Gemeenteraad van Sas van Gent.
A an de commissie is gebleken dat nogal enkele posten
betretlende den bouw van de gasfabriek de aannemino*s-
som hebben oversehreden.
De aannemingssommen van de volgende heeren be-
droegen
Abr. van 't Hoff, timmerman te Axel voor het bouwen
der gasfabriek en directeurswoning f 11.950. terwiil
is nitbetaald 12.856,16J
Directie van het technisch "bureau Bainag Dicher te
Zeist in de levering van den gashouder met kuip en fun-
deering 11.537, uitbetaald 11.537;
Aan den heer H. Burgemeister Jr. te Heeren (Limburg)
voor de levering van den bouw van een 6 retorts- en een
4 retortsoven 6205. terwijl is uitbetaald 6576,35.
Aan de N. V. Machinefabriek v.h. Rogiers-Nerincx te
Bergen op Zoom de levering en de opstelling van de toe-
stellen en fabrieks-installatie der gasfabriek f 10 424
uitbetaald 10.787,30.
^a" de" lleer George Wilson, gasmeterfabrikant te
s Gravenhage de levering en het leggen der buisleiding
m de stad, aangenomen voor 13.212, en de levering on
liet monteeren van een ruimte-koeler, aangenomen voor
/715, samen 13.927, terwijl is uitbetaald /23.436,60j.
Aan de firma P. van der Stad te Vlissingen voor de
levering van de ijzeren bekapping der stokerij, van de
ijzeren kolenloods en het ijzeren afdak boven de regene-
ratie-ruimte, aangenomen voor 2475, uitbetaald /2457,50.
Aan de N. V. Geutzsch Gasgloeilicht maatschappij te
Amsterdam, voor de levering (franco Axel) van normaal-
lantaarns met roodkoperen deksel en geemailleerden
luchtregulateur en gladde spinnekop, aangenomen voor
1232. uitbetaald /1232.
Aan den heer Alex Nerincx machinefabriek te Bergen
op Zoom de levering van lantaarnpalen, aangenomen voor
?65 f 870 -)- 95, samen 1730, uitbetaald 1730.
hen verschil tusschen aannemingssom en ontvangstvan
pi. m. f 11.000. Van het meerdere voor Wilson is in-
tusschen een gedeelte voor binnenleiding gerestitueerd.
Nog is betaald aan Cromsgreuder op f 3911 05
Aan H. Hoc be 238.47, enz.
Zoodat er in het geheel voor de stichting der gasfabriek
is uitgegeven de som van 89,987,381, waarvoor is opge-
nomen de som van 90,000, zoodat er van de geleende
som nog overblijft f 12,611.
Daarbij heeft de Commissie nog een opmerking over
den opzichter Corn, van den Broeke, daar zij hebben
gezien dat deze /400 heeft ontvangen als opzichter voor
den aan bouw der gasfabriek, welke naar hun oordeel
niet toegestaan had kunnen worden dan door de goed-
keuring van den gemeenteraad.
De Commissie adviseert overigens tot goedkeuring der
rekening.
De Voorzitter merkt naar aanleiding van dit rapport
op, dat hot altijd, ook bij werk door particulieren uitge-
voerd. blijkt, dat men ineer moet uitgeven dan waarop
gerekeml was. Bij werk is er steeds, over het algemeen
komt er wat voor den dag waar men niet aan gedacht
had.
Zoo is het ook gegaan bij den bouw van de gasfabriek.
O. m. is dat het geval geweest bij het maken der fun-
deeringen. waarvoor meer betonwerk moest gemaakt
worden. Dan werden door den inspecteur van den arbeid
verschillende eischen gesteld, waardoor ook werken moesten
gemaakt worden die men niet had voorzien.
Het meerdere betonwerk was een gevolg van de ge-
steldheid van den bodem. Daaraan staat men altijd
r ^1J ee" gr0ot »ebouw- Daarvoor is meer betaald
en """her 491, een nadeelig verschil dus van
21z,5y^.
En dan is er ook meer uitgegeven voor enkele dingen
die later nog aangebracht zijn.
Er is ook 196,35 betaald, voor hulp bij het monteeren
en droogstoken der fabriek, iets waar ook niet op gerekend
was.
