Gemengde berichten. Laatste Berichten. Vooral het bemesten van stoppelknollen met chili- salpeter is, hoe gunstig de resultaten, daarmede immer verkregen, ook wesen mogen, tot op heden verve van algemeen, ja, is tot hiertoe nog slechts uitzondering geblexen, niet tot voordeel van den verbouwer trouwens. Op kaliarme gronrien, dat zijn dan de zandgronden €11 de iaaggelegen, veenachtige gronden en ook wel sommige oude kleigronden, zal zeer zeker de aan- wending van kainiet of patent-kali voordeel blijken op te leveren. Be aanzienlijke hoeveelheden kali, die door een gemiddelden oogst van het gewas in kwestie aan den grond onttrokken wordt is daarvoor een duide- lijke aanwijzing. Een oogst van 30,000 K. G. stoppel knollen per H. A. onttrekt aan den grond 54 K. G. stikstof, 30 K. G. phosphorzuur en niet minder dan 90 K. 6. kali. Op bovendoelde soortgronden wende men daarom 400 it 500 K. G. kainiet of wel 200 a 250 K. G. patent- kali aan, op de stoppels uit te strooien en tegelijk met deze onder te ploegen. R. De inbreker Richter, pseudo Walther, is volstrekt niet ernstig ziek. Na zijn aanhoudiug, liet, ten gevolge van de doorgestane vermoeie- nissen, zijn gezondheidstoestand wel wat te wenschen over, maar die is thans voortreffelijk. Te Nijmegen is Yrijdagavond de 29jarige opperman H. N., van een hoogte van 9 M. van een steiger gevallen. Vooral aan het hoofd bekwam hij ernstige verwondingen. Per bran card werd hij uaar het Canisiusziekenhuis ver- voerd. Zijn toestand is hopeloos. Eigenaardige toestand. Te Stein (Limburg) verzuitnde men op den voor de verkiezing be- paalden dag een voldoend getal candidaten te stellen voor het lidmaatschap van den gemeente- vaad. Een tweede dag werd voor een nieuwe ver kiezing aangewezenmaar ook toen werd geen enkele candidaat opgegeven, zoodat nu den 23 dezer voor de derde maal beproefd zal worden den raad voltallig te krijgen. Een dienstbode, in betrekking in een win- kelhuis aan de Boekhorststraat te's Gravenhage werd Vrijdagavond, terwijl ze even een boodschap deed, in die straat aangevallen door een mans- persoon (naar men zegt een gewezen vrij er van het meisje), die haar met een mes of ander scherp voorwerp een steek in den rug toebracht. De verwonde werd in het Ziekenhuis verbonden, doch kon die inrichting spoedig weer verlaten. De dader zette het op een loopen. Zaterdagmiddag is aan het veer te Mau- rik door den bakenmeester uit den Rijn opgevischt het lijkje van een 5jarig knaapje, dat blijkens telegratische inlichtingen te Arnhem te water was geraakt. Onder Spanbroek (N.-H.) is het 4jarige zoontje van den heer A. spelende in de vaart gevallen en verdronken. Zaterdagnamiddag, omstreeks half vijf kwam een man den winkel binnen van den heer V. aan het Hofspui te's Gravenhage. De man bedelde om geld en nam een brutale houding aan toen dit geweigerd werd. Een der bedienden een 17jarige jongeling, wilde de man daarop ver- wijderen, waartegen deze zich echter verzette. Bij de toen ontstar.e worsteling bracht de man, een berucht straattjpe, die al een vonnis wegens het steken met een mes achter den rug heeft, den knaap een steek met een dolkmes in de borst toe. Een der andere bedienden liep den man achterna, sloeg hem tegen den grond en ontwapende hem. Toegesnelde politieagenten namen het mes in beslag, arresteerden den dader en brachten hem over naar het bureau aan de Nieuwe Haven. Bij het geneeskundig onderzoek bleek dat de den bediende toegebrachte verwonding niet van ernstigen aard is. Zondag jl. werd in het huis van bewa ring te 's Gravenhage de man, die uit de gebou- wen der Technisehe Hoogeschool eenige micros- copen ontvreemde, dood gevonden. De schou- wing van het lijk wees uit, dat zich aan de pols eene kleine wonde bevond, zoodat werd vastgesteld, dat hier aan zelfmoord moest ge- dacht worden. Terzelfder tijd werd in een onaanzienlijk