Zij is gekleed in paars mantelcostuum draagt een hoed van gelijke kleur, met groote veer, een zwart-grijze mof en bont. Een hofdame treedt naast Haar, een lakei er achter, en nog 'n tiental meters verder twee rechercheurs. Zoo wandelt H. M. op den zonnigen wintermiddag, 't Voorhout in en den Vijverberg op. De toe- geschoten menschen groeten beleefd, al naar hun aard, met 'n diep, lang-hoedafnemen, of 'n even oplichten van de pet, of 'n min of meer geslaagde buigingde meesten maken front naar de Koningin. En deze groet iedereen zonder uitzondering terug met 'n diepen boofd- kuik. En onderwijl loopt Zij gezellig, lacbend te praten met Haar hofdame en van tijd tot tijd kijkt Zij eens om. Het publiek blijft, voor zoover het even meeloopt, ('t zijn er weiuigen, die dat doen) op een eerbiedigen afstand wordt iemand al te nieuwsgierig, dan is dat door 'n tikje op z'n schouder door een der rechercheurs wel spoedig genezen. Aardigzoo'n wandeling Al die verraste gezichtendaar is de Koningin! En dan eerbiedig groeten. En 'n vriendeljjken groet terug, waar de meesten zeer trotsch op zijn. En die contrastenOp den stillen Vij verberg, waar de Koningin langs het smalle klinkerpaadje wandelt, 'n Kamerlid. Hij blijft staan, den hoed in de hand, buigt eerbiedig. de Koningin groet terug. Dan 'n officierhalt en front, saluut, roerloos de Koningin groet terug. Een burger-juflrouw gut, waar kijken die menschen zoo naar... daar staat ze tegen- over H. M. 'n nerveuse, onbeholpen buiging. de Koningin groet diep terug. En.waarlijk, 'n paar straatjocbies, zwarD van 't spelen in't zand van den opgebroken Vijverberg, met ge- havende kleeren. Ze licbten, vrijmoedig kijkend, de petten op en krijgen 'n groet terug. Een bekend staatsman, man van veel naam en gezag, blijkbaar verstrooid, Vijverbergde H. M. haast voorbijop het laatste nippertje ziet hij Haar en haastig met 'n breeden zwaai, gaat de hooge hoed van den kalen schedel. Een rij aapjes-koetsiers posteeren zich naast hun in- strumenten, ambts-hooge-doppen in de hand. Dames maken sierlijke buigingen. Trams houden, zoodra de Koningin in de nabijheid komt, stil, wachten tot Zij verdwenen is. Toch som- mige voorbijgangers passeeren Haar rakelings, en zien niets. Een zagen we, die, toen Zij reeds gepasseerd was, bemerkte, dat daar de Koningin ging. Beteuterd, zenuwachtig, ontbloot hij, tien meter achter Hare Majesteit, toch nog 't hoofd. Straatmakers op den Vijverberg zijn druk met hun arbeid bezig. De Koningin gaat vlak langs hen heen, maar zij zien Haar niet, hameren voort op hun steenen. Kneuterdijk. Hier direct veel meer menschen. 't Is er druk. Allen groeten eerbiedig. De trams houden stil, wachten, tot de Koningin de straat is over- gestoken. Rijtuigen sloppen. Officieren vliegen in de houding. Iedereen blijft Zij zeer vriendelijk groetengrooten en kleinen, werklieden, in blauw boezeroen, en van deftigheid glanzende heeren, eenvoudige vrouwtjes en statige dames. En onderwijl loopt Zij lachend te praten met Haar hofdame, 't Heulstraatje door naar het Noordeinde. Daar is het vol, vooral bij het paleis. En tusschen dichte rijen eerbiedig buigende menschen door treedt Zij op Haar woning aan. Zoo schrijdt Zij door 't groote stadsleven, dat even staakt, even toeft, even aarzelt, om Haar te laten passeeren.En wie Haar reeds dikwijls gezien heeft, hij wil Haar toch gaarne nog eens zien. En daar zijn er onder, die een specialen koninklijken groet willen hebben, die 'n eindje vooruit loopen en zich op den hoek van een straat stellen. dan. diep groeten. ja.Zij groet terug. Zij heeft hem alleen terug gegroetDaar wordt dan 's avonds thuis mee gegeurd, nietwaar? Dat overkomt je niet iederen dag! 