A I g e m e e n
Nieuws- en Advertentieblad
Zee
o o r
uwsch-Vlaanderen.
Paarden- en Veemarkt.
Op Leven en Dooi
No. 5220
Dinsdag 3 November 1908.
Paarden- en Veemarkt
Buitenland.
48'' Jaargang.
EEBSTB 3E3XJ-AJD.
BEKENDMAKIN6.
FEUILLETON.
Per
ABONNEMENT
drie iuaanden binnen Ter Neuzen 1,Franco per post
Voor
Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor-Amerika 1,32V3 en voor
het overige Buitenland f 1,65. Men abonneert zich bij alle Boekhande-
laars, Postdirecteuren en Brievenbushouders.
ADVERTED TIEN:
Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0,10.
Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de
prijs slechts t w e e m a a 1 berekend.
Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend.
Telefoon No. 2 5.
Inzending van advertentien voor 3 uren op den dag der uitgave.
Generaal-majoor Turner, die tijdens deBoeren-
oorlog een belangrijke betrekking bekleedde,
heeft het volgende meegedeeld over het Duitsche
veldtochtsplan van het Britsche leger in Zuid-
Afrika
lk weet persoonlijk, dat de Duitsche generate
staf een plan ontwierp en uitwerkte. Ik weet
ook, dat het aan de Engelsche regeering werd
medegedeeld. Het is de gewoonte van den
Duitschen generalen staf out bij elken oorlog,
groot of klein, die waar ook ter wereld uit-
breekt, een plan voor den veldtocht op te maken.
Hij had zich niet meer moeite kunnen geven
als het een eigen oorlog betrof.
Het plan voor den veldtocht in den Boeren-
oorlog werd reeds bij het begin van den oorlog
ontworpen. Het werd my destijds meegedeeld,
en kwam hierop neer, dat de Engelsche troepen
aanstonds in het Boerenland zouden doordringen
en wij het er op zouden wagen, dat de Boeren
in Natal vielen. De meening van de Duitschers
was, dat de beweging, die zij voorstelden, de
nitwerking zou hebben, den vijand uit de Engel
sche kolonie weg te trekken. Generaal Bullrr
deed een dergelijk voorstel, maar hij werd over-
2)
Ik kan niet zeggen dat de waarschuwingen
van mijn vriend een prettigen indruk op mij
maakten. lk ben volstrekt geen held en houd
niet van gewaagde ondernemingeD. Als men
zestig jaar is geworden en het grootste deel
dier jaren in de studeerkamer heeft doorgebracht,
is de zin voor het avontuurlijke verdwenen. A1
ontbreekt het mij niet aan persoonlijken moed,
dien ik als student en later in de door de
politiek bewogen tijden dikwerf gelegenheid had
te toonen, toch zit het er niet bij mij in, moed-
willig het gevaar op te zoeken. Voor de beren,
lynxen en giftslangen, die daar huizen, ben ik
niet bang, de eerste zyn in den zomer voor
den mensch niet gevaarlijk en tegen de laatste
weet ik mij te wapenen, ik tref die op al mijn
tochten in de Alpen en zelfs in Noord-Duitsch-
land dikwerf genoeg aan.
Maar ernstiger leken mij de menschelijke roof-
dieren toch kon mij de vrees voor hen niet
gen, mijn reisplan op te geven, waarmee
ik mij reeds zoo geheel vereenzelvigd had. Ik
kocht te Weenen een goeden revolver met de
noodige patronen en reisde den volgenden morgen
verder naar Graz, waar ik een ander vriend en
aan,
op
dit
stemd, omdat men bang was voor Natal en
Kaapland.
Of lord Roberts van dit plan geweten heeft
wist de generaal niet te zeggen, en lord Roberts
zelf weigert er zich over uit te laten.
