Tsr Nsuzenschs Courant
BEPHOEFDE LIEFDE.
Dinsdag 2 April 1912.
No. 5745.
Staking te Ter Neuzen.
FEUILLETOK.
Buitenland.
TER NEUZEN, 1 April 1912.
voer van hier uit de haven
naar Waalwijk het houten
staking, doet zich
voor. Het staat
spreken tusschen
tocb moet ons de
Heden morgen
met bestemming
tjalkschip //De nieuwe zorg", schipper G. Andel,
geladen met steenen. Na het vertrek stak de
wind opde zeilen scheurden en de schipper
beesch de Doodvlag.
Dit werd van hier bemerkt, de sleepboot
,/Tenace" voer uit en wist het in gevaar voor
stranding verkeerende schip behouden in de
haven te sleepen.
Wat sedert de onlangs onder de bootwerkers
alhier ontstane actie door belangstellende in-
gezetenen, vooral onder hen die buiten het be-
drijf stondenwerd gevreesd nl. dat de actie zou
lijden tot een catastrophe, is bewaarheid. Die
vrees was gebaseerd niet op hetgeen uiterlijk
was waar te nemen, maar vond zijn grond in
wetenschap of waarnemingen van de stroomingen
die er bij de betrokken partijen heerschte.
Nog eerder dan verwacht werd, is de crisis
ontstaan, en het tweesnijdend zwaard, weik-
thans weer in onze gemeente
niet aan ons, om r|cht te
de betrokken partijen, maar
opmerking van het hart dat
zij die de werkelijke aauleiding hebben gegeven
tot het ontstaan der staking, een zware ver-
antwoordelijkheid op zich hebben geladen, daai
behoudens het bij deze zaak betrokken alge-
meene belang, dat van een aantal gezinnen in
het bijzonder hier bij op het spel staat.
Een aantal werkers toch die een redelyk
loon verdienden, dat in de toekomst stond te
verhoogen, staan thans werkeloos en bij het
einde der week zal het gezin die gewone in-
komst moeten missen.
De staking is ontstaan nadat jl. Zaterdag
door de Firma Little Johnston volgens mede-
deeling van den baas alle vaste werklieden, rttim
40, werden ontslagen. Later werd door den stuwa-
door der firma aan het overgroote deel der werk
lieden medegedeeld dat zij, wanneer ze daarin
lust hadden, zich heden morgen te 0 ure weer
op het werk konden vervoegen. Vijf werklie
den werden daarvan uitgesloten, o. m. de voor-
zitter van de bootwerkersvereeniging „Recht
en Plicht".
Terstond nadat dit bekend was, werd eeue
spoedeischende vergadering belegd van de ver-
eeniging, en daarin werd besloten dat geen dei
werklieden aan het werk zou gaan, wanneer
ook de vijf voormelde personen niet voor werken
werden aangenomen. Van dat besluit weid aan
den vertegenwoordiger der firma kennis gegeven.
Deze zaak was natuurlijk gisteren het onder-
werp van veler gesprekken. Van hetgebeuide
werd door ,/Recht en Plicht" kennis gegeven
aan het secretariaat van den Gentralen Bond
van Transport- en Havenarbeiders te Rotterdam
en naar aanleiding daarvan arriveerde nog
gisteravond alhier de secretaris van dien Bond, de
heer A. W. Heykoop, lid van den gemeenteraad
van Rotterdam, die nog met de werklieden in
eene spoedeischende belegde vergadering confe-
reerde.
Hedpnmorgen begaf zich maar een der werk-
lieden op het bepaalde uur naar het terrein
van het werk, doch in den loop van den vooi-
middag heeft deze ook het werk verlaten.
De werklieden hielden bijeenkomsten, tei wijl
de zaak begrijpelijk ook het onderwerp van
het gesprek is dergenen die uit gebrek aan
werk //aan de brug" staan.