't Paleis. 't Geweer-presenteerende schildwachten. Zacht-openwiekende glasdeuren. Goud-gegallon- neerde, diep-buigende lakeien.De Koningin gaat langzaam de treden op en verdvvgnt in Haar huis. De vorige maand werd te Hatneln, in Hannover, het 5jarig zoontje van een spoorweg- machinist vermist. Uit nasporingen is gebleken, dat Zondag een 40jarig persoon bet kind naar Enschede heeft gebracht, van waar de reis naar een der Nederlandsche havens is voortgrezet. Een belooning van f 300 is voor het terug- vinden van den jongen uitgeloofd. Te Garijp (Fr.) heeft de politie proces- verbaal opgemaakt tegen zekeren K. aldaar wegeus ernstige dierenmishandeling. Zijn oud paard kon den wagen met grint niet trekken, waarop K. een bos stroo onder het paard neer- legde en het stroo in brand stak. De vlammen verbrandden de huid aan buik en pooten, maar 't dier ging niet verder het arme dier kon de vracht niet trekken en bleef op de plaats, hoe pijulijk deze ook voor hem gemaakt was. Woensdag overleed de oudste inwoonster van Groningen, wed. De Brander, in den ouder- dom van 102 jaar. Ten huize van de wed. Krijnen, wonende in de Vlamingstraat in Den Helder, is Maandag- avond, terwijl de bewoonster zich even uit de kamer verwijderd had, een bedrag van f 1600 gestolen. De dader is tot heden onbekend gebleven. Te Bussum bleek Maanaag, dat er inge- broken was in de villa van den heer v. W. in de Parklaan. De familie was sedert begin November afwezig. De tuinman moet deinbraak ontdekt hebben. Er is geconstateerd, dat er voor ongeveer 2000 aan kostbaarheden vermist wordt. De dieven zijn door een keldergat binnen gekomen. De diefstal moet binnen de laatste twee weken gepleegd zijn. De gelegenheid tot inwisseling der laatste soort muntbiljetten van 10 en 50 gulden zal nog openstaan tot April a.s. Vorderingen, ontleend aan muntbiljetten, wel- ke niet voor 1 April ter inwisseling zijn aan- geboden, zullen vervallen. De gelegenheid tot inwisseling staat tot bo- vengenoemden datum open bij de betaalmeesters- kantoren, alsmede bij de Nederlandsche Bank te Amsterdam, bij haar bijbank en bij haar agentschappen en correspondentschappen le kl. Te Sydney is een sloep van het oorlogs- schip Encounter, die 72 man naar land bracht om er schijf te schieten, door een kolenboot aangevaren. Vijftien man verdronken er. De met patronen gevulde gordels die ze aan liadden zullen het zwemmen nog belemmerd hebben. Gemeenteraad van Ter Neuzen. 1. Ingekomen stukken. Vergadering van Fonderdag 7 Januari 1909. Voorzitter de heer M. van den Hoek, wethonder. Verder aanwezig de heeren Dees, Moes, Wieland, Vi9ser, Moggr6, De Masier, De Jager, Lensen, Drost, De Feijter en Van de Ree. Afwezig de burgemeester, wegens uitstedigheid, benevens de hjeer Scheele. Na opening der vergadering worden gelezen de notulen der vergaderingen gehoudeu op 3, 17 en 19 December 1908, die worden goedgekeurd. Daarna stelt de Voorzitter aan de orde Een missive van Gedep. ^taten van Zeeland, dd. 29 Dec. 1908, waavnevens wordt toegezonden een besluit van dat college van denzelfden datum, waarbij de beslissing omtrent de ge- meentebegrooting voor 1900 wordt verdaagd