Tsr Nguzensche Courant
Op Leven en Dooi
Donderdag 3 December 1908. No. 5233.
twbbde"blad.
Buitenland.
FEUILLETON.
Gemengde berichten.
ENGELAND.
In ons land zijn er wel eens booze woorden
gevallen over besluiten van de Eerste Kamer,
en zelfs in ons Lagerhuis zijn weinig vleiende
woorden over dit deel van de Volksvertegen-
woordiging gesproken.
Maar dat een Minister iets minder waardeerends
zei van dit Hooge College van Staat is ten
onzent niet voorgekomen.
De Engelsehe Minister Birrell is minder hof-
felij k, dan zijn Hollandsche ambtgenooten
Zaterdag heeft hij in zijn redevoering over de
verwerping van de Drankwet het Hoogerhuis
in zeer nadrukkelijke bewoordingen de les ge>
lezen. Hij sprak van de vele beteekenende en
niemand vertegenwoordigende lords, die men er
toe bij elkaar had getrommeld. In deze zaak
is een arbeidersafgevaardigde meer waard dan
50 lords, die nooit kebben getoond dat de zaak
hun iets kon schelen, zei Birrell o. a. En alle
arbeidersafgevaardigden in het Lagerhnis en de
bisschoppen in het Hoogerhuis waren met de
regeering voor de wet.
In den loop van zijn redevoering zei de Mi
nister verder, dat de regeering het land bij de
algemeene verkiezing gelegenheid zou geven
om zich over de zaak uit te spreken of het
Hoogerhuis aldus aan het werk van maatsehap-
pelijke hervorming een blok in den weg mag
leggen. Ten onrechte heeft men uit die woorden
opgemaakt, dat de regeering het land aanstonds
uitspraak wil laten doen.
Men zegt, dat de bisschoppen er over denken
in de volgende Parlementszitting een wetsont-
werp in te dienen, waarin de kwestie van het
vergunningsrecht geheel ter zijde gelaten zal
worden, maar de andere bepalingen ten bate
van de drankbestrijding uit het gevallen wets-
ontwerp overgenomen zullen worden.
Van unionistischen kant zegt men, dat de
regeering er tegen zou wezen, omdac het haar
aanklacht tegen het Hoogerhuis zou verzwakken.
En uu is 't plan, verteld men, dat binnenkort
een unionistisch lid van het Lagerhuis voor de
leus een wetsontwerp zal indienen, als men zegt
dat de bisschoppen in ernst zullen doen, om
aienaangaande een verklaring van de regeering
uit te lokken.
De regeering schijnt op 't oogenblik geen
Parleraentsontbinding aan te durven de drank-
verkoopers hebben een grooten invloed op
't volk, en dus kon 't wel eens zijn, dat een
nieuwe verkiezing verkeerd voor het huidig
bewind uitliep.
MAROKKO.
Moelay-Mohammed, de oudste zoon van
Abdoel-Azis's voorganger Moelay-el-Hassan, die
door eenige stammen om Casablanca tot sultan
is uitgeroepen, is op weg van Rabat naar Fes.
Moelay-Mohammed is vroeger een tijdlang
waarnemend sultan geweest, in 189B, toen zijn
vader op een groote expeditie uittrok. De sultan
stelde toen zijn oudsten zoon tot zijn stadhouder
aan te Marakesj en verklaarde hem meteen tot
zijn opvolger op den troon. Maar Moelay-Moham
med heeft het in den korten tijd van zijn stad-
houderschap geheel verbruid. Hij was een
wreedaard, die er behagen in vond de grooten
des rijks blootsvoets naast zijn paard te laten
loopen. De oude Moelay-el-Hassan kreeg slechts
klachten over zijn zoon, zoodat hij besloot in
diens plaats den jongeren Abdoel-Azis aan te
wijzen als troonopvolger. De oude sultan stierf
in 1894. De troonsbestijging van Abdoel-Azis
ontmoette geen tegenstand, daar Mohammed
gehaat was onder het volk.
De toenmalige grootvizier liet Moelay-Moham-
Ik wilde niet langer aarzelen. Nog eens wendde
ik mijn blik naar het afgelegen huis. De deur
stond wijd open, ieder die toevallig voorbij
kwam, kon er binnen gaan. Het was bepaald
gevaarlijk het openstaande huis langer dan een
uur zonder toezicht te laten. Zou ik het niet
kunnen sluiten Misschien stak aan den bin-
nenkant de sleutel in het slot.