Door de vereeniging „Recht en Plicht is
een manifest verspreid aan de arbeiders en de
burgerij van Ter Neuzen, waarin wordt te kennen
gegeven dat voor eenige maanden alle boot
werkers dezer gemeente zich in de vabver-
eeniging hebben aangesloten, met het doel langs
behoorlijke wegen en door goede middelen
verbetering in hun toestand te brengen, waarmede
zij het voorbeeld volgen van duizenden en tien-
duizenden arbeiders en ook vakgenooten in het
binnen- en buitenland. Zij verklaren het
broodnoodig dat er hier verbetering komt, daai
gedurende 12 jaren de loonen der bootwerkers
niet zijn verbeterd, zelfs verslechterd. Zi)
meenen dat ieder weldenkend mensch begrijpt
dat dit een ongehoorde toestand is, waar het
leven zooveel duurder is geworden en de loonen
der havenarbeiders in bijna alle andere haven-
plaatsen zijn gestegen. De loonen zijn hier
gemiddeld het laagste uit het geheele haven-
bedrijf in Nederland.
Een werkdag van 12 uren wordt voor het
zware werk te lang genoemd, en ook gewezen
op het overwerk, des avonds, des nachts, ook
Zondags, waardoor somtijds in 1 week 90 uren
werd gewerkt.
De vereeniging verklaart te hebben gepoogd
in de slechte toestanden verbetering te brengen
door aan alle patroons een beleefd en behoor-
lijk schrijven te zenden met een billijke loon-
lijst, met verzoek daarover te confereeren. Van
geen enkele patroon is antwoord ontvangeu op
dit, namens alle bootwerkers verzonden schrijven.
Door de Firma Little Johnston werden achter-
hands eenige verbeteringen aangeboden, maar
geen antwoord gezonden aan de vakvereeniging.
Toen het personeel wenschte dat de organisatie
ook antwoord zou ontvangen, werden eerst
alien ontslagen, en later weer in de gelegenheid
gesteld aan het werk te gaan, behalve 5 werk
lieden, waaronder een paar bestuurders der
vakvereeniging.
Dit wordt genoemd een ongemotiveerde brood-
roof.
De voorzitter der vereeniging, die de firma
21 jaar trouw diende, werd zonder eenige reden.
(dus alleen omdat hij vooraan in de organisatie
staat) op straat gesmeten. Dit wilden de vak
genooten niet toelaten, waarom zij weigeren te
te werken alvorens dat ontslag is ingetrokken
en de vakvereeniging erkend.
Het manifest eindigt met een beroep om
steun aan de burgerij en bekendmaking eener
openbare vergadering op heden avoud, waarin
de heer Heykoop eene rede zal houden, met
het onderwerpde strijd in de haven en de
rechten der arbeiders.
We hebben ons naar aanleiding van het ge-
beurde gewend tot de vertegenwoordigers der
betrokken firma om ook van die zijde een en
ander te vernemen omtrent de aanleiding van
het voorgevallene. Allereerst verwees men ons
naar hetgeen door de firma per advertentie en
per ingezonden stuk in ons blad is gepubliceerd,
waaruit naar men meent, voldoende blijken
can van de goede bedoelingen der firma. Er
werd op gewezen dat aan de werklieden billijke
arbeidssvoorwaarden zijn voorgelegd waarmede
ook de werklieden^zelve zich zeer goed konden
vereenigen.
26)
De belegering duurde vijf maanden daar de
bezetting de burgerij tot het uiterste verdedig-
den. Van den 14en Augustus tot den 27en
December duurde de beschietiug uit tweehondeid
vuurmonden, waarop de poorten der vesting
eindelijk geopend werden.
Je grootvader en mijn vader diende in het
keurvorstelijk leger en eerstgenoemde Wolfram
van Zaruba stond bij de compagnie mijns vaders.
De Zeckendorfer daarentegen diende als luitenant
bij de Zweden in Stettin. Zaruba koesterde den
vurigen, hoewel laakbaren wensch, den geluk-
kigen medeminnaar van weleer in den strijd te
ontmoeten en zip oogen flikkerden vol doodelijken
haat, als hij de mogelykheid daarvan besprak.
Eens, na een met de uiterste krachtsinspannmg
en veel bloedverlies teruggeslagen uitval van de
belegerden, kwam 't er op aan de vluchcende
troepen zoo goed mogelijk te vervolgen. Luite
nant Zaruba betoonde zich daarbij bijzonder
ijverig, daar hij steeds hoopte, dat het toeval
hem in aanraking zou brengen met den man
dien hy als een doodsvijand beschouwde.
