Thans wil de prinses het weer met een coup
de theatre beproeven, eeu voetval voor Koning
Albert, om diens medelijden iu te roepen. Zij
...na.ar Brussel gaan eu den Koning een
aadientie verzoeken.
Vijf en een half msllioen komen haar recht-
matig toe uit de erfenis van Leopold II. Maar
dit bedrag is op verre na niet voldoende om
haar schuldeischers te voldoen. De Koning
moet daarom de andere millioenen bijpassen.
De prinses gelooft, dat zij haar schuldeischers
met een voorloopige betaling tot een bedrag
van 40 a 50 pGt. van hun eischen kan tevreden
stellen. Om in dat geval te voldoen aan alle
eischen, heeft zij ongeveer acht millioen francs
noodig, d. w. z. ongeveer 21/2 millioeu behalve
de som, waarop zij aanspraak kan maken. De
schuldeischers zijn echter zeer hard. Zij ver-
langen, dat Louise voor het overschot van haar
sekuld haar aandeel van de erfenis van Keizerin
Charlotte van Mexico zal verpanden. De krank-
zinnige Keizerin is thans 74 jaar en zal 70
millioen francs nalaten, waarvan de prinses 15
mullioen zal erven.
Bovendien verlangen de geldschieters, dat de
kinderen der prinses, hertogin Dora van Sleeswijk-
Holstein, de ecbtgenoote van hertog Ernst Gunther
en den broeder der Duitsche Keizerin, en Prins
Leopold van Koburg, voor hun moeder zullen
borgstellen.
Men betwijfelt intusschen of Koning Albert
zijn nicht zal ontvangen. Hij heeft bij alle
vroegere gelegenheden haar bezoeken krachtig
geweigerd.
Volgens de Tel. onthielden de kiezers
van het I ransche stadje Rochefort-sur-Mer, dezer
dagen opgeroepen teeeinde hun gemeenteraads-
lieden te kiezen, zich van stemming om aldus
te protesteeren tegen de ontmanteling hunner
havenstad.
Zondag hadden de herstemmingen moeten
plaats hebben, maar er kwam niets van. Kiezers
zoowel als candidaten schitterden door de
meest volstrekte afwezigheid. De stembu-
reaux konden al evenmin samengesteld worden.
Omstreeks een uur in den middag liet de voor-
zitter der speciale verkiezingscommissie aan de
deur van het stadhuis het volgende biljet aan-
plakken
„Daar om 12,15 geen enkel stembureau ge-
constitueerd is kunnen worden, en het minimum
van 6 uren, bij artikel 26 van de wet van 25
April 1874 vastgesteld voor den duur der ver-
kiezing, niet meer in acht kan worden ge-
nomen, zijn de werkzaamheden als geeindigd
te beschouwen".
Er zijn dus in het stadje Rochefort-sur-Mer
geen nieuwe raadsleden gekozen. Blijft de
vraag wat er met de oude moet gebeuren.
Een flinke daad van naastenliefde wordt
uit Amerika gemeld. De lOjarige William
Colwell, de zoon van Benjamin Colwell, die
lid is van de Fortnightly Club te Nutley in de
staat New-Jersey, had tengevolge van een on-
geluk ernstige brandwonden op verschillende
plaatsen van zijn lichaam bekomen. Zpn leven
was in gevaar en de doctoren konden hem alleen
in leven bouden, wanneer ze de brandwonden
met nieuwe stukken menschelijkehuid bedekten.
Zeven clubgenooten van zijn vader boden aan,
zich stukken huid te laten afnemen. Zij gingen
een voor een de kamer, waar de kleine William
ziek lag, binnen en de dokter nam bij ieder
van hen achttien vierkante duimen huid weg.
Eenige dagen vroeger hadden de vader van het
kind en nog eenige andere vrienden dezelfde
operatie ondergaan. Elke operatie duurde 20
minuten. De zelfopofferende clublieden zijn
bankiers, groothandelaars, fabrikanten enz.
Woensdag had, naar het R. M. meldt,
in den vroegen morgen te Frankfort a/d Oder
de terechtstelling plaats van den wegens den
mantel over hem heen geworpen en op die wijze
het vuur gedoofd had, doch Ammi zag hij niet
meer.
Een gevaar was voor hem voorbij een
ander, grooter dreigdejhem namelijk het meisje
te verliezen, dat hij nu zeker meende herkend
te hebben.
