BU RGERLIJ KE STAND. Gevraagd. Hoogwatergetij te Ter Neazen. Tusschen 12 en 1 uur werd Dinsdagnacht de 7Sjarige bierhuishoudster J. S., weduwe van J. J. van der V., wonende aan den Groenen Hilledyk te Rotterdam wakker door een gerucht, dat zij in de gelagkamer hoorde. Zij dacht, dat er een kat was, en stond op. Nauwelijks had zij de deur van haar slaapkamertje, die in de gelagkamer uitkomt, geopend, of een kerel met een zwart gemaakt gezicht greep haar by de keel en duwde het oude vrouwtje, dat beel alleen woont, in haar bed terug. Onder bedrei- ging met den dood, werd naar de bergplaats van haar geld gevraagd. De mannen er zijn er vermoedelijk twee geweest bonden de beenen van het oude mensch, drukten haar kussens op het hoofd en knoopten haar een doek om den hals. In doodsangst deelde de vrouw toen mee, dat er een geldkistje op haar beddeplank stond. Dit kistje namen deinbrekers mee, braken het in het keukentje open en haalden er het geld, f 50 aan rijksdaalders en guldens, uit. Tevoren hadden zij de toon- banklade reeds geopend eu daaruit ongeveer f 3 aan klein geld gestolen. Zij hebben de oude vrouw verder ongemoeid gelaten en zijn verdwenen. Toen zij gedurende eenigen tijd niets meer gehoord had, is de bierhuishoudster, nadat het haar gelukt was haar beenen te bevrijden. opgestaan en naar haar buren geloopen. Zij was door den schrik zoo van streek, dat die haar aanvankelijk niet binnen durfden laten, in de meening dat zij krankzinnig was geworden zoo verwilderd zag zij er uit en zoo woest waren haar gebaren. Er is vervolgens politiehulp ingeroepen. In het keukentje van de weduwe is het openge- broken geldkistje gevouden en daarbij een bei- teltje, dat niet aan de weduwe toebehoort. Dit beitelje is 2 decimeter lang, van boven zwart en de onderste helft blank. Bovenop eindigt het beiteltje in een knopje. Inlichtingen omtrent de herkomst van dit breekwerktuig verzoekt de commissaris van politie aan het bureau aan de Nassaukade. Het is bijna zeker, dat de daders aan de achterzijde van het' huis door een kelderraam, dat niet gesloten was, zijn binnengekomen. In de worsteling met de kerels heeft de oude vrouw krabben en schrammen in het gezicht opgeloopen, en haar lip is ingescheurd. Een onderzoek met den politiehond ingesteld, had geen resultaat. Deelneming in een buitenlandschen tota- lisator. Naar het Hdbl. verneemt, heeft eergisteren de politie proces-verbaal opgemaakt tegen den directeur van een bankinstelling te Amsterdam, die voor het publiek de gelegenheid openstelde, door middel van premie-obligatien deel te nemen in den totalisator van buiten- landsche wedrennen. De bedoelde directeur meent, dat zijn onderneming noch met de zedelijkheidswetten, noch met de loterijwet in strijd is. Dinsdagmorgen is een van het beruchte viertal boeven, die in den nacht van 15 op 16 Juli jl. uit de Bossche gevangenis zijn uitge- broken, n.l. J. A. de Haan, door de Belgische politie aan de Hollandsche marechaussee uit- geleverd. Zulks geschiedde met de grootste voorzorg Dinsdagmorgen om 11 uur aan't station te Esschen, na aankomst van den trein uit Antwerpen. De Haan was in gezelschap van nog een ander sujet, die ook nog rekenschap aan de Hollandsche justitie schuldig was. Tus- schen drie marechaussees, met een zware ketting aan elkaar gekoppeld, daarenboven nog voorzien van de gewone handboeien, werden beiden naar 's-Gravenhage overgebracht, aangezien De Haan feitelijk voor 't Hof veroordeeld was, maar wegens overbevolking der Haagsche strafgevan- genis naar 's-Bosch moest worden overgebracht, van waaruit hij in gezelschap van Donker, Wijneu en Roos door uitbreking wist te ontsnap- pen. In het grauwe gevangenispak ontvlucht, zonder hoed of schoenen, zag hij er nu heel wat fashionabler uit. Netjes in een zwart pak, hooge boord met bolhoed en puntschoenen, zwart snorretje