7sr KGUZGnschs Courant
laterdag 29 April 1911. No. 5602.
PE3RDB BIjAD.
Gemeenteraad van Ter Neuzen.
3. Verordaningen tot heffing en invordering van
loon voor het keuren van vee, vleesch en visch.
5. Omvraag.
6*. Primitief kohier van den hoofdelijken omslag.
Ter behandeling hiervan gaat de openbare zitting over
in eene met gesloten deuren, die, onderbroken door eene
pauze, tot des avonds wordt voortgezet en daarna verdaagd
tot Vrijdagmorgen 10 ure.
ZKETIJDINtiKN.
Van 26 tot en met 27 April.
Van 26 tot en met 27 April werden langs de
Oostsluizen alhier 17 binnenvaartuigen op- en
25 afgeschut; door de Westsl. 11 op- en 30
afgeschut.
fit.title der Uttoonitchepen.
VAN
Vergadering van Donderdag 27 April 1911.
(V E R V 0 L G).
Voorzitter de heer J. A. P. Geill, burgemeester.
Aanwezig de heeren Visser, Dees, Wieland, Moggre,
De Jager, Lensen, Drost, De Feijter en Donze.
Afwezig de heeren Scheele, Van de Ree en De Bruijne.
Een vacature.
i. Een adres van bet bestuur der vereeniging »De
Vereenigde Handwerkslieden" te Ter Neuzen, waarin er
op wordt gewezen dat de vereeniging sedert eemge jaren
uit de gemeentefondsen eene subsidie gemet van 159
'sjaars, ook voor het jaar 1911, voor het, gedurende 25
we ken per jaar door de vereeniging gegeven wordend vak-
onderwijs en aan welk onderwijs werkzaam zyn t onder-
^D^vereeniging is dankbaar voor den genoten steun, doch
wendt zich thans tot den Raad met het verzoek die sub
sidie te continueeren, doch thans te verhoogen tot 180
%ris namelijk den directeur en de onderwijzers ge-
bleken dat eenige uitbreiding van het onderwijs zeer
noodig is Zoo onder meer stoot men telkens op geene of te
weinig kennis van werktuigkunde bij de leerlingen der
derde en vierde klassen, terwijl eenige elementaire kennis
van deze wetenschap onmisbaar is voor den handwerks-
man Zoo ook zou moeten kunnen worden toegegeven
aan 'den drang der leerlingen die de 4 klassen hebben
doorloopen orn nog een paar avonden per week het vak-
teekenen bij te houden. Dit meerder onderwijs ware te
seven in 15 van de 25 weken waarin jaarlijks het onder
wijs wordt verstrekt en welke 15 weken zijn aan te
merken als een tijdperk waarin des avonds zoo 111 net najaar
als in het voorjaar nog geen loonend handwerksarbeid
wordt verricht.
De lesrooster zou voor dit tijdvak, behoudens goedkeunng
der autoriteiten hiertoe uitbreiding en aanvulling behoeven
en worden ingericht als in bijlage I wordt voorgesteld,
terwijl voor de overige 10 weken de rooster blyft gelden,
zooals hij thans voor de geheele 25 weken van den cursus
is en zooals hij voorkomt aan de rechterzyde der bylage.
De lesuren zouden dus per cursus 1 jaar vermeerderen
met 15 X (55—38) of 255. wat ad 0,65 per uur eene
meerdere jaarlijksche uitgaaf aan salarissen voor de onder
wijzers geven zou varf 165.75, met inbegnp der kosten
van leermiddelen en van meerder verwarming en verlichting
der lokalen zou de totale meerdere uitgaaf een bedrag
beloopen van f 200.
Deze meerdere uitgaaf kan de vereeniging met dragen.
terwijl evenmin deze uren zouden zijn af te nemen vail
het overige onderwijs.
De vereeniging zal daarom doen wat in hare macht is
en haar jaarlijksche bijdrage van 160 op 180 brengen.
Wanneer nu de overige 180 kon worden gevonden in
een verhoogd jaarlijksch subsidie met 100 van het Rijk,
f 50 van de provincie Zeeland en f 30 van de gemeente
Ter Neuzen, dan was het onderwijs waar het redelyker
wijze is te brengen.