//Waar is Ammi?" riep hij ontsteld. De
oude herder trachtte hem met een zoet lijntje
vast te houden, doch hij duwde den oude weg
en snelde van groep tot groep om het ver
dwenen meisje te zoeken. Hij vond haar echter
niet. Radeloos stond hij een oogenblik stil,
daar zag hij door het kreupelhout in de verte
een paar ruiters, die weldra tusschen het dichte
geboomte verdwenen. Onmiddellijk snelde Hubert
in die richting een heuvel op, hij zag de beide
ruiters weer, doch slechts onduidelijk, daar zij
in vollen draf reden en opnieuw achter de
boomen verdwenen. Toch geloofde Hubert in
een der ruiters een dame herkend te hebben.
//Zij was het!" juichte hij. „Ik zal haar
wel wedervinden."
Langzaam werd hem een hand op den schouder
gelegdtoen hij verrast zich omwendde, zag
de oude herder hem ernstig aan en zei„Wees
kalm, mijnheer! Als het Gods wil is, zultgij
Ammi wel weerzien en dan zal U duidelijk
worden wat u thans nog raadselachtig voor-
drievoudigen moord te Ringenwalde ter dood
veroordeelden August Sternickel. Den 8en
Januari had men de vreeselijke misdaad ont-
dekt, waarvan de boer Kalies, zijn vrouw en
hun dienstmeisje de slachtoffers werden. De
verdenking viel dadelijk op den inmiddels ver
dwenen knecht Schone, die kort daarop werd
aangebouden. Eerst ontkende hij zijn misdaad,
maar tegenover de verpletterende bewijzen, die
de justitie had bijeen gebracht, legde hij weldra
een volledige bekentenis af. Met hem als
hoofddader, hadden de beide broeders Kersten
en Frans Schliewenz aan den misdaad deel-
genomen.
Deze werden spoedig te Berlijn gearresteerd.
Verder kwam uit, dat de zich noemende Schone
een lang gezochte moordenaar en brandstichter
was, August Sternickel geheeten. Het hof van
gezworenen te Frankfort a/d Oder velde den
15en Maart, na een behandeling van 3 dageD,
het vonnis over de beklaagden Sternickel werd
driemaal, Georg Kersten en Frans Schliewenz
werden elk tweemaal ter dood veroordeeld en
over Willi Kersten sprak het Hof op groud
van zijn jeugdigen leeftijd, 15 jaren gevangenis-
straf uit, die hij thans ondergaat. De oudste
Kersten en Schliewenz kregen op het laatste
oogenblik gratie, waarbij hun straf in levens-
lange gevangenisschap werd veranderd en het
hoofd van Sternickel viel onder de bijl.
De scherprechter Schwietz uit Breslau voltrok
om 6 uur 's morgens het vonnis. Ofscboon de
voorbereiding der terechtstelling in alle stilte
had plaats gebad, was het gerucht daarvan
toch als een loopend vuurtje door de stad gegaan
en honderden menschen stonden voor de gevan-
komt.;
(Wordt vervolgd.)
genis opgepakt, hoewel er niet de geringste
kans was, iets van de terechtstelling te zien
Deze had plaats op het binnenplein der gevan
genis en werd slechts bijgewoond door hen, die
door de justitie als getuigen daartoe waren
uitgenoodigd het meerendeel der gezworenen,
gemeenteraadsleden en justitie-ambtenaren.
Onder het luiden van bet arme-zondaars-klokje
verscheen, door 2 gevangenbewaarders begeleid
en door gendarmen geescorteerd, de met ketenen
geboeiden moordenaar. Sternickel keek even
onverschillig om zich heen als bij zijn proces
voor het Hof van Gezworenen en zelts nu, in
het aangezicht van den dood, toonde hij niet
het minste berouw. Den bijstand van een
geestelijke in zijn laatste oogenblikken had hij
afgewezen. De procureur-generaal las hem het
vonnis en toonde hem de handteekening van
den Keizer, waarmee het bekrachtigd was.
Daarna leverde hij hem aan den beul over.
De helpers grepen hem terstond aan en binnen
eenige seconden was aan de menschelijke ge-
rechtigheid voldaan. Het lijk werd in een ge
reedstaande doodkist gelegd en een half uur
later kondigden roode aanplakbiljetten .in de stad
de voltrekking van het vonnis aan.
Sternickel had slechts den drievoudigen moord
te Ringenwalde en den moord op den moienaar
Knappe te Plagwitz bekend, wiens molen hij
na den moord in brand had gestoken. Zoo goed
als bewezen waren hem de misdaden van den
geheimzinnigen Silezischen hooihandelaar, die
in Maart 1909 de wed. Krause en den huiseige-
naar Knotig vermoordde.
