Landbouwherichten.
Gemengde berichten.
Predikbeurten.
Zaterdag 31 Dec. 1910 (Oudejaarsavond).
Zondag 1 Januari 1911 (Nieuwjaar).
Laatste Berichten.
Oud-Gereformeerde gemeente (Vlooswijkstraat).
Ter Neuzen. 5£ u., leeskerk.
Besmettelijke borstziekte big paiirden.
De circulaire, door de besturen der afdeelingen
Kruiningen en Goes van de Zeeuwsche Land-
bouwmaatschappij verspreid in verband met die
ziekte, welke in Zuid-Beveland veelvuldic
heerscht en veel slachtoffers maakt, luidt als volgta
\an het grootste belang is, dat de ziekte
heel in het begin wordt geconstateerd, waarvoor
noodig is, dat men vooral let op enkele be-
ginnende versehijnselen, als hoesten, verminderde
eetlust, lusteloosheid en vooral sterke verhooging
der temperatuur, welke wordt gemeten, op de
bekende manier, met een minuten-thermometer,
(voor billij ken prijs te verkrijgen).
Zoodra men hoestende paardeh heeft, is het
ten zeerste aan te raden om iederen dag een
paar maal de temperatuur op te nemen doet
men dat niet, dan zal men dikwijls te laat
ontdekken, dat een of meer paarden ernstig
ziek zijn.
Zeer dikwijls is gebleken, dat paarden, be-
halve dat zij wat hoesten, overigens in het oog
van den eigenaar niets bijzonders vertoonden°,
doch bij temperatuur-opname bleken een koorts
te hebben van 40, 41 zelfs tot bij de 42 graden.
Meeimalen is dan ook reeds voorgekomen,
dat paarden met zulke temperaturen nog 1 a
2 dagen werkten totdat de eigenaar plotseling
hevige ongesteldheid waarnara. Dat zulke dieren
er slecht aan toe zijn, behoeft geen nader betoog.
Verder wijzen wij er op, dat de ziekte va°n
het eene paard op het andere overgaat, terwijl
ook smetstof kan worden overgebracht door
ingang, vatte den ijzeren klopper en klopte
aan.
Eerst nadat ze drie- tot viermaal toe geklopt
had, kon ze in 't inwendige van Ghuis eenige
beweging bespeuren. Een oud wijf, niet minder
leelijk en terugstootend als Hat aan de Heksen-
giot. vertoonde zich aan de half geopende-poort.
Capitol a onderstelde, dat 't Dorkej was De
beschrijving, die mistress Codiment haar van
deze persoon gegeven had, paste juist op de
oude kol, die op misnoegden toon naar Capitola's
naam en verlangen vroeg.
Wat ik verlanghernam dejonge miss, die
weer voile tegenwoordigheid van geest herkregen
had, ,/dat watge wel raden kunt, wanneer't regent
1\et. glet'" voeg deze erbij. „Sedert wanneer
is t bp ons de gewoonte, naar den naam van
een gast te vragen
„Een gast herbaalde de brommende Dorkey.
"Ik w>st niet, dat men hier gasten verwachtte".
,,Moet je ook alles weten hervatte Capilola.
„Genoeg, dat ik hier ben, maak de poort maar
verder open, opdat ik binnen kan."
Een telle rukwiud scheen onze jeugdige heldin
ter hulp te komen, want meer aan zijne kracht,
dan aan den goeden wil van het wijf, dankte
Aipitola, dat de poort opensloeg en zij met
Gyp kon binnengaan.
Capitola sprang nit het zadel en hielp de
oude de deur weer sluitenin weerwil van
deze voorkomendheid beschouwde de oude
Dorkey toch Capitola als eene indringster.
„Gij hebt een eigenaardige manier van in de
buizen door te dringen, zonder eerst te vragen
of men u binnen Jaten wil," bromde ze. „Indien
personen, die de zieke dieren verplegen of ver-
zorgen.
