Laatste Berichten. 10. V oorstel tot verkoop van eenig oud roest, enz. De voorzitter deelt mede dat verschilleode oude voor- werpen in het bezit der gemeente zijn die niet kunnen worden geborgen en die burgemeester en wethouders daarom van de hand zouden willen doen. Zij vragen machtiging dat te verkoopen. Het betreft gesmeed ijzer, gegoten ijzer, oude stoelen, ledige carbonileurnvatpn, bout van afbraak en 60,000 Kg. puin. 13. Omvraag. Fleden werd alhier door den ontvanger der Registratie en Domeinen te Hulst, in het ..Botel Centraal aanbesteed het slechten van een ge deelte der bastions IV en V alsmede een deel van ravelijn IV en V en het maken van een verbindingsweg Ter Neuzen—Axel, met de rioleeringswerken, aangrenzende zijwegen en daarbij hoorende werken. Hiervoor werd ingeschreven door de heeren F. H. Zwets Pz. te Hardinxveld voor 31,680, W. M. Ferdinandusse te Biezelinge voor 31,000, P. Dekker te Veere voor 30,300, M. van den' Hoek en D. Tholens te Ter Neuzen voor 30,200, M. A. erschelling te Ter Neuzen voor 29,900, A. Kaan te Ter Neuzen voor J 29,500, P. J. Rijnberg te Ter Neuzen voor f 27,905, J. A. Meertens te Ter Neuzen voor 26,000, J. A. Meertens te Hoek voor 26,510, J. Wolfert te Hoek voor 26,400, I. P. Caste- leijn te Ter Neuzen en J. C. Kaijser te Zaam- slag voor 25,222 J. P. de Vos te Ter Neuzen voor f 24,489,50, G. J. Balkenstein te Ter Neuzen voor f 23,475, G. A. van der Straaten te Ter Neuzen voor 23,475, J. de Bree Fz. te Ter Neuzen voor f 22,945, L. J. P. van de Ven te Koudekerke voor 20,840 en J. H. van de Ven en F. Duijnhouwer te Middelburg voor 20,829. Behoudens goedkeuring van den Minister is het werk aan de laagste inschrij vers gegund. Gisteren meerde alhier aan de Heerengracht een vaartuig dat veler aandacht trok. Het bleek te ziiu een Fransch missie-schip, dat geheel is overdekt en op eenvoudige wijze ingericht als kerk, onder leiding van een R. K. priester rond- vaart op de kanalen en binnenrivieren om de schippers en hunne kinderen in de gelegenheid te stellen hunne godsdienstplichten te vervullen en, geestelijk en ook maatschappelijk onderwijs te geven. gezet. Het schip heeft heden de reis voort- Snel recht. In den afgeloopen nacht hebben een 5tal schepelingen van het alhier liggende Noorsche stoomschip Galveston, na het verlaten van een cafe in' de omgeving, ergerlijk huisgehouden in den boomgaard van A. M., nabij de begraaf- plaats alhier. Het is de agenten van politie die van een en ander kennis kregen gelukt een der daders in handen te krijgen en te arres- teeren. Deze is van morgen met zijne kame- raden geconfronteerd en nadat zij de aange- richte schade den eigenaar behoorlijk hebben vergoed, weer vrijgelaten. Oostburg. Bij den gisteren alhier gehouden veekoopdag werden zeldzaam hooge prijzen be- steed. Voor 14 paarden werd in het geheel de kapitale som van bijna 10,000 betaald. 1 paard bracht zelfs 1110 op. De koeien werden ver kocht van af f 200 tot f 300 en tweejarige vaarzen van 225 tot 260. Ook voor de varkens werden hooge prijzen betaald. Zij stellen mitsdien voor op het adres afwijzend te beschikken. Het voorstel van burgemeester en wethouders wordt aangenomen met algemeene stemmen. S. Voorstel tot afwijzende beschikking op een ver- zoek van F. C. den Hartigh om restitutio van ge- maakte kosten. Ingekomen is een adres van F. C. den Hartigh te Ter Neuzen, welke daarin te kennen geeft, dat tnj naar aan- leiding van de beschikking van gedeputeerde staten van 15 Maart no. 65, le afdeeling, waarbij zijn aanslag in den hoofdelijken omslag voor het jaar 1912 vverd teruggebracht, en zich op grond daarvan tot den raad wendt met verzoek hem de voor het uitlokken van deze beschikking gemaakte onkosten, alsmode den daaraan besteedden tijd te willen vergoeden. Die kosten laten zich berekenen als volgt reisgeld 1,70, verblijfkosten f 2.25, tijdverhes 5, zegel f 0,25. samen 9,20. Waar deze uitgaven onnoodig zouden zijn geweest als de Raad zijn