No. 6090. Zaterdag- 4 Juli 1914. 54e Jaargang-
Algemeen Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen.
BLAHCA'S SIIEIM.
predikbeurtenT"
- 1i,v
FETIILLET0N.
GEMENGDE BERICHTEN.
TV\TT0"E]X33±] BXjA.ID.
Interview met' kapitein Sar.
Onze stadgenoot, de heer Jan Sar, kapi-
tein van de Albaneesche gendarmerie, die
met een ma and zieken verlof hier ter stede
is teruggekei rd, had de welwillendheid ons
een kort onderhoud toe te staan, schrijft
de H. Crt. Na zijn verblijf van vier maanden
in Albanie as kapitein Sar te Durazzo door
het slechte drinkwater en de moerassige
omgeving daar, ziek geworden, zoodat dokter
Reddingius tnoodig oordeelde, dat hij 'n
poosje de gazonde vaderlandsche lucht ging
happen, om nieuwe krachten te verzamelen.
Want het is een moeilijke taak, die onze
officieren ginds in 't onherbergzame Albanie
te vervullen hebben, vertelde de kapitein.
„Ontzettend zware diensten, groote veranbi
woordelijkhei J en 'twerken met moeilijk
personeel, m aak de verrichtingen bijzonder
inspannend. Wat men in Holland met de
soldaten in een dag opknapt, dat duurt ginds
drie maal zoo lang.
In het gevecht, waarbij overste Thomson
viel, had kapitein Sar een 1000 man onder
zijn bevelen, die een stelling van 11/2 K.M.
lengte bezetten. Voor al die menschen te
zorgen, wat voedsel-, water- en munitie-
voorziening aangaat, brengt heel wat hoofd-
brekens mee. Daarbij komt, dat de Al(ba-
neesche taal moeilijk is en dat de officie
ren omdat de tijd te kort was er
uiet voldoende in onderlegd waren. Thans
wordt in het Albaneesch gekommandeerd.
Op den dag van 't groote gevecht had
kapitein Sar juist aclit dagen kazerne-
dienst achter den rug en werd 'smorgens
heel vroeg gowekt door majoor Roelfsema,
dat 'tlieve leven begonnen was, en weldra
hoorde hij dc kogels fluiten. In tien minu-
ten, men gunde zich nauwelijks den tijd
t uniform aau te schieten, waren de offi
cieren in de loopgraven. De Albaneesche
opstandelingen vielen aan met een elan,
die alleen am fanatieke Mohammedanen
uigen is. Zij uitten daarbij hun eigenaarf-
dige strijdkreten, die door de verdedigers
Mirdieten en Malissoren beantwoord wor-
vlen met kreten als: „Kom maar op!" „Wi|
sterven voor den Koning!"
Thomson is, naar de meening van kapi
tein Sar, door een kogel der opstandd-
lingen gedood op een afstand van 300 meters.
Hij de Albaneezen is 'tgewoonte om te
vechten op zder groote afstanden. De Ah
baneezen zijn niet zoo dapper als men hen
wel eens wil voorstellen. 's Nachts waren
de opstandeli: gen door het moeras gemar-
cheerd en men wist niet, dat zij al zoo
clichtbij waren. Ook overste Thomson wist
niet, dat hij op ecu zoo gevaarlijke plek
was, en toen het vuren begon, kon hij
onmogelijk aaustonds terug. Hij bleef staan
om zijn bevelen te geven aan majoor
Kropn en een Mirditen-hoofd, en toen
trof hem 'tdoodelijk schot, dat hem den
slagader onder het sleutelbeen vernielde,
een doodelijke verwonding, waar geen tien
dokters iets aan konden doen.
Kapitein Sar prijst Thomson 'lioog. In de
donkere dagen was Thomson de eenige, die
in Albanie iets tot stand kon brengen. De
internationale commissie was in zichzelf
erdeeld (doo - de eeuwige rivaliteit tus-
schen O ostein ijk en Italie), het kabinet
eurfde Thomson niet aan en de Koning
ertrouwde en steunde op Thomson.
De overste werkte dag en nacht om den
ontredderden toestand van Albanie weer
zoo veel doenlijk in 'treine te brengen.
't Volk, d. w. z. de nationalistische Alba
neezen, aanbad Thomson.