Hy was met een kleinen troep volgelingen
in de nabijheid van eenige halfverwoeste huizen
gekomen, die op een kleinen afstand van de
vesting werken lagen en waarin, naar het heette
nog eenige vluchtelingen zich ophielden. Men
begon dadelijk de verstrooid liggende gebouwen
te onderzoeken. Vrouwen en kinderen gingen in
alleryl op de vluchteen oude vrouw echter
De firma heeft er ook niet het minste be-
zwaar in dat de werklieden zich organiseeren
in een bond en er bestaat bij hen ook geen
bezwaar tegen hen die deelmaken van het be-
stuur, maar de firma wenscht op het werk
zelf het heft in handen te houden omtrent de
regeling en de wijze waarop dit zal worden
uitgevoerd. Zij kan geen genoegen nemen
met eigendunkelijke handelingen der werklieden
en verlangt dat de leiding van het werk zal
berusten bij de aangewezen bazen en niet bij
de werklieden zelf.
Toen we meer in het bijzonder mededeeling
der redenen van de uitsluiting der 5 personen
oegen, antwoordde men ons dat mededeeling
daarvan overbodig is, want dat de werklieden
zelf, de redenen daarvan zeer goed kennen.
Aan vorenstaande kunnen wenogtoevoegen dat
in den voormiddag van wege de firma Little
Johnston door den omroeper werd bekend ge-
maakt dat dp werklieden die zich des namiddags
1 ure niet op het terrein van den arbeid aan-
meldden om aan het werk te gaan, zouden
worden beschouwd ontslagen te zijn.
Op dat uur heeft zich niemand aangemeld.
De stand der zaak is dus dat de firma thans
alle werklieden ontslagen beschouwt. Omtrent
vdornemens voor de toekomst kon men ons geen
mededeelingen doen.
Onder de werklieden heerscht goeden moed
dat de strijd te hunnen voordeele zal worden
beslist.
vHet Volk" meldt
Het zal niet algemeen bekend zijn dat hier
niet minder dan 400 bootwerkers arbeiden.
Ze zijn sinds een paar maanden alien ge-
organiseerd in een plaatselijke vakvereeniging.
Die vakvereeniging bood den patroons onlangs
eeu loonlijst aan, die eenige verbeteringen be-
vatte.
Daarin heeft de firma Little Johnston aan
leiding gevonden om 5 harer arbeiders te
ontslaan, waaronder de voorzitter en penning-
meester der vakvereeniging.
De arbeiders dier firma zagen daarin een
aanslag op hun organisatie en legden ten getale
van 100 het werk neer.
De vakvereeniging riep de hulp in van den
Centralen Bond van Haven- en Transport-
arbeiders.
De bondssecretaris Heykoop is naar TerNeuzen
vertrokken en heeft er thans de leiding der
staking in handen.
Gisterenavond heeft hij de stakers in een
vergadering toegesproken en heden is een
manifest verspreid om de burgerij in te liehten
omtrent de oorzaak.
Hulst. Zaterdagnamiddag had in het gebouw
der ambachtsschool voor Hulst en omstreken in
tegenwoordigheid van de leerlingen, ouders en
belangstellendeu de uitreiking plaats van de
diploma's aan de leerlingen, die met goed ge-
volg den cursus hadden voleindigd.
Nadat de voorzitter het welkom had toege-
roepen richtte hij zich tot de leerlingen. Hij
deelde hun mede, dat over het algemeen goed
was gewerkt en dat Directeur en leeraren te-
vreden over hen waren, zoodat aan alle leer-
ingen het diploma kon worden uitgereikt.
Hij wenschte de leerlingen geluk met het
behaalde succes en ook kunne ouders. Hij sprak
de hoop uit, dat de ouders voldoening van hunne
jongens mogen hebben en daarin eene vergel-
ding vinden voor de opofferingen, die zij zich
om hunnentwille hebben getroost.
Hij wees er nog op, dat de ambachtsschool
vertelde, dat in het grootste der huizen reeds
sedert den vorigen uitval, die voor ongeveer
acht dagen bad plaats gevonden, een verwond
Zweedsch officier verborgen werd gehouden.