aanslag naar aanieiding van zijn adres dd. 1 Sept. jl. had teruggebracht, vleit hij zich met de hoop, dat de raad in deze op billijkheidsgronden aan zijn ver zoek vvil voldoen. De voorzitter stelt namens burgemeester en wethouders voor op dit adres afwijzend te beschikken. De heer Waalkes vraagt of er vroeger al eens meer dergelijke verzoeken zijn ingekomen. De voorzitter verklaart zich dat niet te kunnen herinneren. De heer Waalkes bespreekt de declaratie van kosten door adressant gemaakt, hij meent dat de raad daarover maar moeilijk kail oordeelen en zou het gewenschtachten dat de beslissing nog eens werd aangehouden, om inmiddels bij het departement van den rijkswaterstaat inlichtingen in te winnen omtrent de juistheid daarvan, meer bepaal- delijk omtrent het bedrag door adressant opgegeven voor tijdverlies. De heer Lensen is het er ook mede eens, dat bedoeld departement er het best over kan oordeelen wat adressant presteert als ambtenaar en in verband daarmede over de waarde van zijn tijd. De heer Drost merkt op dat het ook de vraag is of adressant wegens zijn tijd dien hij voor zijne reclame besteedde, in zijn salaris is gekort. Hij gelooft niet dat zulks het geval is. Was dat echter wel zoo, dan zou het iets anders zijn. De heer Waalkes vraagt of deze adressant niet denzelfden persoon is, die tot den burgemeester het verzoek heeft gericht om in optochj zijn hoofdelijken omslag te mogen betalen De voorzitter antwoordt dat adressant hem wel eens heeft gevraagd of hij een optocht mocht houden met een olifant en transparanten. Hij heeft hem toen geantwoord dat hij eeif schriftelijk verzoek zou inwachten en dan eene beschikking neinen. Hij heeft tot nu toe echter niets vernomen. De heer Donze is van meening dat den adressant als opzichter van 's rijkswaterstaat voor zijn afwezigheid, in verband niet zijne reclame, wel niet op zijn salaris zal zijn gekort; hij zou dus alleen nadeel wegens tijdverlies kunnen hebben als hij nog andere bezigheaen had buiten zijne gewone betrekking. Is dit echter zoo, dan zou daar- uit ook blijken dat hij nog andere inkomsten geniet en dat hij dan ook niet te laag in den hoofdelijken omslag zou zijn aangeslagen. De heer Dees is van meening dat de raad zich aan die kleinigheden niet moet gelegen laten liggende raad moet tocli over het verzoek van adressant beslissen en niet het departement van waterstaat. Waarvoor is het noodig om nog aan het departement van waterstaat te schrijven Deze kwestie komt nu toch publiek en het bedoelde departement kan er nu toch ook kennis van nemen. Hij zou het verzoek maar direct willen afwijzen en vindt dat de raad van zulke kleinigheden niet te veel notitie moet nement De heer Visser is het hiermede eens. Hij wil ook maar terstond beslissen. Verondersteld dat adressant eens werke- lijk het door hem opgegeven nadeel wegens tijdverlies heeft geleden, zou de raad hem dat dan willen vergoeden De heer Eijke kan ook niet aannemen dat adressant salaris zou hebben moeten derven wegens zijn afwezig heid, hij heeft dat als opzichter ook nimmer ondervonden hij is er ook voor om op het verzoek afwijzend te be schikken. De voorzitter beaamt wat de laatste sprekers gezegd hebben, maar wijst er op, dat er hier toch iets bijzonders achter zit. Het is geen gewoon geval. Adressant beweert schade te hebben geleden wegens zijn aanslag in den hoofde lijken omslag, die door den raad op zijne reclame is ge- j handhaafd. Door een hooger college is hem recht gedaan. Hij acht zich echter nog verongelijkt en zal niets nalaten om de zaak zoover mogelijk door te zetten. Het adres is niet zoo onsehuldig als het er uit ziet. Wanneer de raad het wenscht, zijn burgemeester en wethouders bereid om de in het voorstel van den heer Waalkes bedoelde in lichtingen in te winnen. Het voorstel van den heer Waalkes om het request te verzenden aan het departement van 's rijkswaterstaat, met verzoek daarop inlichtingen te verstrekken, wordt aangenornen met 8 tegen 