ALGEMEEN NIEUWS- EN ADVERTENTIEBLAD VOOR ZEEUWSCH-VLAANDEREN. No. 6071. Dinsdag 19 Mei 1914. 54e Jaargang. MILITIE TE LAND. ADVERTENTltN ABONNEMENT: FEBILLETON. Bit Blad verscliijiit Maandag^, Woensdag- en Vnjdagsvonfi, nitgezon^rfl op Feeetdagen, bij ds Flrma P. J. j^jjAKDE Oproeping van verlofgangers voor herhalingsoefeningen. BINNENLAND. Per 3 maanden binnen de stad 1.Franco per post voor Nederland /1.10. Bij vooruitbetalingvoor Belgie /1.40, voor Ned.-Indie en Amerika 1.65, overig Buitenland 2. Men abonneert zich bij de Uitgeefster, of buiten Ter Neuzen ook bij alle Boekhandelaren, Postdirecteuren en Brievenbushouders. Telefoon 25 Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0. Bij directc opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt prijs slechts tweemaal berekend. Grootere letters en cliche's worden naar plaatsruimte berekend. Handelsadvertentien bij regelabonnement tegen verminderd tarief. Inzending van advertentien voor 1 lilll® op den dag der uitgave. 10. de 44) Volkspetitionnement voor Plaatselijke Ketize. Op 14 Mei waren 635,350 handteeke- ningen ingekomen op het adres voor Plaatse- lpke Keuze. Behalve van enkele kleine gemeenten worden thans de opgaven nog NEUZENSCHE COURANT De Burgemeester van TER NEUZEN maakt bekend, dat de in het verlofgangersregister dezer Gemeente ingeschreven verlofgangers, hieronder vermeld, bij deze worden opgroepen om in 1914, ieder voor het achter zij"n naam aangegeven tijdvak, krachtens art. 80, in verband met art. 114 der Militiewet Staatsblad 1912, v„ oi I,»ii/in'«»cn/iyv>ni»n»». ■in. iiit'/flrfJilJan. dienst te komen. NAMEN en VOORNAMEN o" RORPSEN Garnizoensplaats. DER f-t- EN TIJDVAR. VERLOFGANGERS. 3 OQ ONDERDEELEN. Kaan Daniel Klaassen Marinus Cornelis de Kraker Gelein de Doelder Johannes Daniel Audenaerd Augustus Scheele Izaak Oppeneer Pieter Fermont Pieter Cornelis van Doorn Willem Casteleijn Abraham Verhulst Anthonie van Putten Jannis Abraham de Rubber Daniel van Herp Pieter Herrebout Krijn Dooms Jacobus van Pienbroek Marinus Jacobus Cornelis Risseeuw Pieter Jozias Cortvriendt Edemondus Augustus Rottier Jan van Dixhoorn Willem Maarten Wiskeike Leonard Jansen Willem Johannes Renskers Petrus Johannes de Putter Anthonie Andriessen Geerard Jacobus de Rubber Johannes Wisse Adriaan Jan van Doeselaar Cornelis Geerard Huijssen Cornelis Jacobus Snoeck Hendricus Johannes de Bruijne Jacobus Wind Jan Gerhard us van Aerde Theophile Petrus Verbi rg Izaak Hamrlink Willem de V is Leunis Stoffels Johannes Pieter Moerinan Willem de Zceuw Abraham Jozias Cornelis van Meir Albertus Franciscus Florimond Remerij Willem Cornelis Johannes Oostlijk Adriaan Jan van Luik Pieter van Gelderen Christolfel Hendrik van Driel Marinus OUel ek Daniel de Ruijter Jacobus Rijnberg Jacobus Hendrik Willimsen Jacobus Rlaassen Cornelis Jan Scheele Jan Pieter Mobach Hendricus Ludovicus de Pooter Cornelis Lafort Cornelis Franciscus de Jonge Marinus Tonnaert Johannes Gerhardus Josephus de Meijer Robert Charles Francois Dhaeze Franciscus Jacobus de Bruijne Dirk Cooman Cornelis Da\id Petrus Hainelink Jan Hendrik Locf Jan Meeusen Jacob Str io Arie Witte Reinier Adriaan WIJZE EK UUR VAN OPKOMST. 1914 1907 3e regiment Infanterie 2e bat. 24 Aug.