tot 1 April a. 8., en het gemeentebestuur wordt gemachtigd om te beschikken over de helft van de op die begrooting voor gewone uitgaven gebrachte sommen, voor zoover die uitgaven ook op de be grooting van het vorig jaar voorkomen, alsmede om te ont- vangen de belastingen en heffingen enz. Aangenomen voor kennisgeving. b. Een missive van Gedep Staten van Zeeland, dd. 11 Dec. 1908, waarnevens wordt toegezonden een uittreksel uit het bcsluit van dat college van denzelfden datum, no. 103, waarbij, met intrekking van de daaromtrent geldende regeling, de inkomsten wegens genot van vrije woning voor de hoofden van de openbare lagere scholen in de kom alhier, met ingang van 1 Januari 1909, worden berekend op f 300 en voor het hoofd xler openbare lagere school te Sluisk.il op f 200. Aangenomen voor kennisgeving. c. Een schrijven van Gedep. Staten van Zeeland, dd. 29 Dec. 1908, waarbij wordt verzocht het raadsbeshiit tot het onderbrengen der parallelklassen van school C in het ge- bouw der »Vereenigde Handwerksliedon", dat aan de goed- keuring van Gedep. Staten is onderworpen, zoo spoedig mogelijk in te zenden, aangezien daarover door het college het ad vies van het schooltoezicht moet worden ingewonnen. De Voorzitter deelt mede dat bereids aan het verzoek is voldaan. f1« Een schrijven van mej. M. Bijl en van mej. De Deckere-Hufkens, welke dank betuigen voor de verhooging hunner jaarwedde als gemeente-verluskundige. Aangenomen voor kennisgeving. e. Proces-verbaal van de op 18 Dec. 1.1. door Burg, en Weth. gehouden opneming der boeken en kas bij den ge- meente-ontvanger, waarbij bleek dat over het dienstjaar 1908 is ontvangen eene som van f 78,042,51 en, blijkens voor- handen zij ode bewijzen van uitgaaf, uitgegeven eene som van f 70,442,15*, zoodat meer ontvangen dan uitgegeven is 7600,35*. Het goed slot der rekening van 1906, dat niet op de loo- Eende begrooting in ontvang is gebracht, bedraagt f 6,64* et kwaad slot der rekening van 1907 hetwelk niet op de loopende begrooting in uitgaaf is gebracht, bedraagt f 1672,18. Er moest dus in kas zijn f 5934,82, juist ovcreenkomende met de vertoonde gelden. Aangenomen voor kennisgeving. f. De Voorzitter stelt namens Burg, en Weth. voor wegens 8choolgeld afschrijving te verleenen aan H. W. R. Kramer 3,60, F. I. H. Speetjeiis 3,60 en f 4,O. de Kleijn 2,10, Al§ Dhert f 1,80, en f 1 35, J. F. van Riet f 0,42 en /0,17*, I. de Groot f 3,W. H. Jansen yo,35, P. J. Renskers f 2,40, Jac. de Kok f 6,en P. W. Riemens f 0,75. Z. h. s. worden de voorgestelde afschrijvingen loegestaan. |Ej. De Voorzitter legt over het plan van de voorgenomen verbetering der rioleering aan de Dijkstraat, waar voor onlangs een woonhuis werd aangekocht. De kosten voor uitvoering van het werk worden geraamd op /470. Burg, en Weth. vragen machtiging om tbt de uitvoering van het werk over te gaan. De heer Van de ReeWaaruit zal die uitgaaf worden bestredcn Kan dat uit den post voor gewoon onderhoud De VoorzitterEr zal voor het doen dier uitgaaf een bijzondere machtiging aan den Raad gevraagd moeten worden. Uit de onderhoudsposten kan het niet wordeu gevonden, daar deze, zooals u weet, zoo nauw mogelijk aangezet zijn. De heer Van de Ree: Het zal dus door eene leening moeten worden gevonden. De VoorzitterVermoedelijk wel, doch we zullen toch ook nog voor andere uitgaven iets moeten leenen. De heer Visser Het is toch de bedoeling het werk publiek