No. 5079. Ter Neuzensche Courant. Zaterdag 30 November 1907. 47e Jaargang.
Binnenland.
Gemengde berichten.
TWBE3DB ZBXj.A.:D.
EERSTE KAMER.
Vergadering van Donderdag.
In de eerste piaats komt in behandeling het
wetsdntwerp tot goedkeuring van het traktaat
met Duitschiand, betrekkelijk de dubbele onge-
vallen-verzekering in de wederzijdsche ianden.
Het ontwerp wordt na toelichting, goedgekeurd,
evenals die tot beschikbaar-steJling van geiden
voor Marine en Begrootingswijzigingen. (Bij de
aanvullingsbegrooting voor Waterstaat deelt
Minister Kraus mee, dat de aankoop van het
huis Lange-Houtstraat voor een afdeeiing han
del" van het departement van Landbouw buiten
verband staat met het groote plan tot huisvesting
van de verschillende departementen. In't begin
van 't volgend jaar zullen evenzeer gedetailleerde
mededeelingen kunnen worden gedaan.)
Daarna wordt behandeld het wetsontwerp ten
behoeve van een stoomvaaa'tverbinding tus3chen
Nederland, Brazilie en Argentinie.
De heer Stork maakte bezwaar tegen het
z. i. protectionistisch karakter van deze voor-
dracht.
De heeren Rahusen en Laan verheugen zich
daarentegen in een steun van een nationale lijn.
Minister Veegens verdedigt het ontwerp.
Protectie wordt riet beoogd.
Met 39 tegen 6 stemmen wordt het ontwerp
aangenomen.
Vervolgens houdt de beer Van der Feltz zijn
interpellatie over
het blijvend gedeelte.
De Minister van Oorlog verdedigt zich op de
gronden, als in de Tweede Kamer genoemd.
De heer Van der Feltz, vooropstellende de
goede trouw, waarmee de Minister gehandeld
heeft, stelt nu, ook namens geestverwanten, als
motie voor dat de Kamer, zonder vooruit te
loopen op het beginse'l omtrent het blijvend
gedeelte, in de gegeven oinstandigheden zich zal
neerleggen bij het door de Tweede Kamer uit-
gesproken oordeel in de aangenomen rnotie-
Tydeman.
De Minister van Oorlog vereenigt zich geheel
met de strekking dezer motie.
De heer Havelaar verklaart, ook namens zijn
vrienden ter rechterzijde, dat de motie kan
noch mag worden gesteund, omdat de Eerste
Kamer niet is geroepen te beoordeelen, welke
maatregelen genomen moeten worden om aan
de gerezen moeilijkheid een eind te maken.
Daarvoor blijft de geheele verantwoordelijkheid
aan de Regeering.
Ondanks de verklaring zoowel van den heer
v. d. Feltz als van den Minister, dat de motie
volstrekt niet de Regeeringsverantwoordelijkheid
opheft, blijft de heer Havelaar bij zijn verklaring,
waarop de Minister zich, als outs'lagen van zijn
belofte (om de zaak niet te praejudicieeren)
volkomen vrij acht.
De heer Havelaar wenscht zich bij zijn ver
klaring te houden de Minister blijft verant-
woordelijk.
Daar nu, volgens den heer v. d Feltz, diens
motie onnoodig was geworden, trekt hij haar in.
De Minister wil precies weten, op welk stand-
punt hij geplaatst wordt, Vrij of niet vrij.
Hij achtte zich van zijn belofte ontslagen.
De heer Reekers constateert dat de Minister
de Regeeringsbelofte niet heeft gehouden. Een
belofte laat spreker zich niet afdwingen. Bij
de begrooting zal hij de zaak in haar geheel
beoordeelen.
De Minister erkent, dat hij zich vergist heeft
maar te goeder tronw heeft hij gehandeld. Dat
wordt erkend en nu acht hij zich vrij om de
miliciens te ontslaan.
De heer 't Hooft herinnert, dat de ontslagaan-
vraag van het ministerie gemotiveerd was door
de principieele uitspraak van de Eerste Kamer
tegen de afschaffing van het blijvend gedeelte.
