A I g e m e e n Nieuws- en Advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen. No. 5017. Hooibroei. Da ir-ooie Maleaaarstn. Binnenland. Donderdag 11 Juli 1907. 47e Jaargang. VERKIEZING voor den Gemeenteraad. FEUILLE TON Buitenland. ABONNEMENT: Per drie maanden binnen Ter Neuzen 1,Franco per postVoor Nederland 1,10. Voor Belgie 1,40. Voor Amerika l,32Vg en voor het overige Buitenland 1,65. Men abonneert zich bij alle Boekhande- laars, Postdirecteuren en Brievenbushouders. Telefoon No. 2 5. A D V E R T E N TIEN: Van 1 tot 4 regels 0,40. Voor elken regel meer 0,10. Bij directe opgaaf van driemaal plaatsing derzelfde advertentie wordt de prijs slechts tweemaal berekend. Grootere letters worden naar plaatsruimte berekend. Inzending van advertentien voor 3 uren op den dag der uitgave. dat op Dinsdag den 23e» Juli aanstaande, A. VAN DALE; opgaven van candidaten maakte een bewegiug met de hand, die dmdelijk te kennen gaf, dat de prijs geen invloed oefende op zijn keuze, wanneer hij zijn geliefde een aangename verrassing wilde bereiden. //Zijn de letters C. M. yoorhanden ,/Ik zai eens kijken, mijnheer. Wij hebben verschillende harten van die soort en schakelen ze in de ketting naar de keuze der koopers. In ieder geval kunnen wij binnen vier en twintio- uur leveren wat u verlanot. Hier zijn de ringen." Ernst deed een keuze, betaalde en stak de ringen bij zich. Een hart met de letters C. M. was niet voorhanden dat speet hem gedncht. Gaarne had hij het gesehenk dadelijk meege- nomen, en het aanbod van den goudsmid om den ketting te laten aan huis bezorgen, kon hij met aannemen. Voor het Kerstfeest moest hij dus nogmaals naar de stad rijden. Hij wist dat zijn meesteres daags voor het feest zou terugkomen, dus over twee dagen, en hij wilde thms zijn, als zij kwam. Langzaam reed hij door het bosch. Daar- buiten scheen de zon en spiegelde zich in de heldere ijskristallen. Hier echter, tusschen de ooge, met rijp overdekte denneboomen, heerschte een matte schemering, juist geschikt om te peinzen. En Ernst die vroeger daarvoor geen trjd kon vinden, en menigmaal een kameraad had bespot, omdat hij met zulk nutteloos her- senwerk den kostbaren tijd verkwistte, kon zich nu niet onttrekken aan de overpeinzingen, welke zijn ziel geheel in beslag namen. Meermalen taste hij met de hand naar het pakje, waarin de ringen geborgen waren. Zou hij niet te voorbarig geweest zijn Plot- seling overviel hem zekere vrees. Als Christa Maria nu toch eens getrouwd ware? Was het wel verstandig, zich te verlaten op het gebabbel van een kind Als zij eens z/Ach God, dat mag niet zijn" riep hij uit z/Zij mag geen ander toehehoorenniemand mag recht op haar hebben dan ik alieen". Op onzachte wijze werd hij aan dfr we'rke- iijkheid herinnerd. Zijn paard maakte zoo haastig een zijsprong, dat Ernst Mahler ver- schrikte en onwillekeurig de teugels vaster aantrok. Het dier meende, dat het moest blij- ren stilstaan, en gehoorzaamde, maar keerde de kop naar den kant, waar achter de boomen het open land zich uitstrekte. Ernst volgde met het oog de bewegingen van het paard en uitte een kreet. Helder beschenen door de stralen der zon stond daar de vrouw. die al zijn gedachten in beslag nam. De verbazing deed bijna zijn bart stilstaan maar in zijn oogen was dnidelijk te lezen, wat zijn mond niet uitsprak. Het volgende oogenblik was hij van den bok gesprongen en stond naast Christa Maria die in bekoorlijke verlegenheid naar hem opzag. z/Ge zijt vroeger teruggekomen dan ge hebt gezegd, juffrouw,begon Ernst op onzekeren toon. //Hoe komt dat zoo?" Dinsdagnamiddag is te Amsterdam in het ge- bouw der Marinewerf door den Minister van Landbouw, enz., den heer Veegens, ge'instnlleerd de Staatscommissie voor het Reddingswezen, tot welker instelling H. M. de Koningin, op voor- dracht der