Het goede resultaat, dat de Nederlandr
sche missie aanvankelijk had te boeken, is
totaal weg.
De politiek bederft alles in Albanie.
Oostenrijk en Italie zitten elkaar steeds
dwars. De eerste steunt den vorst en Ita
lie is de vriend van Essad pasja, een hoogst
gevaarlijke man.
Kapitein Sar schetste hem als 'n sluw
tvpe, die bijv. zijn bevelen alleen rnonde-
ling gaf, .omdat men hem daarop later
nooit te pakken zou kunnen nemen. Essad
kan bijna niet lezen 'nklein beetje in
't Turksch schrijven. Wanneer men den
intrigant Essad weer naar Albanie terugt
riep zou dit de grootste fout zijn die men
kan begaan, daar het de ondergang des
lands beteekenen zou.
Van een vermakelijke ontvangst bij Es-
„Niet hopen? niet hopen?" riep hij smar-
tclijk getroffen uit. „Niet hopen na zoo
lange pijnlijke vrees? O, ik verdraag het niet
Linger. Als zij niet door vertrouwen in mij
kan teruggebracht worden, dan moet de
waarheid dit doen. Wat beteekent de be-
belofte, door een stervenJde afgedwongen,
togenover hetgeen ik lijden moet voorhaar,
die ik zoo onnitsprekelijk liefheb?"
Noch lady Cmdey, nocli Blanca gaven daar
antwoord op. Wat konden zij hem daarop
antwoorden?
Toen zijn smartelijke opgewondenheid was
overgegaan in stramme gevoelloosheid, liet
bij zich overreden om niet naar zijn hotel
in Louden terug te keeren, maar den nacht
in de villa door te brengen, dan zou Blanca
den volgenden morgen dadelijk met hem
meegaan.
Zoodra hij ter ruiste was, keken de beide
dam as elkaar met bezorgdheid aan.
„Zij zal (piet uueekomen", zeide lady Carley
sad, toen nog Minister van Oorlog en van
Binnenl. Zaken te Durazzo, vertelde de
kapitein
Essad zat in zijn slaapvertrek op den
rand van zijn krib, met de onafscheidelijke
sigaret in den mond, die hij meer kauwde
dan rookte. Staatsstukken en gewichtige te-
legrammen lagen ordeloos op een tafel. Ma
joor Sluys de commandant van Durazzo
nam plaats op een kist, die in 't slaapvertrek
stond en de audientie kon beginnen.
Gewichtige mededeelingen schreef Essad
op een voddig stukje papier of op de ach-
tehzij van een telegram, en liet ze daarna
met Oostersche onverschilliglieid in den
zak glijden en in de zakken van Essad zat
het heele archief van de dcTparlementcn
van Oorlog en Binnenlandsche Zaken.
Zoo de Minister, zoo het volk. Lui, als
algemeene karaktertrek, geen begrip van
organisatie en totaal gebrek aan energie
om waar er goede denkbeelden opkomen,
die ook ten uitvoer te leggen.
Toch meent kapitein Sar, dat er van het
volk iets terecht is te brengen, wanneer
aan het politieke geharrewar een eind komt
Evenals het Oostenrijk en Bosnie en de
Herzegowina is gelukt om het volk op te
heffen, kan dit met het Albaneesche ge-
schieden.
Wat den huidigen toestand aangaat zijn
de mogendheden verplicht om in te grij1-
pen. Aanstonds moet een internationale
bezetting in Albanie komen en midden-
Albanie, dat in opstand is, moet ontwd-
pend worden.
Is dan eenmaal de rust teruggekeerd, dan
kunnen de Nederlandsche officieren hun her-
vormingswerk doorzettentot een nieuwe
opstand uitbreekt.
't Merkwaardigste van Albanie noemde
kapitein Sar, dat er in Europa nog een
landstreek kan bestaan, waar vier-eeuwen-
oude gewoonten nog heerschen, waar geen
wegen zijn en een zeer vruchtbare bodem
is voor landbouw, en waar nooit voldoende
profijt van getrokken is.
Het is In Albanie echt Turksch-artnoe-
dig; er is niets en de slaafsche bevolking,
gaat zich aan drank (raki een uit rozij-
nen getrokken geestrijk vocht) te buiten.
