AI g e m e e n
Nieuws- en Advertentieblad
voor
Zeeuwsch-Vlaandere n.
Dinsdag 15 Augustus 1911.
51e Jaargang.
Binnenland.
f euTlTTe ton.
BEN OOMJUITEIT.
ABONNEMBNT:
Per Irie maanden binnen Te, N.uzen 1,_. Franco par port:Voor
v j i t* i 10 Vnor Beleie f 1,40. Voor Amenka l,o^ /s en voor
bet 'overige Buitenland 1,65. Men abonneert zich by alle Boekhande-
laars, Postdirecteuren en Brievenbushouders.
Telefoon No. 25. - Inzending van advertentien vdor d
"0,at de
prjjs slechts tweemaal berekend. Vorekend
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Mr. J. C. de Marez Oyens.
Het liik van den sedert 3 dezer vermisten
t j. jyiarez
het
aan
Nederlandschen oud-minister J. C. de
Oyens werd Vrijdagmiddag bij Wang
bergpad van Geist, gevonden.
Aangezien alle voorwerpen van waarde, die
de heer De Marez Oyens bij zich droeg, op het
stoffelijk overschot gevonden werden, wordt de
mogelijkheid van misdaad uitgesloten en heeft
men te denken aan een ongeluk, den oud-
minister overkomen.
Vermoedelijk is de heer De Marez Oyens
eis^r een beroerte getroffen en tengevolge daar-
hah gf wleden.
de'De sVagsche correspondent van de Tel. schijft
de Er is geen party, of zij heeft er onder haar
Eguren enkele, die met hoofd en schouders bo-
ven de anderen uitsteken, die door bun talen-
ten naar den voorgrond worden geschoven,
zonder zelf die voorste plaats met opzet te
zoeken. Maar zelfs die enkelen kunt ge dan
nog schiften, en niet zeldzaam is het, dat ein-
delijk zij het hoogst worden aangeslagen, die,
behalve door hun kennis en talent, uitblinken
door 't goud van hun karakter en 't schitteren
van een edelen geest. Tot deze laatsten be-
hoorde de anti-revolutionnaire staatsman. De
Marez Oyens, wiens droeve dood de natie nu
gedenkt. Edelman, niet van geboorte, maar
van geest, zijn er weinigen in den lande, die
zoo gedragen worden ook door des tegenstan-
ders sympathie, als deze man het by zijn leven
werd gedaan. Een eerlijk christen, een recht-
vaardig christen, en een blijmoedig christen
dat was hij. Geen partij, die over zoovele
steile figuren beschikt, als de anti-revolution
naire. Mannen, trouw van hart, maar bij wien
het beginsel een soort fanatisme is geworden.
Oyens was niet alzoo. Hij stond vooraan in
den vleugel der veraraagzamen van zijn partij.
Daar was in het spreken en het doen van
dezen man geen zweem onwaarachtigheid of
gekunsteldheid hij gat u, in deze tijden, dat
de succes-politiek zooveel namaak naar de
Calvinisten voert, de charme, de bekoring van
een echten christen, wiens overtuiging, wiens
levens-opvatting en levens-beschouwing ten
slotte nog soepel genoeg is, om de overtuiging
van wie lijnrecht tegenover hem staat, vol en
eerlijk te respecteeren. Nog kort geleden heeft
De Marez Oyens bewezen, hoe echt, hoe be-
minnelijk, hoe sympathiek, maar daarnaast hoe
Als mevrouw Alers haai" dan vertelde hoe
Eduard van Houtheim al sedert zijn jongelings-
jaren met nooit rustende vlijt en helderen biik
overal op het goed verbeteringen en verfraaii'n-
gen had aangebracht en steeds vol acbting van
den man sprak, wien dit kleine rijk eigenlijk
zijn bloei te danken had ja, dan werd het
warm om het hart en gevoelde zij, dat Eduard
van Houtheim wefkelijk een man moest zijn.
Dan maakte zij onwillekeurig vergelijkingen
tusschen oom en neef en dan steeg de heerscher
van Dennenrode, een type van een flink man,
steeds hooger in hare achting.
En daar kwam hij nu zelt' weer aan, en nog
wel te voet van Nunspeet, zooals hij later
schertsend verklaarde, omdat mevrouw Alers
wel alle paarden in de boerderij aan het werk
zou hebben gezet en hij dus toch niet zou
kunnen rijden.