In verband met bovenstaande is te begrijpen,
dat het nemen van de hier volgende maatregelen
heilzaam kan werken, daar zij de ziekte in haar
uitbreiding en heftigheid tegenwerken en daarom
bezoekt geen stallen, waar de ziekte voor-
komt.
sluit zooveel mogelijk den toegang lot uw
stal voor menschen, die er niet hoog noodig
hebben
brengt uwe paarden zoo min mogelijk in
aan raking met vreemde paarden, ook wanneer
de uwe pas ziek zijn geweest, want 6 a 7
weken na de genezing zijn zij nog ware smet-
stofverspreiders en dus gevaarlijk voor andere
zorgt voor frissche lucht (geen tochtj in deu
stal en houdt dien rein
borstelt en kamt uw paarden goed, liefst
buiten den stal
merkt ge iets verdachts b.v. hoesten, neemt
dan tweemaal daags de temperatuur op, stijgt
deze boven 38.5°, laat dan den voorgenomen
arbeid niet verrichten, behoedt het zieke dier
voor koude en stof, alsmede voor bedorven stal-
lucht en zondert het af van de nog gezonle
paarden, welke afzondering men dient vol te
houden nog 6 weken na de genezing.
floe men niet doen meet.
u nog eens een schuilplaats moet zoeken, zoa
ik in de toekomst wat vriendelijker wezen."
//Wil Dorkey mij soms de les lezen her
nam Capitola trotscb. //Verwissel de rol niet,
oude vrouw", voegde zij er bij. „Gij zijt. hier
in 't huis slechts ondergeschikt en niet de
meesteres, die hier te bevelen heeft, wie hier
mag binnenkomen of niet. Jndien ik toestem-
ming van den kapitein noodig heb, breng mij
dau bij hem, dan kan Capitola Black van
Warfieldshouse hem die vragen."
z/Hoe", riep Dorkey ten zeerste verbaasd.
„Gij zijt Capitola Black de nicht van den
majoor
,,Ja, is dat zoo iets bijzonders
,,Cap, Capitolaherhaalde Dorkey in ge-
dachten verzonken en 't meisje van top tot teen
opnemend. „Zou 't mogelijk zijn? Ochja...
juist hare ongelukkige moeder die oogen
dat haar zeker, zij is het. „Maar indien gij
Capitola Black zijt" riep ze eensklaps, als ont-
waakte ze uit een droom, ,,dan hebt ge hier
niets te doen maak dat ge weg komt, eer
het te laat is."
,,Vluchten? Ben ik dan in een roovershol,
waar men de vreemden vermoordt, die binnen
komen V\ elk kwaad zou de nicht van majoor
Warfield in 't huis van kapitein Lenoir over-
komen
„Ga heeu, zeg ik uriep de oude dringend.
z/lk blijf", hernam Capitola. „Hoe zou ik in
zulk een houdenweer kunnen vertrekken Is't
huis dan voor mij gevaarlijker dan de bliksem
en de orkaan, die de boomen neersmakt als een
riet. Ik kan niet gelooven, dat ik gevaar loop
Te Bolsward is een| jeugdige werkman
aan bloedvergiftiging overleden. In de boter-
fabriek, waar hij werkzaam was, kreeg hij een
wondje aan de hand, waarop geen acht ge
stagen werd. Weldra zwollen hand en arm
op en ofschoon spoedig geneeskundige hulp
werd ingeroepen volgde de dood.
Een politie-agent te Dordrecht hoorde
des nachts een hond hard blaffen, alsmede het
breken van een glasruit. Het geluid scheen
te komen uit den tuin van een woning aan
den Sint Jorisweg. Terwijl de agent een on-
derzoek begon in te stellen, kwamen van
lieverlede meer personen op het geval af. Be-
sloten werd gezamenlijk tuin en erf teinspecteeren,
waarvan men echter eerst kennis wilde geven
aan de eigenares. Toen aangebeld werd, gaf
een zoon der weduwe ten antwoord, dat zijn
moeder van scbrik was overleden. Ook zij was
wakker geworden door het geblaf van den
hond ze had het raamgordijn weggeschoven
en naar buiten gekeken, waar ze toen den
politie-agent bemerkte. Dit had haar zoo doen
schrikken, dat ze dood was neergevallen.