Zaruba liet het huis omsingelen, en de sol-
daten drongen naar binnen. Men ondervond
niet den minsten tegenstand, het gebouw scheen
verlaten en leeg te zijn Zaruba stond buiten,
op zijn degen steunende. Plotseling kwam een
soldaat buiten de deur, een schreiend kind op
den arm en gevolgd door een jonge vrouw met
loshangend haar en gedeeltelijk verscheurde
kleeren.
In een oogwenk was zij door een troep sol-
daten omringd en de drager van het kind be-
zwoer, dat hij het arme wicht op een lans zou
steken, als zij niet bekende, waar de Zweed,
zich hield.
In hartverscheurenden angst smeekte de jonge
vrouw om
weigerde zij zeer
van haar wilde weten
De soldaten zetten de lansen recht op den
grond en de kinderroover hield het kleine nieisje
hoog in de lucht, om het op de scherpe punten
uit te steken. De vrouw gilde hartverscheurend.
de schuilplaats van den vluchteling verried zy
echter niet.
Men zeide baar, dat men tot zes zou tellen
maar dan werd het kind gespietst, zonder dat
er iets aan te doen zou zijn. Eentweedrie
vier—zy stond als een marmeren beeld. Daar
viel haar oog op Zaruba, die in nijdig zwijgen
het tooneel bijwoonde. Zij begon hevig te sid-
deren en met een kreet stortte zy ter aarde
want als een bliksemstraal doortrilde haar de
gedachte, dat van dien man voor het kind en
het leven van het kind, maar toch
zij zeer beslist te zeggen, wat men
geen volslagen ambachtslieden kweekt en dat
de praktyk nog moet aanvullen wat hier geleerd
is. Hij gaf de leerlingen nog eenige nuttige
wenken mede voor hun verder leven en den
raad om wanneer zich in de praktijk eenige
moeilijkheid mocht voordoen inlichtingen in te
winnen bij Directeur en leeraren, die daartoe
gaarne bereid zouden worden gevonden.
Daarna verleende de voorzitter het woord
aan den Directeur,den heer van Beuzekom.
Deze nam afscheid van zijne oud-leerlingen
hen aansporend om steeds bescheiden en beleefd
te zijn en hunne patroons trouw te dienen.
Hij beval hen aan zich in den tegenwoordigen
strijd om het bestaan ordelijk te gedragen,
waardoor zij de achting hunner mede-ingeze-
tenen zouden afdwingen en beter vooruit zouden
komen. Nog deelde hij mede, dat het onder-
wijzend personeel de vertrekkende leerlingen
steeds gaarne met raad en daad zullen bystaan.
Vervolgens las hij de rapportboekjes op, waar
uit de gemaakte vorderingen en vlijt van de
leerlingen blijkt.
Na de diploma's door den voorzitter waren
uitgereikt en door den directeur was toegelicht
welke prijzen aan de leerlingen konden worden
medegegeven verkreeg de gediplomeerde leer-
ling C. A. de Groot van Ter Neuzen het woord
om ook uit naam van zijne inedeleerlingen dank
te brengen aan het Bestuur en aan de Leeraren
voor hunne welwillende bejegening en voor het
degelijk onderwijs, dat zij van hen mochten
ontvangen. Hy eindigde met het uiten van
de beste wenschen voor den verderen bloei van
de sch ool.
De voorzitter dankte, ook namens Bestuur
en leeraren, den leerling De Groot voor zijne
vriendelijke woorden, daaraan toevoegende, dat
het hem eene voldoening was van deze plaats
te kunnen getuigen, dat de tusschen Directeur
en leeraren en leerlingen beerschende geest niet
anders dan uitmuntend kan genoemd worden.
de vrouw van Paul van Wulfen geen genade
te verwachten was.
Zaruba beschouwde de ongelukkige met fon-
keleude oogen. Zijn vijand en alles wat dezen
dierbaar was, bevond zich thans in zijn macht.
Hij behoefde slechts te zwijgen en de smart,
die hij eenmaal gevoeld had zou than3 vergolden
worden.
Plotseling echter sproag hij naderbij, stiet
de soldaten uit elkaar, greep het kind en legde
het in de armen der moeder, die hem met wijd
geopende vragende oogen aanstaarde. Zij kon
geen woord uitentoen zy echter bemerkte,
dat de soldaten aan vier hoeken het huis in
brand staken, sprong zij snel op, het kind kramp-
achtig aan haar borst drukkend. Zaruba had
zich weder eenigszins verwijderd, maar snelde
hem na.