te besteden De Voorzitter: Dit zal wel geschieden er is echter door Bnrg. en Weth. niet over gesproken daar het plan met de begrooting eerst gisteravond is ontvangen, is het nog niet in de vergadering van het college behandeld. Ik heb er echter met den burgemeester over gesproken en er thans ook met den heer Dees over geraadpleegd. De heer Van de Ree: Als de uitgaaf toch uit eene leening zal moeten worden gevonden is er ook geen bepaalde haast bij de uitvoering, waarom ik rneen dat de behandeling beter eene vergadering kan worden uitgesteld, opdat Burg, en Weth. gelegenheid znllen hebben het plan in hunne vergadering te behandelen. Dit acht ik regelmatiger. De VoorzitterMen moet in het oog houden dat het aangekochte huisje met Maart disponibel komt en dan zal worden afgebroken. Dat is dan de geschikte tijd om het werk aan het riool uit te voeren, want het gaat niet aan om onder het huis te gaan graven nadat het is opgebouwd daar zou de verkooper volkomen terecht niet van inkomen en bovendien zou het werk dan ook duurder worden. De man is nog gisteravond bij mij geweest en heeft verzocht het toch zoo te willen regelen dat mot Maart alles gereed is om terstond te beginnen, opdat er ook voor hem geen tijd- verlies zal ontstaan om met het herbouwen te kunnen be ginnen. Over de vraag of de rioleering al dan niet zal gemaakt worden behoeft naar het mij voorkomt niet meer te worden gesproken, aangezien het huisje is aangekocht om het werk te kunnen uitvoeren. Dat het gemaakt zal worden staat dus reeds vast. Zoodra de Raad het plan heett goedgekeurd zullen Burg, en Weth. de noodige maatregelcn nemen opaat met 1 Maart aan de uitvoering kan worden begonnen, do0r te zorgen dat dan ook alle noodige materialen aanwezig zijn. De heer Wieland We hebben, zooals de Voorzitter terecht opmerkt, besloten de rioleering te verbeteren en we zitten nu eenmaal in het schuitje, maar ik moet zeggen dat de begrooting der kosten mij in het geheel niet meevalt. De VoorzitterWat dat betreft, ben ik het met u eens, het valt mij ook niet mede. De heer Wieland: We zitten er nu voor; misschien valt de besteding nog wat mede. De VoorzitterDat is niet onmogelijk, maar daar valt ook niet op te rekenen. De heer Visser merkt op dat in het ontwerp zijn aange- geven ei-vormige cement en buizen en vraagt of gemetselde riolen niet voordeeliger uitkomen. De Voorzitter beaamt dat de cementen buizen iets duurder zullen ziiu dan gemptselde van Boomsche klinkers, maar wljst er op, dat de ei-vormige cementen buizen beter zijn, dan de gemetselde riolen. Hij stelt namens Burg, en Weth. voor het plan uit te voeren zooals het thans ter tafel is gebracht. De heer De Masier vraagt wat dan de zooeven door den Voorzitter, naar aanleiding eener vraag om inlichtingen, gedane mededeeling beteekent, dat het plan nog niet door Burg, en Weth. is behandeld, daar nu toch wordt voorgesteld het plan aan te nemen. De Voorzitter antwoordt dat dit eene eenvoudige mede deeling was, omtrent de behandeling der zaak. Het plan is eerst gisteravond ontvangen en wordt nu, na mededeeling aan de leden van het D«ag. Best, in behandeling gebracht, daar de belanghebbende, Casteleijn, dringend verzocht de noodige maatregelen te nemen, opdat geen oponthoud bij het verbonwen zou ontstaan. De heer Van de Ree: Uit wat ik hoor zou ik moeten afieiden dat ook het advies der Commissie van Fabricage over het plan nog niet is gevraagd