en gladgeschoren gezicht, daarbij lang van gestalte, maakte deze beruchte in- en uitbreker waarlijk geen slecht figuur. Toen dan ook een der Belgische douane- beambten ons vroeg, wie die zwaar geboeide, lange zwarte kerel was en wij hem vertelden dat het een van de beruchte Bossche uitbrekers was, waarover ook in de Belgische couranten kolommen hadden gestaan, keken wij niets verwonderd op, toen hij ons toevoegde,/ahwel das begot n'n chique type, as 't weer maar nie de verkeerde is Opgeruimd met z'n ketting-compagnon bab- belend, stapte hij rechtop tusschen de mare chaussees over het lange perron naar een af- zonderlijk derde klas-coupe, om zonder uit- stappen te Roosendaal naar Den Haag door te reizen. (Grondw.) Te Montfoort heeft de knecht van een molenaar diens paard, dat wat koppig was en niet trekken wilde, zoo aan de tong getrokken dat hij een groot stuk in de hand hield. Het dier zal moeten worden afgemaakt. De politie heeft zich in de zaak gemengd. Men meldt uit Amersfoort over de kazerne- relletjes, Maandagavond in de infauterie-kazerne aldaar het volgende 't Was by den commandent bekend dat er onder de miliciens der lichting 1907 en 1908 wat broeide. In den vooravond was er dan ook in stilte met eenige burgers een vergadering belegd. De grieven, die hoofdzakelijk werden geuit, waren naar hunne meening voorbarige en angstvallige raaatregelen nemen, voor nog in de lucht han- gende en komende gebeurtenissen. ^Laat men ons naar de grenzen stureu, anders naar huis", dat was hun eisch. In het achter de infanteriekazerne opgeslagen tentenkamp, verzamelden zich gedurig groepjes miliciens, die door de surveilleerde onderofficieren uit elkaar werden gedreven. Doch eenige oogen- blikken later had de groote betooging plaats, onder het zingen van socialistische liederen hooren we de kreetffNaar huis, of naar de grenzen". De kapitein B., die handelend optrad, werd door een milicien geslagen en een sergeant van de fiets gerukt. Kolonel Spierings was spoedig in de kazerne alarm werd geblazen en reeds om 9^ uur zagen we de compagniegn onder een streng militair commando uitrukken naar de Leusderheide. De manschappen, die na dien tijd thuis kwamen, werden na 10 uur opgezonden naar de heide. Nog zij vermeld dat 's avonds voor de hoofd- poort der kazerne een groote menigte burgers zich verzameld had, die trachtte in de kazerne met de militaire oproerkraaiers gemeene zaak te maken. Met geweld moest de politiemacht, die in- tusschen verdubbeld was, de lastige burgers uit de kazerne houden, hetgeen haar ten leste gelukte toen de geweren geladen en reeds twee- maal gesommeerd was in naam der Koningin, buiten de kazerne te blijven. Zeven militairen bevinden zich in arrest een voorloopige commissie van officieren heeft de zaak in onderzoek. Naar verluidt staan twee detachementen gereed om te kunnen ver- trekken, waarvan een naar Werkhoven. Zeker is dat dagelijks een groot aantal militairen ge reed wordt gehouden. Oorlog of geen Oorlog. Staatsraad, generaal Den Beer Poortugael schrijft in de N. Crt. Oorlog of geen oorlog? Ziedaar de groote vraag, welke thans veler geruoed vervult. Bestemds is er niets van te zeggen. Hoop en vrees wisselen elkander af. Zoolang de onderhandelingen tusschen Von Kinderlen Wachter en Cambon, tusschen Duitschland en Frankrijk, niet tot een bevredigend einde zijn gebracht, kan men steeds plotseling voor ver- rassingen komen te staan. Ook in 1870 was op een tijd van spanning een van groote ontspanning gevolgd. De Hobenzollern-pretendent had tocb van den Spaanschen troon afgezien. Daarmee dacht ieder den vrede verzekert, toen de oorlog toch plotse ling uitbarstte. Duitschland had een nieuwen eisch gesteld, een die de eer van Frankrijk te na kwam. Bismarck stuurde toen op oorlog aan. Hij had dien noodig om Duitschland te maken tot het machtige