Een zettersleerling te Vlissingen vond
daar in de Walstraat een portemonnaie, waarin
e.m. een bankbiljet van 200 zat. Hij gaf
zijn vondst aan zijn patroon en met tusschenkomst
van de politie werd de verlieeer gevonden,
die den jongen een belooning gaf van f 10.
"W oensdagmiddag maakte het 15jarig
dochtertje van den veehouder Sch. te Halfweg,
naar de Maasb. meldt, zich zoo kwaad op den
12jarigen knaap T. v. d. B., die met eenige
andere kinderen op haar vadeis laud liep, dat
zij bet ventje beetpakte en in een moddersloot
wierp. Zij duwde het knaapje, dat uit de sloot
trachtte te komen, eenige keeren in de sloot
terug. Zelfs sprong zij over de sloot, om den
jongen, die nu aan den anderen kant er uit
poogde te komen, terug te duwen, zich niet
storende aan het geroep van enkele personen,
die zulks van uit de verte zagen.
Ten slotte begaven zich een juffrouw en een
passeerend wielrijder op het land, waarop het^
meisje den jongen losliet. Het arme ventje
werd hierna door deze personen naar huis ge-
bracht, die onmiddellijk aangifte bij de politie
deden.
De Midd. (Jet. meldt dat een vierjarig
jongetje van een werkman te Hansweert in een
onbewaakt oogenblik dronk uit een fleschje
gevuld met creoline. Het kind leed eerst veel
pyn, maar is thans buiten gevaar.
lusschen woonwagenbewoners, gekampeerd
onder de gemeente Hoes, ontstond de vorige
week een vechtpartij, waarbij een dier
personen een messteek in den rug bekwam.
De gemeenteveldwachter van Kloetinge, die
zich met het geval bemoeide werd de rechter-
hand doorstoken.
De //Javab." meldt, dat wegens het groot
gebreb aan onderwijzers het volgend jaar een
uitzending van 125 onderwijzers uit Europa
naar Indie noodig geacht wordt tot aanv-ulltcg
van het korps. Een uitbreiding van onderwij-
zeressen wordt niet noodig geacht.
De Min. v. Fin. maakt bekend, dat ten
beboeve van 's Rijks schatkist, teu kantore van
den ontv. der successierechten no. 2 te's Graven-
hage, van een onbekende is outvangen f 220
aan baukpapier, ter voldoening van te weinig
betaalde successierecbten.
De Rott. meldt dat tegen P. H., te Krimpen
a. d. Lek, aan wien Woensdag op zijn verzoek
ontslag is verleend als onderwijzer aan de School
met den Bijbel, een vervolging is ingesteld
met bevel tot inbechtenisneming, wegens het
plegeu van onzedelijke bandelingen met aan
zijn zorg toevertrouwde feerlingen.
Te Maastricht is het kindje van de echte-
lieden K., in de Tongersche straat acbterover
in een ketel kokend water gevallen en met
brand wonden overdekt naar het gesticht Cal-
varienberg gebracht.
De toestand is ernstig. (Hbl.)
Een jeugdig brandstichter 1
Te Wagemngen is door een Sjarig knaapje
brand gesticht in een houten trommel, waarin
ongeveer 1000 M. kabel voor het electrische
net. De kabel zal verruoedelijk opnieuw moeten
worden cntsponnen. De schade is aanzienlijk.
(H. Crt.j
Men weet nooit hoe een fietser een palincr
vangt, schrijft het R. N.
Te Oud-Vossemeer reed een fietser langs een
weide, waar een reiger een groote paling te
pakken had van de fiets springen, den reiger
°PJageni die nog trachtte zijn buit mede te
nemen, was het werk van een oogenblik en de
fietser ging met een viscbje naar huis dat bij
weging een gewicht bleek te hebben van ruim
een pond.
De 36jarige kolenwerker H. van Wijn-
gaardeu, was, volgens de H. Crt., in het bassin
aan de Baan te Rotterdam aan het zwemmen,
toen hij plotseling onwel werd. Hij verliet
het water, maar op de loopplank gekomen werd
hij door een duizeling bevangeu en viel in het
water terug, waar hij zonk. Zijn kameraden
doken naar hem en braehten hem in bewuste-
loozen toestand op het droge. Per raderbrancard
werd hij naar het ziekenhuis vervoerd, maar
bij aankomst bleek hij reeds overleden te zijn.
in het groot postkantoor te Rotterdam
is een jeugdig kantoorklerkje een aangeteekenden
brief ontrukt met f 400 bankpapier.