logement te 's Gravenhage eene vrouw dood te bed gevonden, die eveneens zelfmoord had gepleegd, onder volkomen dezelfde verschijnselen want ook aan dit lijk werd eene kleine wonde aan den pols ontdekt. Gebleken is, dat deze vrouw met den man leefde. Zij had hem daags te voren in het huis van bewaring een bezoek gebracht en vermoedelijk toen de afspraak gemaakt gelijk- tijdig hun wanhoopsdaad te volvoeren. Men meent te mogen aannemen, dat de dood veroor- zaakt is door een inspuiting van een snelwerkend vergif. De man was een Rus, de vrouw een Elzas-Lotharingsche. Bij het verhoor en de confrontatie moet het aand^enlijk geweest zijn, waar te nemen, hoezeer beiden aan elkaar ge- hecht waren. Weer een uitbreker Een der arrestanten van het hoofbureau van politie te Utrecht, de 18jarige W. A. G., een pootige kerel en van beroep bakkerskneeht, is er naar het Utr. Dbl. bericht Vrijdagnacht in geslaagd te ontvluchten. Het blad meldt hieromtrent verder o. m. Onze vriend Hogeerde" in een der hooger ge- legen vertrekken in afwachting, dat de justitie zich over hem zou ontfermen. Het vertrek was voorzien van een soort vallicht, afgesloten door een ijzeren bout. Dit beletsel is op raadsel- achtige wijze uit het plafond los gewerkt, waar- mede de weg naar den zolder open lag. Het moet omstreeks 4 uur en dus reeds helder licht geweest zijn, toen de ontvluchting werd uit- gevoerd. Alles ging vrij stil in zijn werk, zoodat de wacht, die beneden in bet gebouw vertoeft, geen onraad bespeurde. Eenmaal op den zolder zijnde, was het een kleine moeite om enkele pannen uit te lichten en zich door de aldus verkregen opening heen te wringen. Over de daken heeft hij daarop een goed heenkomen gezocht, maar op welke wijze en langs welken weg is nog niet opgehelderd. De vogel is dus gevlogen en het signalement is naar alle richtingen verspreid. In verband met deze ontvluchting meent het Utr. Dbl. wel eens een enkele opmerking te mogen maken over de gebrekkige toestanden aan het hoofdbureau van politie te Utrecht Spoorwegongeluk te Almeio. De sneltrein die om 7 uur van Zwolle te Almeio aankomt, is Donderdagavond, op een paar honderd meter Yoor het station Almeio gederailleerd. De locomotief en tender vielen om, eveneens de bagagewagen en het daarop volgende rijtuig. De volgende wagens kregen een hevigen schok, zoodat zij beurtelings voor- en achterover wipten. Na eenige seconden bleven zij op de rails staan. De machinist v. d. Burg en de stoker v. Raalte, beiden wonende te Zwolle, raakten onder de machine en werden waarsehijnlijk dadelijk ge- dood. Het lijk van den machinist is Donderdag- nacht te vier uur gevonden en naar het zieken huis vervoerd. Het was geheel verkoold. Het vreeselijk verminkte lijk van den stoker werd Vrijdagmorgen te elf uur gevonden. De heer Braune, muziekdirecteur, die in het eerste rijtuig zat, had zich, toen de wagen hevig heen en weer begon te schommelen, vastgegrepen aan het portier, dat naar boven gekeerd werd. Hij raakte met zijn linkervoet bekneld. Toen men hem bevrijdde, werd zijn voet gekneusd, maar gelukkig niet ernstig. Een ander reiziger werd aan den arm verwond -en een jongen werd een tand uit den mond gestooten. Ovengens hadden er geen persoon- lijke ongelukken plaats. De materieele schade is aanzienlijk. De locomotief en tender en de wagens zijn vernield. Hetopruimen daarvan vordert veel ingespannen arbeid. Vrijdag na den middag waren bagage wagen en tender opgeheschen, maar lag de maching nog over de rails. Op weg naar Hengelo passeerde de koninklijke trein om 1 uur de plaats des onheils. De burgemeester van Ambt-Almelo heeft het volgende telegram ontvangen H. M. de Koningin en Z K. H. de Prins, diep getroffen door de berichten van het treurig spoor wegongeluk nabij Almeio, dragen mij op u te verzoeken te willen berichten of er ge- wonden zijn, behalve de als