In 't lage land zijn veel zieken, in de bergen
is het beter.
De z.g. dapperheid der Albaneezen is den
kapitein nooit erg opgevallen. 't Is onbe-
trouwbaar volkje, weinig intellectueeleir, ook
onder de priesters. Ofschoon de Albaneezen
geboren vechtersbazen zijn, en 't eerste ge-
schenk aan een jonge Albanees een geweer
is, schieten zij verbazenid slecht. Zij be-
schikken over nieuwe Mauser- en Martini-
geweren en de opstandelingen zijn indertijd
door Essad van den noodigen schictvoorraad
en geweren voorzien, zoodat met de eigen
geweren op de regeeringstroepen wordt ge-
vuurd.
De opstandelingen worden ontwijfelbaar
gesteund met buitenlandsch geld.
Na zijn verblijf van vier maanden acht-
te de kapitein het nog niet mogelijk om een
absoluut oordeel over land en volk uit te
spreken. Aanvankelijk, toen Essad er nog
was, zat men te midden der verraders,
men kon ze niet alien in den kraag vatlen,
maar de geheime invloeden voelde men
elken dag. Onder zulke omstandigheden, veel
ontbering' en op zijn qui-vive wezen, moeten
onze officieren ginds werken. En dat 't
werken was, dat is kapitein Sar aan te zien
en hij vertelde dat hij zijn mooie uniform
met de tressen in al dien tijd maar.twee
malen had behoeven aan te trekken.
TER NEUZEN, 3 Juli 1914.
Het weerbericht van het meteorolo-
gisch instituut te De Bilt van heden, luidt
als volgt
Hoogste barometerstand 770.6 Horta.
Laagste barometerstand 753.1 Thorshavn.
Verwachting tot den avond van 4 Juli
Zwakke tot matige wind uit westelijke
richtingen, zwaar bewolkt of betrokken, met
tijdelijke opklaring, waarschqnlqk regen-
of onweersbuien, koeler.
Bij Kon. besluit zijn o.m. bevorderd
tot opzichters van's rijkswaterstaat le klasse
de heeren C. de Kiewit (met verlof) en J.
Kooreman, thans opzichter der tweede klasse.
op doffen toon. „Ik ken haar beter, dan hij
haar kent; ik laat mij door zijn hoopvolle
verwachtingen niet medeslepen. Je zult
zien: zij komt niet!"
Schijnbaar geheel kalm versclieen graaf
Norton den volgenden morgen aan het ont-
bijt. Bij het dagliclit kon men eerst recht
goed zien, hoe vervallen zijn gelaat was.
Ook kon men duidelijk bemerken, dat hij
even weinig hoop koesterde als zijn tante
Elisabeth.
Zwaar gesluierd slapte Blanca Norton in
het rijtuig en reed met hem naar de Ox-
fordstraat. Niet verre van hetmodemagazijn
liet de graaf stilhouden.
„Ik zal hier wachten", zeide hij. „Als
zij met u meegaat, neem dan een rijtuig en
rijd met haar naar de villa. Wat wij dan
verder doen zullen, weet ik nog niet. Als
zij niet mee wil ho in dan weer hier, dan
ga ik met u mee naar huis."
Blanca knikte even en richtte toen haar
schreden naar het modemagazijn. Haar hart
klopte met dubbele slagen, toen zij naait
binnentrad en naar juffrouw Stuart vroeg.
„Ik wenschte haar gaarne een oogenblik
onder vier oogen te spreken. Zouditmoge1-
lijk zijn?" sprak zij en liet onbemerkt een
goudstuk in de hand der winkeljuffrouw
glijden. Deze opende nu dadelijk een zij-
Gisterenavond werd door bet muziek-
gezelschap //De Vereenigde Werklieden"
het aangekondigde concert gegeven. Zooals
wij reeds meldden, had dit thans plaats op
een terrein aan het postkantoor, daar door
treurige omstandigheden de muziektent op
de Markt niet kon gebruikt worden.
Door de welwillende zorg van den direc-
teur der centrale werd voor uitstekende
verlichting ten behoeve der muzikanten
gezorgd. De onlangs beschreven Philips
halfwatlaicp van 1000 kaarsen uit de Noord-
straat, deed thans tjjdelijk hier dienst en
zeer duidelijk bleek hier, wat men met
zoo'a lamp vermag.