-3 Sept. Bergen op Zoom id. 3e idem 3e idem idem id. 14e idem 3e idem Vlissingen id. 14e idem 3e idem idem id. 14e idem 3e idem idem id. 14e idem 3e idem idem id. 14e idem le idem idem id. 14e idem le idem idem id. 14e idem 3e idem idem id. 14e idem 3e idem idem id. 13e idem 3e idem Delft id. 14e idem le idem Vlissingen id. regiment Grenadiers 3e idem 's Gravenhage id. idem Jagers le idem idem id. idem Genietroepen 16-26 Juni Utrecht id. 3e comp. Hospitaalsoldaten 19-29 Sept. Vlissingen id. idem 19-29 id. Breda 1908 14e regiment Infanterie 3e bat. 24 Aug.-3 Sept. Vlissingen id. idem idem idem id. idem idem idem id. idem le idem idem id. idem idem idem id. idem idem idem id. idem D idem idem id. idem I idem idem id. idem idem idem id. idem idem idem id. idem idem idem id. idem idem idem id. idem 2e idem Middelburg id. idem le idem Vlissingen id. idem idem idem id. reg Genietroepen idem 14-24 Juli Fort bij Rijnauwen id. idem 13-23 Juli Legerplaats bij Zeist 1909 14e reg. Infanterie 3e bat. 4-29 Sept. Vlissingen id. idem le idem idem id. idem idem idem id. idem idem idem id. idem 3e idem idem id. idem idem idem id. idem idem idem id. idem D idem idem id. idem idem idem id. idem idem idem id. regiment Jagers 2e idem 's Gravenhage id. idem idem idem id. 3e reg. Veldartillerie 3-29 Aug. Bergen op Zoom id. 3e comp. hospitaalsoldaten 4-29 Sept. Vlissingen id. regiment Genietroepen 7 Juli-1 Aug. Legerplaats bij Zeist 1910 14e reg Infanterie le bat. 4-29 Sept. Vlissingen id. idem 3e idem idem id. idem idem idem id. idem idem idem id. idem le in idem idem id. idem 3e idem idem id. idem le idem idem id. 22e idem 21 Aug.-15Sept Ede id. regiment Grenadiers 3e 4-29 Sept. 's Gravenhage id. idem Jagers le idem idem 1911 2e reg. vestingartillerie 3e 6 Juli-1 Aug. Fort ben. Spaarndam id. idem idem idem id. idem idem idem id. idem idem idem id. idem i) idem idem id. idem 3e 6 Juli-1 Aug. Fort ben. Spaarndam id. idem X idem idem id. 3e reg. veldartillerie idem Breda lofpas, alsmede van alle verdere tot bun veriofsuitrusting behoorende voorwerpen van kleeding enuitrusting, op le plaats van bestemming aanmelden en wel: a. zii, die verblijf houden in de plaats van opkomst, uiterlijk te 8 uur voormiddags b. zij, die verblijf houden binnen 20 Rilometer van de plaats van opkomst, uiterlijk te 10 uur voormiddags c. de overige verlofgangers voor zooveel zij binnen het Rijk verblijf houden, zoodra mogelyk na aankomst in de plaats van opkomst, waarheen zii zich met het eerstvertrekkend openbaar middel van versneld vervoer. langs de op de yervoer- bevijzen aangegeven route, moeten begeven, of, indien bij gebruikmaking van een later vertrekkend middel van versneld vervoer langs diezelfde route zulks mogelijk is uiterlijk te 10 uur voormiddags, voor zooveel zij buiten het Rijk verblijf houden, voor 4 uur namiddags. ZIEKTE. Ingeval ziekte of gebreken de opkomst mochten verhinderen, dient de verlofganger hiervan zoodra doenlijk door overlegging van eene gelegaliseerde geneeskundige verklaring ter Gemeentesecretarie te doen blijken. Na zijn herstel moet hij zich onverwijld naar zijn korps begeven. VERVOER. 