Tsr Heuzensc-he CouTant Dinsdag 29 October 1907. No. 5064. tweedb blad. Gemeenteraad van Ter Neuzen. 2e 51. 1° tt' VAN Voortgezelte vergadering op Vrijdag 25 Oct. 1907. Voorzitter de hter J. A. P. Geill. Aanwezig de heeren Moes, Van d^n Hoek, Wieland, Visser, Dees. De Masier, De Jager, Verbrugge, Lensen, Scheele 611 Afwezi'g de heeren Moggre en De Koeijer met kennisgeving. De Voorzitter deelt medo dat na de vergadering op oiste'ren nog besproken is om bij de jaarmarkt geen premie voor cobs nit te loven, orndat men eigenlijk met ju.st weet hoe die paarden te omsehrijven. Hij heeft ook in woorden boeken daarnaar gezocht, maar er niets omtrent ?evond®°' Het is vermoedelijk een naam inheemsch in de streek waar die dieren thuis hooren. De heer MoesZe worden ook genoemd klophengsten. Een ander lid noemtDubbele pony's. De Voorzitter kan het niet zeggen. Hij weet wel dat de heer Jurrii 2 cobs heeft. en dat zyn hij weet dit bij ondervinding uitmuntende dieren. Ook de heer J. A. Donze moet zoo'n paard hebben. Spreker stelt voor de toegestane premie nog met te schrap- nen maar aan Bnrg. en Weth. over te laten nog eens nader te iniormeeren en dan naar bevind van zaken te handelen. 2. h. s. aldus besloten. l, Iagekomen is een schrijven van Godep. Staten van Zeeland, waarin dat college er op wijst, dat aar.gezien art. 6 der verordening op het heffen van een loon voor beer- miming geschrapt is. waarin n. 1. werd voorgeschreven dat schade aan het materieel toegebracht moet worden vergoed door den eigenaar of gebrniker van den put waarin de schade toebrengende voorwerpen zich bevonden, in art. 1 der verordening op de invordering van dat loon, de op art. 6 van betrekking zijnde woorden moeten vervallen, en aldus moet worden geschrapt ,alsmede eventuee e bijkomende kosten De Voorzitter Met die//bijkomende kosten wordt bedoeld dat ten kantore van den gemeente-ontvanger moet worden vol- daan het loon voor het ruimen, alsmede het hedrag door schuld toegebrachte schade. 31 Het komt ons mitsdien raadzaam voor, de eerste 3 klassen nog meerdere ruimte te verschaffen. Dit kan geschieden door lo. het M. U. L. onderwijs te bestendigen op school B en op die school intact te laten de eerste 3 klassen van het gewoon lager onderwijs Omdat het niet mogelijk 156 151 145 135 132 130 leerlingen der le klasse over 4e 5e scholen. was het bedrag der schade in de heffingsverordening te be- calen is art. 6 geschrapt. Ik stel voor thans ook in art. der invordering-verordening de aangegeven woorden tc schrap- nen Wanneer bewezen wordt dat schade aan het materieel wordt toegebracht door in een put gevonden voorwerpen, moet die schade toch worden betaald. De heer Dees: Ik betwijfel of de gemeente daar wel mee door kan Kan iemand voor die schade verantwoordelijk gesteld worden, als het niet in de verordening is opgenomen De VoorzitterDat i s bij verordening bepaaid. In art. 11 der verordening op het ruimen van pnvaatpuiten en -tonnen is bepaaid: Wanneer een privaatput voorwerpen bevat, hinderlijk voor de miming, dan komen de kosten der daar- voor veroorzaakte meerdere werkzaamheden, schade aan het materieel enz., voor rekening van den belarghebbende. Het voorstel om in art. 1 der invorderiHgs-verordening te schrappen de woorden /alsmede de eventneel bijkomende kosten" wordt z. h. s. aangenomen waarna die verordening eveneens z. h. s. wordt vastgesteld. In verband daarraede wordt in de heffingsverordening even eens z. h. s. de datum der invorderings-verordemng gewijzigd op 25 Oct. 1907. c Voorziening in sehoolruimte. De Voorzitter dcelt. mede thans naar aanleidmg van ver- schillende brieven van Gedep. Staten aan de orde te wi en stellen een oplossing der vraag boe zal moeten voorzien worden in de behoeite aan ruimte op de openbare lagere scholen. Ook