A i g e m e e n
Nieuws- en Advertentieblad
v o e r
Zeeuwscb-Vfaaideren.
HINDER WET.
No. 5754
Donderdag 25 April 1912.
52 Jaargang.
Binnenland.
BEPROEFDE LIEFDE.
EE PIIi LET 0 N.
ABONNEMENT:
Per drie maanden binnen Ter Neuzen f 1,Franco per post: Voor
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika 1,65 en voor
het overige Buitenland 2,— Men abonneert zich bp aile Boekhande-
laars, Postdirecteuren en Brievenbushoaders.
ADVERTENTIENj
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0,10.
Bg directe opgaaf van driemaal plaatsicg derzelfde advertentie wordt e
prjjs slechts tweemaal berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Telefoon No. 2 5.
Inzendmg van advertentien voor 1 uur op den dag der uitgave.
Laden en lossen van schepen
(Stuwadoorswet.)
De Meinorie van Antwoord is verschenen van
den Minister van Landbouw, Nijverheid en Handel
nopens het wetsontwerp houdende bepalingen
in het belang van de personen, werkzaam bij
het laden en lossen van zeeschepen.
De Minister zegt daarin dat geheel in het
kader van dit wetsontwerp passen voorschriften
tot het tegengaan van overmatige lange
werktijden.
Waar de urgentie en de mogelijkheid vast-
staan om in deze voorzieningen te treifen, zou
de Minister zich niet verantwoord achten voor-
stellen ter zake van den arbeidsduur aan te
houden totdat eene algemeene wettelijke rege-
ling van den normalen arbeidsdag zal zijn tot
stand gekomen.
Ernstigis de mogelijkheid overwogen van de in-
voering van den 10-urendag in het havenbedrijf,
doch de verkregen gegevens hebben de onmo-
gelijkheid aangetoond, op dit oogenblikzoodanige
beperking van den arbeidsduur in dit bedrijf
te eiscben.
In bet ontwerp voorschriften op te nemen
tegen willekeurige kortingen op loonen, schijnt
uiterst moeilijk. Wettelijke voorschriften zouden
imiiwm
Zeg aan Gustaaf Horen, dat hij het geld dat
hij door mij verloren heeft, eerlijk terug zal
krijgen. Misschien kan daarover wel een jaartje
verloopen, wellicht worden 't ook twee jaren,
maar thans zal hij er wel geen haast meer
achter zetten. Zeg hem ook,' dat ik enkel in
uw belang en in 't zijne dezen stap deed,
niet uit vrees voor zijn bedreigingen.
Ook het geld dat uw vader rnij voorgescboten
heeft, zal terug betaald worden. Bankier Halenbek
zal hem bevestigen, dat ik, eenigen tijd stil en
teruggetrokfeen levende, in de gelegenheid zal
zijn, te voldoen aan mijne verplichtingen. Daar
over behoeft hij zich dus geen zorgen te maken.
De menschen zullen wellicht babbelen over
die afgesprongen huwelijk, trek u dat echter
met aan.
Gij moogt iedereen vertellen, dat ik overo-e-
luklug geweest zou zijn, u zonder een cent
bruuoftsgift naar mijne woning te voeren, als
ge my slechts een klein deel der liefde badt
kunnen schenken, die een meer gelukkige mocht
verwerven.
Misschien zijt gij in de gelegenheid majoor
Van Wmterberg te spreken. Hij is mijn vriend
en acht u hoog. Toon hem dezen brief en hij
zal u zeggen, dat ik veel gedaan heb, wat een
oneer was voor den naam van mijn geslacht,
achterwege kunnen blijven, indien mocht worden
verwacht, dat van het particulier initiatief
voldoer.de kracht zqu uitgaan tot het voorkomen
en wegnemen van misstanden. De ondervinding
heeft echter aangetoond, dat in het algemeen
van eene uit de bij het bedrjjf betrokken personen
voortkomende actie weinig te verwachten is.
De Minister acht het vanzelf sprekend, dat
bij het ontwerpen dezer regeling in de eerste
plaats het oog gevestigd werd op Rotterdam,
de haven, die ten opzichte van het laden en
lossen van zeeschepen de alles overheerschende
plaats in Nederland inneemt. Het aantal haven-
arbeiders aldaar kan op 13,000 geraamd worden,
terwijl het te Amsterdam op 4000 geschat
wordt en in de overige havenplaatsen te zamen
slechts ongeveer 2000 bedraagt.