Ryk, dat het nu is. Thans beleven wij gelukkig een tijd, waarin noch Duitschland noch Frankrijk een oorlog willen, ja, waarin de regeeringen en de kern der bevolkingen van beide landen dien zelfs, te recht, een ramp achten. Toch is de toestand verre van rooskleurig. lets is er echter wat tot het behoud van den vrede kan medewerken. Daarop wil ik wyzen. Het is de droogte, de buitengewone droogte en hitte, die, in Amerika begonnen, dit jaar geheerscht en nog niet heeft opgehoudende droogte, die de meeste weilanden verschroeit, de beken, bronnen en waterputten doet op- drogen en de oogsten doet mislukken. Voeg daarbij de vee-ziekte, welke zich over Duitschland, Belgie en Nederland heeft ver- spreid, en de stijgende en onrustbarende duurte d( r levensmiddelen voor menschen en voor dieren, zoodanig dat zij in Belgie en in Frankrijk reeds tot oproerige bewegingen aanleiding heeft gegeven, dan zijn dat omstandigheden van zoodanig hoog ernstigen aard, dat regeeringen, als zjj de oorlogskansen overwegen, verplicht zijn daar- mede duchtig rekening te houden. In 1870 ging Bismarck, toen hij met Von Rhoon en Von Moltke den politieken toestand besprak, niet over tot het woordenschrappen in de bekende depeche, waardoor hij het uitbreken van den oorlog bevorderde, voor hij, op zijn vraag aan Von Rhoon of alles bij het leger zoodanig in orde was, dat er met voile ge- rustheid op kon worden gerekend, een beves- tigend antwoord had ontvangen. De legers van beide Staten kunnen en zullen waarschijnlijk in de beste orde verkeeren, maar er is nog een andere macht, die ook een woordje heeft mee te zeggen. De Natuur treedt thans op als goede fee, als vredebe- sehermster. Wanneer 500.000 man Duitsche troepen met 10,000 paarden in den kortst mogelijken tijd moeten worden aangevoerd tegen 500.000 man Fransche troepen, eveneens met 10.000 paarden, op een beperkt operatieterrein, waar tbans de droogte de velden verdord heeft en waternood heeft doen ontstaan, dan kan dit, gevoegd bij de schaarschte van vee en van andere levens middelen, voor de legerverpleging zulke ernstige bezwaren oplevereu, dat de gevolgen ervan op de oorlogs operation bezwaarlijk zijn te overzien. Maar niet alleen de legers, ook de bevolkingen zouden er ontzaglijk onder lijden. Thans vooral zou de oorlog onvermijdelijk acbter zich aan- voeren de vreeselijke en afzichtelijke Megaera, in de gedaanten van hongersnood en pestiientie. De cholera nadert. In de landstreken, waar de oorlog woedt en gebrek en ellende heeft ge- zaaid, zou zij een vruchtbaren voorbereiden bodetn vinden, om rustig en lustig voort te woekeren en geheel West Europa te doen be- smetten. De oorlog is altijd en onder alle omstandig heden een ramp en een diep treurig rechtsmiddel, maar ontzettend zou thans de verantwoordelijk- heid van de machthebbers en van de onderhande- laars zijn, waar het ten slotte niet om een recht, maar slechts om een betrekkelijk nietig belang te doen is, het verkrijgen van wat meer of wat minder handelsbelangen in Marokko. De verantwoordelijkheid van een oorlog onder de vermelde omstandigheden zou zoo ontzettend groot zijn, dat het niet aan te nemen is, dat men het tot eenoorlog zal doen komen, een oorlog die zoo lichtelijk kan overslaan op andere landen en die geweldig zal zijn, als al de vernielkrachten, waarover men tegenwoordig beschikt. worden ontketend en waarvan de fatale terugslag de gansche wereld jaren Jang zal doen lijden. Zulk een oorlog zou zijn niet alleen een misslag, maar een misdaad, een raisdaad jegens de menschheid. Keizer Wilhelm en Fallieres staan daartoe moreel beiden te hoog. De droogte kan m. i. meewerken om het oorlogsgevaar te bezweren. In de Elbe bij Fosta (Saksen) zijn elf man van een patrouille lansiers verdronken. Dat ongeluk heeft zich als volgt toegedragen. Toen de patrouille bij Obervogelnsang