'De verlofgangers, die per spoor, tram of stoomboot moeten reizen of opde reis een ot meer veren moeten passaferen en in wier zakboekje aanwezig zijn de vereischte op wit papiergedrukte en met rooden inlet ingevulde vervoerbewijzen en passagebiljetten, behoeven zich voor hun vertrek naar het korps niet ter Gemeentesecretarie aan te melden, doch begeven zich rechtstreeks naar het station of de aanlegplaats van vertrek en stellen aldaar hun zakboekje ter hand aan den beambte, met de uitgiite vau plaatsbewij zen belast, of aan den veerman. De verlofgangers behooren er op indachtig te zijn, dat hun het zakboekje wordt teruggegeven, alsmede de strook van het vervoerbewijs, aangezten deze strook hun ge- woonliik gedurende de reis moet dienen als plaatsbewijs. A A Verlofgangers die niet in het bezit zijn van een vervoerbewijs of passagebiljet, tngericht om daarop de reis te kunnen volbrengen dan wel van het veer of van de veren gebruik te maken, moeten zich op den laatsten werkdag voor hun vertrek naar het korps, des voormiddags tusschen 10 en 12 uur ter Gemeente- set retarie aanmelden, ten einde aldaar in het bezit te worden gesteld van de vereischte bescheiden. Het is noodigzich ten niinste een half uur voor het vertrek van den trem, de tram of de stoomboot aan het station of de aanlegplaats te bevinden. Recht op vrii vervoer per trein, tram of stoomboot bestaat in den regel alleen voor diegenen, wier verbliifplaats is gelegen op meer dan 20 Iv.M. van de plaats van opkomst. Onder verblijfplaats is te verstaan de plaats, waar de verlofganger zich bevindt, tenzij kan worden aangenomen, dat hij zich onnoodig naar deze plaats heeft begeven, in welk geval als verblijfplaats wordt beschouwd de plaats, waar hij zich te De verlofgangers, die zich vier of meer uren voor het tijdstip van aanmelding op reis moeten begeven, genieten desgewensclit op de dagen der reis een daggeld van /0,25, ongeacht den rang then zij bekleeden. Zij. die aanspraak hebben op daggeld en dit wenschen te ontvangen, moeten het m ontvangst nemen ter Gemeentesecretarie, den laatsten werkdag voor het vertrek naar het korps. Bijzondere bepalingen. Hij, die zonder geldige redenen niet voldoet aan deze oproeping, wordt, na daartoe door den Minister van Oorlog verstrekten last, als deserteur afgevoerd. Hii die zonder geldige redenen zich te laat bij het korps aanmeldt, maakt zich strafschuldig. Het niet-ontvangen van een persoonlijke kennisgeving van de oproeping ontheft den verlofganger geenszins van ziine verplichting tot opkomst in werkelijken dienst, daar de openbare kennisgeving, tenzij de verlofganger zich op den dag vail laatstbedoelde kennisgeving buitenslands ophoudt en zijn adres bij den Burgemeester bekend is, EENIG en ALLEEN als BEWIJS geldt, dat hij behoorlijk is opgeroepen. VRIJSTELLING. Geheele of gedeeltelijke vrijstelling van herhalingsoefeningen kan worden to.6 die na volbrachte eerste-oefening gedurende zoodanigen tijd in werkelijken dienst is gebleven of gekomen, dat hij geacht wordt in die mate te zijn geoefend, dat herhalingsoefeningen voor hem met of slechts ^edeelte j t l ..ir d(tf ^rhalingsoefeningen onmisbaar is hetzii voor het bedrijf, waarin hij werkzaam is hetzii voor de instandhouding der middelen van bestaan van zijn gezin of van dat, waartoe hij behoort rf waarin hij als pleegkind is opgenomen, dan wel voor personen, die hem in den eersten of den tweeden