Ten slotte wordt bericht dat de noodige verzoeken aan
H. M. de Koningin en de Provinciate Staten reeds zijn
verzonden.
De Voorzitter deelt mede dat met verzoek om bericht
en raad van Ged. Staten is ontvangen hetzelfde adres van
genoemde vereeniging met verzoek om subsidie aan de
provincie. Tevens wordt gevraagd naar het resultaat der
pogingen om de teekenschool der adresseerende vereeniging
te doen samensmelten met die der Christelijke werklieden-
vereeniging.
Burg en Weth. staan hier, verklaart spreker, voor een
heel moeilijk geval. Burg, en Weth. wilden voorstellen
om de subsidie van J 150 weer opmeuw toe te kennen,
maar nu komt onverwacht het verzoek der vereeniging
om de subsidie met 30 te verhoogen. Wanneer de Raad
dat niet geeft, krijgen ze het ook met van de provincie
en vail het rijk, waarom Burg, en Weth. besloten hebben
voor te stellen die 30 maar bij te passen. Gaat de
Raad daarmede accoord dan kan zulks aan Ged. Staten
worden bericht en wat aangaat de pogingen tot samen-
smelting, dienaangaande kan hetzelfde worden geschreven
wat het vorig jaar reeds aan Ged. Staten is bericht.
De heer De Jager merkt op dat, als de Raad thans heen-
aaat en aan dat verzoek om verhooging gevolg geeft, hij
ook maar moeilijk zal kunnen weigeren als er ook van de
vereeniging Romeinen 13 1 een verzoek om meer subsidie
komt, °Hij weet in het geheel niet of dat komen zal,
maar het zou toch mogelijk zyn en daar men dat dan ook
maar moeilijk zou kunnen weigeren, wordt het voor de
gemeentekas weer een dubbele verhooging. Hel is moge
lijk dat het aan het aantal leerlingen ligt, maar wanneer
hij nagaat het bedrag dat beide vereenigingen noodig
hebben, dan komt het henp voor dat de eene wel wat
zuiniger wordt- beheerd dan de andere.
De Voorzitter deelt mede dat Burg, en Weth. de door
den heer De Jager geopperde mogelijkheid ook in hun
college besproken hebben, maar de omstandigheid dat
het liier eene nuttige zaak geldt, blijkens de resultaten
van veel beteekenis voor de aanstaande ambachtsheden
hebben hen geleid tot het besluit om inwilliging van het
verzoek voor te stellen, ook op grond van de omstandigheid
dat, wanneer de gemeente het niet geeft, ook van pro
vincie en rijk de verhooging niet verkregen wordt En
mocht de andere vereeniging ook komen, wat Burg, en
Weth. niet hopen, dan zou nader kunnen overwogen
worden, hoe daaromtrent moet worden gehandeld.
Bij Bur", en Weth. is ook van Gedep. Staten een
verzoek van de Christelijke Werkliedenvereeniging inge-
komen met verzoek daaromtrent te berichten of de liaad
verrnoedelijk subsidie zal verleenen, hoeveel leerlingen uit
andere gemeenten de school bezoeken en ook hoe het
staat met de samenwerking met de andere vereeniging.
De heer De Jager meent dat het vorig jaar nog besproken
is om de beide vereenigingen een gelijk bedrag aan
subsidie te geven, doch dat later is goedgevonden het
op 150 voor de eene en 100 voor de andere telaten;
wordt die 150 nu 180, dan wordt het verschil nog
aanmerkelijk grooter.
De Voorzitter geeft toe dat daarover wel gesproken is,
maar dat het toch niet aangaat aldus te handelen, daar
de eene meer leerlingen telt en meer uren les geeft dan
de andere.
De beer Dees merkt op dat hij, in verband met hetgeen
nog komen kan, ook eenigermate zijn stem in deze heeft
voorbehouden. Hij wijst er op dat er ook leerlingen gaan
van de gemeenten Hoek en Zaamslag. Die gemeenten
hebben dus ook belang bij de school. Daarom zou hij het
gewenscht achten dat ook bij die gemeenten eens werd
aangeklopt om eene hoogere subsidie. Aan de ambachts-
school te Hulst wordt van wege deze gemeente ook subsidie
verleend. Van de andere zijde kan men ook aankloppen
om subsidie en men kan van deze vereeniging later ook
nog wel verder willen gaan, men kon wel plan krijgen
om er eene volledige ambachtsschool van te maken.