Ministers van Waterstaat, Marine, Binnenlandsche Zaken en Landbouw, besloot. Minister Yeegens hield daarbij in tegen woor- digheid van Z. K. H. Prins Hendrik der Neder- landen, die naar men weet, het voorzitterschap aanvaardde, een rede, die door Z. K. H. werd beantwoord. EERSTE KAMER. Vergadering van Dinsdag. Arbeidscontract. De beraadslaging wordt hervat. De heer Stork, repliceerende, ontkent, dat de heer Van Houten de leider der oppositie is geweesteen voorstelling van zaken, door den Minister met geen ander doel gegeven, dan om aller oppositie te verzwakken. Voorts ont kent spreker. te hebben toegegeven, dat de arbeider in het algemeen de economisch zwak- kere is. Hij had slechts toegegeven, dat dit z/Verlangen," antwoordde zij oprecht en streelde het paard, dat haar herkende en zijn neus langs haar mouw streek. z/Verlangen herhaalde Ernst, terwijl een gevoel van zaligheid zijn borst doorstroomde. z/Verlangen, juifrouw Naar wat?" Een schalksche trek speelde om Christa Maria's rein en mond, en zoo vroolijk plagend als hij haar nog nooit gezien had, antwoordde zij z/Dat is niet moeilijk te raden. Verlangen naar het geklapper van den molen, naar het plassen van het water, naar den waakhond en naar de musschen, die zoo mak zijn Op denzelfden luchtigen toon zei Ernst nu z/Ei, ei, datzelfde verlangen was het zeker ook, wat u drong naar het bosch te gaan, juist op den tijd dat ik van de stad terugkeerde Christa Maria wendde verlegen het gelaat af. //O, neen, ik was alieen nieuwsgierig, hoe het met de leverantie gegaan is," zeide zij zacht. z/Ge hebt gelijk, dat zou ik bijna vergeten. Neem mij niet kwalijk, juffrouw, maar hier is het bewijs dat alles in orde is gekomen," sprak hij, en daarbij zocht hij in zijne porte- feuille naar een papiier. Zijn hand had ook weer het pakje met de ringen aangeraakt, en daarbij was het hem als- of hem een electrischen stroom door de leden voer. Zijn hart klopte stormachtig. Christa Maria las het bewijs door, zonder dat Ernst kon vermoeden hoe zij zich moest be- dwingen, en gaf hem het papier toen terug met een blik, waaruit haar onbeperkt vertrouwen sprak. De uitdrukking van haar gelaat was ernstig, bijna plechtig, toen zij bleef staan en zeide: het geval was, met den individueelen arbeider, en met arbeiders in achterlijke streken, en dan nog wanneer zij niet aangesloten zijn bij vak- vereenigingen. Achtereenvolgens handhaaft de spreker voorts zijn bezwaren tegen de strafbepaling inzake de uitbetaling van loon in verboden vorm tegen de uitbetaling van loon bij ziektetegen de eenzijdige vaststelling van het fabrieksreglement en tegen de wijze, waarop bij werkstaking door den werkgever aan de arbeiders kennis moet worden gegeven van de dringende reden van het ontslag. Tegen den last bij deze laatste bepaling den werkgever opgelegd, komt spreker met klem op, want de werkgever zal aan ieder arbeider persoonlijk de kennisgeving moeten doen, wil hij zijn aanspraken, met name op het staangeld niet verliezen. Tredende in breedvoerige beschouwingen over, en de waarde der critiek van de werkgevers in het algemeen en van den heer Regout en spreker in het bijzonder, betoogt spreker nader, dat de structuur van het ontwerp bewonderens- waardig mag zijn, maar, dat het ontwerp zelf onpraktisch is. Spreker zou een algemeene regeling nog hebben kunnen toejuichen, wanneer men daarbij zich had bepaald tot het stellen van eenige algemeene regelen. Maar nu was het onmogelijk dat deze speciale regelingen zich konden aansluiten bij alleiiei behoeften van verschillende categorien van arbeiders. Er wordt uitsluitend en te veel gelet op den gewonen industrieelen arbeider. Ontkennende dan ook dat hier, bij deze wet, plaats vindt condificatie van het bestaande, houdt spreker vol, dat zij praktisch onbruikbaar zal zijn en geen