Aan 4 an t Hoff is f 906.191 meer betaald.
De heer Oggel vraagt met het oog op het groote ver
schil tusschen het uitbetaalde en de bestedingssomrnen,
of het bestek dan wel in orde was, of de technische ad-
viseur zich dan bij het samenstellen daarvan vergist heeft
en of de rekeningen van meerder werk en leveringen wel
alle goed zijn nagezien en door den technischen adviseur
geteekend zijn
De heer kruijsse begint met er op te wijzen, dat het
groote verschil in de uitbetaalde sommen niet gelegen is
m de betalingen voor de uitgevoerde werken voor den
bouw der fabriek, de verschillen daarvan zijn niet zoo
groot, maar dat het groote verschil zit in het leveren van
«e gasmeters en het maken der service-leidingen. Deze
vallen alle buiten het bestek, evenals de aansluiting van
de toestellen op de fabriek.
Van het verschil kan 6000 afgetrokken worden voor
de levering van gasmeters, waarvan de levering door
Burg, en Weth. onderhandsch gegund is.
Dan zijn ook nog buiten het bestek gemaakt 2 groote
cementen putten voor het bergen van het ammoniak- en
het teerwater.
Aan de woning zijn nog luiken aangebrachtdaarop
was in het bestek ook niet gerekend.
Tengevolge van de eischen van den arbeidsinspecteur,
moesten alle ramen in de fabriek van boven beweegbaar
worden gemaakt en hij eischte dat in de stookplaats eene
galerij zou worden gemaakt, waarlangs die bovenramen
gemakkehjk te bereiken waren.
Op diens voorschrift moest in het privaat ook eene
scheming gemaakt worden.
Dat zijn alle zaken die tot meerdere uitgaven aanleiding
hebben gegeven, maar spreker betwist, dat de uitgaven
\oor den bouw, zooals die zijn aanbesteed, zooveel hooger
zouden zijn dan de sommen waarvoor een en ander was
aanbesteed. Was het werkelijk 10,000, waarmede die
bedragen waren oversehreden, dan zou spreker het ook
een schandaal vinden.
De heer Wolfert meent dat er uit blijkt dat men niet
op de hoogte is geweest.
De heer Oggel herinnert dat destijds is gezegd dat de
fabriek 80,000 zou kosten en nu blijkt dat er 90,000
voor uitgegeven is.
Hij stemt toe, dat men niet kan voorzien, dat er meer
betonwerk in de fundeering moet worden gemaakt, daar
wit hij niet op neerkomen, maar hij is van meening dat,
wanneer men een gasfabriek bouwt, men dan toch weten
moet dat er in de fabriek aansluitingen moeten gemaakt
worden, evenals men er op moet rekenen dat' er gas-
meters moeten zijn en dat er service-leidingen moeten
worden gemaakt; dat zijn geen dingen die er later bij
mogen komen.
De heer Kruijsse is het daarmede eens, maar merkt op
dat de aanmerking door de commissie gemaakt en thans
door den heer Oggel bij de discussie onderschreven, een
ander karakter krijgt. Dan toch geldt het niet de kwestie
dat de aanbestedingssommen zoover zijn oversehreden,
maar wel dat de raming niet zuiver was. Dan wordt het
heel wat anders. Hij herhaalt daarom, dat het verschil
tusschen de aannemingssommen en hetgeen aan de aan-
nemers voor het aangenomen werk is uitbetaald werkelijk
gering is, dat kan misschien een f 300 verschil maken.
De indruk was dan ook gewekt, dat Burg, en Weth.
die bedragen ver hadden oversehreden.
De heer Oggel erkent dat de opmerking van den heer
Kruijsse juist is, er bestaat geen grief tegen Burg, en
en Weth. dat ze te veel hebben uitgegeven, maar de fout
schuilt dan bij den adviseur, die op verschillende zaken
die er nu naderhand bijgekomen zijn, zooals meters,
service-leidingen enz., had moeten rekenen.
De heer Kruijsse: De raming is dan niet juist geweest.
De heer SmiesOp die putten voor ammoniak- en
teerwater had hij ook moeten rekenen. Het is een
flodderboel geweest met dien adviseur, van begin af.