Burg, en Weth. zijn overtuigd dat de toestand met de parallelklassen in de infirmerie niet kan worden bestendigu en dat daarin zoo spoedig mogelijk behoort te worden voorzien. De vraag is maar op welke wijze eene voorziening zal worden getroffen. Aan school C moet de enderwijzerswomng worden afgebroken deze kan op eene andere plaats worden gebouwd en op het daar vrijkomende terrein met dat wat er nu reeds is, knnnen de noodige lokalen worden gebouwd. De heer Lensen verlaat de vergadering. D.d. 30 Aug. 1907 werd van Gedep. Staten het volgende schrijven ontvangen „Met herinnering aan Dw schrijven van 15 >eptembei i9 no 10722 A"8, waarin Dw college de hoop uitsprak, ons met betrekking tot de noodige voorziening in het gebrek aan sehoolruimte spoedig voorstellen le kunnen doen, doch waar- omtrent wij tot heden niets naders vornamen, hebben wij de eer U, in verband met de opnieuw aanhangtg gemaakte be- stendiging der paralleklassen van school C, te verzoeken, ons thans ten spoedigste te willen inlichten, hoever het onder- zoek, in Uw bovenaangehaald schrijven vermeld, thans is ^Wif'verzoeken U voorts, den Gemeenteraad als ons ge- voelen te willen mededeelen, dat het gebruik als schoollokaal van een gehouw als de voormalige Infirmerie, aanvankehjk als een tijdelijke voorziening voorgesteld en als zoodamg door ons goedgekeurd, niet langer behoort te duren dan stnkt n°Hierop Is geanlwoord dat maatregelen zouden worden ge- nomen om aan de behoefte in sehoolruimte te voorzien. Daarop is d.d. 17 Oct 1907 nog een schrijven van Gedep. Staten ontvangen waarin wordt gezegd In verband met het reeds op 1 November a. s. verstnjken van den termijn, waarvoor het gebruik der lokalen van de voormalige Infirmerie als schoollokalen is toegestaan hebben wli de eer U te verzoeken, de maatregelen van voorbereidmg voor den bouw eener nieuwe school of van een andere af- doende verbetering van den bestaanden toestand zooveel m°De^^verschdle/n de ftukken zijn gesteld in handen derplaat- seliike schoolcommissie, welke in antwoord daarop sehrijft Onder terngzending van stukken, hebben wij de ear uw College aangaande nevengenoerad onderwerp het volgende te beUit den hierbij gevoegden staat bijlage I blijkt.dat verwezenlijkiDg van het denkbeeld van uw College n.l. bet bouwen van een school uitsluitend voor meer uitgebreid lager onderwijs slechts ten deele aan de bestaande over- rivolking tegemoet komt. voor de eerste 3 klassen van het gewoon lager 'mmers, nnihrwijs komt daardoor geen ruimte vrij enkel de overige S kf.ssen zouden daarbij profiteers, en voor bet bereiken resnltaat zoude eenvoudig kunnen volstaan 3 scholen, 135, 132, 130, Imdefmefden^bijbouw Van~3 parallelklassen aan school C i door enkele leden van den Raad wordt voorgeslaan. Z°n;t rfCiltaat >3 evenwel niet afdoend. Er zou dan toch moeten verdeeld worden over het voleen^ aantal leerlingen der 1 klasse 156, der 4e klasse 154, 5e le 145, 6e of eemi -deld voor elke sch°o1 in a* g le klasse: 52, 4e klasse45, 3e n 48, 6e a 43, Waar naar ouzo meening, een 40- It 45tal leerlingen voor den klasse de grens is, die bij behoovlijk onderwijs met mag worden overschreden, zou op die wijze bedoelde grens reeds terstond zijn bereikt of overschreden, en behoefte aan meerdeie ruimte blijven bestaan. een eerste ""rnjTt voor behoorlijk onderwijs overigens eisch is dat elke klasse in een afzonderlijk lokaal plaats vlnde> wordt bij ons schoolbezoek lierhaaldelijk opgemerkt. Dit maakt wenschelijk do stichting van een 6klassige school voor meer uitgebreid lager onderwijs onvermmderd hetgeen noodig is om aan de overige bezwaren thans alleen het onderwerp mtmakende to ontkomen. Daarbij zouden wij het gewenscht achten, rekening te houden met de behoefte aan een gymnastieklokaal en met de om