dood gemelden, en hoe de toestand dier gewonden is. v. GEEN, Particulier secretaris der Koningin. Een medewerker der Zw. Ct., die toevallig in den trein zat, seint aan zijn blad o. m. het volgende Zooals gewoonlijk kwam ook deze sneltrein in voile vaart over de wissels binnenstuiven, maar het gestoot der rijtuigen was heviger dan gewoonlijk. We helden naar links en een eind voor het station stond ons rijtuig stil, scheef overhangend. Ik er uit en naar het voorste deel van den trein. Dat kon niet anders dan een ongeluk zijn. Vijf rijtuigen lagen uit het spoor. Uit het eerste achter den bagagewagen, die met den eersten der derde klas wagens onder- steboven lag, klauterden de passagiers, wrongen zich door spleten en kapotte raampjes. Uit den bagagewagen kwam na eenig angstvallig wachten het treinpersoneel, de hoofdconducteur met en kele schrammen op't gezicht, half versuft, maar toch in doodsvrees worstelend om er uit tekomen, Dat lukte. De conducteurs waren ook ongedeerd. De locomotief zat diep in den grond gewoeld met den tender. Zij lagen opzij naast elkaar. De andere wagens waren er voorbij geschoven. De vuren werden met zand gedoofd, bebloede mannen klauterden op de verwrongen ineen- gerameide kasten en zochten tusschen spangen en platen voor den vuurhaard naar den machinist en stoker, die vermist werden. Ze moesten er onder liggen. Het lijk van den stoker werd verkoold ontdekt. de arm aan de stang, klaar om er uit te springen, wat niet meer kon, wijl de machine omsloeg en den tender samenvouwde. De machinist bleef zoek. Hij moest onder de ruinen liggen. De hoofdmachinist, die tot even voor Almeio op de machine had gestaan, was juist in den bagagewagen gegaan, die omsloeg. Hij bleef ongedeerd. De justitie vertoefde Vrijdagmiddag op de plaats, waar het ongeluk plaats vond. Bij een sectie op het lijk van den machinist is geen alcohol gevonden en lijn, wissels, enz. werden in volkomen orde bevonden. De conclusie der justitie moet dan ook zijn, dat alleen te hard rijden de oorzaak van het ongeval is. De heer Braune, die gekwetst werd. klaagt over iuwendige pijn, zijn toestand is redelijk. Een 59jarige man, die 's winters zoowat met brandstoffen scharrelt en des zomers de Wijkerboeren helpt venten, stond Woensdag te Amsterdam terecht wegens het misdrijf, dat hij op 14 April zijn vrouw, met wie hij al 25 jaren getrouwd is, met petroleum had over- goten en haar daarna in brand had gestoken. Beklaagde legde een volledige bekentenis af. Hy was op den bewusten dag beschonken thuis gekomen en had daar zijn vrouw aangetroffen, die in de kamer voorover op den grond lag. Hij had toen het petroleumkannetje opgenomen, het over haar achterhoofd uitgegoten en toen een brandende lucifer naar haar geworpen, waardoor zij opeens in vlam stond. Ruzie had hij niet met zijn vrouw gehad vertelde de man en op de vraag van den presi dent, waarom hij dan tot die waanzinnige daad gekomen was, antwoordde hij, dat hij eigenlijk zelf niet wist wat hem er toe gedreven had, maar dat hij beschonken was en uit zijn bu- meur, omdat hij bij zijn tkuiskomst het eten niet klaar vond. Dadelijk uadat hij zjjn vrouw in brand had gestoken, had hij een emmer water over haar uitgegooid om de vlammen te blusschen. Hij had niet gedacht, dat de gevol- gen zoo ernstig waren. Dikwijls gebeurde het, dat zijn vrouw dronken was en niet voor het eten zorgdesoms was zij heele dagen het huis uit. Als eerste getuige werd in deze zaak gehoord de mishandelde 52jarige vrouw. Haar hoofd zat nog gedeeltelijk in het verband. Volgens haar verhaal stond zij roode kool te snijden, toen haar man thuis kwam. Dat deze haar petroleum over het hoofd goot had ze niet bemerkt of geroken. Opeens hoorde zij een lucifer afstrijken, ze keek om, maar op hetzelfde oogenblik gevoelde zij, dat ze in brand stond. Radeloos van pijn en angst was zij eerst