Erkent de Regeering die motiveering, hoe
kon zij dan van het eergevoel der Eerste Kamer
verwachten dat deze de Regeering van haar
belofte, om niet in te grijpen, zou ontslaan,
zonder de toegezegde constitutioneele oplossing
(bij een wetsontwerp) In piaats daarvan wordt
de Kamer voor veel erger geplaatst, voor de
mede-aansprakelijkheid n.l. voor het wegzenden
van het blijvend gedeelte. Men wil de Kamer
er in laten loopen.
Spreker stelt tenslotte een motie voor, om
te verklaren, dat het niet wenschelijk is, thans
te treden in een bespreking van het zg. blijvend
gedeelte en evenmin in een beoordeeling van
de handelingen van den Minister van Oorlog
en dat de Kamer thans niet bevoegd, in staat
of geroepen is, maatregelen aan te geven ter
afwending van de bestaande moeilijkheden,
waarover zij de beslissing en de voile verant
woordelijkheid aan den Minister laat.
Met 27 tegen 18 stemmen wordt een motie
Van Nierop verworpen om het debat tot morgen
te verdagen doch op voorstel van den heer
Pelinck wordt de vergadering voor een half
uur geschorst, nadat de heer Van Welderen
Rengers, die gaarne gezien had dat de Regee
ring zich bij de verklaring van den heer Have
laar had neergelegd, geadviseerd had een middel
te zoeken om de Regeering uit de impasse te
redden.
Na heropening van de vergadering verklaart
de Minister, dat hij genoegen neemt met de
verklaring van den heer Havelaar, daarbij ver-
zoekende niet in verdere besprekingen over
andere moties te komen.
De heer 't Hooft trekt nu zijn motie in,
omdat zij volkomen hetzelfde inhoudt als de
verklaring van den heer Havelaar, die, naar de
heer v. d. Biesen constateert, de meening van
de geheele rechterzijde uitdrukt.
Hiermede loopt de interpellatie af. De Kamer
gaat, uiteen tot 23 December.
TWEEDE KAMER.
Vergadering van Donderdag.
De Minister van Justitie, den heer Hugen-
holtz beantwoordende naar aauleiding van diens
kritiek op den vice-president van het Haagsche
Hof, Mr. Van Rappard, die in een artikel in
't //Weekblad van het Recht" zich over werk-
stakers had uitgelaten, zei, dat hij zich moest
onthouden van een oordeel over pennevruchten,
die een magistraat als privaat persoon de wereld
inzendt. De Minister belooft te zullen onder-
zoeken, waarom geen' strafvervolging is ingesteld
tegen de Duitschers, die, op reisnaar Rotterdam,
op de stations relletjes maker.. De Minister
protesteert echter bij voorbaat tegen de beleedi
ging, door den heer Hugenholtz (hedenochtend
bij replied naar het hoofd onzer justitie ge-
slingerd, dat onze justitie wel anders zou ge
handeld hebben, als 't in piaats van Duitschen
onderkruipers, Hollandschen stakers had gegolden
een protest dat de Minister krachtig herhaalt
tegenover den lieer Helsdingen, die zijnerzijds
beweert dat de justitie geen ,/kiekeboe" zou
hebben gespeeld, als 'teen Hollandschen werk-
man gegolden had.
De Minister zegt den heer Tydeman toe diens
wenken nopens uitbreiding van 't Rijkspolitie-
toezicht, ernstig te zullen overwegen. Het
ligt voorts juist in de bedoeling, voor rivier-
toezicht een specialen dienst in te stellen. Er
zullen motorbooten in dienst worden gesteld,
te betnannen met speciaal voor den dienst te
bestemmen rijksveldwachters. De organisatie
van dien dienst is, helaas, vertraagd door het
ontslag om gezondheidsredenen, van den Rotter-
damschen hoofdcommissaris van politie. Behoud
van het korps marechaussee als militair wapen
wordt wenschelijk geacht, doch de kosten be-
hooren tusschen de departementen van Oorlog
en Justitie te worden verdeeld.
De heer De Ridder vraagt maatregelen tot
beperking van het euvel der woonwagens.
De heer Roodhuyzen bespreekt o. a. uitvoe-
rig de Rijkswerkinrichtingen, waarbij hij er
o. a. op aandringt dat de verpleegden niet zoo-
veel mogeljjk, doch uitsluitend naar het zedelijk
gehalte geschift zullen worden.