De heer OggelMen zou tot de conclusie moeten komen
dat hij een slechten kijk op de zaak heeft gehad llurg.
en Weth. kunnen daaraan niets doen.
De heer Kruijsse heeft te kennen dat Burg, en Weth.
er prijs op zouden stellen dat alle rekeningen nog eens
nauwkeurig werden nagegaan, dan zal daaruit volledig
de bevestiging blijken van zijn betoog, dat Burg, en
Weth. de aanbestedingssommen niet hebben oversehreden.
De heer Smies vraagt of ze ook kennis hebben gedragen
van de prijzen der machinerien 7
De heer Kruijsse antwoordt dat aan verschillende fabriek en
prijs gevraagd werd, de afschriften dier brieven zijn nog
voorhanden. Uit de ingekomen prijsopgaven werden, in
overleg met den adviseur, de goedkoopste genomen.
De heer SmiesMaar wisten Burg, en Weth. voor de
gunning niet de prijzen der machines.
De VoorzitterNeen
De heer Smies acht dat ook verkeert, men dient vooraf
op de hoogte te zijn, dan kan men beter oordeelen, of
men er mede kan doorgaan.
De heer KruijsseDaar heeft men een adviseur voor.
Als men eerlijk 5 menschen aanschrijft of zemedewillen
dingen naar de levering, en dan naar aanleiding van
hunne eischen handelt, meent men te handelen zooals
het moet.
De heer Smies acht dat toch verkeert.
l)e heer KruijsseHet is de raming, die niet deugde.
De heer OggelHet lijkt wel, of de adviseur de zaak
zonder de noodige ernst behandeld heeft.
De heer Lamaitre meent ook,' dat er uit het gebeurde
blijkt, dat men niet voldoende op de hoogte is geweest,
en dat het zaak is, als nog eens een nieuwe fabriek mocht
worden gebouwd, beter uit de oogen te zien.
De Voorzitter meent dat in de notulen zou kunnen
worden aangeteekend, dat men zich lateren tijd, als dat
eens noodig was, beter op de hoogte moet stellen, dan
kan men misschien voordeel doen met de ervaring van thans.
Hij brengt dank aan den heer Kruijsse, waarop hij in
deze den Raad heeft ingelicht, daar spreker, door zijn
kort verblijf in de gemeente, van het voorgevallene niet
volledig op de hoogte was.
De heer Kruijsse wilde gaarne die inlichtingen geven,
vooral omdat er in de gemeente gedacht werd, dat er ge-
knoeid is en Burg, en Weth. daarvan voordeel hadden
getrokken. Wil men de rekeningen nazien, dan zal daaruit
blijken, dat alles tot op een halven cent kan worden
nagegaan en als er in den Raad eenig wantrouwen mocht
overblijven, zou hij gaarne zien dat zoodanig onderzoek
alsnog werd gehouden.
De Voorzitter kan ook verklaren dat uit de rekeningen
blijkt, dat alles is geleverd wat berekend werd en dat
dit voor het bedrijf noodig was.
De heer Oggel constateert dat als resultaat van zijne
vraag is gebleken de grove fout van den adviseur, die
bij de raming op verschillende noodige zaken niet ge
rekend had.
Spreker wijst nu nog op het punt in het rapport der
commissie betreffende de vergoeding aan den gemeente-
opzichter.
De heer Kruijsse geeft toe, dat het best kan gebeuren
dat de Raad van meening is, dat Burg, en Weth. daar
mede buiten hun boekje gegaan zijn, maar dan zijn Burg,
en Weth. toch in goed gezelschap geweest.
In de Gemeentestem van 14 Oct. 1911 n.l. werd de
vraag gesteld of Burg, en Weth. het recht hebben om de
belooning van een dagelijkschen opzichter vast te stellen.
En de redacteur, toch niet de eerste de beste, beantwoordt
die vraag in bevestigenden zin, wanneer n.l. de Raad dat
recht niet bij het besluit tot uitvoering van een werk aan
zich heeft voorbehouden. En dat is hier niet geschied.
De heer Smies merkt op dat daaromtrent den Raad
nimmer iets is voorgesteld. Er is nooit voorgesteld om
Van den Broeke daarvoor te bezoldigen.