door de Elbe wilde trekken, raakten eenige paarden op een diepe plaats in een kolk. Zij werden door den stroorn meegesleurd en zonken met de ruiters weg. Van de patrouille bereikten intusschen twee officieren en een onderofficier den anderen oever. Zoodra de officieren zagen, in welk ge- vaar de manschappen verkeerden, trokken zij hun uniform uit en wierpen zich in het water, orn hen te redden. Maar er ging zulk een sterke stroom, dat zij niet in het midden konden komen. De officieren liepen zelven zooveel ge- vaar, dat een man, die aan den oever woont, hun te hulp moest komen. Inmiddels waren schippers met booten de drenkelingen midden in de rivier te hulp geschoten. Maar zij konden hen niet meer redden. Later zijn de elflijken alien uit het water gehaald. Een officier van gezondheid beproefde vergeefs wat zijne kunst vermocht, geen enkele was meer bij tebrengen. De doodeu waren een onderofficier, drie brigadiers, vijf lansiers en twee reservisten. Uit Oporto wordt gemeld dat een trein ontspoorde doordat men een steen op den spoor- weg gelegd had. De locomotief, de bagage- wagen en zeven wagons zijn in de Doure ge- stort. Drie personen zijn omgekomen eenige zijn er gewond. Oorlogskosten. Een Fransch officier, Lauth, heeft in het ^Journal des Sciences Militaires" eens uitgerekend, wat in den tegen- woordigen tijd een oorlog tusschen Duitschland en Frankrijk zou kosten. Als Franknjk rnobili- seerde, dan zou dat een dagelijksche uitgaaf beteekenen van 30,652,500 francs terwijl Duitschland in geval van mobilisatie iets meer. n.l. 36,630,000 francs per dag zou hebben uit te geveu. Daarbij zijn de reserven echter nog niet meegerekend, zoodat Duitschland, als de landstorm ook opgeroepen werd, dagelijks 76,900,000 francs zou hebben uit te geven. Een oorlog tusschen Frankrijk en Duitschland, die slechts een maand zou duren, zou aan Frankrijk derhalve een kosten veroorzaken van 918,375,000 francs, dus byna een milliard, en wanneer de oorlog een jaar gerekt zou worden, zou Frankrijk 11,020,500,000 francs hebben uit te geven, terwijl voor Duitschland de maan- delyksche kosten zonder landstorm 1,698,900,000, met landstorm 2,307,000,000 bedragen zouden, en de kosten van een jaar oorlog 13,186,800,000, of met landstorm zelfs 27,684,000,000 francs. De gespannen internationale verhoudingen schijnen in de naburige Duitsche grensdorpen aanleiding te geven tot uitwijkingen van dienst- plichtigen, die vreezen in actieven dienst te zullen worden opgeroepen. Uit een Pruisisch dorp by Sittard zijn drie, en uit een ander twee jonggehuwde jongelieden naar bittard uitge- weken, die, zooals zij zeiden, niet meer naar Pruisen wilden terugkeeren, daar zij liever hun vaderland verlieten, dan in den oorlog te gaan. Het gebrek aan water wordt voor de Ar- dennen een echte ramp, aldus meldt het/yllan- delsbl. v. Antw." De rivieren en het meeste deel der bronnen zijn uitgedroogd. Te Neufchateau zijn strenge maatregelen ge- nomen. De inwoners hebben slechts alle twee dagen toegang tot de open bare fonteinen elke huishoudster heeft recht op twee emmers drink- water. Te Habay-Ia-Neuve heeft de wateruitdeeling in den voormiddag plaats en zulks met groote zuinigheid. 'sNamiddags zijn de pompen ge sloten en wordt de toegang tot de fonteinen streng bewaakt. Te Beheme, L'Eglise, Lonftimont, Viessart, Anlier, is de toestand dezelfdeop zekere plaatsen denkt men dat er binnen kort geen water meer zal zijn in de drinkplaatsen. Het water wordt kostelijk en de inwoners vragen zich ongerust af, wat er gaat gebeuren met het vee, dat bijna geen voeder meer heeft en nu nog van water beroofd gaat worden. Stakende voerlui hebben Dinsdagmiddag in de Liebigstrasse te Dusseldorp een bejaarden kameraad, die aan het werk gebleven was, aan- gevallen en doodgeslagen. Te Bosen in Tirol werd sedert 12 Aug. een Engelsche