De dames zaten juist aan de theetafel, taen
er even aan de deur werd geklopt, waarop hij
dadeljjk haastig binnentrad. Hetty sprong
verschrikt op een donkere bios kwam op haar
wangen, ternauwernood kon zij zijn eenvoudigen,
harteljjken groet beantwoorden. Zii was zeer
krachtig-geworteld in hem zijn beginsel is.
Bij het laatste algemeeu debat in de Eerste
Kamer hield hij een rede, die ieder trof en voor
hem innam. Er zijn mannen, ook vooraan-
staande, in het parlement, die, wanneer ze over
hun christelijkheid gaan spreken, een lichte
wrevel wekken, en een giimlach. Want zij
paradeeren met hun beginsel. Maken er reclame
mee. Maar als Oyens sprak over het Christen
dom in de staatkunde, en als Oyens klaagde
over het toenemend geloofs-verval dan werd
het stil. Dan voelde men dien diepen eerbied
over zich komen dien men verschuldigd is aan
wat een ander het beste, het schoonste en het
dierbaarste is van zijn leven, ook, al is men
het absoluut niet met hem eens. Dan voelde
men de waarheid van Thorbecke's woord
,/Het heilige voor een ander is mij heilig in
zijn ziel."
De dood van dezen man ontroert.
Schoon aan hevige doofheid lijdend, die hem
bij zijn parlementairen arbeid zeer hinderde,
was hij zoo uiterlijk een gezond, krachtig man.
Een sierlijke, decoratieve figuur, indrukwekkend.
Onberispelijk, ja, zelfs elegant in uiterlijke vei-
zorging. Z'n lange grijze baard, de bekende,
door Hahn zoo vaak geteekende, zwierige witte
haartooi, gaven hem een decoratief voorkomen,
doch deden hem anderzijds wel de 66 jaren
aanzien, die hij telde. Johannes Christiaan de
Marez Oyens werd in 1845 te Amsterdam ge
boren, bezocht de Universiteiten van Leiden en
Heidelberg, om in 1872 in de sleutelstad tot
doctor in de rec'ntswetenschap te promoveeren.
Gedurende tien achtereenvolgende jaren was hij
daarna advocaat en plaatsvervangend kanton-
rechter te Amsterdam, om vervolgens in den
dienst aan 'a lands departementen over te gaan.
Van '82 tot '85 was hij referendaris aan het
Ministerie van Kolonien en van '85 tot 1901
administrateur van het departement van Water-
staat, Handel en Nijverheid.
Toen in laatstgenoemd jaar de rechterzijde
aan de stembus de overwinning behaalde. trad
Oyens op als minister van Waterstaat, Handel
en Nijverheid in het kabinet Kuyper. De meest
bekende gebeurtenis tijdens zijn bewind is wel
Boocerhuis kreeg in Oyens een man van beteekems
tde niet zou nalaten het peil van het parlement
te verhoogen. Hij heeft het gedaan. fechoon
hi) slechts een jaar zitting had, hield hij in de
Eerste Kamer reeds menige voortreffelijke rede-
voering.
Bekend is het sensationeele advies, dat hy in
het afgeloopen voorjaar gaf, om, nu de staat
van 's lands fin^ncien tot bezuiniging dwingt,
die bezuiniging het eerst toe te passen op wat
men zelf het liefst wildit naar aanleiding van
het voornemen der regeering om subsidie voor
den bouw van christelijke scholen toe te staan.
ffAls er offers gebracht moeten worden zei
Oyens, //moet men zelf met het brengen van
offers beginnen en niet den tegenstander er toe
dwingen". Deze woorden, die een illustratie
zyn van zijn eigenschappen, gelijk wij die boven
schetsen, een duidelijk blijk van zijn onaihan-
kelykheid en ruimen blik, wekten in anti-
revolutionnaire kringen beroering. Minister
Heemskerk kwam er tegen op, en dr. Kuyper
in ,/De Standaard" ook. Zij bewijzen echter,
dat De Marez Oyens in het partij-verband niet
zyn persoonlijkheid en eigen, vrije overtuiging
had zien te loor gaan.
En wat zullen we verder van hem zeg-
gen Wijzen op zyn bekwaamheid, en op de
uitgebreide massa kennis, dat hij op veleilei
gebied had eigen gemaakt Zyn verdiensten
als redenaar roemen, wij I er weinigen zijn in
het parlement met Oyens' sierlijke, aangename
jrelbespraaktheid Mededeelen, dat hij op
sociaal en philanthropised gebied menigen post
van vertrouwen bekleedde, in verschillende
staatscommissies en andere lichamen als voor-
zitter of lid zitting nam P Of - eindelijk de
ridderorden opnoemen die hij bezat, en waarby
de Koningin nog slechts enkele dagen geleden
het commaudeurskruis van Oranje-Nassau
voegde
Wij doen het niet.