De heer Kruijsse is van meening dat dit toch in den
aard der zaak ligt, Ide Raad zal toch niet van gevoelen
zijn dat Van den Broeke dat werk kon doen voor zijn
karige bezoldiging als gemeente-opzichter.
De heer Smies Wanneer bekend geweest was dat daar
voor f 400 zou worden betaald, dan waren er misschien
ook wel andere menschen geweest die dat verdienen
wilden.
De heer KruijsseMaar de Raad heeft toch zelf Van
den Broeke als dagelijksch opzichter benoemd In art.
8 van het bestek staat dat als opzichter voor den bouw
van de fabriek en de directeurswoning wordt aangewezen
de gemeente-bouwmeester.
De heer OggelJawel, maar we dachten dat dit onder
het gewone salaris zou doorgaan.
De heer Kruijsse is van meening dat het niet aangaat
om dat, met het oog op de geringe bezoldiging van den
bouwmeester, te vergen. En aan een ander had men
dusdanige som toch ook moeten betalen.
De heer DielemanMaar dan hadden we misschien
een beter toezicht gehad, want dat liet nu veel te wenschen
over, als men nagaat de putten die door het leggen der
buizen in de straat gevallen zijn.
De heer KruijsseMaar u moet niet uit het oog ver-
liezen dat Van den Broeke met het toezicht daarop niet
belast was, maar alleen met het bouwen, het metsel- en
timmerwerk, de woning en de fabriek. Met het toezicht
op het overige was de directeur belast, die daarvoor juist
zoo vroeg was benoemd.
Hebben Burg, en Weth. in dezen verkeerd gehandeld,
dan vraag ik daarvoor wel excuus, maar zooals zooeven
uit de Gemeentestem bleek, hebben zij gemeend te mogen
handelen, zooals ze gedaan hebben.
De heer Dieleman meent dat de Raad in deze zaak
ook schuld treft. Die heeft den adviseur benoemd en
toen deze verklaarde dat hij niet alle dagen hier kon
zijn, maar dat Van den Broeke hem zou assisteeren,
hebben wij dat goedgevonden. Dat hadden we ook niet
moeten doen.
Met algemeene stemmen, uitgezonderd die der Wethou-
ders, de heeren Lamaitre en Kruijsse, die zich van stemmen
onthouden, wordt de gemeenterekening over 1911 over-
eenkomstig het advies der commissie met algemeene
stemmen voorloopig vastgesteld.
•A. Tijdelijke geldleening voor kasgeld.
De Voorzitter deelt mede dat er op het oogenblik be-
hoefte aan kasgeld bestaat. Hij stelt namens Burg, en
Weth. voor daarin te voorzien door het sluiten eener
tijdelijke leening, ten bedrage van hoogstens 5000, af te
lossen uiterlijk 31 Dec. van dit jaar.
Dit voorstel wordt met algemeene stemmen aangenomen.
5. Afstand van grond aan de spoorwegmaatschappij
MechelenTer Neuzen.
De Voorzitter deelt mede dat is ingekomen een ver-
zoek van de spoorwegmaatschappij, om aan haar voor ver-
grooting van de statie te Axel in eigendom over te geven
een stukje grond van het bij de gasfabriek behoorende
terrein, deel van sectie D no. 1432, ter grootte van 4
aren 62 centiaren.
Burg, en Weth. stellen voor dit aan de spoorwegmaat-
schappij te verkoopen voor f 25, terwijl dan door de ge
meente f 25 aan de maatschappij zou moeten worden
betaald, voor het verkrijgen van een spoorlijn naar het
terrein der gasfabriek.
Voorts willen Burg, en Weth. aan die overgave nog
enkele voorwaarden verbinden.
De heer Kruijsse deelt hieromtrent mede dat het vorig
jaar door de spoorwegmaatschappij het verzoek Werd ge
daan, dat hoekje grond te koopen. Burg, en Weth.
meenden dat dit nu juist een goede gelegenheid was, om
een raccordement te verkrijgen naar het terrein der gas
fabriek, opdat de waggons daar kunnen gelost en geladen
worden. Er is toen geantwoord, dat Burg, en Weth. be-
reid waren kosteloozen afstand te bevorderen, wanneer
de spoorwegmaatschappij een raccordement maakte tot op
het terrein der fabriek.