Ik trad nog eens het huis binnen, ik erken
met weerzin, want de stilte des doods, die in
het afgelegen huis heerschte boezemde mij af-
grijzen in, doch ik overwon dit gevoel van
zwakheid. Mijn gedachte was juist geweest,
de groote huissleutel stak van binnen in het
slot, ik sloot de deur en kon thans mijn wan-
deling beginnen met de zekerheid, dat in het
eerste uur niemand in huis zou kunnen komen.
med gevangen zetten. Abdoel-Azis verleende
hem echter een betrekkelijke vrijheid na den
dood van zijn eersten grootvizier, in 1900. Bij
den strijd tusschen Azis en Hafid heeft Mohammed
Azis bijgestaan. Het volk schijnt langzamerhand
zijn booze daden als stadhouder vergeten te zijn.
In den laatsten tijd was Mohammed te Casa
blanca, waar Hafid hem nauwlettendlietbewaken.
Daar schijnt hij onlangs een wonder te hebben
gedaan. De hoofdman van een afdeeling troepen,
die tot zijn bewaking was aangewezen, is door
Mohammed vervloekt. Dat Allah u het licht
uit de oogen neme, heeft Mohammed gezegd.
En ziet, deze ongelukkige schijnt zich de ver-
vloeking van den afstammeling van den profeet
zoo te hebben aangetrokken, dat hij den vol-
genden morgen niet meer zien kon.
Deze gebeurtenis is uitermate geschikt om
de Marokkanen te doen gelooven, dat Allah
door dit wonder Moelay-Mohammed heeft willen
aanwijzen als den wettigen sultan.
TER NEUZEN, 2 December 1908.
Door den dikken mist was de prov. stoom-
bootdienst op de Wester-Schelde heden zoo goed
als geheel gestremd. De dienst naar Hoedekens-
kerke is vervallen. De eerste boot naar Vlis-
singen is van hier afgevaren te 2,15 namiddag,
terwijl de eerste boot uit Vlissingen alhier te
5 ure is aangekomen.
Maandagavond had in de Geref. kerk alhier de
aangekondigde lezing plaats door Ds. Chrispeels,
van Maria Hoorebeeke, over den Vlaamschen
priester-dichter Guido Gezelle.
Veleu waren opgekomen om deze lezing te
hooren en de voordracht werd met onverdeelde
aandacht gevolgd.
De bijeenkomst werd door Ds. Van Dis, van
Zaamslag, nadat gezongen was Psalm S9 7,
met gebed geopend, waarna hij een kort inleidend
woord sprak.
Ds. Chrispeels, die daarna het woord verkreeg,
betuigde thans wel eeuigszins verlegen te zijn.
Een vorige maal was hij in Ter Neuzen met
zijn zangerskoor, maar nu moest hij alleen de
aandacht der hoorders gaande houden. Nu, dat
bleek den spreker wel toevertrouwd. Hij begon
met te verklaren hoe hij hier in Nederland, in
een Geref. kerkgebouw, kwam spreken over een
Roomschen dichter. Aanleiding daartoe was
een gesprek met Ds. Wiersma te Amsterdam,
die, toen hij dezen bij eene gelegenheid eens
eenige gedichten van Gezelle had voorgelezen,
uitriep „Van dien man moeten we meer weten."
Uit dat gesprek is voortgekomen eene uitnoo-
diging om over Guido Gezelle eene lezing te
komen houden en dat is ook aanleiding geweest
dat Ds. Chrispeels heeft getracht ook meer te
weten te komen van den uitnemenden Vlaamschen
dichter en van zijne werken meer studie is
gaan maken.
Nu heeft hij reeds verschillende lezingen
hierover gehoudeu en ook voldaan aan het ver-
zoek der commissie alhier, om ook in Ter Neuzen
te verhalen van Guido Gezelle, niet van den
mensch, maar van den Christen-zanger, die in
alles aan God alleen de eer gaf, die Hem overal
hoorde, overal zag, in het suizen van het ranke
riet zoowel als in het kweelen der vogelen.
Hij gevoelde zichzelf steeds een nietig sterveling.