Deze man heeft de mooiste en beste ndder
orde verworven die er bestaatsterven na een
vruchtbaar, eerlijk leven, onder de innige deel
neming en hoogachting van vriend en tegen
stander. En deze orde verwierf Oyens met
bekende gebeurtenis tijdens zyn bewind is wel fc een gtaatshoofdi maar door
de befaamde spoorwegstaking van 1903 gewee8t. van een 0ngerept karakter.
Oyens' naam stond echter ook onder vele zeer
belangrijke wetsontwerpen, die van 1901 tot
1905 werden ingediend, doch niet behandeld.
Met den val van het ministerie-Kuvper trad hy
in 't ambtelooze leven terug, maar toen het
vorig jaar de Staten van Znid-Holland baron
Van Heeckeren uit de Eerste Kamer joegen.
werd De Marez Oyens er ingebracht. Vriend
en vi]aud hebben die keuze toegejuicht. Ons
in de laatste jaren in erehalte snel dalende
den adeldom van een ongerept karakter.
De beroemde Nederlandsche kunstschilder
Jozef Israels is overleden.
ontroerd, toen hij, haar kleine hand vattend,
haar met zijn groote uogen aanzag, als kon hy
raden wat er in haar oraging.
„Is alles goed gegaan in mijn afwezigheid,
mijn beste mevrouwtje
Alles in orde mijnheer de baron Bet hooi
is binnen en
„Dat bedoel ik niet, beste mevrouw", zei hij
lachend. ,/Ik wilde maar weten, of u uw strenge
heerschappij ook al te onbarmhartig aan onze
lieve gast heeft doen gevoelen, dat is alles.
Maar geef mij, wat ik u mag verzpeken, nu
eens een kopje thee dat is weer iets anders
dan wat er alzoo in de wachtkamers en restau
ratie's te krijgen is." En nu ging hij naast
Hetty zitten. Hij moest wel een verbazenden
honger hebben, want Hetty kon hem het brood
en de boter, de worst en verdere heerlijkheden
niet vaak genoeg aanreiken. Hij praatte daarbij
over alles wat te bedenken viel, behalve over
het doel en de gevolgen van zijn reis Wanneer
miss Green hem vragend aanzag, schudde hy
slechts het hoofd en eerst toen mevrouw Alers
veelbeteekenend met het sleutelmandje begon
te rammelen, zei hij ernstig
,/Morgen, miss Green. Morgen is er weer
een dag."
TER NEUZEN, 14 Augustus 1911.
By de oproeping van sollicitanten voor
de betrekking van onderwijzeres aan school B
alhier, hebben zich 11 sollicitanten aangemeld.
morgen en in de stilte daar van kwam er bij Hetty
een besluit tot stand. Zij mocht niet langer
op Dennenrode blijven, geen dag meer met hem
onder een dak vertoeven. Ja met hem
Dat dwaze hart. Wenschte dat een nieuwe
stryd aan te vangen, en nieuwe smart te ver-
duren? Hetty drukte de handen op de borst
en nam zich voor vele mijleu afstand te brengen
tusschen haar en Dennenrode. Zij kwam zich
zelf slecht voor, om enkele dagen nadat een
gedroomd geluk in puin was gevallen, in haar
borst een nieuw gevoel te zieti ontwaken, dat
wel anders was. dan dat, hetgeen haar met
Frans had vereenigd, maar daarom ook zooveel
te gevaarlyker. Zij, een jong ding, waarvoor
men •medelijden en deelneming gevoelt meer
niet, wat kon zij voor Eduard van Houtheim
zijn? Weg, wegzoo spoedig mogelijk
zoo ver mogelijk. Maar dit scheiden zou zwaar
vallen.
Den volgenden morgen, nadat mevrouw Alers
van het ontbijt was opgestaan, begon Van
Houtheim uit zichzelf verslag te geven van
zyn zending. Hij vertelde zyn gesprek met
Frans, hoe hij vol hoop naar Louise was gegaan
hoe zij hem kort en beslist haar antwoord
Voor de oproeping van sollicitanten naar
de betrekking van onderwijzer met acte jansche
taal enz. (vacature-Ridderikhoff) heeft zich slecht.
een sollicitant aangemeld.