3 stemmenvoor stemmen de heeren Lensen, Drost, De Feijter, Donze, Waalkes, Moggie, De Jager en Scheeletegen stemmen de heeren Eijke, Visser en Dees. 9. Voorstel tot vaststelling eener rooilijn. Ingekomen is een adres van C. le Nobel welke daarin te kennen geeft dat hij voornemens is om te verbouwen het hem in eigendom behoorend gebouw staande aan den Schoolweg (Schelpenpad) te Ter Neuzen, kadastraal bekend in sectie L no. 674, plaatselijk gemerkt nummer 17 dat de voorgevel van het tegenwoordige gebouw, staande op gemeld sectienummer met geen enkel nabijgelegen pand in eene richting staat; dat hij den voorgevel van het nieuw te bouwen perceel wilde brengen in het verlengde van den voorgevel van het ten oosten staand perceel, plaatselijk gemerkt nummer 15 en wel van het vooruitspringend westelijk gedeelte, waarom hij beleefd verzoekt de rooilijn zoo te willen voorstellen. De gemeentebouwmeester en de Commissie van bijstand hebben blijkens hun advies geen bezwaar om aan het verzoek van adressant tegemoet te komen. Burgemeester en wethouders stellen voor als rooilijn voor het perceel bij het kadaster bekend als sectie L no. 674 aan te wijzen de lijn liggende in het verlengde van het meest Zuidelijk gelegen gevelgedeelte van het gebouw staande op het perceel gemeente Ter Neuzen sectie L no. 673. Het voorstel nader toelichtende, zegt de Voorzitter dat de Schoolweg wel door de gemeente is verhard, maar dat het nog steeds een rijksweg is, waaraan door het gemeente- bestuur geen rooilijn kan worden vastgesteld. In den eigenlijken zin kon dus geen rooilijn worden aangewezen, doch wel twee punten die, in verband met de naastliggende woningen, bij het bouwen behooren te worden in acht genomen. Het voorstel van burgemeester en wethouders wordt met algemeene stemmen aangenomen. De heer De Jager bespreekt in verband met den voor- gestelden verkoop van puin de voorziening die men aan de haven wil maken om een betere ligplaats aan de scheepjes te verschalfen. Hij vraagt of het misschien geen overweging zou verdienen daarvoor te bezigen palen, waartegen de scheepjes kunnen meeren, met een loop- plank naar den wal en dan de glooiirig beleggen met puin. De opgegraven basaltsteen zou dan misschien kunnen worden verkocht en dan zou het voor de gemeente voor- deehger uitkomen. De voorzitter deelt mede datburgemeester en wethouders naar aanieiding van het door den heer De Jager aange- voerde het puin uit hun voorstel terugnemen. Tegelegenertijd kan dan beslist worden op welke wijze de voorziening van ligplaats voor de scheepjes zal worden uitgevoerd. Het voorstel van burgemeester en wethouders wordt alsnu.met algemeene stemmen aangenomen. 11. Voorstel tot wijziging van de vjsrordening op de heffing en invordering van schoolgeld voor het middelbaar onderwijs. Ingekomen is eene missive van gedeputeerde staten staten van Zeeland, wa.arbij dit college opnieuw terug zendt de verordeningen betreifende de heffing en invor dering van schoolgeld voor het middelbaar onderwijs. Tegen de thans opgenomen bepaling, dat alle leer- lingen, die elders wonen, het maximum schoolgeld moeten betalen, bestaat bij gedeputeerde staten bezwaar. Zij zou tengevolge kunnen hebben, dat velen, wierinkomen maar nauwelijks toelaat om hunne kinderen de H. B. S. te doen bezoeken- tegen een aan dat inkomen evenredig school geld, daarvan nu geheel zou moeten afzien, hetgeen niet geacht dan worden in overeenstemming te zijn met de bedoeling, waarmede de regeering voor de bedoelde H. B. S. een niet onbelangrijke subsidie verleende. Terugkeer tot de oorspronkelijke regeling, waarbij zij het dan ook met verhooging van 50 procent, het school geld, ook voor elders wonenden naar het inkomen wordt geregeld, achten gedeputeerde staten wenschelijk. Verder maakt het college nog enkele opmerkingen van administratieven aard. In verband met dit schrijven stellen burgemeester en wethouders voor in artikel 3 der verordening op de hef fing van schoolgeld