Nauwkeurig is echter nagegaan, of eenige
bepaling, die voor Rotterdam noodzakelijk werd
geoordeeld, ook belaiigen in de andere havens
zou kunnen schaden.
Schade aaD het concurrentie-vermogen onzer
havens tegenover buitenlandsche havens, met
name Hamburg en Antwerpen, zou het gevolg
moeten zijn van belangrijke fiuancieele lasteu,
op het havenbedrijf gelegd, of van bemoeilijking
van den vlotten gang van het laad- en loswerk.
Noch het een, noch het ander zal intusschen
naar 's Ministers overtuiging uit de ontworpen
maatregelen vocrtvloeien.
Hij kan evenmin deelen in de ongerustheid,
dat in het bijzonder Amsterdam eene vei'plaat-
sing van verkeer zal moeten dulden.
Dan volgt een verdediging, tegen het verwijt
dat de Minister in dit ontwerp andere begin-
sels liuldigt dan bij vroeger beleed, en daarna
gaat de Minster over tot een verdediging van
zijn wetsvoorstel op verschillende onderdeelen
in het bijzonder wat de arbeidsboekjes betreft.
De Minister is nog van meening, dat onge-
twijfeld eene strafbepaling, tegen den arbeider
gericht, voor de handhaving van de bepalingen
omtrent het arbeidsboekje en de arbeids- en
rusttijden, van belang zou zijn. Bij overweging
van den ernst der bezwaren, die in de Staten-
Generaal tegen zoodanige bepaling zijn inge-
bracht, heeft de Minister intusschen gemeend
haar te moeten terugnemen. Liever dan de
aanneming van het wetsontwerp in gevaar te
brengen, wil hij een proef zien genomen, of
voldoende handhaving van de aangehaalde voor
schriften mogelijk is zonder strafbaarstelling
van den arbeider.
dat mijn laatste daad echter bewijst, dat ik geen
geheel verdorven mensch geweest kan zijn.
\aarwel, dierbare Else! Uit den diepsten
grond raijns harten roep ik u toe, wordt geluk-
kig Die wensch is oprecht, door hem heb ik
den boozen geest overwonnen, die mij uit mijn
leege zakken toeriep, tot elken prijs uws vaders
geld te bemachtigen.
Het is mogelijk, dat deze stap mij berouwen
zal, het is zelfs waarschijnlijk. Wat er ook
gebeuren moge, steeds zal ik zijn en blijven,
Uw oprechten vriend
Frits von Zaruba.
Toen de bruiloftsgasten bekomen waren van
hunne verbazing over deze mededeeling en zich
langzamerhad hersteld hadden, vortndeelk hunner
er zijn eigen oordeel over. In de oogen der
vrouwen en meisjes was de handelwijze van den
baron eenvoudig onvergeeflijk. De verbintenis
was hem gaan hinderen en nu zocht hij allerlei
uitvluchten.
Men beklaagde de arme bruid en brak los
in een regen van smaadredenen tegen den on-
trouwen bruidegom.
De oude Krussof barstte bijna van toorn. Hij
trachtte zich echter te beheerschen en zocht naar
woorden om zijn schijnbare onverschilligheid te
toonen, maar vond ze niet. Slechts nu en dan
kwamen onsamenhangende verwenschingen over
zijn lippen.
Else vouwde den brief langzaam ineen. Haar
oogen stonden vol tranen.
Zij was te moede als een veroordeelde, die
op het sehavot staande, nog in het laatste oogen-
De uitslag van de Maandag gehouden
stemming voor een lid der Tweede Kamer in
het district Hoorn, was als volgtUitgebracht
6520 geldige stemmen, daarvan verkregen de
beeren Mr. D. Fock (Y. L.) 12, L. Hoejenbos
(S. D. A. P.) 1198, W. J. E. H. M. de Jong
(V. L.) 2756, Fr. Netscher (Vrijz.-dem.) 38, D.
Theunissen (agrarier) 372 en H. Ch. Vegtel
(A. R.), 2224 stemmenzoodat herstemming
moet plaats hebben tusschen de heeren De Jong
en Vegtel.
TER NEUZEN, 24 April 1912.
In de gisteravond gehouden algemeene ver-
gadering der scherpschuttersvereeniging //Voor
Yaderland en Koning" werden als bestuursleden
herkozen de heeren J. F. de Cooker, J. J. Vev-
jaal en L. J. van der Lubbe. De heer Van
der Lubbe nam de herbenoeming niet aan, waar-
door in zijn plaats werd benoemd de heer G.