Daarnaar gevraagd deelt de Voorzitter mede dat op e
begrooting geraamd wordt f 550 subsidie van het rijk, j -ou
van de provincie, 180 van de gemeente Ter Neuzen.
25 van Zaamslag en 10 van Hoek, te samen ongeveer
f 1000.
De heer Wieland merkt op dat tegenover die groote
som van subsidie slechts een bedrag van f 25 aan school-
geld geraamd wordt. Hij acht dat al zeer weinig. a
is dan misschien maar een kwartje per leerling. Dit is
toch veel te weinig, wanneer men weet dat er leerlingen
zijn, uit Zaamslag b. v. die het zeer goed betalen kunnen.
De vader van een der leerlingen uit die gemeente die hij
kent is thans rentenier. Als nu zoo'n laag schoolgeld
betaald wordt, zou een bootwerker van hier door zijne
belasting moeten bijdragen in de kosten van het leeren
van een zoon van zoo iemand, wat toch niet billijk is,
maar zegt spreker misschien is er nog iets anders.
De heer De Jager wijst er op dat er ook 180 door
de leden der vereeniging in de kosten wordt bijgedragen
voor die bijdrage krijgen dan de leden of hunne kinderen
vrij onderwijs.
De heer Wieland: Hierdoor verandert de zaak.
De VoorzitterDie 25 schoolgeld is van lesgeld dat
ontvangen wordt van niet-leden, daaronder zal dus ook
een bedrag zijn van den door u bedoelden leerling.
De heer Wieland Ja, ja, nu is het wat anders, maar
ik dacht 25 aan schoolgeld is geen geld 1
l)e heer Moggre herinuert dat er vroeger gesproken is
over de wenschelijkheid dat de beide vereenigingen hunne
scholen zouden ineensmeltenhij zou daarop nog eens
terug wenschen te komen en als voorwaarde aan het
verleenen der subsidie verbinden, dat beide teekenscholen
moeten worden vereenigd. Naar hij vermeent heeft de
gemeente toch het recht om zoodanige voorwaarde te
stellen.
De heer Visser deelt mede dat Burg, en Weth. ver-
leden jaar alle mogelijke moeite hebben aangewend om
te trachten beide vereenigingen samen te krijgen, maar
daarbij is gebleken dat zulks zoo goed als onmogelijk is.
Er zijnltusschen beiden teveel persoonlijke kwesties ont-
staam dan dat van samensmelting ooit sprake zou
kunnen zijn.
De heer Moggre Er zou misschien wel iets van komen
wanneer wij er wat meer pressie op uitoefenden.
De Voorzitter merkt nog op dat het vereenigen van
beide scholen toch jook bezwaren zou opleveren, daar er
geen plaats is om de leerlingen van beide scholen onder
een dak te brengen.
De heer MoggreIn het Vereenigingsgebouw van de
Vereenigde Handwerkslieden niet
De Voorzitter verklaart dat zulks ook in dat gebouw
niet kan. Hij haalt enkele cijfers uit het verslag dier
vereeniging omtrent den afgeloopen cursus aan, waaruit
blijkt dat er het vorig jaar bij den aanvang 54 leerlingen
waren en dat de school in den afgeloopen cursus 47 leer
lingen telde, verdeeld over 4 klassen. Het zou dus niet
mogelijk zijn om daar ook nog te plaatsen de leerlingen
van de Christelijke werkliedenvereeniging.
De heer Moggre: Het vorig jaar werd tegen mij be-
weerd dat het wel gaan zou om daar al die leerlingen te
plaatsen.
De Voorzitter merkt op dat men dan misschien tegen
den heer Moggre anders gesproken heeft dan tegen Burg,
en Weth., maar bij de toen door dat college gevoerde
besprekingen met de vereenigingen is uitgemaakt dat het
niet gaan zou. Dit is ook te begrijpen, daar de leerlingen
vooral bij het teekenonderwijs, waarvdor ze alien zoo'n
groot bord noodig hebben, over veel plaats moeten kunnen
beschikken.