De spreker teekende Gezelle van af zijn
opgroeien en zijne ontwikkeling, tot hij na zijne
studie volbracht te hebben, werd aangesteld tot
professor in het seminarie te Rousselaere, en
gaf uit die verschillende tijdperken eenige zijuer
schoone zangen weer.
Hij werd later teruggezet tot kapelaan te
Brugge en daarna als zoodanig verplaatst naar
Kortrijk. Het griefde hem zeer, dat hij zijn
taak als opvoeder niet kon voortzetten. Doch
als priester toonde hij zich in laatstgenoemde
fiaatsen vooral een vriend en steun der armen.
dij was zeer goedig en schonk tot zelfs voor
lem onmisbare kleedingstukken weg.
Spreker verhaalde verschillende trekjes die
een duidelijk beeld gaven hoe Guido Gezelle op
Snel spoedde ik mij langs den smallen, den
:>erg afgaanden weg.
Het was een prachtige weg, het gezicht op
ret dal was verrukkelijk, doch ik had er geen
oog voor, ik zag niets van de zeldzame planten,
die langs de berghelling groeiden, niets van de
pioenen, die uit de steenen overal hunne vuur-
roode, prachtige bloemen toonden, ruijne ge-
dachten waren in het afgelegen huis in de
donkere kamer bij het bloedig lijk van den
vermoorde.
Ik ontmoette op den eenzamen weg niemand
en liep zoo hard ik kon door. Thans lag het
stadje vlak onder mij hier moest de trappen-
weg, die zoo gevaarlijk was, van het voetpad
afwijken. Ik keek voorzichtig rond, het was
niet gemakkelijk het nauwelijks zichtbare, weinig
gebruikte pad te vinden, doch 't gelukte aan
mijn geoefend oog. Zonder te aarzelen, spoedde
ik mij, van steen op steen springend, naar be-
nedeneen misstap kon mij het leven kosten,
doch als geoefend bergbeklimmer liep ik zeker,
en reeds enkele minuteu later stond ik onder
aan de rots en voor de tuindeur van het loge-
ment .//De goudeu Druif."
dit punt gewoon was te handelen en dat vol-
doende bewijst dat hij voor zichzelf steeds
gebrek moest hebben.
Zooals met vele groote mannen het geval
steeds was, duurde het lang eer men hem
begreep, eer men waarde aan zijn werken
hechtte. Doch ook toen men begon met
eer te betoonen bleef hij zeer nederig.
De dichter met zijn rijken geest is geboren
te Brugge, op 1 Mei 1830 en overleed te
Kortrijk den 27 Nov. 1899.
Na het einde der lezing bracht Ds. Van Dis
dank aan den spreker, aan de commissie die
door haar iuitiatief aan de opgekomen een paar
zeer genoeglijke uren had bezorgd en aan den
kerkeraad voor het weiwillend beschikbaar
stellen van het kerkgebouw.
Bij het uitgaan werd eene collecte gehouden
ten voordeele der evangelisatie te Maria Hoore-
beke en omgeving.
Bij het dezer dagen gehouden exaraen
is het postradicaal o.rn. ook behaald door den
klerk der posterijen en telegrafie C. Wolfert
te Hulst.
Zaamslag, 1 Dec. Onlangs gingen 2 jagers.
waaronder de heer C. Stoffels, van hier, door
de buurtschap Val, elk met een hond bij zich.
Door de houding dier honden bemerkte men,
dat in een alleenstaande houtmijt ongedierte
moest schuilen. Met het oog daarop werd be-
sloten die mijt af te breken. Toen dit geschiedde,
kwam daaruit een prachtige marter (fluwijn)
te voorschijn, die na een gevecht door de hon
den, werd gedood.
Gisteren, toen de jager Stoffels, vergezeld
van zijn hond, kwam bij de hofstede, bewoond
door den heer S. de Mul, meende hij aan zijn
hond te bemerken, dat ook aldaar in eene hout-
mijt ongedierte een schuilplaats gevonden had.
Nadat hij zich van voldoende hulp had voor-
zien, werd ook daar het hout uiteen gehaald,
met het resultaat dat daaruit 2 marters te voor
schijn kwamen, die met twee goed gerichte
schoten door Stoffels werden gedood. Onder
het hout vond men voorts de overblijfselen van
10 kippen, een patrijs en een egel (stekelvarken).