Te Geldermalsen werd een zekere Rozen-
hoek, die op bet land werkte en met zijn hond
een scbuilplaats had gezocht onder een boom
door den bliksem getroffen. De hond was
terstond dood en voor het leven van den man
.wordt gevreesd.
De 34jarige posfbode H. v. d. Boer werd
te Kuinre in zijn woning door den bliksem
getroffen en gedood. De man laat eene weduwe
met 2 kinderen achter.
In den Echterpolder te Scherpenzeel is
de hofstede bewoond door Hilke Boersma ge
troffen. Schuur en woonhuis zijn geheel ver-
brand.
Te Alfen aan den Rijn verdronk een
djarig knaapje. De moeder zag het in de diepte
verdwijnen en was tot groote wanhoop niet in
staat op een of andere wijze hulp te bieden.
Het zwemmen gaat voort slachtoffers te
vorderen. De 19jarige boerenzoon Samson te
Wilnis ging zwemmen in het z. g. Donker End.
Hij dook, bleef in de modder vast zitten en
verdronk.
Toen zij zich reinigde viel de 20jarige
dochter van V., te Kamerik, te water en verdronk.
Te Berkhout geraakte Vrijdag spelende
een ruim tweejarig kind te water en verdronk.
Mijn schrijft uit Heerlen aan de N. R. Crt.
Voor ieder, die met de organisatie van het
staatstoezicht op de mijnen ook maar uit de
verte bekend is, rnoet het mooie verhaal van de
pseudo-opzichters aan de mijn Willem Sophia,
aan Het Volk ontleend in avondblad G van
Woensdag, al wel heel onwaarschijnlijk in de
ooren geklonken hebben.
Behalve de drie ingenieurs zijn er twee op-
zichters, die regelmatig hud bezoeken over de
8 Nederlandsche mijnen verdeelen eri dus ge-
middeld zeker eenmaal in de 14 dagen in de
lampekamer van de Willem Sophia hun blinkend
koperen lamp (mijnwerkers krijgen een, van
hun nummer voorzienen, lamp, die niet van
koper is) in ontvangst komen nemen. De
minste lampejongen kent de opzichters al van
verre en hier zouden twee vreemden, zich als
opzichters voordoende, goedmoedig als zoodanig
behandeld zijn
Uit een onderhoud met den heer Michel,
directeur van de mijn en zijn hoofdopzichter
is ons gebleken, dat op een morgen twee onder-
grondsche werklieden van de mijn zelf hun
eigen lamp in ontvangst zijn gaan nemen op
een niet voor afdalen bestemden tijd. Tegen
zijn uitdrukkelijke instructies in, heeft de lampe-
nist de lampen afgegeven, omdat de werklieden,
die hij kenife, zeer beslist volhielden, door den
hoofdopzichter tegen dien tijd besteld te zijn.
Zonder gummipak, koperen lamp of mater-
stok, zifn ze dus!-afgedaald en ondevgronds
hebben ze werkelijk opzichter van staatstoezicht
willen spelen, maar niemand is er ingevlogen.
Van werk stil leggen, natuurlijk geen sprake,
evenmin als van een wijzigiug in het houtver-
voer.
Aangezien de heeren wat vermoeid waren
('t was niet zonder reden, dat zij 's morgens 6
uur niet present geweest waren) hebben ze
een stil plekje opgezocht om wat te slapen en
uitgerust, is niet de hoofdopzichter door hen,
doch zijn zij door den opzichter geroepen om
zich te verantwoorden en van de hun opgelegde
boete kennis te nemen.
Ook de lampenist, die hun de lamp gaf,
is beboet en daarmee is het heele mooie ver
haal tot zijn ware proporties teruggebracht.
Door het Hoog-Militair Gerechtshof te
Utrecht is 4 maanden gevorderd tegen den
sergeant G. v. d. H., wegens het door schuld
veroorzaken van den dood van zes minderen bij
de bekende ramp aan het fort Vossegat te
Utrecht.
Het Flakkeesche spook
Men schrijft ons uit Dirksland aan het Rott.
Nwsbl.Donderdagavond hadden het jongste
knechtje van de wed. C. v. d. D. en zijn
eollega van den heer A. D. P. een eindje ge-
fietst. Wegens het invallen der duisternis werd
tot den terugtocht besloten. Dicht bij de woning
van den heer A. D. P. te Sas van Dirksland
genaderd, zien zij in de schemering midden in
een veld erwten een man staan met boed op,
overhemdje en das, dit maakte het eenige
toilet uit.