en het dus nog maar alleen door den bouwmeester is behaodeld. De Voorzitter antwoordt hierop bevestigend, in zooverre, dat het ingekomen plan noch in de vergadering vau Burg, en Weth., noch in die der Commissie van Fabricage is be handeld. De wijzo van uitvoering van het werk, is echter door Burg, en Weth. bij plaatselijk onderzoek besproken en het plan van den bouwmeester is opgemaakt in verband met de toen voorgenomen wijze van uitvoering. De heer DeesMen zou eigenlijk kunnen zeggen dat alleen de begrooting niet door Burg, en Weth. is behaudeld, het plan zelf is op het terrein besproken. De Voorzitter: Het ontwerp zou in gewone omstandig- hdden zeker nog niet ter tafel zijn gebracht, maar omdat er spued Diet de uitvoering moet gemaakt worden en we toch voor het feit staan dat het moet geschieden, is het thans in behandeling gebracht. De heer Van de Ree stelt voor het voorstel aan te houden tot de volgende vergaderiDg, opdat Burg, en Weth. dan, na ook het advies der Commissie van Fabricage te hebben in- gewounen, het plan goed kuunen behandelen, alvorens er mede bij den Raad te komen. De Voorzitter heeft persoonlijk geen bezwaar tegen uiUtel maar wijst er op, dat het eigenlijke plan, nl. de wijze waarop hat werk zou worden uitgevoerd, door Burg, en Weth. is behandeld. De heer Moes zou het voorstel van den heer Van de Ree zoodnnig wenschen gewijzigd te zien, dat de Raad in be- ginsel besloot, tot aauneming van het plan van uitvoering, onder voorwaarde dat de Commissie van Fabricage daaraan hare goedkenring hechten zal. De heer De Masier acht dat voorstel eigenlijk overbedig, daar de Raad in principe reeds tot het maken der rioleering heeft besloten en thans alleen maar dient te worden beslist volgens welk plan het zal gemaakt worden, De heer Van de ReeStel voor dat we den uitersten termijn nemen, en dat tfe pas over 4 weken weder llaads- vergadering hebben, dan is er toch nog gelegenheid om het werk tijdig uit te voeren. Het plan is nu niet voldoende voorbereid, wel is besloten tot het maken der rioleering, rnaar we wenschen dat zoo goed mogelijk uitgevoerd te hebben. |De Voorzitter Maar wat bezwaar is er, om het voorstel van den heer Moes aan te nemen Is de Commissie van Fabricage het met het ingediende plan eens dan zijn we in eens klaar. De heer Van de Ree wenscht liever nitstel dor beslissing door den Raad tot het advies der Commissie van Fabricage bekend is. Het is niet onmogelijk dat deze nog met een ander plan komt, er is oorspronkelijk ook hier gesproken over het indienen van 2 plannen, hoewel er thans maar een wordt aangeboden. Misschien weet de Commissie een betcre of een goedkoopere uitvoering vaa het werk aan te geven. De Voorzitter: Met de uitvoering van het plan zou al leen worden doorgegaan als de Commissie het er mede eens was. Moclil dit blijken niet het geval te zijn, dan zou na- tuurlijk eene nadere raadszitting worden afgewacht. De heer Wieland De leden der Commissie van Fabricage kunnen, uitgezonderd de heer De Masier, over het werk niet veel licht vcrschaffen we hebben van dat werk geen kermis. De heer Van de Ree Afgezien van alle andere motieven, is het voor een goeden gang van zaken gewenscht, dat een voorstel goed voorbereid ter tafel komt. De heer Moes Waar eenmaal tot het maken der riolee ring besloten is meen ik dat er anders weinig meer over te spreken valt. De heer De Masier meent dat het voorstel van den heer Moes toch geen aanbeveling verdient. Niet dat spreker be- paald bezwaar heeft om het ter tafel gebrachte plan voor de rioleering te behandelen, maar uit een oogpunt van regelmaat Is het voorstel van den heer Moes verwerpelijfc, aangezien bij aanneming daarvan zou volgen dat eene zaak eerst door den Raad werd behandeld en er daarna advies overgegeven top >vor4ep.