naar het raam, toen naar het portaal gevlucht, tracbtend de vlammen met haar kleeren te doven. Haar man had haar ook nog met water begoten. Veertien weken had zij in het gast- huis gelegen en nog waren de wonden iaug niet genezen. Op 14 April was het gebeurd en op 19 April zouden zij 25 jaren getiwuwd zijn geweest. Jdaar man dronk nog al en zij zelve ook, maar hoewel zij wel eens ruzie hadden, was hi] toch niet slecht voor haar. Ze hadden tien kinderen gehad, waarvan er nog twee in leven waren. Eenmaal had haar man haar in drift mishan- deld, zoodat zij met een karretje naar het gast- huis moest, waar zij een zestal dagen verpleegd werd. n De beklaagde had voor den rechter-commis- saris verklaard, dat Kje zyn bedoeling was ge weest, zijn vrouw pijn te doen, omdat zij niet voor het eten had gezorgd. Hieromtrent onder- vraagd, gaf bekl. toe, dat dit inderdaad zijn bedoeling geweest is. De arts, die de vrouw in het gasthuis had behandeld, noemde de verwondingen van ern stigen aard, waarbij de geheele huid op som mige plekken van aangezicht, hals en borst is weggebrand de brandwonden op den schedel, waar het haar gebrand heeft, zijn niet zoo ernstig, maar die in het gelaat zijn van dien aard, dat ze nog niet zijn genezen en op den duur alleen met groote misvormingen genezen. De hals is geheel scheef getrokkeu, de mond ook, zoodat zij gebrekkig spreekt, het ooglid is eveneens scheef getrokken en zit niet meer op zijn gewone plaats het gezichtsvermogen heeft gevaar geloopen, maar is behouden gebleven, van het oor is een stuk weggebrand. Herstel van de misvormingen achtte de geneesheer uitgesloten. Het O. M. eischte 5 jaren gevangenisstraf. Toen de sneltrein uit Boedapest de brug over de Maros passeerde, ontplofte een dyna- mietpatroon. Door de ontploffing- werden de rails verbogen, maar overigens werd geen schade aangericht. Onder een der peilers van de brug werd nog een tamelijk groote hoe.eeiheid dynam.iet gevonden met een lont, die nog niet aangestoken was. Klaarblijkelijk heefi. men hier te doen met een misdadigen aauslag de Roemeensche bevolking in die streek werd sinds lang door allerlei onruststokers opgezet. Sedert eenigen tijd vermisten de schaaps- kooihouders in het Siegerdal telkens schapen, zonder dat men een spoor van den dief kon ontdekkeu. Nu heeft de landheer Peits te Socli- trog in het bosch een volwassen tijger neerge- schoten die indertijd uit een beestenspel was ontsnapt. Het dier had de schapen naar zijn leger in het bosch gesleept en opgevreten. Men vond er veel afgekloven beenderen. Drie jongelieden uit Chamonix, die zonder gids een bergtop, 3673 meters hoog, bestegen, stortten naar beneden, doordien een sneeuwlaag over een afgrond onder hen brak. Te Konstantinopel zal een telefoon aan- gelegd worden. Tot dusver was de regeering er tegen, omdat zij het „gevaarlijk" vond. want samenzweerders zouden dan op een afstand met elkaar kunnen spreken. In dezen tijd van de Vredesconferentie doet het eenigzins zonderling te vernemen, dat in Duitschland proeven genomen worden met een nieuw geweer, door een Beiersch officier uitgevonden. Er kunnen 58 schoten mee gedaan worden zonder opnieuw laden. Het gebrek van dit Vredeswerktuig, dat het wat zwaar is, zal men trachten te verhelpen. In den nacht van Donderdag op Yrijdag zag een politieagent, die te Brussel het plein voor het stadhuis opkwam, daar iets zonderlings gebeuren een man klom langs een gaspijp tegen den gevel van het stadhuis omhoog, greep zich aan de ornamenten van dit rijk versierde Gothische bouwwerk en kwam zoo al hooger en hooger, met een vlugheid en een lenigheid, die een acrobaat hem kon benijden. De agent durfde den man niet aanroepen, uit vrees dat deze dan vallen zou. Over de balkons en langs de pilaren bereikte hij het dak. lnmiddels waren er meer menschen op het plein gekomen, die, in angstige