Het muziekgezelschap dat ondanks de
bezwaren de ingezetenen muzikaal genot
wilde verschaffen, trof het niet bijzonder.
In den vooravond dreigde een donderbuitje
het geheele concert in het water te doen
vallen. Wel dreef dit spoedig over, maar
de lucht bleef dreigen. Op het bepaalde
uur was een talrijk publiek aanwezig.
Onder het laatste nummer voor de pauze
begonnen in steeds toenemend aantal, dikke
regendroppels te vallen, die velen der hoor-
deressen en hoorders een goed heenkomen
deden zoeken, en waardoor de pauze aan
de muzikanten welkom was.
Toen het weer droog was, werd het
concert vervolgd. Dat er belangstelling
voor het muziek is, bleek wel uit het aan
tal hoorders, dat ook nog na den regen het
tweede deel van het programma aanhoorde.
Men amuseerde zich blijkbaar uitstekend
met het uitgevoerde programma, al was het
ook, dat door de minder gunstige plaats
op den vlakken grond, de muziek niet tot
haar voile recht kwam en zwakker klonk.
't Was de laatste dagen erg broeiig en
het was te voorzien dat er onweer op komst
was. Gistermorgen barstte boven onze ge-
meente eene bevige bui los, gepaard met
een zwaren regenval, die eDkele laaggelegen
stadsgedeelten onder water zette waardoor
in verschillende huizen het water, binnen-
stroomde. Betrekkelijk spoedig was de
bui over.
Het onweer was zwaar en hing, aan de
slagen te oordeelen, zeer laag. Op verschil
lende plaatsen sloeg de bliksem neer. Naar
wij vernamen werd nabij Sluiskil aan de
eene zijde een paal der verlichting getroffen,
terwijl terzelfder tijd aan de andere zijde
van het kanaal twee kinderen bewusteloos
ter aarde werden geworpen. Na korten tijd
kwamen zij weer bij en bleken met den
schrik te zijn vrijgekomen.
De wegwijzer bij de draaibrug over den
nieuwen kanaalarm, aanwijzende den weg
naar Hoek en Sas van Gent werd getroffen
en versplinterd, en ook de gaaipers op het
plein bij de Oostsluis.
Voorts werd op de hofstede van den heer
Zegers aan den Axelschen weg, een boom
getroffen.
Heden werd alliier door den architect
Joh. A. Feij, in het „Ter Neuzensch Koffie-
huis" aanbesteed:
1. het afbreken van het bestaande en het
bouwen van een nieuw woon- en winkel-
huis aan de Nieuwediepstraat no. 13 te
Ter Neuzen.
Voor het eerste perceel (metselwerk) werd
ingeschreven door de heeren J. J. Kolijn
voor 1065, P. J. Rijnberg voor f 1035 en
Gebr. Nieuwelink te Hoek voor /915.
Voor het tweede perceel (timmerwerk) door
mej. wed. A. J. de Kort voor /920 en de
heeren F. Romeijnsen voor 850, C. C.
Nobels voor 720, I. P. Casteleijn voor
698 en P. L. Boogaard voor 679.
Voor het derde perceel (verf- en glas-
werk) door dje heeren O. C. F. de Pauw voor
196, A. van der Molen voor f 165, A. van
Duijse voor 163, P. A. Geelhoedt voor/140
en P. C. Moens te Hoek voor 125.
Het tweede en het derde perceel werd
aan de laagste inschrij-vers gegund, terwijl
omtrent het eerste perceel met de laagste
inschrijvers nadere besprekingen zou den
worden gehouden.
2. het gedeeltelijk verbouwen van het
woon- en winkelhuis, staande hoek Korte
deur en liet haar in een ledige kamerbin-
nengaan.
„Gelieve hier een oogenblik te wachten,
ik zal haar dadelijk hier zenden."
„Wat blieft u?" klonk het eenigesecon-
den later in de ooren van Blanca, die aan
het venster stond.
Zij keerde zich om en stond voor de eerste
maal in haar leven tegenover Bertha.