voor het openbaar middelbaar onder wijs in de gemeente Ter Neuzen, van 10 April 1913, voor de woorden »is het hoogste schoolgeld verschuldigd als in het eerste lid van dit artikel is aangeven", te lezen »wordt het tarief van het schoolgeld met 50 procent verhoogd". Verder stellen zij nog voor, in verband met een wenk van gedeputeerde staten in artikel 4 van de verordening op de invordering van schoolgeld voor het middelbaar in de gemeente Ter Neuzen van 10 April 1913 tusschen »262" en »der" te lezen »en 264 tot en met 266". De voorzitter geeft nader te kennen dat het voorstel van burgemeester en wethouders dus beoogt om in art. 3 de oorspronkelijke regeling weer te lierstellen en voor de leerlingen van buiten de gemeente die de hoogere burgerschool bezoeken een tarief te berekenen naar gelang van het inkomen der ouders, 50 procent hooger dan dat geldend voor de ingeZetenen. De heer Waalkes zou dan het geheele artikel maar willen laten vervallen en zoowel voor de kinderen van buiten als binnen de gemeente een zelfde tarief willen berekenen. In de vorige vergadering is de oorspronkelijke regeling op voorstel van den heer Dees veranderd, omdat hij die regeling niet goed vond en de raad bleek het met hem eens te zijn. Nu zou die regeling, die men verkeert acht, bij aanneming van het voorstel van burgemeester en wet houders weer worden ingevoerd. De heer Dees geeft te kennen dat hij zich in burge meester en wethouders met dat voorstel heeft vereenigd om de zaak niet op te houden, maar hij heeft nader nog een lid van gedeputeerde staten gesproken en die gaf hem, nadat spreker het standpunt van den raad had uit- eengezet te kennen, dat het z. i. niet onmogelijk was dat de gemaakte regeling alsnog de goedkeuring van dat col lege zou verwerven, wanneer ook aldaar de zaak nader werd toegelicht. Wanneer eene regeling moet worden gemaakt, dat ook voor de leerlingen van buiten de gemeente inoet betaald worden overeenkomstig den aanslag hunnre ouders in den hoofdelijken omslag in de gemeente waar zij wonen en daarvoor niet de regeling kan worden aangenomen die in onze gemeente geldt, dan zal men zien gebeuren dat leerlingen van elders schoolgaan tegen de hell't van wat de kinderen uit de gemeente zelf be talen. Spreker acht dat niet billijk, aangezien de inge zetenen bovendien ook nog door hun belasting moeten bijdragen voor het onderhoud der school. Hij acht dat niet in het belang der ingezetenen en ook niet in het belang der school. En hoe zal het moeten gaan wanneer men van hieruit het inkomen van menschen uit andere gemeenten moet gaan vaststellen. De heer Waalkes meent dat de kwestie van het bepalen van den hoofdelijken omslag niet als motief tegen zijn voorstel kan gelden, de moeilijkheid blijft bestaan, of die lieden 50 procent meer schoolgeld moeten betalen of niet. De voorzitter is het daarmede eens, dat kan als motief niet in aanmerking komen. Hij kan zich voorstellen dat men thans overweegt, dat de regeling die gedeputeerde staten weuschen hersteld te zien, onbillijk is. Burgemeester en wethouders hebben voorgesteld aan hun wensch tege moet te komen, om de zaak niet te vertragen. De raad kan zich echter ook op het standpunt plaatsen door den heer Dees aangegeven, om het genomen besluit te hand- haven en dit nader bij gedeputeerde staten te verdedigen. De heer Drost is ook tegen de regeling volgens het voorstel van burgemeester en wethouders. flet is genoeg- zaarn bekend dat bij de vaststelling van den hoofdelijken omslag in aangrenzende gemeenten een geheel anderen maatstaf wordt genomen dan hier, dat menschen die daar voor drie- en vierduizend gulden inkomen worden aange slagen hier misschien wel op zeven a achtduizend gulden worden geschat. Het gevolg der regeling zou zijn dat hunne kinderen minder schoolgeld zouden betalen dan die der ingezetenen en dat is niet billijk. En nu staat er wel dat het schoolgeld wordt berekend naar het zuiver in komen en is de hoofdelijke