Het hoofdbestuur van de ,,Evangelische
Maatschappij" en dat van de ,,Algemeene Pro-
testanten-vereeniging" hebben een adres aan de
Koningin gericht, waarin zij H. M. verzoeken
zoodanige maatregelen te willen nemen of te
doen nemen, dat een vestiging van de uit Portugal
verdreven geestelijke orden worde verhinderd
en de nadeelige gevolgen daarvan worden voor-
komen.
Adressanten wijzen er op dat verschillende
regeeringen, o. a. die van Spanje, Italie, Frankrijk,
Brazilie, te verstaan hebben gegeven, de vestiging
der verdrevenen in hare landen niet te zullen
toelaten, en het schijnt dat dezen nu tot ons
vaderland de toevlucht zullen nemen
Een ingenieur te Breslau, die met een
door hem geconstrueerde parachute uit een
luchtballon sprong, is gevallen en kreeg zoo
ernstige verwondingen, dat hij kort daarna
overleed.
Hij sprong uit den ballon op een hoogte
van 200 M. De parachute ontplooide zich in
haar voile grootte, en kalm zweefde de lucht-
vaarder omlaag.
Toen moet plotseling een windvlaag de eene
helft van de parachute omhoog hebben gesta
gen, en met razende snelheid stortte de man
omlaag. Hij brak zijn ruggegraat en overleed
toen hij naar het ziekenhuis werd overge
bracht. Hij was 26 jaar oud en had reeds
eenige kleine uitvindingen gedaan.
In den Amerikaanschen staat New-Yersev
is door duizenden getrouwde vrouwen een
campagne op touw gezet voor het invoeren van
„trouwring-plicht". Onder de auspicien van de
„Cupid's Wing Club" is voor de aanstaande
zitting van het parlement een wetsontwerp in
studie genomen ,,ter bescherming van onze
dochters tegen de lagen van getrouwde mans-
personen, die zich voordoen als vrijgezellen."
Het ontwerp stelt op het delict een boete van
500 dollar subsidiair 2 jaar gevangenisstraf
voor elk getrouwd manspersoon die thuis en
buitenshuis nalaat aan zijn vinger een ring
te dragen, waaraan men kan zien dat bij ge-
huwdis.
Mrs. Howell, de president der club, verklaarde
Wij ontmoeten telkens tragische gevallen van
meisjes, die tot wanhoop gedreven zijn omdat zij
verliefd zijn geworden op gehuwde manspei-
sonen, waarvan zij meenden dat zij ongehuwd
waren."
naar het station en gelukkig zag hij daar twee
Engelschen, die hij kende en die eveneens naar
Brussel gingen. Hij vroeg hun, of ze een beetje
op Loeb wilden letten. Dankbaar aanvaardde
Loeb het beschermend gezelschap der beide
gentlemen. Hij vertelde hun, dat hij den klant,
aan wien hij de 262,500 frank moest afdragen,
niet kende, waarop de Engelschen antwoordden,
dat zi) hoe toevallig toch dien persoon
heel wel kenden en Loeb dus wel bij hem
zouden brengen. Te Brussel stelden zij aan
Loeb een meneer voor, die zeide de klant van
den bankier Worms te zijn voor wien de
262,500 frank bestemd was, maar tevens ver
klaarde hij slechts te Londen het geld in ont-
vangst te willen nemen. Waarop het viertal
zich naar Londen begaf. Onderweg gaf Loeb
het geld aan een der Engelschen te bewaren,
die hem met allerlei griezelige verhalen van
Londensche zakkenrollers bang hadden zitten
maken. Toen het gezelschap te Londen aan-
kwam, verdwenen de Engelschen met het geld.
Loeb zoekt ze nog.