Wel een bewijs, dat het van groot belang is,
de marters, waar men die aantreft, zoo moge-
lijk te dooden.
Aan den jager is voor de 2 marters fr. 40
geboden.
Heden werd alhier door het bestuur van
den Zaamslagpolder aanbesteed de levering van
110.000 Kg. macadam, metende beneden 3 c. M.
Hiervoor werd het minst ingeschreven door den
heer J. Jansen te Ter Neuzen, voor f 3,25
per 1000 Kg.
Het vervoer van die macadam werd aange-
nomen door C. Stoffijn te Ter Neuzen, voor
0.45 per 1000 Kg.
De macadam zal worden vervoerd naar den
dijk van af de hofstede bewoond door den heer
S. de Mul, tot aan de Reuzenhoek en aan de
Groenstraat van af den heer De Mul voornoemd
tot aan de hofstede bewoond door C. P. Micbiel-
sen. Voldoet deze verharding beter dan grind-
bedekking, dan zal voortaan aan laatstgenoemden
weg de verharding met macadam geschieden.
Bij de heden gehouden verkiezing voor
een lid van den gemeenteraad, ter voorziening
in de vacature ontstaan door het overlijden van
den heer J. van de Ree, zijn candidaat gesteld
de heeren Jan Dees (a.-r.) en W. Scheele
(chr.-hist.).
Axel. Tot predikant te Wilsum (O.) is be-
roepen de heer P. de Putter, candidaat 4e Axel.
Zateruagmiddag werd tusschen Arnemuiden
en 's Heer Arendskerke een ruit van een spoor-
wegrijtuig derde klasse, vermoedelijk door een
hagelschot of steen worp verbrijzeld.
Zondagavond ruim 11 uur is in het
Luciferstraatje te Eindhoven, bij een twist, zekere
S., bijgenaamd de Vuurvreter, afkomstig van
III.
ffHet middagmaal is reeds lang voor u ge-
reed, professor!" riep vrouw Franzka mij tege-
moet, toen ik de keuken biunentrad. Doch
nauwelijks had zij mij nader beschouwd, of zij
sloeg de handen ineen. //Goede genade, wat
ziet ge er uitZoo bleek, zoo ontdaan, door
en door bezweet, de druppels hangen u aan de
harenHoe kan men ook met die hitte op 't
heetst van den dag door de bergen zwalken
De rechter
//Is de rechter thuis?" viel ik de praatzieke
vrouw in de rede. Ja, voor ongeveer een kwar-
tier is hij thuis gekomen, ik heb hem niet ge-
zien, doch hoorde hem de trappen opgaan. Hij
is op zijn kamer en kleedt zich waarschijnlijk.
Dat moest u ook gaan doen, in die natte
kleeren kondt ge licht verkouden worden."
De laatste woorden hoorde ik nauwelijks, ik
ijlde haastig de trappen op op het portaai keek
ik rond, daar zag ik op een deur het nummer
twaalf, de kamer van den districts-rechter. Ik
klopte aangeen antwoordik klopte harder,
Tilburg, duchtig met het mes bewerkt. Hij
kreeg een messnede in den hals en over het
gelaat, en had veel bioedverlies. Na in de
mareehaussee-kazerne verbonden te zyn, is hij
in ernstigen toestand naar het Liefdehuis over-
gebracht. De dadur, zekere v. B., is geboeid
naar 's Hertogenbosch overgebracht.
Naar men aan de „N. R. Ct." mededeelt,
kwam sedert het bericht in sommige bladen
van het voorkomen van een valscli baukbiljet
van J 40 N. C. 5355 wederom een valscli biljet
van 40, met dezelfde serieletters en nummer
in handen der politie. Had men de vorige
maal een poging gedaan om eenige letterfiguren
in te persen ten einde het watermerk der echte
biljetten na te bootsen, ditmaal was deze poging
achterwege gebleven. Het biljet heeft verder
een groezelige kleurde groene verf, waarmede
de voorzijde behandeld schijnt, is doorgedrukt
en door vlekken op de achterzijde merkbaar.
Door deze kenteekenen en door de gladheid en
slapheid van het papier, de fotografische tint van
den druk en het ontbreken van de witte lijnen
van den onderdruk springt de valschheid ge
makkelijk in het oog.
Een knecht van den slager L. v. d. B.
te Tiel ging Zondag te Tilburg voetballen.