Ja, zij was dezelfde, die zij als Victor's
bruid eenmaal uit het venster van het slot
Powsys had gadegeslagen. Zoo stond ze
haar nog levendig voor den geest; haar
schoone, regelmatige trekken waren niets
veranderd; zij was eenvoudig maar met
zorg gekleedaan haar vingers glinsterde een
gouden ring.
11c zou gaarne eens met u spreken!
Kunnen wij hier niet gestoord worden?"
vroeg Blanca zacht.
Bertha ze was het werlcelijk keek
de spreekster verbaasd aan.
„\Vij kunnen elk oogenblik gestoord wor
den", antwoordde zij. „Het is liter de learner,
waar de dames lcomen passen en ik heb
slechts weinig tijd!"
Vragend keek zij de gesluierde dame aan,
doch !nu isloeg Blanca Jiaar sluier naar achter.
„Bertlia", deze week onwillekeurig een
schrede terug, toen zij haar "naam hoorde
Kerkstraat en Nieuwstraat no. 2 en 4 le
Ter Neuzen.
Voor het eerste perceel (metselwerk) werd
alleen ingeschreven door de heeren Gebr.
Nieuwelink te Hoek voor /680.
Voor het tweede perceel (timmerwerk) door
de heeren G. C. Nobels voor 731,50, P. L.
Boogaard voor 719, I. P. Casteleijn voor
/698, F. C. Herrebout voor /698, wed. A.
J. de Kort voor 688 en F. Romeijnsen voor
672.
Voor het derde perceel (verf- en glas-
werk) door de heeren J. C. de Pauw voor
352, O. C. F. de Pauw voor 349, A. van
Duijse voor 345, Alph. Guilliet voor /338,
P. Kiel voor /331 en P. C. Moens voor/275.
Naar wij vernemen hebben zich voor
deelneming aan het alhier op 15 Augustus
aanstaande te geven festival 8 muziekge-
zelschappen aangemeld,
Bij de deze week gehouden onder-
handsche aanbesteding van het bouwen van
een Zusterhuis bij het Capucijnenklooster
te Sluiskil werden aannemers de heeren J.
van der Velden alhier en De Krijger te
Philippine voor 21.845.
Donderdagmorgen werd op het kanaal
het klipperschip //Dieu Donne" van M. J.
de Smet te Sas van Gent, aangevaren door
het Noorsche stoomschip /Eastwood", waar
door eerstgenoemd vaartuig schade aan het
voorschip bekwam.
Bij de te Hulst gehouden keuring
voor de militie werden de 6 ingeschrevenen
van Hengstdijk goedgekeurd, de 8 ingeschre
venen van Ossenisse eveneens, van de 10
van Stoppeldijk die gekeurd werden werd
1 voor den dienst ongeschikt verklaard, van
de 37 van Hontenisse werden 9 afgekeurd.
Bij de te Hulst gehouden keuring werden
er 11 van de 34 ingeschrevenen uit die
gemeente ongeschikt verklaard en van de
8 uit Boschkappelle 3.
In de week van 24 tot en met 30 Juni
kwamen ter kennis uit Zeeland aan den
centralen gezondheidsraad 1 geval van rood-
vonk te Stavenisse en Wolphaartsdijk, 1 ge
val van diphteritis te Kloetinge en 6 gevallen
dier ziekte te Hontenisse.
De haven van Vlissingen.
Door den waarnemenden voorzitter, den
heer J. G. van Niftrik, werd in de giste
renavond gehouden vergadering van de
Kamer van Koophandel te Vlissingen er op
gewezen hoe dringend noodzakelijk het is
dat te Vlissingen nieuwe sluizen worden
gemaakt, wat zoowel in het belang is van
de Kon. Maatscb. //de Scbelde" als voor de
scheepvaart. Deze nieuwe sluizen zouden
moeten worden gebouwd ten zuiden van de
bestaande en zouden moeten aansluiten aan
een te bouwen Zuiderhoofd ter lengte van
900 Meter. De plannen werden door den
heer Van Niftrik met een teekening nader
toegelicht.
Hij meende dat het op den weg der
Kamer lag voor deze plannen steun en
medewerking te verzoeken bij het provin-
ciaal 'oestuur, opdat dit gezamenlijk met
het gemeentebestuur bij de regeering kan
verzoeken op uitvoering van deze werken.