De jongens roepen he
Geen antwoord.
De kerel stond allerlei grimassen te maken.
De jongens maken zich angstig, vliegen de
hofstede op van den heer N. D. P., keeren
met den heer N. D. P. en zijn nichtje terug,
roepen weer he, daar geef dan asem
De kerel bleef maar buigen en knikken.
Weldra komt op het lawaai de heele buurt in
beweging. Ook buurman A. C. N. komt aan-
gesneld, ja, die had ook al in de haver zoo'n
spectakel gehoord, dat heeft die gekke vent
geleverd, dat is zeker.
Maar jongens, wie durft er heen We moeten
weten hoe en wat het is.
Allen zijn als lijken. Alio jongens, wie gaat
mee Niemand. Dan allemaal tegelijk.
De vreemde kerel bleef maar buigen en gaf
geen antwoord.
Toe P., haal je geweer. Er heen, jongens.
Langzaam nadert de club.
Er wordt gegooid onder de nadering bom,
dat is raakEen groote kluit aarde trof
doelde kerel zakt machteloos ineen.
Jongens, dat is te erg, wie doet dat? //Je
gooit den vent dood
Geeft nietsdan moet-ie maar antwoorden.
Men nadert nu den gevallen zonderling en
vindt in het verwarde hoopje een gewezen
luchtballon, in den vorm van een man in
triomph wordt het spook mede naar huis gedragen.
Het schot aarde had zijn schouder verwond
Vrijdag werd te Brussel een vrouw door
de warmte krankzinnig, terwijl te St. Nicolaas
een man door de warmte bezweek.
Bij het daarna volgende onweer werd te
Brugge een achtjarig meisje door den bliksem
gedood. Te Battel werden 2 huizen in lichte
laaie gezet.
Te Brussel werden door den regen de
straten in snelvlieteude stroomen veranderd en
op het land richten hevige hagelbuien veel
schade aan.
Zeer erg moet de hagelslag van de vorige
week ook in ons land hebben gewoed. Te
Heesch en Neerbosch heeft zich eene commissie
gevormd waarin de geestelijken en verschillende
notabelen hebben zitting genomen om gelden
in te zamelen voor de ingezetenen, die door
den hagelslag op zeer ernstige wijze in hun
bedrijf zijn geschaad.
- De tentoonstelling te Gent schijnt door
het noodlot vervolgd te worden, want Vrijdag
om circa half drie is er, naar de //Nieuwe Gazet"
meldt, weder een brand uitgebroken, dezen keer
gelukkig echter minder ernstig dan de vorige
rnaal. De brand werd veroorzaakt, doordat
eenige gloeiende kolen uit de stoommachine
op den houten vloer in de groote hal vielen,
waardoor deze vlam vatte. De aanwezige be-
wakers deden al het mogelijke, om de vlammen
te dooven, met het gelukkig resultant, dat, toen
de brandweer arriveerde, deze zeer weinig meer
te doen had en spoedig den brand meester was.
De brand- en waterschade is gering.
Acht personen levend verbrand.
In het dorp Poenef, in het Iiussische gouver-
nement Kalisch, hebben Vrijdag, volgens de
Tel., een aantal boeren op ontzettende wijze hun
wraakzucht gekoeld aan een in het dorp wonende
Joodsche familie, welker hoofd een proces tegen
de boeren had gewonnen. Zij spijkerden des
nackts de deuren en vensters van het huis dicht
en staken dit vervolgens in brand.
Acht personen kwamen in de vlammen om.
Slechts het jongste kind der familie kon op het
alleriaatste oogenblik door de moeder, wier
kieederen reeds in lichtelaaie^fetbnden, dbor een
smal raampje aan de achterzijde van het huis in
den tuin worden geworpen, en bracht er het
leven af. De moordenaars zijn alien gearresteerd.
Het. succes der draadlooze telefonie. In
het groote proefscation voor draadlooze telefonie
te Nauen, is, naar de Tel. meldt, dezer dagen
een proetgesprek gehouden over een afstand van
6000 K.M. dat uitstekend geslaagd is. Sedert
in 1907 vasrgesteld was, dat men op een
afstand van 35 K.M. draadloos kon spreken,
waren verdere proeven uitgebleven. Wel konden
over een afstand van 100 K.M. muziekstukken
gehoord worden, maar de hoofdzaak, het hooren
van de menschelijke stem, inislukte steeds.