atandigheid dat op school A en C een vrij gvoot aantal leer lingen de fie klasse voor de tweede maal doorloopt en daaibij eenig voortgezet onderwijs geniet. Deze leeringen, 47 in getal, knnnen gevoeglyk bijeen worden gebracht in ten lokaal, bij te bouwen aan school A. Voor de overige zes lokalen kon bijbouw aan school G plaats hebben. Duidelijkheidshalve geeft bijlage II een voorstelling onzei bedoeling. Bij het vorenstaande zijn wij te rede gegaan lo. mettle belangen van het onderwijs en 2o. met de financieole offers, die de gemeente bij deze aangelegenheid te brengen heeft. Bij het eerste is o. a. uitgegaan van de wetenschap dat, blijkens elders opgedane ervaring, in het algemeen geen bezwaren bestaan tegen het brengen van eenige (hier elf) parallelklassen onder edn ambulant hoofd. In het bijzonder geval dat het tegenwoordig hoofd van school C deze taak te beurt vallen mocht, geven naar onze meening 's mans ijver en werkkracht genoeg waarborg, dat de vervulling dier taak aan redelijke verwachtingen beant- woorden zal. Voorts komt het ons van groot belang voor, dat de school voor M. U. L. O. blijve waar za is in elk geval met worde verplaatst naar de buurt Java. Niet alleen door ons toch wordt gevreesd van ammositeit onder de bevolking der beide verschillende, naa.st elkaar ge- bouwde scholenook de hootden der beide scholen deelen die vrees. En het komt ons voor, dat het gevoelen dezer deskundigen in de allereerste plaats dient te worden gewaar- deerd. Vorenbedoelde maatregel houdt voorts ten nauwste ver band met het geldelijk belang der gemeente. Immers hij breBgt slechts mede de benoeming van een 3lal onderwijzers van bijstand voor nieuw to bouwen parellel- klassen aan school C. De toevoeging van een nieuw lokaal aao school A veroor- zaakt geen vermeerdering van personeel. w De benoeming van een vierde hoofd is onnoodig. We staat daar tegenover, dat het salaris van het hoofd van school C, in overeenstemming zal behooren te worden gebracht met zijn vermeerderde werkzaamheden, maar in acht moet genomen worden, dat de kosten eener nieuwe womng met de daaraan gepaard gaande uitgaven, voor onderhoad, worden gespaard. Het vorenstaande resumeerende, veroorloven wij ons in overweging te geven lo. het onderwijs en de klasse-indeehng op school B onver- anderd te laten 2o. aan school B zes lokalen bij te bouwen 3o. vijf dezer lokalen te bestemmcn voor parallelklassen aan school C en het zesde lokaal in te riehten voor gymnastiekzaal 4,0. aan school A een lokaal hij te bouwen en dit te be- stemmen voor de leerlingen, ook van school C die de zesde klasse bij herhaling doormaken. De Voorzitter: Ik kan mecdeelen dat, hoe ook de ijver wordt gewaardeerd van het hoofd van school C, ik tegen het vormeu van parallelklassen ben, aan welke school ook. geef de voorkenr aan eene nieuwe school, men knjgt dan een nieuwe toesiaod. Zonder nog een bepaalde plaats daar- voor te kunnen aanwijzen, zon ik die op eene plaats wensehen te bouwen waar ze groot nut kan alwerpen, b. v. aan de Kerkhoflaan, den Baandijk of Driewegen. De heer MoesNu we bij school C grond hebben voor het bouwen van lokalen, zou ik er voor zijn om te kandelen overeenkomstig het advies der schoolcommissie, behalve dat ik er niet mede kan instemmen om eon lokaal aan school A bij te bouwen. Het mag vroeger zijn nut hebben gehad, nadat de b klassen doorloopen waren, nog voortgezet onderwijs te geven, maar nu we een school hebben voor meer uitgebreid lager onderwijs is dat minder noodig. Wanneer de kinderen de 6 klassen doorloopen hebben en de ouders willen hen verder laten leeren, dan kunnen die geplaatst worden aan school B, dan zal dat onderwijs ook beter tot zijn recht komen. Wan neer aan school A een lokaal werd bijgebouwd, zou dat ook allicht op meerdere uitgaven