Deze plannen vonden bij de Kamer al-
geheele instemming en werd overeenkomstig
het voorstel van den voorzitter besloten
zich met een desbetreffend verzoek tot het
provinciaal bestuur te wenden.
ZAAMSLAG.
Een Sjarig zoontje van den landbouwer
A. Dieleman alhier, werd deze week zoo-
danig tegen het onderlijf getroffen door
den slag van een paard, dat de dokter
zijne overbrenging naar het ziekenhuis te
Ter Neuzen noodig achtte.
KOEWACHT.
Naar wij vernemen zullen behalve de
geitenvereeniging van Koewacht, zich nog
een 5 a 6tal andere vereenigingen afschei-
den van den Provincialen Bond. Deze
zullen dan gezamenlijk een R.-K. geweste-
lijken Bond vormen.
De plechtige installatie van den
nieuw benoemden burgemeester den heer
„Bertha, u kent mij niet, maar mijn naam
zal u wel bekend zijn. Ik ben Blanca
Norton!"
Weer trad Bertha een schrede terug; haar
gelaat nam een strengere uitdrukking aan.
Smeekend strekte Blanca de handen uit
en zeide:
Bertha, u zult wel begrijpen, waarom ik
hier gekomen ben. Waarom enopwiens
verlangen."
IJskoud keek Bertha haar aan en ant
woordde
„Ik weet niet, wie u hier gezonden lieeft
en ook niet waarom. Wel weet ik wie u
is. U is de nicht van graaf Victor Norton!"
Zonder dat een spier in haar gelaat ver-
trok, sprak zij dien naam uit. Blanca's laalv
ste hoop verdween.
„Ja", sprak zij zacht, „ik ben zijn nicht
Blanca en kom hier, omdat hij dit verlangde."
„En wat droeg graaf Norton u op?"
„Bertha, lioe kunt ge dat nog vragen?
Dien langem, langen tijd heeft hij te ver-
geefs naar u gezocht. Het verdriet om u
lcnaagt aan zijn gezondheid, wellicht aan zijn
leven. Hij heeft overal naar u gezocht
in Amerika, in London en in geheel Enge-
land!"
„Waarom gelroostte graaf Norton zich die
noodelooze moeite, zou ik zeggen?"
A. Dierick zal a. s. Dinsdag plaats hebben.
Er zijn maatregelen getroffen om dezen
dag tot een onvergetelijken feestdag te
maken.
SINT JANSTEEN.
Tijdens de laatste kermisdagen alhier,
werden de wedstrijden in het schieten ge
houden door de alhier gevestigde hand- en
doelboogsocieteiten, alsmede den prijskamp
met duiven door de vereenigde duiven-
societeiten. De prijzen bestonden uit prach-
tige beelden en andere artikelen die een
blijvende herinnering gaven aan het 25jarig
ambtsjubile van den EdelAchtb. heer C.
Ysebaert, als burgemeester van St. Jansteen,
door hem bij die gelegenheid geschonken.
Een woord van dank zij hiervoor den
milden gever toegebracht door de leden der
alhier gevestigde societeiten.
De kermis heeft alhier weer haar gewoon
verloop gehad, zelfs de 4e dag was een
Volksfeest in de Trompstraat tot stand
gebracht hetgeen een massa volk op de
been bracht.
BIERVLIET.
De heer M. de Hullu, onderwijzer aan
school A, is 1 Juli met verlof vertrokken.
De Maanden April en Mei bracht hij
om gezondheidsredenen te Lunteren door.
Nu is hij door een tweetal geneesheeren
ongeschikt verklaard om onderwijs te geven.
Mej. Baart van Vlissingen is wederom
tot tijdelijke onderwijzeres aangesteld.
Vorige week bedankte de heer De Hullu
als secretaris der vereeniging, //Uit Voorzorg"
tot geldelijke uitkeering bij sterfte van
varkens, welke functie hij van af de op-
vichting in 1895, dus 19 jaar uitoefende.
De heer P. Verhage, voorzitter, zal tot
Januari ook als secretaris optreden, volgens
besluit in de bestuursvergadering op 1 dezer.
Zondag 5 Juli 1914.