dame vermist. Men heeft nu haar lijk gevouden. Zij is op de Jenesien van een voetpad gegleden en 200 meter diep ge- vallen in een kloof. Ze moet nog een tijdlang geleefd hebben, want ze had haar kleeren in reepen gescheurd, blijkbaar om te trachten zich daarmee omhoog te werken. Het Engelsche dorp Cukoo werd Dinsdag nacht om drie uur uit den slaap opgeschrikt door een ontzettenden knal. Een gebrekkige, John Vaughan geheeten, had zijn vrouw en zijn zoon, die in diepen slaap gedommeld lagen, in de lucht laten vlieger, door onder hun bedden een mijnpatroontotontploffingtebrengen. Vaughan zelf was door de rondvliegende stukken ijzer van de ledikanten getroffen ge worden, en werd een paar uur later met ver- pletterden kaak in een schuur gevonden hij stierf even later. Intusschen brandde het huis af, en daarmede de vreeselijk toegetakelde lijken. De reden tot de daad moet gezocht worden in ijverzucht van den gebrekkige op een kennis, die naar het heet, meer dan noodig met aughan s vrouw bevriend was. Meermalen wordt een geneesroiddel gevraagd tegen de kwellingen van aambeien. Voor lien, die Foster's Zalf kennen, zal het niet moeilyk vallen deze vraag te beantwoorden. Allen, die aan aambeien lijden, weten hoe hinderly'k, pijnlijk, kwellend deze kunnen zijn. Dikwijls in bet den lijder onmogelyk te staan, te liggen of te zitten en weet hij niet welke houdtng hij moet aanneroen om de pijn tot bedaren te brengen. Aambeien komen gewooDlijk meer bij vrouwen voor dan by mannenzy worden vaak veroorzaakt door hardnekkige ver- stopping en vertoonen zich dikwijls na de ge- boorte van een kind. Voor aambeien, hetzij in- of uuwendtg, is Foster's Zalf het geneesmiddel bij uitneraendheid. Vanaf de eerste aanwending doet haar verzach- tende werking zich gevoelen en talrijk zyn de gevallen, waarin na het gebruik van slechts een doos de patient van zijn lijden verlost was. Foster's Zalf (let op den juisten naam) is te Ter Neuzen verkrijgbaar bij den beer A. van Overbeeke-Leunis, Westkolkstraat. Toezending geschiedt franco na ontvangst van postwissel a 1 75 voor een of lj),— voor zes doozen. dagen. Voorm. Nam. Zaterdag 16 September Zondag 17 i Maandag 18 u Dinsdag 19 n Woensdag 20 a Donderdag 21 r Vrydag 22 n 6.47 8.7 9.52 11.23 0.50 1.32 7.22 8.59 10.40 11.56 12.24 l.ll 1.51 llouteniaiM*. Geboorten. 16 Aug. Petrns Joseph, z. van Desird Colsen en van Johanna van Heese. 20 Aug. Anna Paulina, d. van Josephus Hiel en van Maria Paulina van Heese. Bernardus Constantinus, z. van Augustus Reyns en van Rosalia de Ilakker. 22 Aug. JosephuB Jacobus, z. van Honor£ Bisschop en van Philomena Maria Margaretha Poppe. 27 Aug. Juliana Maria, d. van Pieter Poltliet en van Anna Maria Daalman. 28 Aug. Mathilda Apolonia, d. van Petrus de Bakker en van Maria Agatha van Heese. 30 Aug. Klisabetn Martina, d. van Theodorus Alouisius Buijsrogge en van Rosalia Colsen. Anna, d. van Krancies de Waal en van Louisa Neve. Overlijdeo. 16 Aug. Bernardus Verraeire, oud bi j., echtg. van Elisabeth de Maaijer. 18 Aug. Floran Seraphinus Marie Neve, oud 5 m., z. van Petrus Johannes en van Leonia Maria Blauwaert. 19 Aug. Ednardus Gisclenus van Kerkhoven. oud 6 w., z. van Alouisius Albertus Prancies en van Phelomena Hendriks. 21 Aug. Johanna van den Haute, oud 78 j., echtg. van 1 ieter Franciscus van den Bosch. 22 Aug. Theodoras I eti us Freiiser, oud 3 m„ z. van Desird en van 1 eonia Maria Lauwerijs. 23 Aug. Josephus Constantinus van Waterschoot, oud 3 m.. z. van Petrus Johannes en van Appolonia Heyman. 24 Aug. Petrus Joseph Colsen, oud 8 d., z. van DesirS en van Johanna van Heese. Ferdinandus Jacobus lloefeijzers, oud 76 j., echtg. van Paulina Caminaert. 25 Aug. Elisabeth Paulma van Meelen, de oud 12 d., z. van Alphousus Maria en van Anna Maria Dalie.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1911 | | pagina 2