Timmerman.
In de vacature ontstaan door het bedanken
van den heer I. van de Sande werd gekozen
de heer P. M. C. van Sprang.
Verder werden eenige huishoudelijke zaken
behandeld en besloten om aan eenige dit jaar
eiders te houden schietwedstrijden deel te nemen.
In de na afloop der algemeene vergadering
gehouden bestuursvergadering werd als vice-
voorzitter herbenoemd de heer J. F. de Cooker
en als penningmeester de heer Verjaal.
Als secretaris werd benoemd de heer G.
Timmerman en de beer P. M. C. van Sprang als
commissaris.
Naar we vernemen was de aanmelding van
werklieden bij de firma Little Johnston alhier,
die de laatste dagen steeds was toegenomen,
van dien aard, dat bet aantal voor de gewone
ploegen noodige werklieden werd overschreden.
Verder is door het bestuur der vereeniging
»Recht en Plicht" aan den burgemeester te
kennen gegeven dat naar hare meening het
conflict in een stadium gekomen was om
dit te beeindigen en zijne tusschenkomst inge-
roepen om van de firma Little Johnston te
vernemen of deze geneigd was tot eene schik-
kelijke beeindiging mede te werken.
De burgemeester had reeds een conferentie
met de firma terwijl er op zijn initiatief nog
een nader onderhoud zal plaats hebben met de
firma en eene commissie uit de burgerij.
Naar wij vernemen is het Hotel des Pays-
Bas alhier in andere handen overgegaan,
blik genade ontvangen heeft. De overmaat
harer vreugde overweldigde haar bijna. Des-
niettemin was zij echter ook niet geheel onge-
voelig voor de deemoediging, die het gevolg
was dezer bevrijding.
//Vader," zeide zij bedaard, toen deze in haar
nabijheid kwam, //de baron is een edelman.
Hij heeft slechts mijn welzijn op het oog gehad.
Ik ben hem innig dankbaar."
Op deze woorden volgde algemeen stilte.
Men kon niet begrijpen, boe de zwaarst be-
leedigde het eerst een verontschuldiging kon
vinden voor den zondaar.
Krussof liet een korten, harden lach hooren.
z/Nu, wanneer jij daarmede tevreden bent," stiet
hij bitter en smalend uit, //dan kan ik 't ook
zijn."
Hij zou nog veel meer gezegd hebben, als in
dit oogenblik niet de oude majoor Van Win-
terberg, in gezelschap van eenige der heeren,
die gisterenavond'Zaruba's gasten geweest waren,
binnengetreden was.
t Is goed, dat ge komt, majoor," riep Krussof
den onden heer toe. //Kom binnen en zie welk
een grap baron Zaruba heden met ons uitge-
haald heeft."
z/Wij hebben nog geen spoor van hem kunnen
vinden," zeide de majoor. //Weet gij reeds iets
naders
Else reikte hem den brief toe. Hij nam hem
aan, zette den bril op den neus, las en keek
daarop het meisje uitvorschend aan.
z/Zit de vork zoo in den steel met dien andere,
den meer gelukkige V" vroeg hij met gedempte
stem.
Bij Kon. besluit is benoemd tot ridder in
de orde van Oranje-Nassau Ds. A. M. Knott-
nerus, voorzitter vau het bestuur der Johanna-
stichting, tehuis voor gebrekkige en mismaakte
kinderen, te Arnhem.
Aan de R. K. Jongensschool te Hulst is
tot onderwijzer benoemd de beer W. Borm van
Noordstraat (Hontenisse).
Geslaagd voor het examen nuttige hand-
werken te 's Gravenhage mej. B. saagmans
van IJzendijke.
Door den Commissaris der Koningin is
benoemd tot gemeente-veldwachtetf te IJzendijke
de heer A. J. van Canneijt, marechausee aldaar.
Aan het gebouw van het Prov. Bestuur
te Middelburg werd heden aanbesteed
a. Het vernieuwen en onderhouden van het
verf-, teer-, bebang- en glaswerk van kunstwerken,
aanlegplaatsen, gebouwen en verdere inrichtingen
behoorende tot het Kanaal van Ter Neuzen en
de Rijkswaterleidingen bewesten en beoosten
het kanaal gedurende 1912, 1913 en 1914 en
van dat der Rijkselectriciteitswerken van dat
kanaal gedurende 1913 en 1914 in drie perceelen.
Raming per jaar perceel 1 j 3340, perceel 2
f 4000 perceel 3 480.