> De VoorzitterIk herhaal, het plan zou thans met m de vergadering zijn ter sprake gebracht en het zou den gewonen weg gevolgd hebben als er geen haast bij was. De heer De Masier: Uwe mededeeling, zooeven gedaan toen eene inlichting gevraagd werd, dat het plan nog niet in de vergadering van Burg, en Weth is behandeld, sluit in zich, dat het belang der zaak die behandeling eischt. Voorts behooren over de te behandelen zaken eerst de adviezen te worden ingewonuen en deze daarna in behandeling gebracht. De Voorzitter: Als de Raad uitstel wenscht is het ous ook goed, toy staan volstrekt niet op directe behandeling. De heer Moes heeft geen bezwaar tegeu behandeling uit de besteding zal wel blijken of de begrooting al of niet juist is. Daar echter bezwaar tegen zjjn voorstel gemaakt wordt omdat dit in stryd is met den regel by de behandeling van zaken, trekt hij zijn voorstel in. De heer De Masier merkt op dat men het niet zoo moet opvatten als zou hij er een overwegend bezwaar tegen hebben, maar hy bracht alleen onder het oog dat het zou afwijken van een geregelde behandeling der zaken. Fr zijn thans geen adviezen en hij meent dat de beslissing toch ook nog wel eens eene vergadering kan worden uitgesteld. Het voorstel van den heer Van de Ree, om de behandeling aan te houden tot eene volgende vergadering, wordt alsnu aangenomen met 11 stemmen tegen 1, die van den beer Moes. It# De Voorzitter vraagt namens Burg, en Weth. machtiging voor het laten drukken van registers voor het opmaken der inventarissen der leermiddelen in de verBchillende scholen voorbanden. Om daarvan een goed overzicht te krijgen en te kunnen nagaan wat er weg gaat en wat aangevuld wordt is het aanschaffen van speeiaal daarvoor ingerichte registers noodig. Bij de begrooting is daarin niet voorzicn. De heer Van de Ree meent dat deze uitgaaf toch wel uit de op de begrooting voorkomende posten van uitgaaf kan bestreden worden. De Voorzitter beaamt dit, doch deelt mede dat Burg, en Weth. deze machtiging vragen opdat hun college later niet zou kunnen verweten worden dat zij zonder voorkennis van den Raad tot de aanschafling dier registers waren overgegaan. Nadat de heer Dees nog heeft medegedeeld dat het de bedoeling is de registers zoo in te richten dat ze voor eenige jaren achtereen kunnen dienen, wordt z. h. s. de gevraagde machtiging verleend. i. Een schryven van Gedep. Staten van Zeeland, dd. 18 Dec. 1908, waarbij het college met betrekking tot d« ingezonden verordening regelende de jaarwedden enz. vaa het onderwijzend personeel het volgende wordt medegedeeld Met de vastgestelde artikelen 11 en 12 kunnen Gedep. Staten zich niet vereenigen. Al is het waar, dat de Regee- ring ten aanzien van de hier bedoelde vraagstukken slechts voor bepaalde gemeenten, met name o. m. voor Middelburg, eene beslissing heeft genomen, zoo mag niet worden voorbij- gezien, dat die vraagstukken met plaatselijke belangen of toe- standen geen direct verband houden en het dus niet twyfel- achtig schijnt, dat de Regeering hare iuzichten te dezer zake ook voor