De heer Hugenholtz wenscht nog rneer uit-
gebreid te zien de organisatie van het vakonder-
wijs in de gevangenissen. Hij kritiseert de
tegenwerking in deze en bepleit uitbreiding
van het geven van vakonderwijs ook tot her-
halings-misdadigers en personen, die korter
dan 6 maanden in de gevangenis blijven.
Dit laatste kan de Minister niet toezeggen.
Er moet een zekere grens zijn.
De heeren Ter Laan en Ketelaar bepleiten
lotsverbetering van onderwijzers in gevangenissen.
De Minister raadt aan af te wachten de in
uitzicht zijnde herziening van het gevangenis-
onderwijs.
De heer De Stuers licht zijn amendement
toe, strekkende om den post van f 25,000,
uitgetrokken als eerste gedeelte van de som,
benoodigd voor het stichten en bouwen van
een nieuw rechtsgebouw te Utrecht, te ver-
minderen met 5000.
Na uitvoerig debat neemt de Minister den
post terug.
Hie rna komt in langdurige discussie de post
van f 50,000, uitgetrokken als eerste gedeelte
der slechtingskosten voor een bijzondere straf-
gevangenis voor mannen.
De heer Van Wijnbergen bestrijdt den post,
betoogende dat deze geheele zaak oovoldoende
is voorbereid.
De Minister, zijnerzijds den bouw van de
nieuwe bijzondere strafgevangenis verdedigende,
deelt mee dat het de bedoeling is haar te
stichten te 's Gravenhage in de duinen, naast
de bestaande strafgevangenis. De Minister
noemt het een ideale oplossing, wat ligging
betrefc. Door de nieuwe gevangenis zal aan
vele onhoudbare toestanden in gevangenissen
en andere plaatsen een einde worden gemaakt.
De post, in stemming gebracht, wordt goed
gekeurd met 32 tegen 26 stemmen.
TER NEUZEN, 29 November 1907.
Benoemd tot hoofd der openbare lagere
school te Cadzand de heer C. J. Neeteson, thans
in gelijke betrekking te Waterlandkerkje.
Westdorpe. Heden tnorgen zou men bij den
landbouwer v. A. in de kamer voor de eerste
maal in dezen winter de kacbel doen branden.
Wat men ook deed, de kachel wilde maar niet
trekken, en al de rook sloeg terug de kamer
in. Er werd een metselaar gevraagd, om het
zaakje na te zien, en wat was bij nader onder-
zoek het geval Hij vond geheel den schoor-
steen gevuld met nesten van uilen terwijl zich
twee doode uilen, benevens vier eieren in de
nesten* bevonden. Toen dit alles verwijderd
was, leverde de kachel, bij het opnieuw aan-
steken, het bewijs dat de zaak opgelost was.
Westdorpe. Zekere Van Laere alhier zat
gemoedelijk aan tafel zijn namiddagkoffie te
gebruiken, toen op eens met hevig lawaai door
de openstaande deur, een duif, een kfp en eenige
musschen kwamen binnen gevlucht, welke alien
een onderkomen vonden achter de kleerkast.
Eenige stonden later bemerkte v. L. een klamper
in huis. die natuurlijk al deze diertjes op de
vlucht had gejaagd. Fluks de deur dicht
en geheel de buit was -gevangen. Wanneer
men nu weet dat in het naast gelegen pand
voor 14 dagen een haas kwam binnen gestormd
moet men zeggen dat dit een gelukkige buurt is.
Walsoorden. De verhooging van den zeedijk
tot aan Oleverhille is afgeloopen. De bekisting
op den zeedijk ten zuiden der aanlegplaats tot
aan den Wilhelmus, en op den dijk tusschen
den Wilhelmus en den polder Walsoorden, blijft
staan tot het volgend jaar en wordt dan ver-
vangen door dijkverhooging.
Menschelijkerwijze gesproken zijn nu de
polders, verleden jaar geinundeerd of bedreigd,
afdoende beschermd.
Stoppeldijk. Het nut van de- bekeiing van
den Margretschen dijk is nog afdoende gebleken
in de afgeloopen beetencampagne, toen duizenden
kilogrammen over dien dijk zijn vervoerd naar
de losplaats Ter Hole en anders heel wat verder
zouden moeten gebracht zijn.