omslag er van losgemaakt, maar het is toch de vraag of men hier hoogere aanslagen zou kunnen handhaven, in afwijking van den aanslag in de eigen gemeente. De Voorzitter merkt op dat het anders juist een voor- deel is, dat de aanslag is losgemaakt van dien wegens hoofdelijken omslag. De heer Lensen wijst er op dat het dikwijls al zoo moeilijk blijkt den aanslag voor de ingezetenen zelf vast te stellen. Voor menschen van buiten de gemeente zal dat nog lastiger zijn. De voorzitter erkent dat, ofschoon hij wel gelooft dat burgemeester en wethouders als eenmaal dergelijke rege ling werd ingevoerd, alle mogelijke moeite zullen aan- wenden, om zooveel mogelijk tot juiste aanslagen te komen. Hij vraagt of de heer Dees zijn voorstel handhaaft, om ten opzichte van art. 3 niet toe te geven aan den wench van gedeputeerde staten. De heer Dees antwoordt bevestigend. Verschillende leden steunen dit voorstel. De heer Waalkes kan zich ook met behoud der nu vastgestelde regeling vereenigen en trekt zijn voorstel in. Het voorstel van den heer Dees komt, als van de verste strekking het eerst in stemming en wordt aangenomen met 10 stemmen tegen 1. Tegen sternt de heer Visser voor stemmen de overige leden. 12. Voorstel tot wijziging van de verordening op de invordering van schoolgeld voor het meer uitgebreid lager onderwijs. Naar aanieiding eener missive van gedeputeerde staten van Zeeland, dd. 26 April 1913, waarbij eene aanmerking gemaakt wordt op en verzocht wordt verbetering van de verordening op de invordering van schoolgeld voor het meer uitgebreid lager onderwijs in de gemeente Ter Neuzen van 10 April 1913, stelien burgemeester en wet houders voor in artikel 4 dier verordening tusschen »262" en »der" nog te lezen »en 264 tot en met 266". Dit voorstel wordt aangenomen met algemeene stemmen. c. van De heer De Jager vraagt of er al verbetering is gekomen in den toestand van den weg naar de begraaf- plaats te Sluiskil. De voorzitter antwoordt dat daarover aan den minister van waterstaat is geschreven. Deze heeft geantwoord dat op dien weg een voetpad van klinkers zou worden aangelegd. Dezerzijds is daarop onder de aandacht van den minister gebracht dat dit wel wat weinig was. Daarop is een schrijven ontvangen waarin de minister te kennen gaf dat hij op het genomen besluit niet kon terugkomen, maar hij wees er op dat het voetpad eene breedte zou hebben van 2 meters. Dat is dus eene breedte waarop een begrafenisstoet wel kan passeeren. Er zal dus in elk geval eene verbetering worden tot stand gebracht. Op eene nadere vraag van den heer De Jager antwoordt de voorzitter dat het pad nog dit jaar zal worden aan gelegd. Ji. De heer De Jager wijst op den onooglijken toestand van de telefooncel te Sluiskil. De heer Dees geeft te kennen dat dit al veranderd is. De voorzitter deelt mede dat zich daar een eigenaardige toestand voordoet. Het betreftschilderwerk. De telefoon- houder moet daarvan wat laten doen, het rijk wat en de gemeente de rest. Nu moeten burgemeester en wethouders eerst bericlit krijgen dat de anderen met hun werk klaar waren, eer ze iemand van wege de gemeente konden sturen. De heer Drost vestigt er de aandacht op, dat onlangs wege de gemeente langs den zeedijk, leidende naar de loodsenwachten een voetpad van schelpen is aangelegd. Dat pad is echter weer al in onbegaanbaren toestand, veroorzaakt door de viervoeters, die daar grazen. Zij brengen het pad in een staat dat tweevoeters er niet over kunnen passeeren. Deze zaak heeft spreker ook nog op een ander denk- beeld gebracht. Overal in de naaste omgeving worden de terreinen, die uitmuntend geschikt zouden zijn voor speelplaatsen voor de jeugd en wandelplaatsen voor het publiek, de wallen en omgeving, verpacht voor weiden van paarden en vee afgesloten met prikkeldraad. llij wil vragen of er geen aanieiding zou zijn om daarin verandering te brengen, of burgemeester en wethouders niet eens zouden kunnen onderzoeken wat die terreinen aan pacht