,/Gij waart eens mijn vriend begon zij, hij-
gend van aandoening. //God heeft 't zoo be-
schikt, dat ik uw vriendschap moest verliezen,
maar ge zijt een man, een edelman, en ik ben
een arme, diep rampzalige vrouw. Daar in 't
brandende huis ligt mijn echtgenoot, zwaar ver
wond en niet in staat zich te bewegen. Als
hij geen hulp ontvangt moet hij ellendig in de
vlammen omkomen. Gij zijt zijn vijand, zijn
dubbele vijand, maar, o God hij is de vader
van mijn kind en ik heb hem lief."
Zaruba staarde in de vlammen, die het bijna
geheel van hout opgetrokken gebouw weldra
geheel zouden vernielen. Hij voerde een zwaren,
inwendigen strijd, keek in het geheel vertrokken
o-elaat der vrouw en hoorde het schreien van
t
het kind.
z/Mevrouw," zeide hy, ,/UW echtgenoot is mijn
doodsvijand, maar dat kan my niet verhinderen
De terugkeer naar de mijnen.
Vrydag waren er tusscben de 6500 en 7000
mynwerkers weder aan den arbeid gegaan. Hoe
klein dit aantal nog is, valt op als men het
vergelijkt met het aantal stakende mynwerkers
ruim 8,000,000 en het aantal werklooze mijn-
werkers: 1,052,000.
De mannen uit de Brynkinalt-mynen, te
Crick, wier oproerig optreden de bewaking der
mijningangen door een groote militaire macht
noodzakelijk had gemaakt, gaven het eerste
vredelievende voorbeeld. Met 247 tegen 102
stemmen besloten zij hun onzinnige trouw aan
mannen, die veel beter af zijn dan zij zelven
te laten varen en onmiddellijk weder aan den
arbeid te gaan.
Hit de betreffende mynen wordt thans weer
steenkool in zeer groote hoeveelheden naar
boven gebracht. Alle mijnen in de buurt van
Atherstone, Polesworth en Tamevorth werden
Vrijdag weder opengesteld en ongeveer 2000
mijnwerkers gingen daar weder aan den arbeid.
Deze hervatting van den arbeid gaat overigens
niet overal even vlot in zijn werk en hier en
daar hebben ernstige botsingen met politie en
soldaten plaats. Bij de kolenmijnen van Cadeby
in de buurt van Meyborough, gingen honderden
vrouwen als furien te keer en hitsten htm
mannen op tegen de politie, die een handvol
werkwilligen beschermde. Er werd met steenen
en flesschen geworpen enkele agenten werden
uw vriend te zyn. Hij heeft my alles ontnomen,
maar uw achting en de waardeering, die ik mij
zelf verschuldigd ben, zal hij mij niet ontnemen."
In dit oogenblik kwam mijn vader over het
slagveld aanrennen. Hij herkende de jonge
vrouw en begreep dadelijk wat er gebeurd was.
HWinterberg," riep Zaruba hem toe, mijn
vriend keer terug, en let er niet op, wat hier
voorvaltNeem de manschappen mede, ik zelf
zal u den verrader uitleveren
Zonder een woord te antwoorden, riep rayn
vader de soldaten bijeen en voerde hen naar de
ver verwijderde verzamelplaats der compagnie.
Zaruba vroeg thans aan de jonge vrouw waar
Wulfen zich verscholen had. Zy dorst eerst
niet te antwoorden, omdat zij gehoord had, dat
hy den kapitein beloofde, den verrader te zullen
uitleveren.
z/Gij kunt mij vertrouwen, mevrouwriep
hij ongeduldig. //Antwoorit snel
Toen noemde zy hem de plaats en hij snelde
het huis binnen. De vlammen verzengden hem
hoed en kleeren. de rook verblindde en verstikte
hem byna, terwijl hier en daar de balken reeds
naar beneden stortten. Met mannenmoed wist
hij echter de schuilplaats te ontdekken, waar
de Zeckendorfer lag. Hij hief den reeds be-
wustelooze op en sleepte hem uit zyn vurig
graf naar buiten, waar de vrouw op de knieen
lag, Gods hulp smeekend voor den edelmoe-
digen redder.
(Wordt vervolgd).
VAN