graad van bloed- of aanverwantschap bestaan een en ander ter beoordeeleng van den Minister van Oorlog. Wie op een van deze gronden voor vrijstelling in aanmerking wenscht te komen, behoort spoedig eene a an wage daartoe te zenden aan den Minister van Oorlog. Het verzoek kan op ongezegeld papier worden geschreven en behoeft, tenzij het uit het buitenland wordt verzonden, met gefrankeerd te worden. VERGOEDING. Indien ten gevolge van het verblijf in werkelijken dienst van den opgeroepen verlofganger voldoende middelen tot levensonderhoud ontbreken of zouden komen te ontbreken aan zijn gezin of aan dat, waartoe hij behoort of waarin hij als pleegkind is opgenomen, dan wel aan personen, die hem in den eersten of den tweeden graad van bloed- of aanverwantschap bestaan, dan kunnen belang- hebbenden zich rechtstreeks tot den Minister van Oorlog wenden met een ongezegelddoor de verlofganger inede-onderteekend, verzoekschrift, tot het ontvangen eener geldelijkevergoedmg. Het verdient aanheveling het verzoekschrift spoedig, zoo mogelijk ten minsle zes weken voor de opkomst, in te dienen. Het betioelt niet gefrankeerd te worden, tenzij het uit het buitenland wordt verzonden. Ter Neuzen, den 18 Mei 1914. De Burgemeester voornoemd, J. IIUIZINGA. De opgeroepen verlofgangers moeten zorg dragen, dat zij lyrj/jE EN UUR Y A. jy 111 JlUlimi. uc »FnalJ4lc° ,uigttii6cio '"'S - zich ieder op den voor hem aangegeven dag, in uniform gekleed en voorzien van hun zakboekje met tier- „Ik verwed er mijn hoofd op, dat hij stil de plaat poetst! Bertha, kom toch eens hier! Kijk! De paarden rehnen als wild met het rijtuig weg!" riep Beatrice over- rnoedig, maar Bertha bewoog zich niet en toonde geen spoor van belangstelling. En toch hoe woelde het in haar binnenste! En in ijlende vaart vloog het rijtuig met Blanca en graaf Victor naar het staion. Iloe smartelijk zou hij weldra aan dezen rit lerugdenken! HOOFDSTUIv XXV. Den vijfderi Juli, dus drie dagen later, gaf lady Carley voor haar gasten en be- kenden een bal, voorafgegaan door een groot diner. Een gezelschap uit de hoogste kringen zou in de groote zalen van het slot samen- komen ter eere van het verloofde paar. De verloving van graaf Norton met miss Darrell was volgens het gebruik wereldkun- dig gemaakt. Een groote spanning onder de liooge krin gen was onvermijdelijk. De zoon volgde de voetstappen van den vader en verbond zich evenals deze, met een meisje van burger- lijke afkomst. O'fschoon vele den neus oplrokken, toch namen alien de uitnoodiging van lady Carley aan precies als toen de ongelukkige Mar- garetha in de liooge kringen werd ingeleid. De avond kwam. Ontelbare rijtuigen bracliten gasten naar het slot Powsys. Eerst toen het gezelschap voltallig was, zweefde Bertha de trap af, waar graaf Victor haar met ongeduld beneden wachtte om de Ko- ningin van zijn hart in de zaal te voeren. Een koningin, ja dat was zij van top tot teen. Een' toilet van witte, welriekende tule omgaf haar leden als een zachte nevel., De rozen in het haar staken schilderachtig af tegen haar donkere lokken., Aan een smallen gouden ketting droeg zij een met diamanten olnzet medaillon, een geschenk van tante Elisabeth, met het porlret van haar verloofde er in. Dit sieraad stond haar