opleveren, of het niet mogelijk zou zijn dat de gemeente die zelf pachtte, om ze dan voor speel- en wandelplaatsen ten algemeenen nutte en genoegen open te stellen. Dan had de geheele bevolking daar wat aan en hij meent dat de opbrengst der pacht niet zoo groot is. De heer Dees merkt op dat dit laatste lang niet zal meevallen. De Voorzitter meent dat dit thans buiten bespreking kan blijven en dat er voor burgemeester en wethouders volstrekt geen reden is om die vraag van den heer Drost, het mstellen van een informatie, te aanvaarden. Spreker is bereid, dat verzoek bij burgemeester en wethouders over te brengen. il. De voorzitter deelt mede dat het voornemen bestaat om tegen 22 Mei a. s. eene raadsvergadering uit te schrijven waarin aan de orde zal gesteld worden de benoeming van een hoofd voor de M. U. L. O. school en voor H13S Tolhoek, terwijl de hulpbode nu nomen. in vasten dienst is ge- v°o™tter moet nog een treurige rpededeeling doen, n.l. dat ook de onderwijzer aan school A, de heer Boossen, wegens ziekte verlof heeft aangevraagd. In overlei met de schoolcommissie en het hoofd, benevens deb arrondissements-schoolopziener zal voor dien tijdelijke leerkracht worden benoemd. De voorzitter doet deze laatste mededeelingen, opdat e raad er op voorbereid is, wanneer hem later voor stellen bereiken over eene flnancieele bezoldiging der tijdelijke hulp. tijd regeling voor de de e De heer Drost vraagt hoe het staat met de aanvraag tot verkrijging in erfpacht der in de a. s. dading met het rijk begrepen gronden. De voorzitter antwoordt dat het verzoek aan den minister reeds was uitgegaan toen hem in een gesprek bleek, dat wanneer het verzoek was gezonden geworden aan den ont- vanger te Hulst, dit spoediger had kunnen worden be- handeld. Er is nu nog geen antwoord ontvangen. De heer Dees wenscht bij deze gelegenheid den heer Drost eens officieel te vragen wat hij er zich van voor- stelt, als de gemeente werkelijk die terreinen voor geringen prijs van het rijk in erfpacht krijgt. De heer Drost geeft te kennen dat het zijne bedoeling is, om zoo spoedig mogelijk over die gronden beschikking te kunnen krijgen. Hij wit ze dan ook weer in erfpacht uitgeven alsof het eigen grond van de gemeente was. De heer Dees meent dat dit niet zoo gemakkelijk gaan zal en aanieiding geven tot moeilijkheden. Wie zal die grond pachten De heer Drost kan dat zoo niet terstond uitmaken, maar vraagt wie de andere gemeentegronden voor 30 jaar en langer heeft gepacht. De heer Dees meent, dat het groote moeite zal kosten om grond in erfpacht uit te geven die men zelf maar in erfpacht bezit, en hoe zal men van zoodanige uitgifte een akte opmaken De heer Drost is van gevoelen dat, wanneer het rijk wat medewerkt, de gemeente geen moeilijkheden zal ondervinden, om den grond in erfpacht uit te geven, De heer Dees is daar zoo gerust niet op en hij vreest dat het ten slotte voor de gemeente nog op nadeel zal uitloopen, omdat zij terstond het geheele terrein in erf pacht moet aanvaarden en er misschien zelf maar een klein gedeelte van zal kunnen uitgeven, als dit althans mogelijk is om dat te doen. De voorzitter heeft deze samenspreking niet willen storen, maar meent dat de zaak op zoodanige wijze be- sproken, thans niet aan de orde is. Voorzeker moet het bezwaar van den heer Dees niet worden onderschat, maar wanneer men er eenmaal voor komt te staan, zullen burgemeester en wethouders wel bij den raad komen met een voorstel om op de beste wijze de zaak op te losser f. De voorzitter deelt mede dat de inschrijvingen voor het bouwen der rnuziektent, bij de j.l. Maandag gehouden besteding, riogal zijn tegengevallen. Burgemeester en wethouders vragen thans den raad of deze het goed vindt, dat het bestek eenigermate wordt ge- wijzigd. De verandering zal noch aan de tent, noch aan de versiering nadeel doen. De bedoeling is om de beton- vloer voor de bergplaats onder de tent niet te leggen en daarvoor te leggen klinkers op den