De directie der spoorwegmaatschappij heeft toen bericht
dat zij wel genegen was een lijn aan te leggen tot aan
de grens van het fabrieksterrein, maar dat aanleg en
onderhoud van een lijn op het fabrieksterrein voor reke
ning der gemeente moest komen. Spreker meent dat ze
dat niet mogen doen.
Daarop is gevraagd hoe groot de kosten zouden zijn
voor het doorleggen der lijn op het fabrieksterrein, en
het antwoord was dat dit f 8 per strekkenden Meter zou
kosten.
Als de waggons tot in de loods konden gevoerd worden,
zou dat van groot voordeel zijn, waarom Burg, en Weth.
voorstellen den gevraagden grond af te staan, o. m. onder
volgende voorwaarden
dat het raccordement tot het fabrieksterrein door de
maatschappij zonder kosten voor de gemeente gemaakt
en onderhouden wordt
dat de door de gemeente te lossen en te laden waggons
zonder kosten op het raccordement worden gebracht en
afgehaald
dat de gemeente ten alle tijde het vrije gebruik van het
raccordement behoudt
dat de tijd, toegestaan voor lossen en laden der waggons
eerst ingaat op het oogenblik dat de waggons op het rac
cordement worden gebracht
dat het raccordement zoo spoedig mogelijk, in elk geval
voor 1 Mei 1913 voor gebruik gereed zal zijn
dat de spoorwegmaatschappij de verplichting op zich
neemt om de lijn van af de grens van het fabrieksterrein
tot daar waar het gemeentebestuur het wenscht, aan te
leggen tegen 8 per strekkenden Meter.
De heer Kruijsse voegt hier nog aan toe dat destijds
een concept-contract van den heer Dregmans is ontvangen,
dat daaraan de laatste bepaling is toegevoegd, omdat de
maatschappij voor hare rekening de lijn niet tot op het
fabrieksterrein kon doorleggen.
Het was naar zijne meening niet kwaad dat de heer
Oggel, die op de hoogte is van lossen en laden van waggons
de voorwaarden ook nog eens inzag, om na te gaan of
misschien nog iets vergeten is, dat later tot moeilijkheden
of schade voor de gemeente zou kunnen leiden.
De heer Oggel verklaard zich bereid aan het verzoek
van den heer Kruysse te voldoen.
Het voorstel van Burg, en Weth. om onder de genoemde
voorwaarden het gevraagde terrein aan de spoorwegmaat
schappij af te staan, wordt aangenomen met algemeene
stemmen.
Verzoekschrift van J. Huizingaom ontheffing
van den hoofdelijken omslag.
De Voorzitter deelt mede dat is ingekomen een verzoek
van den heer J. Huizinga. welke, in verband met het
verlaten der gemeente op 15 Juli 1912, ontheffing verzoekt
van de betaling van hoofdelijken omslag, over de laatste
5 maanden.
Burg, en Weth. stellen voor adressant overeenkomstig
zijn verzoek afschrijving te verleenen voor vijf twaalfden
van zijn aanslag, zijnde een bedrag van 16,41.
Z. h. s. wordt aldus besloten.
3. Alsvoren van J. Motke.
De Voorzitter deelt mede dat nog is ingekomen een
adres van den heer Motke, welke eveneens wegens
vertrek uit de gemeente op 30 Juli 1911 ontheffing ver
zoekt voor de betaling van zijn aanslag in den hoofde
lijken omslag over 5 maanden.
Burg, en Weth. stellen voor adressant overeenkomstig
zijn verzoek afschrijving te verleenen voor vijf twaalfden
van zijn aanslag, zijnde een bedrag van 30,70.
Z. h. s. wordt aldus besloten.
8. Omvraag.
Geen der leden vraagt daarvoor het woord.
De Voorzitter deelt mede dat overeenkomstig het ver
zoek van den heer Van Driel in de vorige vergadering
aan het gemeentebestuur van Zaamslag geschreven is over
verbetering van den weg over den Pouckepolderschen dijk.