De heer MoggreEn toch werd er, toen ik de school
bezocht, door leden tegen mij gezegd dat het wel geschikt
zou kunnen worden.
De heer Visser bevestigt dat er ook gezegd is dat men
het desnoods zoo zou kunnen inrichten dat die leerlingen
van de andere vereeniging er ook zouden kunnen worden
geplaatst, maar bij de samensprekingen die Burg, en Weth.
hadden met beide besturen bleek dat er van samenwerking
toch niets komen kon.
De Voorzitter beaamt dit, er zijn diepe persoonlijke
kwesties tusschen beiden ontstaan. Hij stelt voor dezaak
nog eens eene vergadering aan te houden en noodigt de
leden uit dan maar eens met de besturen over die zaak
te spreken.
De heer Drost meent een goede oplossing voor deze
kwestie te kunnen voorstellen, ook in verband met de
litgesproken verwachting dat de andere vereeniging ook
met een verhoogd subsidie zou kunnen komen. Hij meent
dat de zaak afgescheiden van partij of richting der school
dient te worden behandeld en ook de vroegere kwesties
heel eenvoudig buiten bespreking kunnen worden gelaten,
wanneer de Raad thans in principe besluit het verzoek
van de Vereenigde Handwerkslieden in te willigen en de
subsidie met 30 te verhoogen en dan naar dien maatstaf
van het aantal lesuren dat gegeven wordt en het aantal
leerlingen dat de school telt ook de andere vereeniging
te subsidieeren. Dan staan beiden gelijk. Men heeft dan
maar te vragen hoeveel lesuren geef je en hoeveel leer
lingen heb je, om de subsidie te berekenen.
De Voorzitter En mogen dan die leerlingen van buiten
de gemeente ook meetellen voor de berekening
De heer Drost antwoordt bevestigendhij stelt dit voor
omdat hij het een billijke oplossing acht.
De heer Dees vraagt hoeveel leerlingen de andere
school telt.
De heer De Jager verklaart dat niet te kunnen zeggen
hij is voornemens geweest daarnaar te inforineeren. maar
hij beschikt thans niet over gegevens daaromtrent.
De heer Moggre kan zich met het voorstel van den
heer Drost wel vereenigen, maar zou toch gaarne nog eene
poging aangewend zien om de vereenigingen bijeen te
brengen, daar dit in het belang der zaak zou zijn.
De heer Donze Dat kan toch niet.
De VoorzitterBurg, en Weth. hebben er het vorig
jaar genoeg moeite voor gedaanhet was dan niet kwaad
dat de leden die dit zoo gewenscht achten zelf eens met
de vereenigingen onderhandeldende heer Moggre zou er
zich dan maar eens moeten voorspannen Er is nietzoo-
veel haast bij de zaak dat de beslissing nog niet eens een
vergadering zou kunnen worden aangehouden.
De heer Drost meent dat verder onderhandelen of onder-
zoeken niet noodig is, als men zijn voorstel aanneemt;
dat is een billijke oplossing en beiden worden dan gelijk
behandeld.
De heer De Jager zou de beslissing gaarne toch nog eens
aangehouden zien, om gelegenheid te hebben nog eens
nader te informeeren en met de besturen te spreken.
De heer Wieland zou ook liever nog eens wachten, dat
is toch geen bezwaar?
De heer Moggre noemt het denkbeeld van den beer Drost
en zuiver standpunt.
De Voorzitter deelt nog mede uit het verslag van de
Chr. vereeniging Rom. 13 1 aan Ged. Staten dat over
het afgeloopen jaar aan subsidie ontvangen werd van de
provincie 100, van de gemeente 100, terwijl de ver
eeniging bijdroeg f 103 en aan schoolgeld f 15 ont
vangen werd.
De heer De Jager: Ik zeide zooeven niet over gegevens
te beschikken omtrent het aantal leerlingen, maar dat is
onjuist. Ik heb hier de cijfers van dat jaarverslag, en
daarin zult u zien, mijnheer de Voorzitter dat de eene
afdeeling van het onderwijs werd gevolgd door 22 en de
andere door 21, dat is te samen 43 leerlingen.