Door een nieuwe vinding is dit thans mogelijk
geworden. Te Nauen las een persoon een
dag'bladbericht voor dat o. a. te Weenen werd
verstaan. Zelfs werd gemeld, dat de spreker
te Nauen onnoodig luid had gesprokeii en het
aanbeveling verdiende zachter te praten. Men
hoopt, nu deze proef zoo schitterend gelukt is,
dat bij gebruik van groote toestellen, een tele-
foon over den Oceaijm mogelijk zal worden.
Koning en chauffeur. De Berlijnsche
correspondent van de //Daily Express" deelt
het volgende aardige voorval mede, dat zich
tijdens het verblijf van Koning George van
Engeland in de Duitsche hoofdstad afspeelde.
Koning George ging gedurende zijn verblijf
te Berlijn dikwijIs alleen wandelen en toen hij
op zekeren keer verder gegaan was dan gewoonlijk
riep hij een huuraut.o ^aan en gelastte den
chauffeur hem naar het paleis te brengen. De
chauffeur, die den Vorst niet bterkende. brahht
hem naar een zijiugang, maar de Koning gaf
hem bevel naar den hoofdingang te rijden. De
chauffeur zeide, dat hij dit niet kon doen daar
de hoofdingang gedurende het verblijf der vreemde
vorsten te Berlijn door soldaten werd bewaakt.
z/Dat hindert niet", zei de monarch lachend,
z/rijdt het voorplein maar op". //Goed", zei
de chauffeur, //maar alle moeilijkbeden komen
voor uwe rekening".
Toen hij zag, dat de politie voor zijn passagier
salueerde, begon hrj te veronderstellen, dat hij
een of ander gewichtig personage vervoerde,
maar toen hij de lakeien zag toeloopen, om
het portier te openen en den Koning bij het
uitstappen hulp verleenden, herkende hij den
Vorst. Hij was zoo verbaasd, dat hij den
Koning vergat te bedanken voor den Engelschen
souverein, die hem voor een rit van vijf minuten
in de hand werd gedrukt.
In een menagerie, waarin op het oogen
blik te Plymouth voorstellingen worden gegeven,
is, naar de Tel. meldt, een der temmers door
een jonge leeuw aangevallen.
Het dier, dat dien dag juist uit Afrika was
aangekomen, werd bij drie oudere leeuwen in
een kooi gebracht en een der temmers, Wom-
bell genaamd, die algemeen als zeer bekwaam
in zijn vak bekend stond, begaf zich daar binnen
om eenige oefeningen te repeteeren, alvorens
in het publiek op te treden. Zonder dat er
eenige aanleiding toe bestond, wierp het jonge
dier zich op den man, die, ofschoon hij den
leeuw van zich af kon houden, zoo ernstig ge-
wond werd, dat hij voorloopig niet in staat
zal zijn op te treden.
Als de drie oude leeuwen, die zich ook in
de kooi bevonden, zich niet rustig gehouden
hadden, zou het voorzeker met den onversaagden
temmer niet zoo goed afgeloopen zijn.
Het geval van mevrouw Saint Beat, wier
droevige geschiedenis wij hebben medegedeeld
en die van haar man gescheiden was zonder
het te weten, schijnt niet alleen te staan. De
//Matin" weet nog twee dergelijke zonderlinge
echtscheidingen te verhalen, waarvan de eerste
mevrouw Desbons betreft.
Mevrouw X huwde op 11 Mei 1905 met rnijn-
heer X. Mijnheer X begon spoedig onder wijs-
geerige aanvechtingen te lijden en deelde zijn
vrouw mede, dat het huwelijk //een barbaarsche
en schijnheilige insteliing" was, die indruischt
tegen de goede zeden, enz., reden, waarom hij
haar verzocht een stuk te onderteekenen waarin
de echtelingen X voortaan weigerden, de huwe-
iijkswet, die hen bindt, te erkennen, als zijnde
een wederzijdsche knechtschap en goedvinden,
van dezen dag af onder het regime der vrije
vereeniging samen te leven."
Mevrouw X bedankte er voor om het docu
ment te teekenen en de heer X deed alsof hij
dit niet zeer erg vond. Maar in 't begin van
1910 vernam mevrouw X dat zij gescheiden
was. Van een vriendin vernam zij het, wat aan
de mededeeling nog meer alsembitterheid ver-
leende. Mevrouw X ondervroeg haar man en
deze bevestigde het in de grootste kalrate. Hij
erkende een list te hebben gebruikt om tot de
seheiding te geraken, maar kon niet iozien,
waaro'm zijn vrouw er zich iets van aantrok,
daar zij toch immer bij elkaar waren gebleven en
ook voortaan zouden blijven.