Nog werd Sternickel verdacht van een moord
bij Posen, een bij Solingen en een te Aken,
maar het onderzoek in die zaken had geen vol
doende gegevens opgeleverd.
De begenadiging der medeplichtigen Kersten
en Schliewenz kwam gelijktijdig met de be-
krachtiging van het doodvonnis af. De ouders
van Kersten, die te Adlershof wonen, wisten
er in den voormiddag nog niets van.
Toen de moeder het eindelijk vernam, weende
zij van vreugde en zeide, dat zij de terecht
stelling van haar zoon niet zou hebben over-
leefd. De vader, een achtenswaardig man van in
de 40 jaren, die op een marmerfabriek werkt,
is van verdriet over het gebeurde, in enkele
maanden geheel grijs geworden. Zijn beide
zoons hadden zich altijd goed gedragen, tot
zij twee jaar geleden een zwervend leven waren
gaan leiden en in slecht gezelschap geraakten
Toen vrouw Kersten en haar dochter den
ter dood veroordeelden Georg onlangs te Frank
fort bezochten, zeide een gevangenbewaarder
haar, dat haar zoon een bekwaam workman
was, evenals zijn tot 15 jaren tucbthuisstraf
veroordeelde jongere broeder, die reeds naar
Kottbus was overgebracht.
In zijn brieven aan zijn ouders toonde Georg
Kersten steeds veel berouw en hij smeekte hun
vergiffenis voor de schande, die hij over hen
had gebracht. Er is voor zijn begenadiging
hard gewerkt. Een verzoek van de moeder aan
de Keizerin werd afgewezen, maar Ds. Schwarz-
lose heeft met den Keizer over den jongen
Kersten gesproken en een goed woord voor
hem gedaan, dat doel getroffen schijnt te hebben.
Toen men Kersten zijn gratie meedeelde, be-
loofde hij, dat hij zich die door goed gedrag
waardig maken zou.
Frans Schliewenz nam het bericht van zijn
gratie zeer onverschillig op en zeide, dat de
dood hem aangenamer zou geweest zijn dan
levenslange tuchthuisstraf. De beide veroor
deelden zullen waarschijnlijk nog deze week
naar het tuchthuis te Sonenburg worden over
gebracht.
In de Parijsche voorstad Fontainebleau
heeft, naar de Tel. meldt, Zondag een vreeselijk
automobielongeluk plaats gekad, dat met name
in de artistenwereld groote ontroering heeft
gebracht.
Op den weg van Melun naar Milly kwam
even over twaalven in voile vaart een torpedo-
wagen aansnellen, waarin de bekende impresario
en leider van schouwburgtournee's Moncharmont
en zijn jonge vrouw, en voorts de vrouw van
den opera-directeur Broussan, de secwtaris van
Moncharmont en de chauffeur zaten, toen plot-
seling van terzijde, op den kruisweg van Parijs
naar Fontainebleau, eeu groote toer-auto kwam
opdagen, waarin behalve de chauffeur twee
personen zaten, de wisselageut Braulten mevrouw
Louise d'Orsay.
Door een noodlottige overeenstemming van ge-
voelens meenden beide chauffeurs, door den gang
te versnellen, het eerst de kruising te kunnen
passeeren. Het volgend oogenblik schoven de
twee auto's met oorverdoovend geraas als het
ware in elkaar. Op vyftien meter afstand van
het punt van aanrijding kwakten beide wagens
naast elkaar neer. Van den grooten toerauto
was het voorstel totaal vernield, van de kleinere
was letterlijk niets heel geblevenhij was tot
splinters ge reden.
Spoedig kwamen op het ontzettend gegil der
gewonden, voorbijgangers toesnellen, die de
lichamen der automobilisten voorzichtig vrij-
maakten. Het bleek, dat de wisselagent Brault
er met een gebroken arm afkwam. De impresario
Moncharmont had een gebroken been en zwaar
gekwetst bekken, terwijl zijn secretaris en zijn
chauffeur eveneens zwaar gewond waren. De
vrouw van den impresario en mevr. Louise
d'Orsay moesten echter het ongeluk met den dood
bekoopen. Zij werden vreeselijk toegetakeld
onder de overblijfselen te voorscbijn gehaald.
Alleen mevr. Broussan en de andere chauffeur
kwameu met er met eenige huidontvellingen
af. Men vreest echter, dat diens coliega even
eens aan zijn vreeselijke wonden zal bezwijken.
In de nabijheid van Kissingen tusschen
Eszleben en Werneck is een auto, waarin zich
de boekhandelaar Elsaz uit Hamburg en de
directeur van een Hamburgsch advertentiebureau,
Bader, met twee kinderen van zijn zuster be-
vond, door het spriDgen van een band tegen
een telegraafpaal gereden. De auto werd ver
nield. De 37jarige Bader werd op slag gedood.