Spreker heeft ook bovendien den burgemeester dier ge
meente over deze zaak gesproken en die verklaarde zich
bereid aan den Raad voor te stellen eenige verbetering
aan te brengen, al zal dat misschien niet geheel overeen
komstig den wensch van den heer Van Driel zijn. In elk
geval bestaat er dus uitziclit op verbetering.
1>. Reclames inzake hoofdelijken omslag.
De Voorzitter schorst ter behandeling van ingekomen
reclames tegen den hoofdelijken omslag, de openbare ver
gadering, welke overgaat in eene zitting met gesloten
deuren, na alloop waarvan de vergadering delinitief ge
sloten wordt.
Vergadering van Donderdag 29 Augustus 1912.
Voorzitter de heer P. Wauters, burgemeester-raadslid.
Verder aanwezig de heeren Oole, Pauwels, Malotaux,
Hamelijnck en Buijsse.
Afwezig de heer Gross.
Na opening der vergadering worden de notulen der
voorgaande gelezen, die daarna onveranderd worden vast
gesteld.
Vervolgens stelt de Voorzitter aan de orde:
1. Ingekomen stukken.
Eene missive van Gedep. Staten van Zeeland, dd.
9 Aug. 1912, waarin de goedkeuring wordt bericht van
het raadsbesluit tot wijziging der verordening regelende
de jaarwedden van het onderwijzend personeel.
Aangenomen voor kennisgeving.
I). Proces-verbaal van de op 29 Juli 1.1. ten kantore
van den gemeente-ontvanger gehouden opneming van de
boeken en kas, waarbij is gebleken dat over de jaren
1911 en 1912 is ontvangen 33.506,07 en uitgegeven
f 27.623-i, zoodat meer ontvangen is dan uitgegeven
5883,061het goed slot der rekening over het jaar 1910,
dat nog niet op de loopende begrooting is gebracht, be-
draagt 3077,70, zoodat in kas moest zijn 8960,761,
wat overeenkwam met de vertoonde bewijzen.
Aangenomen voor kennisgeving.
c. Een schrijven van den Commissaris der Koningin
in Zeeland, waarin deze te kennen geeft den brief van
het gemeentebestuur betreffende voorziening in electrici-
teit te hebben medegedeeld aan den Minister van Land-
bouw, Nijverheid en Handel en aanleiding heeft gegeven
tot een bericht van de Staatscommissie voor electnciteits-
voorziening, waarin de vraag gesteld is, of niet op andere
wijze in de behoefte aan electrischen stroom voor de ge
meente zou kunnen worden voorzien.
Met name werd gevraagd of dit niet zou kunnen ge-
schieden door de centrale van Ter Neuzen (welke daartoe
wijzigiging zou moeten ondergaan) dan wel door een der
groote industrieen welke in den laatsten tijd aan het
kanaal Gent—Ter Neuzen zijn verrezen en of voor hare
eigen behoefte electriciteit zullen moeten produceeren of
gassen zullen besehikbaar krijgen (zooals de nieuwe eokes-
fabriek te Sluiskil), die de kosten der opwekking van
electrische energie tot een minimum zullen herleiden.
De Commissaris meent deze vraag ter overweging aan
het gemeentebestuur te mogen aanbevelen.
Intusschen verzoekt hij, omtrent de ingekomen aanvraag
van de Belgische maatschappij tot het sluiten van een
contract of het verleenen van eene concessie meer gedetail-
leerde mededeelingen te doen, opdat deze ter kennis van
de Staatscommissie kunnen worden gebracht.
De Voorzitter deelt mede dat aan de Belgische maat-
schappij nadere inlichtingen zijn gevraagd en stelt voor
eens af te wachten hoe de nadere inlichtingen zijn zullen.
Enkele opmerkingen worden gemaakt, betretl'ende den
in het medegedeelde schrijven aangegeven weg, waarbij
o. m. de opmerking wordt gemaakt, dat men door de
Belgische maatschappij het goedkoopst zou worden ge-
holpen, daar met name de centrale te Ter Neuzen nogal
duur is. Ook het betrekken van gas van de cokesovens
te Sluiskil zou niet goedkoop uitkomen en aan het stichten
eener eigen centrale kan niet gedacht worden.
Z. h. s. wordt overeenkomstig het voorstel van den
Voorzitter besloten.