aan personeel to staan komen daar er dan later een onderwijzer zou moeten worden am- gesteld, die aan de gemeente een f 300 'sjaars zou kosten. Ik ben er wel voor om de sehoolruimte te verschaffen, maar niet door bijbouwen aan school A. De heer Van den Hoek: We weten alien welk denkbeeld bij het inrichten der parallelklassen heeft voorgezeten. De toestand der lokalen waarin die geplaatst zijn, is zeer treang en daarom dient er zoo spoedig mogelijk verandering te komen. Dat de schoolcommissie de toestand van het meer uit- eebreid"' lager onderwijs aan school B wil bestendigen be- griip ik heelemaal niet. Het aantal kinderen dat nu de gewone lagere school bezoekt, zou over 3 scholen kunnen worden verdeeld, zoodat, als er een volledige nieuwe school, of 6 lokalen worden bijgebouwd, de kinderen daarop plaats zouden kunnen vinden en school B geheel voor meer uitgebreid onderwijs ingericht worden. Het verdient toch geen aan be veling dat daar zooals thans het geval is, 2 onderwtjzers in een lokaal tegelijk onderwijs geven. Wanneer overeenkomstig het denkbeeld der schoolcommissie wordt doorgewerkt, blijtt ook bestaan de omstandigheid, dat de aldaar in de 3 eerste klassen schoolgaande kinderen, die met de 4e klasse met voor het meer uitgebreid onderwijs worden opgegeven, daar weg moeten en op andere scholen worden overgeplaatst. De heer De MasierHet schijnt dat de brief der school commissie door den heer Van den Hoek niet goed begrepen is. Wij (spreker is lid der schoolcommissie) hebben bet al- tijd wenschelijk geacht dat er een school zoude zijn, uitslui tend voor M. U. L. 0., en achten het ook ongewenscht dat in een lokaal 2 onderwijzers les gevem Maar dat is tlyms niet aan de orde. Als school B uitsluitend wordt ingericht voor M. U. L. O. en de kinderen die aldaar thans in de 3 eerste klassen plaats vinden worden overgeplaatst in de 3 eerste lokalen eener nieuwe school, dan wordt niet voorzien in het thans bestaande bezwaar overbevolking van de laagste klassen. Dan blijven voor die laagste klassen maar 3 lokalen beschikbaar, evenals nu. Dan zouden daarvoor parallelklassen moeten worden ingericht, want dan volstaat men niet met het bijbouwen van 6 klassen. Wilde men een afzonderlijke school voor het M. U. L. O. onderwijs inrichten, dan zouden 2 nieuwe scholen moeten worden gebouwd. Do Voorzitter stemt toe dat er voor de lagere door 1 school meer, geen meerdere ruimte zou ontstaan, wan neer overeenkomstig het denkbeeld van den heer Van den Hoek werd gehandeld. Dan zouden eenvoudig 3 kla-sen van het gewoon lager onderwijs, die nu op school B zijn, ondergobracht, naar de nieuwe school gebracht worden, maar dan zouden die vrijkomende lokalen in school B geen be- teekenis meer hebben voor het lager onderwijs. Daarom zegt de schoolcommissie ooklaten we het daar laten zooals het De heer De Masier: Voor het M. U. L. O. is thans geen uitbreiding van lokaliteit noodig. Er zijn nu klassen waar 2 en 3 leerlingen zitten. Wil men die in een af zonderlijk lokaal plaatsen, dan is het wat anders, maar dat vind ik dan toch nog al wat lnxieus. Op het oogenbhk dienen dan de daar geplaatste 3 laagste klassen ook onderdak te worden gebracht. De heer Van den Hoek meent dat het aantal kinderen, thans schoolgaande in de 3 laagste klassen der scholen A, B en C, wel over 3 scholen kan verdeeld worden. De Voorzitter rekent voor dat dan in elke school in de eerste, tweede en derde klasse 51, 4S en 45 kinderen zouden moeten worden geplaatst, een cijfer hetwelk het aantal kinderen die men aanneemt dat door 1 onderwijzer met vrucht kunnen onderwezen worden reeds te boven gaat, want dat is bepaaid op 40 kinderen. Bij eenige toeneming van de bevolking moet er weer spoedig ruimte worden gemaakt. De heer Van den HoekMaar nu bjijft toch bestaan