Hervormde Kerk.
Ter Neuzen. 9 u., Ds. A. Timmerman en 2 u., Ds.
A Timmerman, voorber. H. Avondm.
Doopsbediening.
Sluiskil. 5f u., dhr. L. Dek.
Axel. 9 u., leeskerk en 2 u., dhr. L. Dek,
van Sluiskil.
Zaamsiag. 9 u., dhr. L. Dek, van Sluiskil en
2 u., geen dienst.
Hoek. 9 u Ds. Kaams Jr. en 2 u., Ds.
E. Raams Jr., voorber. H. Avondm.
Hulst. 10 u., Ds. De Boer.
Sag van Gent. 94 u., Ds. Akersloot v. Houten Roos.
Hontenisse. 9 u., Ds. W. P. van Lindonk, Be-
vestiging en 2 u., Ds. W. P. van
Lindonk, Intree.
Gerefornieerae Kerken.
Ter Neuzen. 9 u., Ds. H. P. M. G. de Wall,
van Zaamslag en 2 u., Gods-
dienstoefening.
Axel, Iierkdreef. 9 u., J. R. Lammertsma en
2 u., Ds. Chr. Bruins.
Axel, Stationsiraat. 9 u., Chr. Bruins en 2 u., Ds.
J. H. Lammertsma.
Hoek. 9 u. en 2 u., Ds. H. v. d. Wal.
Gereformeerde Gemeente (Vlooswijkstraat).
Ter Neuzen. 9 u., 2 u. en 54 u., leeskerk.
Oud-Gereformeerde Gemeente
(Vlooswijkstraat).
Ter Neuzen. 9 u., 2 u. en 54 u., leeskerk.
Chr. Gereformeerde Kerk.
Zaamslag. 9 u. en 2 u., leeskerk.
JLokaal „Bethel" (Kandeelstraat).
Ter Neuzen. 9 u., 2 u. en 54 u., leeskerk.
Lokaal „Eben-Hae«er" (Kerkhoflaan)
Ter Neuzen. 54 u., Evangelisatie.
De heer v. d. K., uit de Lichstraat
te Rotterdam, keerde des avonds naar zjjn
woning terug. Op het Willebrordusplein
gekomen, reed hij met zijn fiets tegen een
dwars over de straat gespannen ijzerdraad.
Met ernstige hoofdwonden werd hij in be-
wusteloozen toestand opgenomen en naar
't ziekenhuis gebracht, waar hp, na te zijn
bijgebracht, kon worden verbonden.
Uit een onderzoek bleek, dat twee bor-
stelmakers bezig waren draad in elkaar te
draaien en dit gemakshalve op straat dedeu
en daarvoor een draad over den weg hadden
gespannen.
„Noodeloos? Is het dan noodeloos, dat
een man naar zijn vrouw zoekt?"
„Houdt op, miss Norton!" riep Bertha
met fonkelende oogen, terwijl zij met de
hand een gebiedend gebaar maakte. „Dat
is een dwaling! Ik ben niet meer deechf-
genoote van den graaf dat zal ik nooit
worden ook! De plechtiglieid, die tien maan
den geleden heeft plaats gehad, was slechts
een bloote formaliteit, die alle rechtskracht
miste, doordien de graaf op den dag van
het huwelijk mij verliet. Ik wil u wel zeg
gen, dat hij daardoor mijn wensclien heeft
voorkomen; ik ben hem dankbaar, omdat
hij mij widens of onwillens mijn vrijheid
heeft teruggegeven."
Zonder Blanca tijd te geven haar in de
rede te vallen, vervolgde Bertha: „Hij slaak!-
te een band, die me mijn leven lang gebon-
den zou hebben aan een man, dien ik nooit
zou kunnen liefgehad hebben. Dit erkenj-
nende, veracht ik hem weinig minder dan
mijzelve; ik verlang nooit meer zijn naam
te hooren. Onze wegen blijven gescheiden.
Hij moge trachten mijn weg te kruisen, zoo
veel hij wil ik Wijk geen liaarbreedto
van den mijne. Graaf Norton is mij geheel
vreemd; als ik dood was, kon ik niet min
der voor hem zijn, dan ik nu ben.
(Wordt vervolgd.)