andere gemeenten wenscht gevolgd te zien. Waar beroep op de Regeering naar alle waarschijnlijkheid tot geen andere uitkomst zal leiden, dan alleen tot een ook uit administratief oogpunt ongewenschte vertraging van de tot stand koming der geheele verordening, meenen Gedep. Staten te mogen vertrouwen, dat de Gemeenteraad alsnog bereid zal zijn, de artt. 11 en 12 met de daarmede overeen- komende bepalingen van het Kon. besluit van 6 April 1907 (Stbl. no. 81) in overeenstemming te brengen. Voorts merken Gedep. staten op dat de redactic van art. 12 ook minder gelukkig gekozen is, omdat het de ^elegeuheid opent tot geschil over de vraag, of ziekte na de bevalling al dan niet daaruit voortvloeit, terwijl voorts de bepaling ten onrechte afhankelijk wordt gemaakt van de al of niet nako- ming der verplichting van de zijde der or derwijzeres om ver- lof te nemen en niet van een van overbeidswege gegeveu verlof, zooals het aangehaalde Kon. besluit het terecht uitdrukt. Nog brengen Gedep. Staten onder de aandacht, dat d# overgangsbepalingen, waarin thans de daaronder begrepen ge- vallen nader zijn omschreven, hun college niet duidelijk zijn, voor zoover de hoofden der scholen A en B en de onder- wijzeres mej. De Kraker betreft, daar toch, voor zoover dit college kan nagaan, deze alien naar de nieuwe regeling reeds eene hoogere jaarwedde zullen genieten, dan de oude regeling hun waarborgt. Is dit zoo, dan zijn de bedoelde overgangs bepalingen overtoil ig. Evenzeer zijn overtollig de slotwoorden van art. 15^welke snlarisregeliug een einde neemt met 31 Juli 1908, omdat door het ontslag van den belanghebbende de speciaal voor hem getroffen regeling van zelf ophoudt te gelden." Ten slotte wordt nog opgemerkt, dat aan art. If) abusivelijk de woorden //omtreut onderwerpen" achler //besluit", zijn weggelaten. Gedep. Staten zouden gaarne zien dat het spoedig daarheen werd geleid dat de verordening, overeenkomstig de gemaakte opmerkingen verbeterd, bij hun college opnieuw ter goed- keuring werd ingezonden. De Voorzitter merkt op dat Gedep. Staten blijkens hun schrijven op een der voornaarnste pun ten, de salariskwestie, zich bij de meening van den Raad hebben neergelegd. Burg, en Weth. stellen voor nu voor de rest maar aan het ver- langen van Gedep. Staten te voldoen en de artt. 11 en 12 vast te stellen overeenkomstig de bepalingen, bij Kon. besluit voor de gemeente Middelburg vasigesteld: De artikelen zullen dan luiden als volgt Art. 11. Aan onderwijzers, die ingevolge art. 110, art. Ill, art. 141, vierde lid, art. I4lbis, of art. 142 derMilitie- wet 1901, of krachtens art. 11 der landweerwet onder d« wapenen of in werkelijken dienst zijn, wordt verlof verleend met behoud van jaarwedde, ten ware in een der gevallen, vermeldende genoemde artikelen 110, 14 L, vierde lid,J of 141 bis do afwezigheid uit de school lunger mocht duren dan een jaar, in welk geval de jaarwedde slechts gedurende 1 jaar wordt uitgekeerd". Art. 12. Aan de gehuwde onderwijzeres, die hare bevalling tegemoet ziet, wordt een verlof verleend, ingaande 3 maanden voor het lijd«>tip, waarop de bevalling kan worden verwacht en eindigende eene maand na hare bevalling. Gedurende den tijd van dit verlof wordt, hetgeen ten be- hoeve der plaatsvervanging van de onderwijzeres als salarii door de gemeente moet worden uitbetaald, van hare jaarwcddt ingehouden. Is de hiervoren bedoelde onderwijzeres eene maaud