het bezwaar dat de kinderen uit de 3 eerste klassen van school B, wanneer ze het M. U. L. O. niet moeten volgen, bij het overgaan in de vierde klasse naar een andere school moeten worden gezonden. De heer Moes Maar is dat dan zoo verschrikkelijk, dat die kinderen vandaar weg moeten naar een andere school De VoorzitterDbt moet u niet zeggen, want dat is een bezwaar. De heer MoesIk zou toch zeggen dat dit niets geeft want er wordt op alle scholen hetzelfde onderwys gegeven. De VoorzitterEr wordt overal lager onderwijs gegeven, maar toch kan er in de leiding verschil zijn. De heer MoesIk zon eerder toegeven dat het een bezwaar was, wanneer de kinderen steeds denzelfden onderwijzer hidden, maar bij elken overgang komen ze onder een anderen onderwijzer. De Voorzitter: Dat is wel zoo, maar het blijft toch altijd hetzelfde hoofd en het hoofd der school geeft de leiding aan en bepaalt de riehting van het onderwijs. De heer De MasierMaar hoe wilt u dan De kinderen moeten over 4 scholen worden verdeeld, wil men dus een school uitsluitend voor M. U. L. O., dan moeten er 2 nieuwe gebouwd wordeD, anders moeten we het na een paar jaar toch doen. De Voorzitter: U moet niet uit het oog verliezen dat er dan van die andere 3 scholen successievelijk naar de school voor M. U. L. O. overgaan. De heer Moes Hoe weinig is dat We hoorden daar nog zooeven van klassen van 2 en 3 leerlingen. De VoorzitterU kunt toch niet vergen dat alle klassen daar nu al bezet zijn De school is nog maar enkele jaren i;. working, die hoogste klassen kunnen pas vol bezet zijn na eenige jaren, door het opklimmen der laagste klassen. De heer Van den Hoek meent dat het M. U. L. onder wijs door een 90 tal kinderen gevolgd wordt, wat reeds zeer bevredigend mag genoemd worden. Dit jaar werden 23 nieuwe leerlingen daarvoor toegelaten, wat veel is, hij zoa het althans niet gewenscht achten dat in elke klasse 23 leerlingen zaten. Er gaan nu op de 3 eerste klassen van school B 150 kinderen, dat is gemiddeld 50, en dus overbevolking, en voor de hoogere klassen moeten 2 onderwijzers in een lokaal les geven, terwijl men in de nieuwe school klasjes met 25 leer lingen zou krijgen. Dat is zegt spreker geen toestand. De Voorzitter acht do rekening van den heer Van den Hoek onjuist. Er moet op gelet worden, dat op school C thans 416 kinderen school gaan en dat die een plaats moeten vinden, daar is overbevolking, want in de infirmerie kunnen de parellelklassen niet blijven. De heer Wieland deelt mede, in de infirmerie wel eens een kijkje te hebben genomen, dan zag hij daar maar een 24 kinderen op de lijst staan, dat viel hem wel wat tegen en doet hem vragen of men niet wat vlug is om zoo over gebrek aan ruimte te roepen. Als het moet, wil hij er wel aan medewerken om sehoolruimte te maken, maar zegt hij we moeten de toestanden toch niet vooruitloopen. De Voorzitter wijst er op dat er bij deze kwestie wel degelijk ook met de toekomst moet gerekend worden. Dat er'zoo weinig kinderen waren toen de heer Wieland daar een bezoek bracht, vond misschien daarin zijn oorzaak, dat dat bezoek werd gebracht in den tijd van de landbouw-verloven, maar de cijfers toonen aan dat er op school C 416 kinderen school gaan, en dat er op de school zelve maar 300 kunnen plaats vinden. Dat bewijst dat er ruimte noodig is. De heer Wieland Er is immers geen stem opgegaan tegen schoolbouw Ik zal daaraan ook inijn stem geven, d. w. z. ik zal stemmen voor het bouwen van 6 lokalen en een gymnastieklokaal, niet voor bijbouw aan school A. De heer Moes: Behalve dat laatste kan ik ook meegaan met het voorstel der schoolcommissie. De heer Van den Hoek Wanneer volgens mijn voorstel wordt gehandeld, zou, als later sehoolruimte noodig was, daarin kunnen. worden voorzien door bijbouwen aan school A. De