(1. Een circulaire van den Schoolopziener in het district
Middelburg, waarin deze bericht dat hem door den Minister
van Binnenlandsche Zaken is opgedragen toe te zien, dat
intijds de noodige maatregelen zullen worden genomen,
opdat de lokalen, bestemd voor het geven van openbaar
lager onderwijs, in zijn district gevestigd, in overeenstem-
ming zullen worden gebracht met de voorschriften, vervat
in het Kon. besluit van 25 Juni 1912 (Staatsbl. no. 192),
waaraan zij uiterlijk met 1 Januari 1914 zullen moeten
voldoen.
Daaraan gevolggevende verzoekt dedistrictsschoolopziener
het gemeentebestuur nauwkeurig te willen overwegen, of
en zoo ja, welke veranderingen de aan de gemeente be
hoorende schoollokalen voor lager onderwijs, ter voldoening
aan de nieuwe wettelijke voorschriften, zullen behooren
te ondergaan en voorts te willen bevorderen, dat de daar
mede verband houdende bouwplannen spoedig zullen
worden ter hand genomen, teneinde het daarheen te leiden,
dat de daarop betrekking hebbende bestekken en teeke-
ningen, aan zijne goedkeuring te onderwerpen, hem zoo
mogelijk voor het einde van 1912 zullen hebben bereikt.
Bericht wordt gaarne tegemoet gezien voor 1 Oct. a. s.,
zoowel voor het geval verbouwing, al of niet noodig wordt
geacht, wanneer dit noodig wordt geacht, dan wordt voor
genoemden datum eene opgaaf ingewacht van de lokalen
die daarvoor in aanmerking komen.
De Voorzitter deelt mede dat dit schrijven in handen
van den gerneentebouwmeester is gesteld om advies.
e. Een adres van het Bestuur van de Nederlandsche
vereeniging van schoolartsen, dat verzoekt in afwachting
van eene nadere regeling van het geneeskundig staats-
toezicht op de besmettelijke ziekten, voornamelijk met
het oog op den toestand in de openbare lagere scholen,
van gemeentewege eene verordening in het leven te roepen,
waarin verschillende punten daarop van betrekking worden
vastgesteld.
Aangenomen voor kennisgeving.
f. Een adres van het bestuur van den Alg. Ned. Wiel-
rijdersbond, waarin dit verzoekt steun te verleenen aan
een verzoek, gericht tot den Minister van Financien, tot
het aanleggen van een wielrijderspad op een der bermen
van den keiweg, aangelegd op den oostelijken berm van
den nieuwen zeedijk door het Axelsche Gat.
Door dien weg is een betere verbinding verkregen tus
schen oostelijk en westelijk Zeeuwsch-Ylaanderen, doch
met het aanleggen van een keiweg zijn de wielrijders en
voetgangers niet gebaat, die een keiweg liever mijden.
Adressanten verwachten dat, wanneer aldaar van rijkswege
tot het aanleggen van een wielerpad werd overgegaan, ge
meente- en polderbesturen dit voorbeeld zullen volgen.
Dit adres wordt voor kennisgeving aangenomen, daar
de Raad van meening is, dat het meer ligt op den weg
der onmiddellijk betrokken gemeenten Iloek en Philippine,
om daaraan steun te verleenen, en Sas van Gent bij dien
weg weinig belang heeft.
Bij discussie wordt opgemerkt, dat het wel lijkt alsof
de Wielrijdersbond meer belangstelling gaat toonen in
Zeeuwsch-Vlaanderen, waarvan vroeger weinig bleek.
2. Vaststelling gemeenterekening over 19H.
De Voorzitter stelt aan de orde de voorloopige vast
stelling der gemeenterekening over 1911, en verzoekt de
commissie, belast geweest met het onderzoek daarvan,
rapport uit te brengen.
De heer Malotaux deelt mede dat hij niet in de gele
genheid is geweest aan dat onderzoek deel te nemen.
De heer Buijsse deelt mede dat hij en de heer Hame-
lynck dit zoo goed mogelijk hebben gedaan. Zij hebben
de rekening en de bescheiden in goede orde bevonden en
zij stellen mitsdien voor de rekening goed te keuren op
een bedrag in ontvangsten van f 22,162. in uitgaaf van
f 19,287, en alzoo met een goed slot van 2373.