Op de voordracht voor de benoeming
eener onderwijzeres aan eene der openbare
scholen te Rotterdam, komt voor A. H. van
Borssum Waalkes, wed. Valk, alhier.
Op de voordracht, ter benoeming van een
onderwijzer met verplichte hoofdakte te lissin-
gen (voorloopig werkzaam te stellen aan school
B) zijn geplaatst de heerenD. C. Was, te
Zuidlaren Th. A. van Dijk, te Haulerwyk en
J. de Jonge te Ter Neuzen.
De behoefte aan drinkwater doet zich hier
ook meer en meer nijpend gevoelen. De ver
schillende regenbakken, waaruit water werd
verstrekt, zijn ledig. De ongekende langdunge
droogte, waaraan een droog voorjaar vooraf-
cring maakt dat alles uitgeput geraakt.
Blijkens de advertentie in dit blad is nu
gratis drinkwater te bekomen in de lolaag van
den Nieuw Neuzenpolder, terwyl ook water
verkocht wordt uit de tunnels van de schoor-
steenen der staalfabriek, die vele duizenden
emmers water bevatten.
Als er een sleepboot uit de Hollandsche stroo-
men arriveert, is dit een buitenkansje voor vele
huismoeders, die er veel geduld voor over hebben
om van de welwillende kapiteins een paar emmers
water te bekomen.
Zaterdag is alhier en in de omgevlng in
den vroegen morgen een vliegmachine waarge-
nomen. Hier zweefde het vliegtuig (no. Jl)
over de terreinen der staalfabriek en verdween
in de richting van Hoek.
Velen maakten reeds herhaaldelyk tevergeets
eene reis om eene vliegdemonstratie by te
wonen en de landlieden die Zaterdag vroeg aan
den arbeid waren, kregen die, op't onverwachts,
gratis.
Het concert, gisterenavond door hetmuziek-
gezelschap „De Vereenigde Werklieden" alhier
in den tuin van den heer Joz. de Fey ter gegeven
ten voordeele van het instrumentenfonds, leverde
een bevredigend resultaat op. Het bezoek was
zeer goed te noemen en een vaneerend pro-
gramma werd met succes uitgevoeid.
□e vliegdag.
Langdurige hondsdagen
De stekende zon, die loodrecht op het aardry
nederviel, kon ons niet weerhouden om klok-
sla<r 12 uur naar het station te gaan, en daar
in de broeiende kussens van een tweede klasse
coupe' neer te vallen, gebraden, gebakken. Het
gansche puffende en blazende menschdom is
onder hoogen warmte-druk. Eerst hoed af, dan,
verlof der dames, de jas uit en waren we
alleen geweest, wie weet, welke kleedingstukken
nog gevolgd waren.
In Selzaete aangekomen, zagen we een enorme
drukte, men hoorde niets dan „vliegen ,/vlie-
en
Er lag een lange nacht tusschen avoud en
had gegeven. //Het is een flink meisje, die
Louise van Elderen", zei hij ten slotte. //Het
doet mij leed, dat zij en Frans geen paar zullen
worden."
Hetty zuchtte treurig. Wat spijt mij dat
want niemand weet beter dan ik hoe zy by
elkaar passen, hoe de een juist aanvult, wat de
ander mist. Geloof my, mijnheer Van Hout
heim, ik maak mij zelf er een verwyt van, dat
ik tusschen hen gekomen ben."
z/Daarvoor bestaat geen grond", viel hy haar
met klem in de rede. „lntegendeel, lieve
juffrou w, zonder u waren deze beide menscben
en ten minste* Frans niet tot een helder be-
wustzijn van zijn liefde gekomen. De laatste
webeurtenissen hebben hem wakker geschud.
Tk hoop, dat hij nu een man zal worden
Zij zag bedeesd naar hem op.
„Wat wil hij nu doen?" vroeg zy zacht.
/;u stelt nog altijd veel belang in
zei hij kortaf, het voorhoofd een oogenblik
fronsend.
,/Dat is niet meer dan natuurlyk zei ze
zonder aarzeling. //Wij hebben ons in elkaar
vergist van beide kanten zoodat we elkaar
niets kunnen verwijten. Maar ik hoop dat hy
later met vriedschappelijke gevoelens aan my
zal denken, zooals ik het nu reeds doe.
(Wordt vervolgd).
TBOlraSCHE COTIAIT