heer Dees: Ik had niet gedaeht, dat de discussieover deze zaak nog zoo'n loop zou genomen hebben, na ja ik kan het wel zeggen, want het publiek begrijpt toch wel dat daarover in besloten vergadering reeds gesproken is na al hetgeen daarover reeds is gezegd. Ik zon in overweging willen geven om in te gaan op het voorstel der schoolcommissie. Die menschen zijn deskundigen en als die nu overtuigd zijn dat op die wijze in de behoefte kan worden voorzien, zou de kwestie voor de gemeente voordeelig worden npgelost. Er kan dan een schoolhoofd worden uitgespaard daar aan school C een volijverig hoofd is, die zeer goed in staat wordt geacht een dubbele school te beheeren. Ik ben er met den heer Moes tegen om aan school A nog een lokaal bij te bouwen voor een 7de klasse Ik wil verder gaan en zelfs vragen of dat wel gewettigd zou zijn, waar we een school voor M. U. L. O. hebben, wanneer we een zevende klasse aan een der andere scholen verbonden, zou Bat m. i. een slag in het aangezicht onzer school voor M. U. L. onderwijs zijn. Als de kinderen volledig de 6 klassen doorloopen hebben ze moeten nog verder onderwijs genieten, dan moeten ze gaan naar de school waar dat onderwijs gegeven wordt, naar school B, die 49 kinderen die nu dat hooger onderwijs nan de scholen A en C genieten, moeten dan aan school B ge- borgen worden. De verordening bepaalt dat d i e school dient voor M. U. L. onderwijs. Ter Neuzen heeft nu het voorrecht van gemeentewege zoo'n inriehting te bezitten, nu moet de Raad bsslist die iBrichting hoog houden en beslist rerklaren dat hij daarnaast geen 2e zoodanige gemeentelijke inriehting duldt. Ik meen dat een bijbouwen van 6 lokalen het beste is, dan kunnen Burg, en Weth. de schoolkinderen regelmatig erdeelen, naar de behoefte. Dan kunnen we nu misschien volstaan met eene vermeerdering met 2 onderwijzers, terwijl er, wanneer een geheel nieuwe school werd gebouwd, misschien wel 4 zouden noodig zijn. De heer De Masier merkt op dat men voor de oogenbhkke- lijke behoefte eigenlijk maar 5 lokalen noodig heeft. l)e VoorzitterHet zou wellicht overweging verdienen om voor het vervolg de kinderen, van wie verwacht wordt dat •zij het M. U. L. onderwijs in zijn geheel zullen moeten volgen, reeds dadelijk op school B te plaatsen. Er zijn dit jaar 23 kinderen voor de vierde klasse opgegeven en 156 kinderen voor de eerste toelating. Neemt men dat voor maatstaf, dan zou men 156 23 133 kinderen krjjgen die over de eerste klasse van 3 scholen zouden moetou worden verdeeld, of gemiddeld 45 per school. De heer Van den Hoek kan zich er niet mee vereemgen om van school C met 416 kinderen een 12klassige school te maken. De heer De MasierMaar school C blijft dan met zoo. De kinderen worden dan toch over de scholen verdeeld De heer VerbruggeIk kan me ook voreenigen met het idde om niet bij te bonwen aan school A, maar wel 6 lokalen toe te voegen aan school C, ik zou daar dus niet 5, maar 6 lokalen willen bouwen. De heer Drost: Ik moet verklaren dat het ook mij heeit verwonderd, dat de discussie over deze zaak in openbare zitting nog zoo'n ruimen omvang heeft genomen. Ik was van meening dat dit reeds zoo goed als uitgemaakt was. Daar de verschillende standpunten voldoende zijn uiteengezet, en de meening van den Raad wel zal vaststaan, verzoek ik u, mijnheer de Voorzitter, de volgende motie in stemming te brengen De Raad erkennende de behoefte aan meerdere gelegen- heid tot hot ontvangen van lager onderwijs, gehoord het advies der comraissie, gelet op den financieelen toestand der gemeente, die in ailes de grootste zninigheid gebied, b e s 1 u i t aan school C toe te voegen zes parallelklassen met inbegrip van een gymnastieklokaal. Verder wenscht hjj, dat op onderwijs strikt beperkt blijve tot de vakken a-k van art. 2 der wet