Het is ook gebleken, dat nieuwe wegen, al
zijn ze nog zoo solied gelegd, niet bestand zijn
tegen de zware beetenvrachten, als zij zich nog
niet gezet hebben. Ook in den Margretschen
weg zijn vele diepe kuilen gevallen, die heel
wat arbeid vragen tot restaureeren van den weg.
RECHTSZAKEf*.
Arrondissements-rechtbank te Middelburg.
De rechtbank heeft in hare zitting van 29
Nov. de volgende vonissen uitgesproken
D. V., oud 55 j., herbergier te Koewacht
en 0. K., oud 29 j., bierhuishouder te West
dorpe, zijn beiden wegens het niet voldoen aan
het bevel van een ambtenaar, veroordeeld tot
14 dagen gevangenisstraf.
L. L. v. H., oud 22 j., bierhuishouder te
Ter Neuzen, is wegens mishandeling veroor
deeld tot 14 dagen gevangenisstraf.
E. T., oud 23 j grondwerker te Hontenisse,
is wegens mishandeling veroordeeld tot 10
boete subsidiair 10 dagen hechtenis.
J. F. F„ oud 39 j., stoker te Ter Neuzen,
is wegens beleediging van ambtenaren veroor
deeld tot 10 boete subsidiair 10 dagen hechtenis.
De laatste personentrein van Maastricht
is Woensdagavond bij het biunenkomen op het
station Venlo in aanraking gekomen met een
locomotief. Eer. conducteur en een postbeambte
kregen onbeduidende kwetsuren. De machines
zijn zeer beschadigd.
Op den luchtspoorweg te New-York, in
de wijk Bronx, reed een trein een anderen
achterop. De eerste wagen van den tweeden
trein schoof op den achtersten wagen van den
eersten en bleef zoo gedurende eenige oogen-
blikken hangen, om daarna naast de rails ueer
te vallem De bestuurder van den tweeden trein
werd verpletterd en het was onmogelijk zijn
lijk uit den wagen te halen. De beschadigde
wagen geraakte in brand, maar het vuur werd
spoedig gebluscht. In de beide treinen bevonden
zich 200 reizigers, die met den schrik vrij-
kwamen.
Een te Hamburg wonende vrouw had zich
zoo sterk voorgesteld, dat op haar achtste lot
in een groote loterij een prijs zou vallen, dat
zij op den laatsten trekkingsdag, toen het zeker
was, dat haar nummer er met een niet was
uitgekomen, krankzinnig werd. Zij verkeerde
nog steeds in het vaste idee, dat zij een hoogen
prijs gewonnen had, en kocht mooie meubels,
horloges en kostbare kleederen, ook huurde zij
een in verhouding tot haar inkomsten veel te
groot huis en betaalde een maaud huur voor
uit van haar spaarduitjes en van geld, dat zij
links en rechts had geleend. Op voorstel van
haar kinderen, is de vrouw thans in een krank-
ziunigengesticht geplaatst.
In het bosch van Garenne op nog geen
kilometer afstand van de piaats waar de aanslag
op den sneltrein van Etampes naar Parijs piaats
bad, heeft men de vijf vermiste geldtrommels
teruggevonden. Alle waren geopend en niet
opengebroken, waaruit men misschien kan be-
sluiten, dat de roovers personen waren, die ver-
trouwd moeten zijn geweest met de wijze waarop
de geiden der lijn werden geexpedieerd.
Men weet dat vier van de vijf trommels een
waarde van 4800 francs inhielden. De inhoud
van de vijfde is nog onbekend.
Geen wolkenkrabbers meer. Bij den
gemeenteraad van New-York is een voorstel
ingediend, waarbij het bouwen van wolken
krabbers, hooger dan 75 meters, verboden wordt.
De gevaarten van 150 en 180 meters hoogte,
die de stad nu rijk is. zullen dus geen hooge
collega's naast zich zien verrijzen altijd als
het ontwerp aangenomen wordt, wat nog zoo
zeker niet is, daar invloedrijke bouwondernemers
er heftig tegen ageeren.
INGE ZONDEK STUKKEK.
Mijnheer de Redacteur
Gelieve onderstaand stukje in uw blad als
ingezonden stuk te willen opnemen.