De Voorzitter: Ja, dat staat er, 22 en 21, maar te
samen 43 leerlingen is onjuist, want onder die getallen
van 22 en 21 zijn leerlingen die tweemaal gerekend worden.
De heer De JagerJa, maar is dat bij de opgave van
de Vereenigde Handwerkslieden ook niet het geval
De VoorzitterNeen, die geven het aantal leerlingen
in elk der 4 leerjaren op.
De heer DonzeHet toont een beetje meer, als men
leerlingen tweemaal vernoemt 1
Alsnu wordt besloten deze zaak nog eens aan te houden
j. De rekening van het Burgerlijk Armbestuur over
het jaar 1910, bedragende in ontvangsten 5202,85.;, in
uitgaven f 5405,87, alzoo een kwaad slot van J 20.1.01J
Deze rekening zal worden in handen gesteld der commissie
die belast zal worden met het nazien der gemeenterekening.
b. Een schrijven van de Gezondheidscornmissie wier
zetel gevestigd is te Ter Neuzen betrell'ende eene bijdrage
in de onkosten voor opsporen van eene bron tot drink-
watervoorzieningin OostelijkZeeuwsch-Vlaanderenad/300.
Tot toelichting deelt de Commissie mede dat zij op uit-
noodiging der Gezondheidscornmissie (zetel Hulst) op 26
Juli 1909 vergaderde ter bespreking van het in het werk
stellen van pogingen om eene waterleiding te verkrijgen
voor Oostelijk Zeeuwsch-Vlaanderen. De Gezondheids
cornmissie, alhier, mede overtuigd van het groot hygienisch
belang voor deze streek van eene waterleiding, besloot
diensvolgens met de Commissie te Hulst te trachten eene
waterbron voor dat doel te vinden.
Een comite uit beide commissien saamgesteld, stelde
zich in verbinding met de firma Carl Francke te Bremen
en droeg deze firma op boringen te doen in de omgeving
van Clinge op terrein aangewezen door een ingenieur van
bovengenoemde firma. Qvereengekomen werd dat deze
firma zou boren tot eene diepte van 150 M.
Bij schrijven van 25 Maart j.l. van de Gezondheids
cornmissie te Hulst ontving de commissie alhier bericht,
dat officieel is geconstateerd dat de boring onder Clinge
heeft plaats gehad tot een diepte van 150,64 M., zoodat
aan het contract behoorlijk is voldaan
Tot leedwezen der commissie is geen drinkwater ge
vonden en is op grond van deskundige rapporten geen
nieuwe boring meer te wachten.
De gezamenlijke onkosten dier boring bedragen f 600,
waarvan iedere commissie de verplichting aanvaard heeft,
de helft te betalen.
Niet twijfelende of de Raad zal overtuigd zijn, dat de
commissie gehandeld heeft in het belang der Volksgezond-
heid voor al de gemeenten tot haar ressort behoorende,
noodigt hem uit door goedkeuring dezer suppletoire be-
grooting daaraan sanctie te willen verleenen.
Indien geen bezwaar bestaat tegen de uitgave stelt de
commissie zich voor deze som te betalen van het batig
saldo van vorige jaren.
De Voorzitter kan mededeelen dat dit schrijven bij Burg,
en Weth. groote verwondering heeft gewekt. Zij erkennen
volkomen, dat het een uitmuntende zaak zoude zijn,
wanneer wij konden voorzien worden van eene waterleiding
maar de commissie heeft hier gehandeld zonder eenige
opdracht of raadpleging en nu valt deze kwestie bij Burg,
en Weth. wel wat ruw op het gemoed.
Het is echter zeker geweest in het belang van eene
nuttige zaak, waarom er wel termen zijn om aan het
verzoek der commissie te voldoen. Mocht de Raad daartoe
kunnen overgaan, dan zou het echter toch gewenscht
zijn om de Commissie te verzoeken in het vervolg niet
meer op deze wijze te handelen en niet meer tot het doen
van dergelijke buitengewone uitgaven over te gaan, zonder
dat de gemeenteraden uit hun ressort daarvoor toestemming
hebben gegeven.