Ingeschreven werd voor het eerste perceel
door de heeren
H. Pieterse te Middelburg voor 3460
A. van Duijsse te Ter Neuzen voor J 3450
J. J. Verjaal te Ter Neuzen voor f 3430 A.
J. van Miert te Middelburg voor f 3400 F.
van der Stel te Sliedrecht voor f 3300 L. P.
J. Jansens te Hulst voor f 3295 A. h.Noest
te Middelburg voor f 3200 A. Schild Zoon
te 's Gravenhage voor 3173Firma L. J.
Lelyveld te 's Gravenhage voor 3100 G. A.
van der Straaten te Ter Neuzen voor j 3090
en G. Goldsteen te Haarlem voor f 3073.
Voor het tweede perceel door de heeren
A. van Duijsse voor f 4500; J. J. Verjaal
voor f 4480; H. Pieterse voor J 4420; O. C.
F. de Pauw te Ter Neuzen voor f 4400 A. J.
van Miert voor f 3998 G. A. van der Straaten
voor f 3976 L. P. J. Jansens voor f 3995
A. F. Noest voor 3860 A. Schild Zoon
voor 3782 G. Goldsteen voor 3700 en
firma Lelyveld voor f 3700.
Bij loting werd uitgemaakt dat de firma Lely
veld de minste is.
Voor het derde perceel door de heeren
O. C. F. de Pauw voor 550 A. J. van
Miert voor f 520 J. J. Verjaal voor j 495
G. A. van der Straaten voor 473 S. Gold
steen voor f 465 Firma Lelyveld voor f 450
en A. Schild Zoon voor 443.
b. het wegruimen van de overblijfselen van
Else sloeg deoogen neer en antwoordde
zacht//Ja."
//Zoo, zoo, lief kind, zoo, zoo," zeide de oude
heer, haar vriendelijk op de wangen kloppend.
,/lk zal er dan niet naar vragen, waarom ge
hem dan toch eerst uw woord gegeven hebt
maar naar ropn oordeel, beeft Zaruba gehandeld,
zooals een edelman moest handelen, al was het
tijdstip ook bijzonder ongelukkig gekozen
ja, heel ongelukkig gekozen."
,/Gij oordeelt dus ook zoo riep de vader.
Zeker, mijn waarde Krussof, dat is mijn
meening en gij zult spoedig ook zoo denken.
Ik ben echter recht blijde, thans te weten, wat
er van mijn vriend geworden is. Wij vreesden
reeds, dat hem een ongeluk overkomen was.
Binnen enkele dagen zullen wij nu wel vau
hem hooren."
Kom aan," zeide Krussof met zijn nijdigen
lach, //als wij nu toch geen huwelijk zullen
hebben, willen wij tenminste het huwelijksge-
braad niet laten bederven. Bertha laat op doen
De bruiloftsgasten nameri met lange gezichten
plaats aan de rijk bezette tafel.
De majoor en zipi vrienden echter namen af-
scheid en reden naar Karzig terug.
(Wordt vervolgd.)
SEHZEKSCHE ('01RA AT.
flMt Islad en Vfffijcltaof»vonil, HLii^ezciBifievd op "by d.e Firma l*i J* VAM JE&K 8AmK. te Kewaien*
Burgemeester en Wethauders van TER NEUZEN,
gezien de artt. 6 en 7 der Hinderwet (Staatsblad no.
222 van 1896) maken bekend
dat op heden ter gemeente-secretarie ter visie is
gelegd een verzoek van J. A. VAN ESBROEK te Ter
Neuzen, om vergunning tot het oprichten eener
slagerij in perceel plaatselijk gemerkt Q no. 156 en
kadastraal bekend sectie G no. 1700
en dat op Maandag 6 Mei 1912, des namiddags
van 3 tot 4 uren, ten raadhuize dezer gemeente ge-
legenheid zal worden gegeven om tegen het maken dier
inrichtingen bezwaren in te brengen en deze mondeling
of schriftelijk toe te lichten.
Ter Neuzen, 22 April 1912.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. HUIZINGA, Burgemeester.
L. WABEKE, Secretaris.
N.B. Wij vestigen er de aandacht op, dat volgens
de bestaande jurisprudentie niet tot beroep gerechtigd
zijn zij, die niet overeenkomstig art. 7 der Hinderwet
op den bovenbepaalden dag voor het gemeentebestuur
zijn verschenen, tendnde hunne bezwaren mondeling
toe te lichten.