na hare bevalling volgens het oordeel van den geneesheer nog niet in staat hare werkzaamheden aan de school te hervalten, dan treden de gewone regelen van verlof bij ziekte in. De heer Van de KeeIk wensch art. 12 geheel to doen vervallen. De Voorzitter: Dat is goed en wel, maar Gedep. btatem wenschen het er in te hebben. De heer DeesIk ben het overigens ook eens met den heer Van de Ree, maar Gedep. Stalen verlangen bepaald dat er een zoodanige bepaling, overeenkomstig die der Middel- burgsche verordening, wordt opgenomen. De heer DrostU zeide immers zooeven, mijnheer d» Voorzitter, dat Gedep. Staten op andere punten hebben toe- gegeven De Voorzittor: Ja, betreffende de regeling van het salans, althans daarvan zeggen ze niets meer. De artikelen 11 en 12 onzer verordening wenschen ze echter vaatgesteld te zien overeenkomstig die der verordening voor de gemeente Middel burg, welke bepalingen op advies van Gedep. Staten bij Kon.' besluit zyn vastgesteld. De heer Wieland Is het bezwarend voor de gemeentekaa De Voorzitter: Wat dat betreft, het verschil is niet groot, maar bovendien znllen die artikelen zeldzaam toegepast be- hoeven te worden. De heer Van de Ree: Het is by my geen kwestie van uitgaaf maar wel van het principe. Ik zou artikel 12 willen laten vervallen en den Raad voor elk geval dat zich voor doet laten besliasen. De Voorzitter: Deze kwestie is door den Raad al zo« dikwijls besproken, dat ik er maar niets meer vau zal zeggen, als alleen dat Gedep. Staten opneming der bepa.mgen ver langen Het is un voor de derde mual dat de verordemne bier in behandeling is en de bij art. 12 bedoelde kwestie is reeds zeer brecdvoerig behandeld. De heer Van de Ree heeft geen bezwaar tegeu do andere artikels, maar met art. 12 kan hij zich toiaal niet vereenigen. De heer Dees merkt op, dat men er thans met mede opschiet, als men zich tegen den wensch vau Gedep Staten verzet: dat zal, zooals ze terecht schryven, slechts aan leiding geven tot oponthond. En zoo bezwarend zal de opneming van het artikel toch ook met zijn daar het hoogstens eens eenmaal zal kunnen voorkomen dat zich een geval voordoet, dat het artikel moet worden toegepast De Raad heeft het dan in zijn macht, de gemeente voor nadeel, daaruit ontstaan, voor het vervolg te vrywaren door d. macht tot ontslag geven aan de onderwyzeressen die huwen. De heer Van de Ree: Het gaat er ook volstrekt met om of zoo'n geval zich eens uf meermalen zal voordoen, maar ik wil die bepaling hoolemaal niet in de verordening opnemen Staat het artikel er eenmaal in, dan moeten wy ook volgeni dat artikel handelen en wanneer in de verordening omschreven wordt hoe zal gehandeld worden in geva van zwangerschap der onderwyzeressen, zou ik het immoreel achten als men de onderwyzeressen ontsloeg als zij in het huw^ y 1 De heer Dees is het met die opvatting met eens Al bestaat het artikel in de verordening, dan nog meent hy, mag de Raad om de gemeente te vrywaren voor nadeel, ontslag verleenen aan onderwyzeressen die huwen. De heer De Masier Ik wenschte ook nog even onder het oog te brengen dat de principe-kwestie hier reeds is uitge- maakt, dat die dus buiien bespreking knn blyvmi llet is eenvoudig noodig eene redactiewyziging aan te brengem Wat art. 15, de overgangsbepalingen betreft waaromtrent Gedep. Staten zich rragenderwyze uitlaten, de daarin ge

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1909 | | pagina 2