De heer De JagerIs er met Burg, en Weth. over
geconfereerd
De Voorzitter Neen
De heer De JagerAls we nu de meening eens wisten
van de andere gemeentebesturen, dan konden we daarnaar
ook handelen.
De Voorzitter meent dat het eene uitgave betreft waartoe
de gemeentebesturen ingevolge art. 212 der gemeentewet
kunnen gedwongen worden. Het is eene commissie die
door het Rijk is ingesteld en waarvan wel niemand het
nut zal betwijfelen. De gemeenten moeten gezamenlijk
de gelden bijeenbrengen voor de uitgaven der commissie.
Hij herhaalt, dat hetgeen gedaan is nuttig was, kan niet
worden tegengesproken, maar dat ze het zoo maar geheel
op eigen hand hebben gedaan, weegt wel wat zwaar.
De heer DeesZe hadden zich evengoed voor 6000
kunnen verbinden.
De Voorzitter Zeker, het bedrag zou ook hooger kunnen
zyn. Ik zou daarom in elk geval de commissie willen
uitnoodigen niet meer zoo te handelen zonder den gemeente
raad daarin te kennen.
Den heer Drost weet niet of de commissie wel doen mag
wat ze gedaan heeft. En als er betaald wordt zal dat dan
toch maar zijn in verhouding tot het deel dat de gemeente
aan de commissie hijdraagt.
Spreker gelooft echter nog niet dat de gemeente ge
dwongen zal kunnen worden om de kosten van die proef-
nemingen te betalen, omdat de heeren der Gezondheids-
eommissien dat gelieven te doen. Hij is van meening dat
het in principe in het geheel niet bij de gemeente thuis
hoort, om voor zulke proefnemingen subsidie te verleenen.
Dat is niets anders dan eene industrieele onderneming, die
een terrein zoekt waar met goed gevolg eene waterleiding
zou zijn aan te leggen en die daarmede denkt wat te kunnen
erdienen, als er maar water gevonden wordt. Die lirma
moet de kosten van haar onderzoekingen zelf betalen. Er
zouden dan, onder aangeven dat het in het belang der
volksgezondheid was, ook wel andere ondernemingen kunnen
komen onderzoeken of er geen geschikte plaats voor vestiging
was, b.v. of er geschikt water zou te vinden zijn voor het
stichten eener bierbronwerij, of wel, daar petroleumver-
lichting ongezond is of er geen gelegenheid zou bestaan voor
het vestigen eener electrische centrale voor geheel Zeeuwsch-
Vlaanderen. Die zou men evengoed kunnen subsidiepren
voor de kosten van het onderzoek. Door het toe te staan
komen we op een geheel verkeerd standpunt.
De heer Dees verklaart het hiermede volkomen eens
te zijn.
De heer Drost: Ik zou in elk geval beginnen met te
zeggen »neen".
De heer WielandWij zouden toch in elk geval maar
pondpondsgewijze in evenredigheid van ons gewoon bedrag
moeten bijdragen.
,_De heer Drost Ik doe mijn voorstel afgescheiden van
het bedrag, al was het maar 30, het gaat om het principe.
De heer Lensen meent dat, zelfs wanneer te Clinge
water gevonden was, wij daaraan hier maar weinig zouden
hebben met het oog op den verren afstand en de kosten
noodig om het water hier te brengen.
De Voorzitter meent dat dit geen bezwaar zou geweest
zijn, als men ziet naar de plannen om van uit Woensdrecht
geheel Zuid-Beveland en ook nog een deel van Walcheren
van water te voorzien.
De heer Drost betwijfelt of de Gezondheidscornmissie
van Zuid-Beveland voor het zoeken naar water te Woens
drecht betaald zal hebben.
Op eene desbetrelfende vraag antwoordt de Voorzitter
dat de gemeenten aan de Gezondheidscornmissie alhier
bijdragen 31 cent per inwoner. Er werd over het afge
loopen jaar ontvangen 940, waarvan Ter Neuzen bij
droeg f 327,74.
De heer Lensen Dat is dus ongeveer een derde, en
zouden wij dan van die 300 ook een derde of f 100
moeten betalen.