Mevrouw X onthutst over dit volmaakt ge-
brek aan eerbied en vormen te haren opzichte,
liep op haar beurt naar een rechter, om een
eisch tot echtscheiding in reconventie in te
stellen. Zij wenscht niet langer onder een dak
te wonen met een gescheiden man zegt zij. De
za-k wordt thans behandeld. Uitspraak over 8
dagen.
De tweede zaak betreft mevr. Angelique
Berthier, ex-mevrouw Paquier. Ook haar man
liet zich achter haar rug, zonder dat zij er iets
van wist, van haar scheiden en zag zich zelfs
de kinderen uit het huwelijk toegewezen. De
heer Paquier, had dit alles te Parijs laten be-
disselen, terwijl hij en zijn vrouw nog in New-
York woonden. De seheiding werd uitgesproken
in Januari 1910, en mevrouw Paquier hoorde
er toevallig van, toen zij in Mei 1911, wegens
den dood van haar moeder naar Parijs kwam.
Nadien liet haar man niets meer van zich hooren,
hertrouwde en trok zich van de drie aan zijn
zorgen toevertrouwde minderjarige kinderen
niets meer aan, ofschoon hij 2000 francs per
maand verdient. Mevr. Paquier diende dus een
aanklacht in.
Deze zaak kwam Donderdag voor een der
Parijsche strafkamers, die aan de gescheidene
tegen wil en dank haar eisch toezegde, en Paquier
veroordeelde tot het betalen van een pensioen
van 300 francs per maand.
In een krankzinnigengesticht te Nantes
is, volgens de N. R. Ct., een tijdlang een man
verpleegd, Jean C. geheeten, die, ook in de
peiuode, dat zijn geestvermogens gestoord waren
een buitengewoon rekenkunstenaar bleek te zijn.
De man had heel weinig geleerd, als kind was
hij nog al dom en ook toen had hij slechts
een geheugen voor cijfers. In het gesticht te
Nantes trok Jean C. de aandacht der genees-
heeren, doordat hij maar steeds zat te cijferen
en bij nader onderzoek bleek hun het buiten-
gewone vermogen, om uit het hoofd te rekenen
waarover de patient beschikte. Zoo vroeg een
der dokters hem hoeveel seconden er in riertig
jaar zijn Precies veertien seconden dacht de
rekenaar naen toen antwoordde hij 946,080,000.
En op de vraag hoe hij aan dat getal kwam,
antwoordde Jean C. het volgende
Ik weet om te beginnen, want ik heb dat al
zoo dikwijls uitgerekend dat er in een jaar van
365 dagen 31,536,000 seconden zijn. Ik neem
nu eerst dertigmaal 30,000,000 d. i. 900,000,000
dan dertigmaal 1,500,000 dat is 45,000,000,
dan dertigmaal 30,000, dat is 900,000dan
dertigmaal 6000, dat is 180,000. Ik tel die ge-
tallen bij elkaar op en krijg samen 946,080,000.
Deze
snelheid.
Verder vroeg men hem een voet heeft 0,333 M.
Hoeveel voeten gaan er in 343 kilometer. Ant
woord in zeven seconden 1,029,000.
Hoe oud is iemaud, die 343 millioen seconden
geleefd heeft Het antwoord werd in drie en
twintig seconden gegeven: jaar, 10 maanden,
berekening doet Jean C. met verrassende
14 dagen, 1 uur, 46 minuten en 40 seconden.
In tegenstelling met Inaudi en andere beroemde
rekenkunstenaars trekt Jean C. geen wortel.
Volgens een der geneeakundigen van het gesticht
te Nantes waar Jean C. verpleegd is, is deze
zeer onwetend, kan nauwelijks lezen en uauwelijks
zijn cijfers schrijven. Hij heeft zich zelf rekenen
geleerd, volgens een eigen manier, die, naar wat
men er van heeft kunnen begrijpen, veel overeen-
komst heeft met die welke andere reken-wonders
gebruikten. Jean C. schijnt te behooren tot de
kategorie van geboren rekenaars, waarin men
ook Inaudi, Fleury, Mondeux, Mangiamele,
Buxton, Culborn moet rangschikken Jean C.
is kort geleden genezen uit het gesticht te
Nantes ontslagen.
O O
a H