De beiae kinderen, een dertienjarig meisje en
een negenjarige jongen kregen ernstige brand
wonden door de in brand geraakte benzine.
Het meisje brak bovendien baar arm, terwijl
de jongen nog wonden aan de beenen opliep.
Elsaz brak eenige ribben en bezeerde zijn rugge-
graat. De chauffeur werd licht gekneusd.
Een ernstig ongeluk had op den straatweg
van Ravensburg naar Waldsee plaats. Een
fiecsrijder vond op den weg een omgeslagen
automobiel liggen. De smidsbaas Paul Mayer
uit Aulendorf, zijn zoon en de fabrikant Frick
lagen ernstig verwond en bewusteloos langs den
kant van den weg. Waarschijnlijk heeft de auto
bij een bocht een te korten draai genomen en
is dientengevolge omgevallen.
Te Pole werd de Weensche gynaecoloog
Ernst Wertheim bij eeu auto-ongeluk zwaar
(R. N.)
Een spookhuis. In het dorpje Borgne—
Kerranborn in Bretanje staat half tusschen het
groen verscholen een aardig boerderijtje, meldt
het R. N. De met klimop begroeide muren,
de netgeschilderde zonneblinden en met rnade-
liefjes begroeide gevel nooden den voorbijganger
uit er even te verpoozen. Maar wees voor
zichtig. Overschrijdt den drempel niet, want
dit verleidelijk oord is vervloekt. Eeu booze
geest heeft zijn intrede gedaan in het huisje.
waar de rijke familie Croguenneq woont. Hun
ellende is begonneu na den dood ^an een tante,
die hun al haar geld vermaakte. Vroeger leefde
de familie Croguenneq, die uit vader, moeder,
twee zonen en twee dochters bestaat, het een-
voudige leven van den Bretonschen boer en zij
waren gelukkig en tevreden. Maar nadat hun
tante het tijdelijke met het eeuwige verwisseld
had, begonnen de aren te verdrogen, het vee
had met allerlei ziekten te kampen, zelts de
koeien kalfden op onnatuurlijke wijze. Toen de
oudste dochter in het huwelijk trad, stierf het
mooiste paard uit den stal. Een tweede werd
invalide en weldra werden de andere paarden
zoo krukkerig, dat zij het mikpunt van spotters
op de markt werden. Bovendien werd de familie
elken nacht op een helsch concert getrakteerd,
terwijl de zwaarste meubelen van hun plaats
geschoven werden. Men hoorde het gerammel
van kectingen en een geloei als van een hevigen
storm. Als men op onderzoek uitging, was er
niets te bespeuren. Op zekeren morgen even-
wel waren de staldeuren wijd geopend en alle
paarden liepen los in het veld.
De moeder ging kwijnen en de jongste zoon,
die altijd een flinke gezonde jongen was geweest,
werd op zekeren dag door een onzichtbare hand
voor den buik gestompt en zoodanig heen en
weer geschud, dat hij struikelde en het bewust-
zijn verloor. Sinds dien bleef hij altijd ziekelijk.
Eenige weken geleden nog slaakten de oude
moeder tijdens een godsdienstoefening in de
kerk ijselijke kreten en vertelde, dat zij een
visioen had, waarin zij zag, dat haar zoon
Bernard vermoord werd. Ook haar dochter
ging hevig te keer. Men wist de vrouw met
een zoet lijntje naar huis te krijgen, maar den
volgenden morgen stond de gansche familie
met van angst uitpuilende oogen op den drempel
en bracht het geheele dorp met haar kreten in
opschudding. Daarna is de vijfentwintigjarige
dochter in een krankzinnigengesticht opgesloten.
Men zegt, in het dorp, dat de geest van de
tante al deze ongelukken over het huis brengt
omdat haar neven het geld, dat zij nagelaten
heeft, niet naar baar zin besteden. De politie
zal het zaakje onderzoeken.
De „kat" krijgt steeds meer met de
z/muizen" te stellen, aldus schrijft de Londensche
correspondent van de Tel. Telkens vinden de
suffragettes nieuwe manieren van verzet uit.