spanning, de gevaarlijke evolutien van den zonderlingen man volgden en had de agent aan de brandweer getelefoneerd, waarvan de brigade tjr p'aatse verscheen. Men belde den portier van 't stadhuis op en de spuitgasten begaven zich binnendoor, naar het dak. Met veel moeite en levensgevaar werden zij hem meester. De man bleek te zijn de SOjarige spoorwegbeambte, ongehuwd, die bij zijn ouders te Molenbeek St. Jan inwoont. Hij is onberispelijk van gedrag, maar de laatste 3 dagen was hij zeer somber en zwaarmoedig geweest, naar zijn vader ver- klaarde. Donderdagmiddag was hij van huis gegaan, zonder dat men wist waarheen. De man, die blijkbaar aan verstandsverbijstering lijdt is in het hospitaal opgenomen. Poging tot mcord. Zondag was het buurtkermis aan den Ouden polder, onder de gemeente Zuiddorpe. In een cafe kregen een aantal personen om onbe- teekenende reden twist, die zich bepaalde tot een woordenstrijd, tot een der aanwezigen, zekere A. Alonsius, een makker van een der twistenden, een revolver trok en deze afschoot. De rijks- veldwachter Jongbloed, die daar aanwezig was en reeds pogingeu had aangewend om den twist te sussen, richtte zich thans tot Alonsius, om dezen den revolver te ontrukken. Hij greep hem daartoe bij den arm, waarop Alonsius, die den revolver in de vrij zijnde hand had, dezen j op Jongbloed richtte en aftrok, onder de woorden ,/Die is voor jou." Jongbloed, die in den linkerbovenarm was getroffen, liet door de eerste pijn Alonsius los, die daarvan gebruik maakte om naar buiten te vluchten. Jongbloed zette hem na, en toen de andere weder zijn revolver op den rijksveld- wachter richtte, trok Jongbloed zelf zijn revolver en loste op A. twee schoten, zonder dezen even wel te treffen, waarop A. op het slechts 15 meter van de herberg verwijderde Belgische grondgebied vluchtte. Jongbloed keerde daarop terug uaar de her berg, om zijne wond na te zien en zich te laten verbinden. Juist toen hij zich onbkleedde, kwam daar binnen de gemeenteveldwachter P. Hemel- soet, die in den omtrek surveilleerde en op het hooren der schoten was komen toeloopen. Deze hieip terstond de wond nazien, en legde het eerste verband. Nadat Hemelsoet van het gebeurde op de hoogte was gesteld, begaf hij zich naar over de grens, om zoo mogelijk de in hechtenisneming van Alonsius te bewerken, daar hij wist dat daar ook een Belgisch gendarme aanwezig was. Hij riep aanstonds de hulp van dezen in, doch de gendarme verklaarde daartoe niet bereid te zi'n, daar hij buiten dienst was en dus geen bevoegdheid^had. Hemelsoet trof daarna ook Alonsius aan, een Belo-, dien hij naar den revolver vroeg waai- mede geschoten was. A. verklaarde deze niet te weten, en bekende dat hij het was, die op I den ryksveldwachter Jongbloed geschoten had. I Hemelsoet keerde daarna weer terug en ging den burgemeester van het gebeurde verwiltigen, I die later ter plaatse kwam en een plaatselijk I onderzoek instelde. Daarbrj bleek dat de kogel van het eerste schot door de duimsplanken van den zolder was gedrongen ecu paar I meter daarboven tegen den muur was gestuit, I waarna hij gevallen was op het bed der kindeien. De verwonde veldwachter is daarna per vijtuig naar zijne woning vervoerd, terwijl hem ook geneeskundige hulp werd verleend. De genees- I heer acht de wonde niet van ernstigen aaid, indien zich geen bijzondere omstandigheden voordoen, is dus geen gevaar aanwezig. De I kogel is echter niet verwijderd knnnen worden. Op het oogenblik is de toestand van den vei- wonde gunstig. Nog heden nacht is door den gemeenteveld wach- ter Hemelsoet den brigadier der rijksveldwacht j te Zaamslag, den heer VVeststrate van het ge- I beurde kennisgegeven. Daar reeds Zondag- avond een gerucht liep, dat A. voornemens was naar Frankrijk uit te wijken, begaven de

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1907 | | pagina 2