", die hcftig op- komen tegen deze //misplaatste en misdadige zwakheid". Eerstgenoemd blad teekent bij de woorden van den //Berl. Lok.-Anz." aan ,/Wij citeeren dit slechts, om er tegen te protesteeren, dat iemand reeds nu een poging doet, om, instede van de Duitsche zaak tegen Belgie, de Belgische zaak tegen Duitschland te steunen. Dit zou een nieuwe poging totdwarsdrijverij vandebedenkelijkste soort zgn. De natie dienthiertegen onmiddel- lijkin verzet tekomen. Men bespareonsderge- lijke lamenteerende medelijden-artikeltjes. Wij hebben wel wat anders, belangrijkers te doen en nog geen tijd, het lot van Belgie te betreuren, dat het zichzelf op den hals heeft gehaald." De //Post" noemt het stukje in het offi cieuse blad //Flaumacherei" en ziet blijkbaar in het kleine Belgie den voornaamsten vijand, want het blad schrijft z/Juist tegenover de Belgen is thans iedere toegeeflijkheid en over-teedere tegemoet- koming totaal misplaatst. Zij hebben de toegestoken vredeshand met hoonenden spot afgewezen en nu moeten zij maar de kracht van onze vuist voelen. Het ontbreekt hier te lande, merkwaardig genoeg, niet aan pogingen, de Belgen thans na den val van Antwerpen, zooveel mogelijk schoon te wasschen En verder „Grootmoedigheid is een schoone eigen- schap, en wij, Duitschers, mogen wel zeggen, dat zij ons waarlijk niet vreemd is. Maar er bestaat een misplaatste en ontijdige grootmoedigheid. Deze heet eenvoudig zwakheid, of welhet weder vervallen in zwakheid. En het schijnt ons een misdaad aan het eigen volk, deze wederinstorting, waarvoor God ons moge bewaren, stelsel- matig in het leven te roepeu. Het uur der Duitsche grootmoedigheid voor Belgie heeft nog niet geslagen. Nog is het land niet geheel in ons bezit 31ishandeling van Engelsche gewonden. Een correspondent van ffDe Tijd", die zich dezer dagen met een trein gewonden naar Landen begaf, deelt het volgende mede We kwamer. in Landen, een plaats tusschen Thienen en Waremme. Hier werd veertig minuten gewacht, om den gewonden voeding te kunnen geven. Hit groote waschtobben werd soep in borden opgediend en ook ik met mgn kleine gezellin werden van dezen soldatenkost bediend. Toen ik gegeten had, liej ik het stationsemplacement op en neer, om wat beweging te nemen. Mgn aandacht werd getrokken door een opstootje voor een der laatste wagens. Ik ging daarheen en wat ik daar zag, vergeet ik mijn leven niet. Hadde ik het nooit aanschouwdTusschen eenige Fransche gewonden lagen op wat stroo een drietal Engelsche zwaargewonden. Ze zagen er treurig uit en hun toestand leek me ernstig toe. Uit informaties bleek me, dat deze menschen sinds vijf dagen geen voedsel gebad hadden. En nu stonden voor de geopende wagendeuren een 200 a 300tal Duitsche soldaten, deels lichtgewonden, die nog goed loopen konden, deels de Duitsche soldaten van de bezetting, die aangewezen waren voor de uitdeeling der soep. En die 200 a 300 stondente razen en te tieren tegen de drie ongelukkige zwaargewonde Engelsche soldaten, die in geen vjjf dagen gegeten hadden en hulpeloos

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1914 | | pagina 1