Als keizer Wilhelm der Britten zijn bood-
schap heeft gezonden om den nieuwen driebond
uit elkaar te doen springen, dan heeft hij deer-
lijk gefaald. Men denkt er in Engeland niet
de vriendschap aan Frankrijk en Rusland
te zeggen. De //Daily News" sehrijf't in
verband
Wij gaan onze vriendschap met Frankrijk
niet opgeven, omdat het den Boerenoorlog niet
goedkeurde. Veel Engelscben keurden hem
evenmin goed, maar dat ligt alles in het ver-
leden, en wij zullen den keizer, zoo min als
iemaud anders, tusschen vrienden twist laten
stoken. Wij zijn overtuigd, dat de keizer daarop
ook geen plan had, evenmin als dat hij door
een andere boodschap uit de archieven van
Windsor bekend te maken, eenige hedoeling
had om de eer, aan lord Roberts verschuldigd
te verminderen. Het was natuurlijk zeer vrien-
delijk van den keizer om een veldtochtsplan
voor Zuid-Afrika te ontwerpen en het aan de
koningin te zenden, toen wij er vrij slecht voor
stonden. En het pleit voor hem, dat zijn plan
op veel punten overeen kwam met dat van lord
Roberts. Maar er is niets buitengewoon merk-
waardigs in dat samentreffen, want generaal
Buller had reeds voor de oorlog begon, nage-
noeg hetzelfde plan ontworpen, en hij werd in
de uitvoering slechts belet door de noodzake-
lijkheid om sir George White in Natal te ont-
zetten. Maar we wenschen den keizer toch
geluk met zijn strategisch inzicht, en we vinden
het erg aardig van hem dat hij er koningin
Victoria gelukkig mee heeft willen maken.
Het Engelsche blad is wat ondeugend
De //Times" meent, evenals deFransche bladen,
dat de Duitsche regeering en niet Frankrijk
het plan had geopperd, Engeland te dwars-
boomen.
De mededeeling van den Duitschen keizer, in
de //Daily Tel." gedaan, kan niet anders be-
teekenen dan een aanval op de goede verstand-
houding die er nu tusschen Engeland, Rusland
en Frankrijk bestaat, zegt het Londensche blad.
De wijze waarop dat geschiedt, is slecht ge-
kozen en onvoorzichtig. Een vorst moet zich
niet zoo in het gedrang begeven.
Op 1 Januari 1896, den dag voor het Ki uger-
telegram, kwam Marschall von Bieberstein, toen
Minister van Buitenlandsche Zaken te Berlijn,
studiegenoot moest bezoeken. Van hem, die zoo
dicht woonde bij het doel mijner reis en zeker
voldoende met de toestanden in de Krain bekend
was, hoopte ik beter, geruststellender mede-
deelingen te krijgen. Ik had mij vergist, want
mijn Grazer collega had bijna nog meer be-
denkingen dan mijn Weener vriend, ofschoon
hij als natuurvorscher over diens waarschuwing
voor beren, lynxen en vergiftige slangen lachte.
Maar ook hij schudde het hoofd en zeide
//Van Luttach en omstreken weet ik niets
anders dan dat daar op den Nanos voor eenige
jaren de Saturnia Caecigena werd gevonden.
Gij zult waarschijnlijk een goede verzameling
erlangen, al zal die dan ook niet zoo rijk zijn
als ge hoopt, want de kale, van plantengroei
beroofde rotsen van het Karstgebergte hebben
geen rijke fauna, en waar het gebergte met
bosch begroeid is, vormt dit een dicht, meest
ondoordringbaar oerwoud. Ik twijfel echter of
zelfs de rijkste verzameling zal kunnen opwegen
tegen de bezwaren, onaangenaamheden en zelfs
gevaren waaraan ge it zult blootstellen. Het
grootste gevaar ligt daarin, dat ge een Duitscher
zijt. De onzalige nationaliteits-strijd heeft in
Krain de gemoedeven derm ate verbitterd, dat elk
beter gevoel uitgedoofd is. Den Duitscher te
haten, achtte de Slaaf zijn hoogsten plicht; zijn
hoogste genot is het, als hij ongestraft een
Duitscher beleedigen, mishandelen kan.
Of gij u met uw revolver tegen mishande-
lingen zult kunnen vrij waren, betwijfel ik. Ge
kunt toch niet dadelijk met dat wapen dreigen
bij Herbette, den Franschen gezant. Hij kwam
waarschijnlijk met instemming van den keizer,
vragen of Frankrijk zich bij Duitschland wilde
aansluiten tot een diplomatiek optreden in
Enropa, ten einde de onafhankelijkheid en on-
schendbaarheid van de Boerenstaten te verzekeren.
Herbette antwoordde met de vraag of Duitsch
land dan Frankrijk in Egypte tegen Engeland
wilde steunen. Marschall antwoordde in ont-
kennenden geest. Dan, zei Herbette, kon de
Franscbe regeering geen belang stellen in Duitsch-
land's plannen in Zuid-Afrika.