kant in zand. Dan kan daarop later door eigen werklieden beton worden aangebracht en het is te vermoeden dat daar wel niet terstond water op den vloer zal komen. De raad heeft tegen deze wijziging geen bezwaar. Evenmin wordt geen bezwaar ingebracht tegen de vraag van den voorzitter of burgemeester en wethouders ge- machtigd worden om, wanneer de inschrijvingen nog eenigermate boven het beschikbare bedrag gaan, het werk toch te gunnen. Ten slotte deelt de voorzitter nog mede dat door een bewoned der Markt bezwaar is gemaakt tegen de voor de rnuziektent aangewezen plaats, daar dit het uitzicht zijner woning in de Noordstraat door het Bakkerijstraatje zou verliezen. Hij vroeg daarom of de rnuziektent niet wat kon worden opgeschoven, zoodanig dat deze dat uit zicht niet zou beletten. Information zijn daarop ingewonnen bij belanghebbenden van het comite voor de rnuziektent, waaruit bleek, dat van die zijde tegen opschuiving geen bezwaar bestond, Burgemeester en wethouders wilden ook gaarne den verzoeker ter wille zijn maar zijn ten slotte tot de over- tuiging gekomen dat de plaats die nu voor de tent is aangewezen de beste is, in verband met het lichtpunt. Werd de tent uit het midden van de tegenwoordige elec- trische paal verplaatst, dan zou die paal naast de tent moeten blijven staan en dit zou niet leiden tot verfraaiing. De vraag of de raad goed vindt dat de rnuziektent op de eerst aangegeven plaats zal worden gebouwd. wordt met algemeene stemmen bevestigend beantwoord. gr. De voorzitter heeft nog een treurige mededeeling te doen. De ambtenaar ter secretarie Tolhoek is thans door een ernstige ziekte aangetast en heeft zich genood- zaakt gezien een verlof van drie maanden aan te vragen. Dit verlof is door burgemeester en wethouders verleend. Natuurlijk is het noodig dat in den dienst wordt voorzien. De bode doet nu zooveel mogelijk het werk van den heer £5* Vaststelling suppletoir kohier van dm hoof delijken omslag. De voorzitter stelt aan de orde de vaststelling van het eerste suppletoir kohier van den hoofdelijken omslag. Hij schorst hiervoor de openbare zitting, die overgaat in eene met gesloten deuren. Na het weder openbaar worden der vergadering wordt it *ohier vastgesteld zooals het in de vergadering met gesloten deuren is besproken op een bedrag van t 1050,93h met dU aangeslagenen. Daarna sluit de voorzitter de vergaderino-. s Uravenlmgc, Tweede Kamer. Heden werd voortgezet de behandeling van het wetsontwerp betref- fende de pensioenregeling voor gemeenteambtenaren en hunne weduwen en weezen. Nadat deze door den Minister onaannemelijk waren verklaard, werden met 50 tegen 11 stemmen verworpen de door den heer Vliegen ondersteunde amendementen van den heer Treub, ten le. dat om den wachttijd voor invaliditeitspensioen te verkorten van 10 tot 3 jaren, en ten 2e. om het recht op uitgesteld pensioen niet te beperken tot ambtenaren die niet oneervol, doch niet op eigen verzoek zijn ontslagen. Na uitvoerige discussie bracht de Regeering in den geest van een door den heer Vliegen verdedigd amen- dement wijzigiDg in het ontwerp, waardoor de mogelijk- heid geopend wordt om wegens wangedrag ontslagen gemeente-ambtenaren, wegens gemis aan pensioen, alsnog een toelage uit het penstoenfonds le verleenen. Deze wijziging werd goedgekeurd. Voorts werden de amendementen van den heer Treub en van den heer Vliegen, beoogende respectievelijk ge- deeltelijke en geheele vrijstelling van gemeente-ambte naren om voor h un pensioen premies te betalen verworpen Na de pauze staakten met 34 tegen 34 stemmen over de door den heer Slarchant in de zitting van Woens- dagavond ingediende motie om aan het concertgebouw te Amsterdam eene jaarlijksche subsidie toe te kennen. Morgen zal opnieuw worden gestemd. Het Woensdagavond behandelde wetsontwerp, houden- de nadere bepalingen op den suikeraccijns, is aange nomen met 44 tegen 25 stemmen.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1913 | | pagina 6