op het openbaar lager onderwijs, en aan school B alleen meer uitgebreid lager onderwijs worde gegeven. en verzoekt daarom Bnrg. en Weth. het noodige te doen tot wijziging der verordening in dien zin. De heer Wieland juicht dat voorstel toe, zoo komt men tot een beslissing. Als ik zegt spreker maar eens van u mag weten of u 6 of 7 lokalen bedoeld, want dat //6 lokalen met inbegrip van een gymnastieklokaal" is mij niet duidelijk. De heer De Masier merkt op, dat, wanneer deze motie wordt aangenomen, dat aan school B uitsluitend M. U. L. O. zal gegeven worden, dat men dan niet met het bijbouwen van 6 klassen kan volstaan, want dan vervallen de 3 klassen voor gewoon lager onderwijs op school B. De heer Dees meent dat dit wel niet de bedoeling zal zijn, maar dat de bedoeling is dat alleen op school B M. U. L. O. worde gegeven, opdat de kinderen die, na de 6 klassen door loopen te hebben, nog onderwijs moeten genieten, niet op de scholen A of C blijven. De Voorzitter: Zoodat het bonwen van een school aan de Kerkhoflaan ol Baandijk heelemaal van de baan is, niet- tegenstaande van daar ongeveer 200 kinderen naar de school op Java moeten komen. De heer Moes ziet daarin geen bezwaar, want er zullen ook kinderen uit Ter Neuzen naar Java moeten komen. De VoorzitterDie moeten maar 1 brug passeeren, de kinderen van buiten echter 2 bruggen. De heer Drost: Ik-zou het bouwen eener school aan den Baandijk volstrekt niet willen op zij zetten, maar de ruimte die men daar op het oog had, wel degelijk in het oog houden. Er kunnen daar mettertijd groote veranderingen komen. De Voorzitter wijst er op, dat er steeds voorkeur aan ge- geven wordt, dat de kinderen zoo dicht mogelijk bij de school wonen. De heer Verbrugge -. lk acht ook de door de schoolcom missie voorgestelde oplossing de beste, maar geef daarom toe, dat het bezwaar, dat de kinderen van Driewegen en Baandijk naar Java moeten komen, groot is, vooral met het oog op de bruggen. De heer Moes Wat beteekent dat Het zijn geen brug gen die gedraaid moeten worden. De heer Dees is ook van meening dat dit bezwaar met groot fs. De heer Verbrngge lk zal er thans niet verder op ingaan, maar ik kan verzekeren dat de ouders wel degelijk bezwaar hebben tegen die bruggen. De heeren Dees, Moes en Wieland verklaren de door den heer Drost voorgestelde motie te steunen. De VoorzitterDaaraan zou dan nog moeten toegevoegd worden en te sloopen de onderwijzerswoning aan school C. De heer VisserIk blijf er tegen ora vier-, vijf- tot zeshonderd kinderen in een school bijeen te brengen, ik acht dat niet gewenscht. Ik zou thans liever gelet zien op een vroeger door inwoners van Driewegen en het Zwaantje gedaan verzoek, en eene school bouwen buiten de kom. Als er nu een nieuwe school bij school C gebouwd wordt, kunnen we wel zeggen we zullen later met dat verzoek rekening houden, maar we weten toch alien dat er dan in de eerste tien tot twintig jaar niets meer van nieuwen school bouw komt. Het hoofd van school C mag zoo bekwaam en ijverig zijn als hij wil, ik acht het toch niet gewenscht daar een dubbele school te maken en zou liever buiten of biunen de kom een nieuwe school bouwen, want ik geloof niet dat het veel moeite zou kosten om ook nog binnen de kom een bouwterrein te vinden. Ik zal dus tegen de motie moeten stemmen. De heer Wieland: Maar als u toch binnen zou willen bouwen, wat zijn die kinderen van buiten daar dan mee vooruit De heer Visser: Ik zou 't liever buiten doen De heer DrostWat de kwestie van parallelklassen betreft, wil ik er op wijzen dat men zelfs in groote plaatsen daar- tegen geen bezwaar heeft. Integendeel beschouwt men het daar als een goede oplossing om parallelklassen bij te bouwen aan scholen waarvan het hoofd een goeden naam geniet, dan worden er zelfs zooals hem