's Gravenliage, 30 Dec. Eerste Kamer. Bij
de behandeling der lndische begrooting ver
klaarde de Minister De Waal Malefijt vast ge-
loof te hebben in eene schoone schitterende
toekomst van onze kolonien, onder ons gezag.
Met den heer Sweerts deelde de Minister dus
niet de pessimistische beschouwingen van den
heer Van Nierop.
Het denkbeeld om Indie financieele zelfstan-
digheid te geven en in de gelegenheid te stellen
ten eigen name te leenen, had's Ministers voile
sympathie. Een ontwerp daartoe is in voor-
bereiding. Overtuigd van den heilzamen in-
vloed van de zending, zal de Kegeering voortgaan
haar zooveel mogelijk te bevorderen.
Omtrent de wijze van exploitatie van het
droogdok te Soerabaija is nog niets beslist.
Getracht zal worden dokwerk hier te lande te
doen uitvoeren.
De Minister deelde o. a. nog mede heden-
ochtend te hebben ontvangen eene aanbieding
van de firma Schneider om een proef te nemen
met een kanon voor Indie ook zal nog een
kanon van de firma Ehrhardt, die daarom even
eens heeft verzocht, ter proefneming naar Indie
worden gezonden.
De lndische begrooting is aangenomen.
Amsterdam. Bij de Hollaudsche Lloyd is
een bericht gekomen van het s.s. Hollandia
meldende dat op 27 December de 2de machinist
J. J. Licht door een ongeval in de machine-
kamer gewond werd en overleden is.
Uit Brussel wordt aan de Telegraaf ge-
meld dat de vlieger Lauser officieel bericht
heeft van den tocht ParijsBrussel. Brussel
Parijs te hebben afgezien, zoodat onze landge-
noot Wijnmalen wel in het bezit zal komen
van de uitgeloofde frs. 100,000.
srelezen
Een Parijsch bankier, Worms geheeten,
had zijn gevolmachfigde, Loeb genaamd, opge-
dragen 262,500 frank aan een te Brussel
wonenden klant te gaan brengen. Daar Loeb
een nietig mannetje is, vond Worms het toch
wel wat gewaagd, hem alleen naar Brussel te
laten gaan. Daarom bracht hij hem zelf eerst
En
was
't
in de woning van een oud-militair.
zoo, ik trotseer elk gevaar
BWelke stoutmoedigheid en welk een dolle
moedfluisterde de oude Dorkey bij zichzelf.
Juist hem, zijn trouw evenbeeld, wat de wils-
kracht betreft 1" En weer begon zij het meisje
te beschouwen.
Capitola zag Dorkey in gedachten verzonken
en vergat, dat ze nog in de kille buitenlucht
stonden. Daarom herhaalde ze hare vraag om
binnengelaten te worden. Ook voor Gyp vroeg
ze een stal, omdat 't arme dier rilde van't nat
en de koude.
z/Wilt ge dan absoluut hier blijven vroeg
Dorkey nogmaals. „Goed, ik zal u binnenlaten
ofschoon kapitein Lenoir er niet van houdt,
dat vreemde personen in zijn huis overnachten.
Hij is niet hier", voegde zij er bij, panders kon
het toch niet gebeuren."
(Wordt vervolgd).
INGEZONDEN STUKKEN.
Mijnheer de Eedaldeur
Nogmaals vraag ik een plaatsje in uw veel
blad. Bij voorbaat dank.
Met verbazing las ik hetgeleerde en bestudeerde
stuk in Luctor et Emergo van 24 December 1910,
geteekend J. Maeson. Dat de Ter Neuzensche
en Axelsche markten dienst doen als kiesver-
eeniging, volge'us uw schrijven, is mij geen
nieuws. Daar vindt men kiezers van allerlei
kleur, ook die zich noemen Chr. kiezers van
een Chr. Kieavereeniging.
Dat de Patroons-Candidaten op een marktdag
bij elkaar zijn geweest is mij ook medegedeeld,
maar zeker weet ik het niet. Dat ik een van
die Patroons-Candidaten ben, of hun handlanger,
hebt u mijnheer Maesongeheel mis voor.