De heer DrostIk stel voor op het verzoek afwijzend
te beschikken.
De heeren Moggre en Donze steunen dit voorstel.
Het voorstel wordt aangenomen met algemeene stemmen.
I. De Voorzitter deelt mede dat van den Secretaris
van den Raad van State is ingekomen beric|it dat de nadere
memorien enz. die het gemeentebestuur nog zou wenschen
in te zenden in zake het hooger beroep tegen het besluit
van Gedep. Staten tot het stichten eener vijfde openbare
school, bij den Raad van State voor den 9 Mei moeten
zijn ontvangen.
De heer DrostZou het geen aanbeveling verdienen
om mededeeling te doen van den verderen teruggang der
bevolking
De Voorzitter deelt mede voornemens te zijn de oproeping
voor de openbare behandeling af te wachten en er dan
been te gaan en o. m. mede te deelen de staat van toe-
lating der kinderen overde verschillende jaren. De laagste
klassen der scholen zijn nu niet overbevolkt. De toelating
is dit jaar ongeveer gelijk aan die van het vorig jaar.
De heer Lensen Dat kan dan thans niet als bewijs
dienen voor het beweren der gemeente.
De Voorzitter: Maar het blijft toch altijd veel minder
dan 3, 4 en 5 jaar terug. Ik kan echter ook nog mede
deelen dat gisteren bij mij de stukken zijn .ingekomen
voor het bo u wen eener R. K. school.
De heer DrostDat is wel een argument.
De heer WielandOm te ontkomen aan de vijfde
school 7
De heer DrostJa. Dit is dan nu toch een afdoend
bewijs dat de school er komt, er is jaren lang mede ge-
schermd dat daarvan toch niets komen zou, maar nu zijn
we dan voldoende ingelicht en ik zou wenschen dat aan
den Raad van State werd medegedeeld dat die stukken
zijn ingekomen.
Alle leden verklaren zich daarvoor.
De heer Wieland merkt nog op dat, als hij goed heeft
gehoord, in het eerste kwartaal 149 personen de gemeente
verlaten hebben.
De Voorzitter antwoordt dat dit wel mogelijk is, er zijn
velen naar Amerika vertrokken.
De Secretaris wijst ook op de schippers.
De Voorzitter bevestigt dit en deelt mede dat verschil
lende schippers hun domicilie overbrachten, in verband
met de heffing van den hoofdelijken omslag.
De heer Wieland Daar dienen we toch ook rekening
mede te houden.
De heer DrostWe doen nu ons best om van de ons
door Gedep. Staten gegeven opdracht tot het bouwen
eener vijfde school af te komen.
De VoorzitterWe zouden ook van het vertrek van
die ingezetenen een opgaaf kunnen zenden.
Met algemeene sterumen wordt goedgevonden dat in
dfen geest gehandeld wordt.
2. Onderzoek geloofsbrief enz. nieuw benoemd raads-
lid M. Eijke.
De Voorzitter deelt mede dat is ingekomen de geloofs
brief met bijlagen van den heer M. Eijke, benoemd tot
lid van den Raad.
Hij stelt deze stukken in handen eener commissie,
waarvoor hij aanwijst de heeren De Jager en Lensen met
verzoek daaromtrent rapport te willen uilbrengen.
Gedurende het onderzoek door de commissie wordt de
vergadering geschorst.
Na de heropening der vergadering rapporteert de com
missie bij monde van den beer De Jager dat de stukken
in orde zijn bevonden en zij mitsdien tot toelating adviseert.
Z. h. s. wordt overeenkomstig het advies der commissie
besloten.
De Voorzitter stelt namens Burg, en Weth. voor de
verordening tot heffing van loon voor het keuren van vee,
vleesch en visch, vastgesteld den 16 Jan. 1908, goedgekeurd
bij Kon. besluit van 10 Maart 1908 no. 9, tot 1 April 1911,
onveranderd opnieuw vast te stellen, evenals de verordening
op de invordering van het keurloon.
Dit voorstel wordt met algemeene stemmen aangenomen.