Alleen zou de commissie gaarne willen weten waarom
de aan de fanfare »De Verbroedering" toegekende subsidiw
niet is uitgekeerd.
De VoorzitterOmdat niet werd voldaan aan de voor-
waarde dat er geen personen uit andere gemeenten lid
van mochten zijn.
De heer Pauwels: De vereeniging had eene ledenhjst
behooren in te zenden, die dan te controleeren was. Het
is den Voorzitter der vereeniging trouwens bekend dat
door hun eigen schuld de subsidie niet is uitbetaald.
Overeenkomstig het advies der commissie wordt de reke
ning z. h. s. goedgekeurd.
3. Aanbieding der gemeentebeg rooting voor het
jaar 191S.
Door den Voorzitter wordt namens Burg, en Weth. aan-
geboden de gemeentebegrooting voor het jaar 1913, op
een eindcijfer van f 23,206,15.
Deze wordt gesteld in handen der daarvoor aangewezen
commissie. bestaande uit de heeren Malotaux, Hamelijnck
en Buijsse.
4. Aanbieding begrooting algemeen armbestuur voor
.1913.
De Voorzitter deelt mede dat is ingekomen de begroo
ting van het algemeen armbestuur voor het jaar 1913,
op een eindcijfer van f 2229,25£. De subsidie van wege
de gemeente is uitgetrokken op 2200, zijnde 100 lager
dan het loopende jaar.
Deze begrooting zal voor onderzoek worden gesteld in
handen der daarvoor aangewezen commissie, de heeren
Hamelijnck, Buijsse en Gross.
5. Voorstel tot wijziging der bouwverordening
De Voorzitter deelt mede een schrijven van de Gezond-
heidscominissie, waarin deze verklaart bezwaar te hebben
tegen de in de vorige vergadering besprok en wijziging van
art. 60 der bouwverordening, daar het dan ook geoorloofd
zou worden om b.v. varkens in woningen te houden, wat
de commissie een ongewenschte toestand acht. Om aan
het verzoek der vereeniging van houders van postduiven
tegemoet te komen wordt door de commissie eene redactie
van genoemd art. 60 aangegeven, waarbij van de dieren
die niet in woningen mogen worden gehouden, worden
uitgesloten »de postduiven, gehouden door leden van post
duiven vereenigingen."
Burg, en Weth. stellen voor het artikel aldus te wyzigen,
waartoe met algemeene stemmen wordt besloten.
6. Verzoek van F. Vercauteren, om ontslag als
grafmaker.
De Voorzitter deelt mede dat door F. Vercauteren is
verzocht hem eervol ontslag te verleenen als grafmaker,
wegens zijne benoeming tot brievenbesteller. Burg, en
Weth. stellen voor dit verzoek in te willigen.
Z. h. s. wordt aldus besloten.
De Voorzitter stelt thans voor over te gaan tot de be
noeming van een opvolger. Er is al een plaatsvervanger,
nl. E. Mobelis, die dat werk goed verricht. Hij geeft in
overweging dien te benoemen.
Met algemeene stemmen wordt E. Mobelis benoemd.
7. Verzoek van A. de Eos, om ontslag als lantaarn-
opsteker.
De Voorzitter deelt mede dat is ingekomen een verzoek
van A. de Vos, om eervol ontslag als lantaarnopsteker.
Het schijnt dat die man in beteren doen gekomen is, en
hii daarom ontslag vraagt.
Burg, en Weth. stellen voor dit ontslag eervol te ver
leenen.
Aldus wordt z. h. s. besloten.
Tot de benoeming van een opvolger kan, bij gebrek
aan sollicitanten, nog niet worden overgegaan.
De heer Buijsse zou het beter achten dat ieinand wera
benoemd die benevens het aansteken van lantaarns, ook
het andere werk voor de gemeente doet. Dan zal men
gemakkelijker iemand krijgen en het blijkt dat er nogal
eens wat te doen is, want de naam van De Vos komt
nogal eens in de rekeningen voor.
De Voorzitter stemt dat toe, maar De Vos had dan ook
de voorkeur om het werk te doen, als er iets was. Alleen