Zijn patroon gaf hem f 400 tnee om die op
de heenreis te Geldermalsem te betalen. Hij
deed dit niet, nam ze mee naar Tilburg, waar
hem het bed rag ontstolen werd.
Zondagmiddag heeft de politie te Arnhem
aangehouden een rondzwervende Duitscher W. S.
die in het bezit bleek te zijn van 20 Neder-
landsch geld, Belgische bankbiljetten tot een
waarde van fr. 420, 28 diamanten, 3 paarlen
en 4 smaragden. Hij beweerde dat alles te
Bonn gevonden te hebben in een pakje, dat
weggeworpen werd door een man, die door de
politie achtervolgd werd. Het vest van den
aangehoudene was met bloed bevlekt. Een
onderzoek wordt ingesteld.
Ten huize van de familie Melden, Nieuwe
Prinsengracht 52, te Amsterdam, trok eergister-
avond het 19jarig dienstmeisje het petroleum-
toestel omver, waardoor hare kleederen vlam
vatten. Ook hare meesteresse, die hulp trachtte
te bieden, stond weldra in lichtelaaie. Beide
vrouwen werden naar het Binnen-Gasthuis ver
voerd. Mej. Melden is daar gisternacht, tenge-
volge van de bekomen brand wonden overleden
de toestand van het dienstmeisje is zorgwekkend.
Het gebruik van bedwelmende middelen
was tot dusver het uitsluitend privilegie van
den mensch. Wij alien hebben wel eens ge-
hoord van opiumschuivende Chineezen en andere
half of heel barbaarsche volken de beschaafde
Germaansche en Latijnsche volksstammen gaven
de voorkeur aan jenever, whisky, absinth, bier,
wijn en andere alkoholische dranken, die een
soortgelijke uitwerking hebben als opium, maar
heeft men ooit gehoord van opiumschuivende
eenden
En toch is het een feit.
In de nabijheid van eene eendenkooi in den
Westpolder (gem. Ulrum) werd in ditjaareen
perceel zoogenaamd blauwmaanzaad (Papaver
somniferum) verbouwd door den eigenaar der
kooi, den heer H. J. Louwer. Het is bekend
dat de stengels en bladeren, alsmede de onrijpe
vruchtkapsels dezer kultuurplant een melkachtig
sap be vatten, waaruit opium kan worden ge-
distilleerd. Hierop kregen de lokeenden der
naburige eendenkooi trek, toen de planten be-
gonnen te bloeien, en wel zoodanigen trek, dat
men met recht kon zeggenze zijn er aan
verslaafd. De uitwerking was nagenoeg dezelfde,
als die van opium op menschenze werden
loom en sufferig, de eetlust voor uormaal voed-
sel verdweeu, ze vermagerden bij den dag, en
als er geen paal en perk aan gesteld was,
zouden zij waarschijnlijk alien gestorven zyn.
De eigenaars stelde er natuurlijk oppassers
by aan, eerst overdag, en toen bleek, dat dit
niet voldoende was, ook bij nacht, waardoor
het verlies zich bleef bepalen tot enkele dieren.
De meeste dieren hebben een instinctmatigen
daar klonk het van binnen, over af, als kwam
het uit de zijkamer//Wie is daar
//Prof. Dolnitz. Ik nuet u over een hoogst
belangrijke zaak spreken, mynheer de rechter."
z/Een paar minuten geduld, als 't u belieft.
Ik ben mij juist aan 't kleeden, doch dadelijk
klaar."
Ik moest wachten. Terwijl ik daar voor die
deur stond, voelde ik op eens weer dien bran-
denden, bijna ondragelyken dorst, die mij langer
dan een half uur geleden naar het afgelegen
huis geleid had.
Door de gebeurtenissen had ik dien dorst niet
meer gevoeld, doch thans, nu ik tot rust kwam,
deed hij zich met dnbbele kracht gelden. Ik
voelde mij uitgeput, een onmacht nabij. Ge-
lukkig zag ik op een tatel in de zaal eenige
half met water gevulde karaffen; zij hadden al
uren in die voorzaal gestaan, het water was
lauw, maar toch dronk ik met groote teugen
en het bracht mij de zoo hoog noodige ver-
kwikking. Ik voelde mij als opnieuw geboren.
(Wordt vervolgd.)
VAN