onvergelijkelijk. Ja, zij was verrukkelijk schoon; wie haar lieden voor de eerste maal zag, kon haar de schalting der sclioonheijd niet onthouden. Zij was nu niet meer het arme meijsje, dat uit medelijden werd opgenomen zij was de voorname, zelfbewuste verloofde. de loe- komstige gravin Norton! Beatrice praalde in zijden gaas en Brus- selsche kanten met een massa diamanten toch loosde zij een zucht van nijd, toen zij haar nicht aanschouwde., Van de heeren maakte Charles Stuart den besten indruk. Toen de graaf met Berllia in het gezelschap verscheen, onlmoetle zijn oog het hare enhij keerde zich om en begon een gesprek met een lange, rnagere dame van zekeren leeftijd. „Hoe bekoorlijk is zij! Wel moet graaf Norton daardoor verblind zijn. Arme graaf! Hoe jammer als hij ook de kwaal van zijn familie geerfd had! Uw zuster is zeer smaakvol gekleed. Zeg u mij eens: Zijn alle Amerikaansche dames schoonheden Charles boog bij dit compliment en ant- woordde: „Vroeger lieb ik het altoos gemeend, baro- nes Leonore, maar sedert ik Engelsche dames leerde kennen, denk ik er anders over!" Mevr. Booth bij H.M. de Koningin. De eehtgenoote van generaal Bramwell Booth, den leider van het Leger des Heils, is, naar het R. N. meldt, Donderdagnamid- dag door H. M. de Koningin in gehoor ont vangen. Onze Vorstin had den wensch te kennen gegeven, ointrent den zfgenrijken arbeid van het Heilsleger te worden ingelicht, en aan niemand was, zoo oordeelde men, de ze eervolle taak beter toevertrouwd dan aari de eehtgenoote van den generaal, de vrouw, die zelf ook gedurende een lange reeks jaren al haar krachten wijdt aan een der belang- rijkste gedeelten van den arbeid des Legers. Dit gezegde was niets anders dan een van die onbeschaamde leugens, welke men in de salons onbeschroomd uitspreekt, of sclioon niemand zal ontkennen, dat ze ver- foeilijk zijn. Barones Leonore maakte met haar rna gere gestalte, liaait hoekige bewegingen en haar afgedragen balkleed denzelfden in druk als een distel in een rozengaarde. Charles, wiens gevoel van schoonlieid zeer ontwikkeld was, merkte dit zeer goed op. Welk lot wachtte hem als hij toegaf aan den drang van zijn papa om naar haar hand te dingen. Hij griezelde er van. Bertha werd dien avond zooveel bewon- derd, als zij slechts wenschen kon.. Allen liuldigden haar als een koningin en zij genoot haar overwinning, „Mijn kind, ik ben trotsch op je", ver- zekerde lady Carley met voile tevredenheid. „Je hebt je zelve overtroffen, je doet me eer aan!" Bertlia braclit de hand der oude arislo- cratische dame aan haar lippen en kuste die.. Eerst bij het aanbreken van den dag glngen de genoodigden liuiswaarts. Den volgenden dag was het weder zeer mooi. Nog wat bleek, zat Bertha in het morgensalon, toen graaf Victor binnentrad en met open armen op haar toesnelde. „Wat zie je bleek!" riep hij uit. „Heef,t het bal je vermoeid? Ik moet naar het kasteel Northminster. Het zou wel prettig zijn als je meeging. De lucht zou je goed doen. Heb ik je al gezegd, dat men be- gonnen is aan de verbouwing?" „Ja", antwoordde zij, de oogen opslaande, „niaar ik ben nog te vermoeid. Op een anderen keer ga ik mee. Laat me vandaag hier blijven". H. M. de Koningin heeft mevrouw Booth Donderdagmiddag 11 uur ten Paleize in het Bosch