Naar verluidt zou miss Sylvia Pankhurst thans
in de Holloway-gevangenis niet alleen voedsel
en drinken weigeren, maar ook verkiest zij
niet te slapen. Om den slaap zoo lang ruoge-
lijk te bedwingen, wandelt zij aanhoudend in
haar eel op en neer. Voedsel kan men haar
desnoods door de keel pompen, ofschoon dat
sinds eeuigen tijd niet meer gebeurt. Tot
slapen kaD men haar echter niet dwingen. De
natuur zal daar wel voor zorgen. Doch voor
het zoover is, hoopt miss Sylvia door die vrij-
willige foltering haar invrijheidstelling te hebben
bewerkt.
Maar zelfs daartegen gaan die onhandelbare
dames zich verzetten. Zij willen niet in de
gevangenis en er ook niet uitgaan. Er is met
haar geen gevangenis meer te houden. Een
kras staaltje daarvan leverde zekere mrs. Wyan.
-i Deze gehuwde suffragette werd bij de laatste
arrestatie van mrs. Pankhurst, in bet Pavilion
Theatre, wegens verzet tegen de politie gearres
teerd. Een politieman verklaarde van haar een
stevigen klap op zijn gezicht te hebben ont
vangen. Zij ontkende zich zoo erg te hebben
aangesteld, maar werd wegens haar weigering
om een waarborg voor goed gedrag te stellen
tot drie weken gevangenisstraf veroordeeld. Zij
weigerde in de gevangenis iets te nuttigen, werd
ziek en moest op vrije voeten worden gesteld.
Doch zij verkoos niet heen te gaan.
Toen men haar Dinsdagmiddag haar voor-
waardelijke invrijheidstelling aankondigde, wei
gerde zij zich aan te kleeden. Enkele bewaar-
sters moesten dat met geweld doen. Loopen
wilde zij ook niet, waarop zij in een rijtuig
werd geplaatst en, onder de hoede van een paar
bewaarsters, naar een verpieeg-inrichting in
Kensington vervoerd. De bewaarsters moesten
haar ook uit het rijtuig dragen, doch haar voor
de deur laten staan. Vrijwillig verkoos zij niet
naar binnen te gaan en met geweld wilde
men haar niet toelaten.
Zoo bleef zij tot na middernacht, bleek en
zwak, buiten de deur. Enkele barer vriendin-
nen brachten haar een stoel, mantels en ook
een paar kruiken met heet water, om haar
voeten te warmen. Poch zij liet zich niet over-
reden, de verpleeginrichting binnen te gaan,
evenmin door haar vrieudinnen als door de
politie. Er ontstond een oploop, zoodat de
politie haar in bescherming moest nemen. Maar
de dame trok zich van dat alles niets aan en
bleef gemoedereerd zitten. Eerst na midder
nacht kwam de politie met een brancard. Zij
werd er opgelegd en naar een publiek zieken-
huis vervoerd.
Mrs. Pankhurst zou Maandag 1.1., na afloop
der meeting in het Pavilion, niet naar hare
woning zijn gegaan, maar zich elders aan de
bewaking der politie hebben onttrokken. Maan
dag is haar //verlof" weer om. En als zij zich
dan weer in de meeting vertoont, wordt zij
waarschijnlijk andermaal gearresteerd. Zij moet
zich bij haar jongste invrijheidstelling zieker
hebben gehouden, dan zij werkelijk was.
Te Boedapest is het groote warenhuis
Senassy op de Cheristoplatz plotseling ingestort.
Er bleef niets dan een puinhoop over. Het
ingestorte gebouw was een van de grootsfe
zaken in modeartikeleu van Boedapest. De in-
storting werd waarschijnlijk veroorzaakt door
uitgravingen, die voor een in aanbouw zijnd
huis noodig waren. Er zijn geen slachtoffers
te betreuren, daar de architect van het nieuwe
gebouw, een scheur in den brandmuur bemerkte
en de koopers en het personeel van het waren
huis aanried tijdig het gebouw te verlaten,
daar hij voor een instorting vreesde.
De politie zette daarop eeu gedeelte van de
straat af. Eenige uren later stortte het gebouw in.
(R. N.)
Volgens het R. N. leefde het echtpaar
Noblet, dat in het dorp Rondon in de gemeente
de Rioc-sur-Belon (Frankrijk) woont, in een
zeer slechte verstandhouding. Twisten waren
aan de orde van den dag.
Dezer dagen heeft de vrouw den man tijdens
zijn slaap kokend lood in het oor gegoten. De
ontboden geneesbeer verwijderde Ret lood uit
het oor, doch vreest voor het leven van het
slachtoffer. De vrouw, die door gendarmen
bewaakt werd totdat het parket kwam, heeft
haar bewakers weten te verschalken en wist te
ontkomen. Vroeger is haar man door haar
aanstoken met een houweel ernstig aan het
hoofd verwond.
o o