In November 1899 vroeg Moerawjof, toen
Russisch Minister van Oorlog, tfc Parijs zijnde
aan Delcasse, of't niet goed zou zijn te Louden
iets te doen ten bate van den vrede. Het
antwoord wasalleen een vriendschappelijke
poging, een goed woord ten bate van den vrede
De Duitsche //Germania'* komt tot de slotsom,
dat de Duitsche pers het er met weinige uit-
zonderingen over eens is, dat aan de Duitsche
staatkunde in lang zulk een zware slag niet
is toegebracht als door de Engelsche onthul-
lingen. De keizer heeft in den loop van zijn
regeering menig woord in het openbaar gesproken,
dat, naar de overtuiging vim de meerderheid
van het Duitsche volk, beter niet gesproken zou
zijn. Maar wat de Engelsche diplomaat nu ver-
raden heeft, laat alles ver achter zich. Algemeen
is de ontsteltenis over deze onthulling, die het
vertrouwen op de Duitsche staatkunde, dat toch
al niet groot was, bij alle mogendheden diep
moet schokken. Geen officieuze verbloeming
zal den verpletterden indruk kunnen wegnemen.
Zeer benieuwd mag men zijn, wat prins Biilow,
die altoos zoo bereidwillig de //voile verant-
woordelijkheid" op zich neemt, er van zeggen
zal. Hij zal er niet aan kunnen ontkomen zich
er over uit te laten, en met algemeene gezegden
zal de Rijksdag zich moeilijk laten paaien.
TER NEUZEN, 2 November 1908.
Woensdag a. s. zal de Belgische commissie
voor het verbeteren van de Schelde stroomaf-
waarts en op de reede van Antwerpen, de haven-
werken van Gent en het kanaal van Ter Neuzen
bezoeken.
Hedenavond was de passage over de
Axelsche brug geruimen tijd gestremd, daar de
sleepboot //President Pennoy" in de westelijke
doorvaart aan den grond voer.
als ge in het bosch een boerenjongen treft, die
u bespuwt, beschimpt, of als twee, drie boeren,
er zich een genoegen van maken den Duitscher
flink af te rossen. Ook is het gevaar groot
dat ge in een afgelegen buurt door schurken
wordt aangevallen en beroofd, doch het grootste
gevaar dreigt u door de vijandige gezindheid
der bevolking jegens Duitschers. Tegen aan-
vallen van roovers kunt ge u wellicht met een
revolver beschermen, tegen beleedigingen en
mishandelingen der boeren niet."
Dat waren treurige vooruitzichten Ik ver-
wonderde er mij bijna over dat die mededee-
lingen mij niet deden aarzelen in mijn reisplan.
Had mijn collega niet uitdrukkelijk gezegd, dat
Saturnia Caecigena op den Nanos gevonden was,
dan zou ik waarschijnlijk zijn raad, niet naar
Luttach te gaan gevolgd hebben, doch myn
hartstocht voor verzamelen overwon mijn vrees.
Ik liet mij door niets afschrikken en zette den
volgenden dag mijn reis voort's middags tegen
vier uur kwam ik te Adelsberg aan, en van
daar had ik nog vier uur per rijtuig te gaan,
alvorens te Luttach aan te komen.
lk wilde gaarne spoedig op de, trots het af-
raden van myn vriend, gekozen plaats komen,
dat ik zelfs der begeerte, de wereldberoemde
Adelsberger grot te bezoeken, weerstand bood.
Ik stelde dat bezoek uit tot de terugreis, huurde
te Adelsberg een rijtuig waarop ook mijn twee
groote reiskoffers plaats vonden en een half uur
later was ik op reis naar Luttach.
De uitstekend onderhouden straatweg leidt
Met veel moeite gelukte het na ongeveer een
kwartier de sleepboot weer in vlot water te
krijgen, waarna de brug kon gedraaid worden.
Zaterdag werd door de gemeentepolitie in
den kelder van een hotel naby t station alhiei
in beslag genomen eene partij aardappelen, die
daar, volgens hunne bekentenis, waren gebracht
door J. A. B. en J. K., welke 2 personen op
het tegenover het hotel liggend stationsterrein
belast zijn met het opladen van aardappelen.
Genoemde personen waren in arrest genomen en
verhoord en werden na opgemaakt proces-ver-
baal weer in vrijheid gesteld.
Den beer Ch. van Laere, onze vroegere
stadgenoot, slaagdejl. Woensdag te sGravenhage
voor het examen post-radieaal.