Dat ik een anarchist ben, zelfs nog een van
de ergste soort, is mogelijk. Bestaat er, mijnheer
Maeson nog versehil tusschen anarchisten
Volgens uw schrijven zijn
er ook nog minder
slechte. Zijn er soms ook nog Chr. anarchisten
Zooa's ik wel eens heb gehoord van Chr. soci-
alisten of Chr. democraten Welnu, met een
weinig goeden wil en studie word ik misschien
nog wel een Chr. anarchist.
Dat ik mijn wijsheid lucht heb gegeven is
onwaar. Mijn stukje van 20 Dec. was zeer
eenvoudig, maar, bet is ook maar van een
landbouvcer. Neemt U het anders op, dat moet
U weten. Dat de beweging der patroons bewijst
van hoe groot nut een Kamer van Arbeid is.
volgens Uw schrijven, kan ik nog niet inzien,
zoo min als U, mijnheer Maeson Of bent U
soms een tweede Edison
Dat gij het werk van het bestuur der Z. L. M.
nit haar hauden wilt nemen, vind ik alles behalve
netjes.
Dat ik met de wetten des rijks spot Waaruit
kunt U dat bewijzen V Als ik beweer dat hier
geen Kamer van Arbeid noodig is, noemt U
dat soms spotten met de wetten des rijks
Hoevelen in ons land zijn niet tegen de Leer-
plichtwet Noemt U die dan ook anarchisten
Dan zit ons geheele land wel vol van anarchisten
Neen, mijnheer Maesonmaak U niet ongerust,
als ik er nog wel een van de ergste soort ben,
Hervormde Kerk.
Ter Neuzen.
Sluiskil.
Axel.
Zaamslag.
Hoek.
Ter Neuzen.
Axel A.
Axel H.
u., Ds. A. Timmerman.
Geen dienst.
oi u., I)a. J. B. T. Hugenholtz.
5 u., Ds. G. van Dig.
5 u., Ds. B. Raamg Jr.
Gereformeerde Kerken.
5J u., Ds. J. F. van Hulsteijn Jr.
51 u., Ds. J. H. Lammertsma.
5 u., Ds. Chr. Bruins.
Hervormde Kerk.
Ter Neuzen. 9* u„ Ds. A. Timmerman, Bevestiging
o,„- Kerkeraadsleden en 2 u., Ds. A.Timmerman.
Sluiskil. 9l u.s dhr. H j v d Quden
7 xe 9 u. en 2 u., Ds. J. B. T. Hugenholtz.
Zaamslag. 9 u. en 2 u., Ds. G. van Dis.
Hoek. 9 u. en 2 u., Ds. E. Raams Jr.
Sas van Gent. 9j u., Ds. Akersloot van Houten Roos.
Hulst. 10 u„ Ds. De Boer.
Gereformeerde Kerken.
Ter Neuzen. 9 u. en 2 u„ Ds. J. F. van Hulsteijn Jr.
9 u., Ds. J. fl, Lammertsma, Bevestiging
van Ouderlingen en Diakenen en 2 u.,
Ds. J. H. Lammertsma.
9 u. en 2 u., Ds. Chr. Bruins.
9 u. en 2 u., Ds. Hamming.
(Kerk Axelsche straat).
9 u. en 2 u., Ds. M. Uijtenhoudt.
(Kerk Ter Neuzensche straat).
9 u. en 2 u., Ds. H. v. d. Wal.
Axel A.
u a s.
Zaamslag.
Zaamslag.
Hoek.
Gereformeerde Gemeente (Vloosw(jkstraat).
Ter Neuzen. 9 u., 2 u., en 51 u., leeskerk.
Oud-Gereformeerde gemeente (Vlooswykstraat).
Ter Neuzen. 9 u., 2 u., en 51 u., leeskerk.
Lokaal „Eben-Haezer(Kerkhoflaan)
Ter Neuzen. 51 u„ dhr. J. J. Kense.