ontvangen. Zij heeft aan de Koningin, die herhaaldelijk vragen stelde, welke groote belangstelling deden blijken, tal van bij- zonderheden omtrenit het werk van het Leger medegedeeld, speciaal wat betreft den arbeid ten behoeve der lepralijders op Java en het hospitaal voor ooglijders te Samarang, waar- voor Ds. Wille zich zoo verdienstelijk heeft gemaakt. Mevr. Booth vond gehjgenheid, van het nieuwe ziekenhuis voor ooglijders te ge- wagen, dat ter eere der nagedachtenis van generaal William Booth te Samarang zal worden opgericht. Wijders legde mevrouw Booth er den nadruk op, dat de chefs-se- cretarissen van het Leger in Duitscliland en Australie Hollanders zijn, waarna zij de Koningin mocht inlichten omtrent het hos- pitaahverk van het Leger in Engeland, waar in Koningin Mary, blijkens haar bezoeken aan de desbetreffende ziekenhuizen veel be langstelling toont. Het onderhoud, dat H. M. de Koningin aan mevr. Booth toestond, duurde een uur en twintig minuten. Woensdagavond is mevrouw Booth op de Britsche legatie in Den Haag, door sir Allan Johnestone, buitengewoon gezant en gevolmachtigd Minister, ontvangen. Aan wezig waren o.a. de gezant der Vereenigde Staten van N.-Amerika, Dr. Henry van Dijke, mevrouw Van Dijke en mevr. Van Karne- beek, de eehtgenoote van den burgemeester van Den Haag, sir Allan Johnestone stelde mevrouw Booth aan de aanwezigen voor, waarbij hij van zijn warme sympathie voor den arbeid van het Leger des Heils gewaag- de en mevrouw Booth gaf een korte uiteen- zetting van het werk, dat het Leger op Java verricht. Haar mededeelingen werden met groote aandacht en belangstelling aangehoord. Mevrouw Booth heeft Vrijdagavond een samenkomst in het gebouw van het Leger des Heils aan de Prinsengracht geleid en heeft zich daarna per nachtboot naar En-, geland terugbegeven. Evenredige vertegenwoordiging. In het rapport der Staatscommissie voor de Evenredige Vertegenwoordiging, dat de zer dagen aan de Koningin zal worden over- handigd, wordt in den breede een stelsel uitgewerkt, waarbij het geheele land wordt beschouwd als 1 kiesdistrict, onderverdeeld in 18 kieskringen. Het stelsel zit zoo in elkaar, dat het moge lijk blijft afgevaardigden te kiezen voor iedere Ri'ovincie en voor de steden, die lhans meer uiul een afgevaaruigde- in de Tweede Kamer hebben. Met het al of niet noodzakelijke der in- voering van stemplicht heeft de connnissie van oordeel, dat dit geenszins lag op haar weg, zich niet bemoeid. Wordt het stelsel van het rapport door de Staten-Generaal aanvaard, zonder dat men stem-p 1 i c h t invoert, dan zal eerst na de stemming mo gelijk zijn vast te stellen, welk stemmental een candidaat minstens moet hebben, om gekozen te zijn; in ieder geval zal het vast- stellen van den einduitslag geruimen tijd duren. Een ander gevolg der invoering van dit stelsel zal zijn, dat de districtsgrootheden zullen verdwijnen, evenals het dikwijls zoo animeerend gevecht om een bepaald district. Het zal er dan bij den verkio/.ingsstrijd voor iedere partij om gaan, het aantal stemmen, op haar candidaten in het geheele land uitgebracht, zooveel mogelijk op te voeren. De partijvergaderingen bepalen feitelijk wie naar het Binnenhof zal gaan, en ver- anderingen in de samenstelling der Kamer zullen