4. Benoemen onderwijzer school A.
De Voorzitter deelt mede dat op de voordracht ter be-
noeming van een onderwijzer aan school A noodig geworden
door vermeerdering van het aantal leerlingen aan die
school, zijn geplaatst de heeren G. Goossen, onderwijzer
te Sluis, A. J. A. I. de Vlieger, tijdelijk onderwijzer te
Vlissingen en J. C. P. Jansen Verplanke, onderwijzer te
Rilland-Bath.
Tot stemming wordt overgegaan waarvan de uitslag is
dat met algemeene stemmen wordt benoemd de heer
Goossen
i». De heer Wieland vraagt of van wege de spoorwegmaat-
schappij al zoo spoedig is toegestemd om een deel der
kosten van het maken der heining tegenover het station
voor hare rekening te nemen. Hij vraagt dit, omdat hij
de werklieden ter plaatse al bezig zag met het plaatsen
van nieuwe palen.
De Voorzitter deelt mede dat er met den stationschef
over gesproken is, maar er nog .geen antwoord is ont
vangen. De werklieden zijn begonnen met het wegnemen
der ljzers die geheel verbogen waren
De heer Wieland wijst er op dat de Commissie
voor Fabricage alleen op het oog had het maken, voor
rekening der gemeente, van de heining bij het sluisje en
nu zag hij deze week een nieuwe paal geplaatst op ter
rein dat eigenlijk al bij het deel van de spoorwegmaat-
schappij be hoort, dit deed hem vragen of die al zoo
poedig had toegestemd.
De Voorzitter herhaalt dat nog geen antwoord ontvangen is.
b De heer Moggre vraagt of nog iets naders bekend
is omtrent eene ligplaats voor de kleine scheepjes na het
dempen der gemeentehaven.
De Voorzitter antwoordt ontkennend.
De heer MoggreDaarover zou immers met den inge
nieur worden gesproken
De VoorzitterZeker, maar de ingenieur is er pas en
heeft het nu van zelf druk om zich overal van op de
hoogte te stellen, zoodat er nog geen gelegenheid is geweest
om over deze zaak met hem te spreken
VLAG.
NAAM
Van en naar- Lading.
27
2(5
16
27
26
27
Eng. s.s.
Eng. s.s.
Noor. bark
Deen. s.s.
Russ. 8.S.
Zweed. s.s.
Belg. s.s.
Eng. s.s.
idem
Russ. s.s.
Eng. s.s.
idem
Belg. s s.
Noor. 8.8.
Eng. s.s.
idem
Zweed. s.a.
Belg. s.s.
Eng. 8.8.
Noor. s.s.
idem
Eng. s.s.
Voor Ter lenieu i
River Lagan 2272 |Londen
Van Ter Meuien I
River Scheldt 2199 |Londen
Voor Cent I
Kethy
Gunhild
Gen. Zimmerm.
Blanche
Numitor
Sea Gull
Derrymore
Van Uent i
G. Dragomirow
Mersey
Hero
La Flandre
4398 Antefogasta
2732 Riga
4398 idem
1094 Stolpmunde
685 Ostende
2763 Londen
1425 ICardiff
Rnor
Sea Serpent
Rawcliffe
Sven
Marie Louise
V'ulmar
Gro
Alekta
Gathorne
5579 Blyth
3075 Goole
2194 Hull
1980 iSt. Brieux
2082 Riga
2554 Londen
2450 Goole
4543 Rendsburg
399 Ostende
3593 Manchester
2580 Middlesbro
1564 Sunderland
3248 New-Castle
slukg.
stukg.
salpeter
stukg.
idem
graan
ledig
stukg.
kolen
ledig
stukg.
idem
phosph.
idem
stukg.
ledig
phosph.
ledig
stukg.
ledig
idem
idem
Van lelxaetei
26 Ned. Zeetj. Oostzee I 280|Bendorf ledig
s.s. HARALD in lading te Hull voor Kroonstad.
s.s. JENNY vertrok 26 dezer van Sunderland naar
Kroonstad.
s.s. RICHARD vertrok 28 dezer van Rouaan naar Cardiff,
s.s. ELISABETH in lading te Sunderland voor Kroonstad.
s.s. HELENA in lossir.g te Riga.
s.s. MAGDALEN A vertrok 28 dezer van Rouaan naar
Hull.