»Vader, daar is buurman Akkerhof, en of ie je eens
eventjes spreken kan yJa, kind, laat hem maar binnen".
Dag buurman, hoe gaat het er mee en wat is er van
je dienst?' Heel goed, buur, ik wou je maar eens heel
eventjes om raad vragen. Ik ben nu bezig met het
spitten van mijn aardappelland en nu raadt buurman
Stroobos mij aan, om tevens voor mijn aardappeis kaiiniet
uit te strooien, wat denk je daarvan'?" „\Vat ik daarvan
denk buurman, wil ik je wel eens zeggen, maar zet je
een poosje, want ik kan mijne meening, zoo maar niet
in de gauwte aan je meedeelen, zonder ook de gronden
aan te geven, waarop die meening steunt. Zooals je
weet, ben ik sedert jaren een echte aardappelboer en
kan dus uit ondervinding meepraten. In het begin be-
mestte ik mijn aardappeis met stalmest en ook gebeurde
het wel eens, dat zij niets kregen. Toen ben ik begonnen
met Ammoniak-superfo-faat en dat be vie I mij zeer best;
de oogst vermeerderde en de smaak verbeterde. Ik had
ook wel eens gehoord, dat eene bemesting met kalimest
zeer voordeelig was, maar ik meende, dat dit alleen
goed was voor zand- en veengronden, en datkleigrond
het kali best missen. Ik boerde dus voort, zonder kali,
tot ik eens kennis nam van een geschriftje over kalimest,
waarin bewezen werd, dat de kl^grond ook wel degelijk
behoefte kan hebben aan kalimest. Ik dacht, wacht,
dat moet ik eens onderzoeken. Ik nam dus een paar
proeven en daar deze goed uitvielen, besloot ik de kali-
bemesting in het groot toe te paasen; en nu gaat er
geen jaar voorbij, of ik bemest mijn aardappeis met
pteentkali, ongeveer 400 K.G. per H.A., maar kai'niet,
zooals buurman Stroobos aanraadt, gebruik ik voor mijn
aardappeis niet, wel voor mijn voederbeeten en gerst
Waaiom niet voor aardappeis? Omdat ik de onder
vinding heb opgedaan dat het patentkali aan onze tafel-
aardappels een fijnere smaak geeft dan het kai'niet. Meer
dun eens heb ik vergelijkende proeven genomen, maar
telkens waren de aardappeis bemest met kai'niet minder
lekker van smaak dan die, welke patentkali gekregen
hadden." Buurman had aandachlig zitten luisteren,
maar toch zag ik hem aan, dat hij het niet met mij
eens was en dat hij mij alleen uit beleefdheid niet in
de reden viel. Toen ik aan ook geeindigd had, zeihij:
//dank je wel buur, maar van het patentkali moet ik
niets hebben, mijn schoonvader heeft ze verleden jaar
ook gebruikt, maar zonder eenig resnltaat en ik pas er
voor, om mijn geld nutteloos te besteden". ,Ja, daar
heb je gelijk in, dat doe ik liefst ook niet. maar vertel
mij eens, hoe je schoonvader deed". „Met plezier", zei
buurman. vMijn schoonvader nam twee perceelen land,
welke in gelijke conditie verkeerden en bemestte het
eene perceel met patentkali en het andere met Atnmo-
niak-superfosfaat en nu waren de aardappeis op het
laatste perceel zeer goed en die op het eerste gewoon weg
slecht". „Dat wil ik best gelooven buurtje", zei ik,
'maar neem mij niet kwalijk, dat ik je zeg, dat de proef
van je vader volstrekt niet deugde". Hoe kan men nu
kali vergelijken met stikstof en fosforzuur, dat gaat
immers niet; als iemand gebrek heeft aan voedsel, dan
baat het hem immers niets, dat ge hem een kopje thee
aanbiedt? Neen hoor, je schoonvader, sloeg de plank
heelemaal mis, kom morgenavond nog maar eens terug,
dan zullen wij eens verder praten'Dat beloofde buur
man en daarop namen wij afscheid van elkaar.
'ft