Sedert het bezoek van den Minister van
Oorlog gaat te Breskens het gerucbt dat op de
plaats van een der vroegere forten er wederom
een zeu verrijzen. Waarschijnlijk in verband
met dusdanige plannen kwamen Donderdagmiddag
eenige leden van den generalen staf, vergezeld
an een officier der genie, die hetterrein opnamen.
Bij die gelegenheid moet een der heeren een
portefeuille met belangrijke stnkken hebben ver-
loren, welke echter in den namiddag werd terug-
gevonden en bij den wachtmeester der marechassee
gedeponeerd.
Zaterdagnamiddag half twee werd in
Philippine het gerucht verspreid dat de graanmy ten
van den landbouwer J. de Zutter in den Vergaert-
polder in brand stonden. Terstond was het
brandweerpersoneel aanwezig, doch doordengioo-
ten afstand, want vanaf den straatweg moest het
water gehaald worden, kon de brandspuit weinig
uitrichten. Zeven mijten tarwe, rogge, haver
en hooi werden een prooi der vlammende
schade bedraagt ongeveer 1200. Een achtste
mijt, die iets verder van de andere staat is nog
gespaard. Zij zyn volgens zeggen van den
eigenaar zeer gering verzekerd.
Nader meldt men
De brand is toe te schryven aan de kinderen
van den boer, die met lueifers hebben gespeeld.
Het is ook eene verkeerde gewoonte van vele
landbouwers om hunne mijten op twee meters,
soms nog dicbter by elkander te plaatsen en
dan voor het gemak, zoo dicht mogelijk by de
schuur. Had de wind willen dienen, het was
gelukkig bladstil, niet alleen het geheele kegel-
spel maar ook schuur en huis hadden eene beurt
gekregen. Door het flink optreden dei brandweei
bleven nu nog twee mijten gespaard^wnnt^de
door een prachtig bergland, zonder zeer groote
toppen, doch boogere bergen begrenzen het in
de verte. lk had gaarne de namen dier bergen
vernomen, doch mijn koetsier verstond geen
woord Duitsch, was ook niet vatbaar voor spraak
door teekens, zoodat het onmogelijk was mij
door hem te doen verstaan. W ij redeD hard,
bergop bykans niet minder hard dan bergaf,
door steeds afwisselendc. liefelijke landschappen,
door bosschen, weiden en akkersvan den
Karst was nauwelijks op enkele plaatsen een
klein stuk in de verte te zien, slechts de kale,
grauwe rotsen van den Nanos, waarop wij hard
toereden, om daarna langs de, om den berg
loopende straat bergaf naar het dal van Luttach
te rijden, gaven een beeld van het van planten
groei beroofde kalkgebergte.
De tijd ging my verwonderlijk vlug om ge-
durende den langen ritik zag zooveel en alles
wat ik zag was tegen de verwachting in, waar
mee ik in zuidelijk Krain gekomen was. De
talrijke dorpen, waardoor de straatweg gaat,
waren zoo verschillend van de Poolsche dorpen,
die ik in Opper-Silezie had leeren kennen, zij
toonden tal van flinke boerenwoningen en slechts
enkele met stroo gedekte hutten. Zoo had ik
mij de Slavische dorpen niet voorgesteld. De
boeren, die het rijtuig tegen kwamen, groetten
vriendelijk zij vermoedden zeker niet dat
een gehate Duitscher er in zat. De logementen,
die wy voorbijreden, maakten volstrekt geen
indruk van vuilheid en verval, integendeel zij
zagen er zeer behagelijk en zindelyk uit.
nit bind verschijnt lllaanda^-. WwenstlaK- en Vrydagavond, nitge^on.ierd op Feestdttgen. liij de Firiiia^jJ^
VAX HE MHHE te Ter Kenzen.
Burgemee8ter en Wethonders van TER NEUZEN
maken bekend dat in die gemeente
zal worden gehouden op Woensilag 18 Vovrmlier
1BUH, zooals breeder bi.j aanplakbiijetten isomachreven.
Ter Neuzen, 2 November 1908.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. A. P. GEILL, Burgemeester.
VV. S. J. DlELEMAN, Secretaris.
Burgemeester en Wethouders van TER NEUZEN
brengen ter openbare kennis dat het voornemen bestaat
het perceel kadastraal bekend sectie C, no. 1794, gelegen
aan het Tuinpad aan den publieken dienst te onttrekken.
Bezwaren hiertegen kunnen bij hen worden ingediend
viibr den IB V o vein her 1908.
Ter Neuzen, 2 November 1908.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
J. A. P. GEILL, Burgemeester.
W. S. J. DIELEMAN, Secretaris.