minder dan thans plaats hebben, sclirijft de „Tel." Men kon de teleurstelling van den graaf op zijn gezicht lezen, maar hij zei niets.. Zij dulde, dat hij haar een kus gaf, voor hij heenging. Zoodra hij weg was, sprong Bea trice van haar stoel op en zeide veront- waardigd „Bertha, je bent het ongevoeligste schep- sel, dat ik ooit ontmoet heb! Je gedrag is onuitstaanbaar! Maar acli, eigenbelang zal wel de voornaamste karaktertrek van de aanstaande gravin zijn. Arme graaf Victor 1 Arme Charles! Wat de een verlorenheeft, daar zal de ander niet bij winnen. „Ilc zie niet in waarom je zoo'n mede lijden met die twee hebt!" antwoordde Ber tha. „Graaf Norton zal in mij een gelrouwe eehtgenoote vinden en wat Charles betreft, hij heeft zijn troost reeds bij barones Leo nore gevonden". „0, Bertha, Berlha, wat ben jij een gevoel- loos schepsel! Men zou gelooven, dat je een steen hebt, waar anderen hun hart dragen. Hoe kan een meisje zich zoo verkoopen, verkoopen, ja, dat is het eenige passende woord! Er is je aan den graaf niets gelegen. Je eerzucht, je dwaze hunkeren naar macht, doet je dit huwelijk sluiten. Als je nog in staat bent om lief te hebben, dan heb je niemand lief dan Charles. Spreek daar maar niet tegen! Of bemin je hem niet?" „IJet is nu wel reeds wat laat om zoo iets te bekennen", antwoordde Bertha zoo be- daard, alsof er over een japon of een bloem gesproken werd. „Maar, als ik je een ple- zier doe, dan wil ik het wel zeggen: „Ja, ik heb Charles lief!" Beatrice zette groote oogen op. „Heb je hem lief?" lierhaalde zij. „En je laat hem toch! Om eens niets? want wat wegen alle rijkdommen der wereld op tegen ware liefde?" Bertha lachtte spottend of wanhopig? „Beatrice, je bent een dwaas kind, als je derfjet, dat men altijd moet trouwen, als men elkaar lief heeft. Ik bemin Charles, maar ik heb me zelve ook lief en daarom trouw ik met graaf Norton. Met hem mag je mede lijden hebben, want hij heeft een edel hart en hij bemint me. Maar je broeder heeft geen medelijden noodig, die zal om mij de hand niet aan zijn leven slaan!" ,Daar komt hij", riep Beatrice plotseling. ,Ik vrees, dat hij ons gesprek gehoord heeft." „Dat mag wel", zeide Berlha kalm. „Wat hij dan gehoord heeft, was voor lieni geen nieuws meer." „Je moet stellig visschenbloed in je aderen hebben; ik kan en wil dit valsche spel niet langer aanzien", sprak Beatrice heftig en verliet verontwaardigd het salon. „Cliarles", wendde Bertha zich nu tot haar neef, die naderbij kwam, „je hebt geluisterd naar ons gesprek! Beken het maar!" Charles ging op kleinen afstand van haar zitten en antwoordde rondborstig: „Ja ik heb geluisterd, ik heb alles gehoord! Ik erken altijd mijn verkeerde daden! Ik heb onder het venster gestaan. Maar, waarde niclit, neem van mij een goeden raad aan: wees voortaan voorzichtiger met je bekente- nissen. In mijn plaats had even goed graaf Norton de onvrijwillige luisteraar kunnen zijn!" „Je mag hem alles vertellen, wat ik gezegd heb!" antwoordde Bertha scherp, „Hetzou me niets liinderen, als hij zich terug trok. Misschien was dat voor beiden het beste!" „Je bent me een raadsel, Bertha! Waar om Wil je dan eigenlijk met hem trou wen?" (Wordt vervolgd.)

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1914 | | pagina 1