Aan H.H. Aardappelverbouwers
In mijn magazijn is aanwezig een monster
aardappeleu, in den handel genoemd Industrie.
Een waggonlading zal hier eerstdaags voor
mijne rekeuing arriveeren, rechtstreeks aange-
voerd uit Duitschiand.
Om hunne rijke opbrengst die bij een middel-
matig jaargetijde per gemet geschat wordt op
13 a 14000 kilogr., durf ik met vrijmoedigbeid
deze soort hier te lande aanbevelen, temeer
daar deze zich bijzonder leenen ter vervanging
van de watten die schijnen te zijn uitgediend.
Vergun mij, M. d. R., het bovenstaande reeds
jl. Woensdag alhier op de markt per circulaire
verspreidt, door middel van Uw geeerd blad een
weinig toe te lichten.
Opmerkingen zijn zeker gemaaktis de opge-
geven hoeveelheid niet overdreven Mijn ant-
woord is dat in Belgie door een der proef-
velden 45000 Kg. per H.A. zijn gerooid.
Dat is een aanmerkelijke hoeveelheid meer dan
door mij is opgegeven, maar omdat ik bij er-
varing weet, dat de menschen hier te lande
uitermate conservatief zijn aangelegd op dit
gebied, heb ik de hoeveelheid der opbrengst
middelmatig opgegeven.
Anderen boor ik mij toeroepenZijn deze
soort aardappelen wel geschikt voor den handel
Wees gerust mijne heeren de gelegenheid
tot contracteeren wordt U door den onderge-
teekende aangeboden.
Naar ik rneen zijn de hoofdbezwaren hiermede
weggenomen. Nu rest mij nog om te traehten
aan te toonen dat oerandering van taktiek der
tot hiertoe gevolgde manier van aardappels
telen noodzakelijk is.
leder die eenigszins met den aardappelhandel
bekend is, die wij van af onze streek met onze
Belgische naburen moeten voeren, zal direct
met mij instemmen dat wij hoe langer hoe
meer van het tooneel der Beurs verdrongen
worden.
Onze opbrengst die vooral in de laatste jaren
met name de watten, laag, zelfs zeer laag was
noodzaakt ons, als vanzelf om een hooge prijs,
te bedingen, hetgeen toch niet als resultaat
kan worden beschouwd dat de verbouwers van
deze hooge prijs het voordeel genieten, aange-
zien de opbrengst te weinig wasdus ver-
andering van soortverbouwing noodzakelijk
maakt.
De Belgische landbouwers hebben dit dan
ook goed opgemerkt, dat juist dat soort aard
appelen gewenscht is die een groote opbrengst
naar huunen aard beloven, omdat deze tegen
elke concurrentie zijn opgewassen.
Ook Friesland is ons hieriu vooruit, want
niettegenstaande de transport ongeveer het dub
bele van bij ons van daar bedraagt, geven ze
ons als handelaren, zoodanig de les, dat het hun
gelukt op enkele plaatsen in Belgie ons vier-
kant op zij te zetten.
Doet daar nu nog bij de concurrentie, die
wij te doorstaan hebben tegen het land van
Flakkee en omstreken die met hun eigenheimers
het Belgenland op bijna alle beurzen komen
aanbieden voor een betrekkelijk kleinen prijs,
dan zal ieder mij toestaan dat om deze con
currentie het hoofd te bieden, verandering van
soort hier absoluut noodzakelijk wordt.
Die soortveranderiug meenen wij gevonden
te hebben in de Industrie's die de watten zeer
nabij komen en om hun van nature zooveel
belovende opbrengst.
Ik twijfel niet of deze soort zal, vooral als
ze onzen landaard gewoou zijn geraakt uit-
nemend geschikt zijn voor den Belgischen
handel en onze van ouds bekende vruchtbare
streek weer in bloei doen toeiremen.
Ziedaar, heeren landbouwers en aardappel
verbouwers in het algemeen, wat mij uit de
pen is gevloeid lag mij reeds lang op het hart,
en die het met mij eens is, bestelle wat van
deze soort en ik zal zorgen dat aan uwe orders
rechtstreeks van uit Duitschiand wordt voldaan.
Ontvang M. d. R. voor deze plaatsruimte
mijnen bijzonderen dank.
W. BlOlET.
Ter Neuzen, 29 Nov. 1907.
O o o O