van Rotterdam bekend is, voor de tweede of derde maal paralleischolen bijgebouwd. Als leek kan hij niet over het al of niet wenschelijke oor- deelen, maar bij zulke voorbeeiden gelooft hij niet dat het zoo nadeelig zal wevken. De heer VisserHet financieel voordeel voor de gemeente zal toch ook niet zoo groot zijn, want het traktement van het hoofd zal dan toch ook moeten worden verhoogd. De heer De MasierDat zegt de cummissie reeds. De heer Visser Juist I Daarvan vergoedt het rijk niets, terwijl bij een nieuwe school het minimum salaris van het hoofd door het Rijk wordt betaald, bovendien wordt het hoofd dan ambulant, zoodat in zijne plaats een ander onderwijzer moet benoemd worden om in de klasse dienst te doen. Het voor deel zal dus zeer gering zijn, De heer Van den Hoek meent dat de gemeente er ten slotte nog nadeeliger mee uitkomen zal. De heer WielandEr behoeft toch geen tweede nieuwe woning gebouwd te worden. De heer DeesEn we hebben de bouwgrond. De VoorzitterDat we de bouwgrond hebben, is zeker een voordeel en het is zeer goed mogelijk dat we op grond daarvan van het Rijk meer subsidie krijgen voor het bouwen. Evenwel ik ben nog niet van mijn principe afgegaan, dat ik het inrichten van parallelklassen onraadzaam acht. Ik vind het idee heel mooi en twijfel niet aan den ijver van het hoofd der school, maar ik ben er toch tegen. lk zal thans de voorgestelde motie in stemming brengen, maar meen dat het slot, waarin de wenschelijkheid wordt uit- gesproken dat het M. U. L. onderwijs alleen gegeven zal worden aan school B, niet bij het aan de orde zijnde punt behoort, aangezien dat niet met de schoolbouw in verband staat. De heer Drost: Het staat toch in. verband met de over bevolking der scholen. Ik heb overigens geen bezwaar tegen splitsing der motie. De Voorzitter meent dat ook de woorden betrekking heb- bende op »zuinig beheer" gevoeglijk konden wegblijven, aan gezien elk goed huisgezin de kenmerken van een zuinig be heer moet dragen. De heer Drost ziet niet in waarom die woorden zouden moeten wegvallen. Het mag wel eens openlijk uitgesproken worden, dat hier zuinig beheer noodig is. De heer De Masier merkt op dat in de motie niet van het verbouwen der ouderwijzerswoning behoort te worden ge sproken, zooals de Voorzitter in overweging gaf, aangezien het afbreken der bestaande en het bouwen eener nieuwe woning, tot onderhoudswerk kan gerekend worden. De heer Drost geeft te kennen dat hij zijne motie hand- haaft zooals hij die heeft voorgesteld, met uitzondering van enkele wijzigingen om de bedoeling duidelijker aan te geven, doch het tweede deel der motie staat ook met het eerste deel in verband. De motie luidt nu aldus de scholen A en C het De Raad erkennende de behoefte aan meerdere gelegen- heid tot het ontvangen van lager onderwijs, gehoord het advies del' commissie, gelet op den financieelen toestand der gemeente, die in alles de grootste zuinigheid gebied, b e s1ui t aan school C toe te voegen zes parallel-klassen en een gymnastieklokaal. Verder wenscht hij, dat op de scholen A en C het onderwijs strikt beperkt blijve tot de vakken a-k van art. 2 der wel op het openbaar lager onderwijs, en het meer uitgebreid lager onderwijs alleen worde gegeven aan school B. en verzoekt daarom Bnrg. en Weth. het noodige le doen tot wijziging der verordening in dien zin. In stemming gebracht wordt zij aangenomen met 8 tegen 2 stemmen. Voor stemmen de heeren De Masier, De Jager, Verbrugge, Scheele, Drost, Moes, Wieland en Dees; tegen de heeren Van den Hoek en Visser. De Voorzitter geeft alsnu het woord aan den heer Van den Hoek, welke daarop als zijne meening te kennen geeft, dat gisteren in zake de toestemming van het plaatsen van hekjes,

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1907 | | pagina 5