enkel feit van willekeur zal weg- nemen. Zoo zal bijv. opzegging op korten termijn mogelijk en dus een groot nadeel voor den arbeider blijven. Tenslotte waarschuwt- spreker nogmaals tegen aanneming van deze wet, omdat daardoor de kansen op een betere regeling van het arbeids contract voor geruimen tijd zijn verkeken maar bovenal, omdat deze wet den arbeider slechts schijnvoordeelen biedtden werkgever slechts overlast aandoe.t en dezen onbillijk behandelt. De heer Franzen, repliceerende, verklaart nog te zullen voorstemmen, wanneer de Minister de verklaring aflegt, de wet niet te zullen uitvoeren dan tegelijk met de toegezegde regeling van de rechtspositie van de burgerlijke ambtenaren en van het spoorwegpersoneel. z/Hoe zal ik u ooit mijne dankbaarheid kun nen toonen voor alles wat ge in mijn belang hebt gedaan, MahlerNu eerst, zie ik duide- lijk in, dat het voor ons vrouwen, toch zeer moeielijk is zich flink staande te houden. Toen ik de zaak overnam, was ik vol vertrouwen op mij zelve, en nu Zij bleef steken en staarde peinzend voor zich. z/En nu, juffrouw Wat is de oorzaak, dat ge niet langer op eigen kracht vertrouwt Wanneer zij de waarlieid had willen bekennen, dan had zij moeten antwoorden z/De liefde beneemt mij dat zelfvertrouwen ik heb nu geen ander verlangen dan mij over te geven aan u, dien ik liefheb en dien ik als meester en heer wil stellen op de plaats die ik hier heb ingenomen." Doch zoo iets kon men toch niet uitspreken, zonder onvrouwelijk te zijn, en daarotn antwoordde zij z/De gebeurtenissen van de laatste dagen hebben mij alle begeerten naar zelfstandigheid doen verliezen." Zjj hadden nu de plek bereikt, waar de weg uit het bosch omhoog naar den molen loopt. Bij de deur van het woonhuis, waar Ernst voor de allereerste maal Christa Maria gezien bad, stond een bejaard echtpaar, dat het oog op hen gevestigd hield. z/Dat zijn mijn onders", verklaarde Christa Maria, toen zij den verwonderden blik van Ernst gewaar werd. //Ik heb hen meegebracht, omdatomdat (Wordt vervolgd). SEIIZESSCHE C0ERA5T. ■»i« bind verscliijnt Maandag., Woengdag. en Vrijilagavond, nilgezouderd op Feesldagen. l»ij de Firma P. J. FAS UK SAIDE te Ter Neuzen. De Burgemeester der gemeente TER NEUZEN brengt hiermede ter openbare kennis, zal plaats hebben de verkiezing van een lid van den Gemeenteraad, ter voorziening in de vacature, ontstaan door de ontslagname van den heer dat op dien dag van des voormiddags negen tot des namiddags vier uren, ter Secretarie der gemeente bij den Burgemeester kunnen worden ingeleverd als bedoeld in artikei 51 der Iiieswet en artikel 10 der Gemeentewet. Deze opgaven moemn inhouden den naam, de voor- letters en de woonplaats van den candidaat en onder- teekend zijn door ten minste dertig kiezers, bevoegd tot deelneming aan deze verkiezing. De in leveling .(lezer opgaven moet geschieden persoon- lijk door een of meer der personen, die de opgave heb ben onderteekend De candidaat kan daarbij tegen- woordig zijn. Van de inlevering wordt een bewijs van ontvangst afgegeven. Formnlieren, voor de opgaven bovenvermeld, zijn ter Secretarie dezer gemeente kosteloos verkrijgbaar van heden tot en met den dag der verkiezing. De Burgemeester brengt kierbij in lierinnering artikel 151 der Kieswet, luidende ais voigt Hij, die eene opgave, als bedoeld in artikel 51 inlevert, wetende dat zij is voorzien van handteekeningen van personen, die met bevoegd zijn tot deelneming aan de verkiezing, waarvoor de inlevering gesckiedt, terwijl zonder die handteekeningen geen volaoend aantal voor eene wettige opgave zou overblijven, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste drie maanden of eene geldboete van ten hoogste honderd twintig gulden. Met gelijke straf wordt gestraft hij, die wetende dat hij niet bevoegd is, tot deelneming aan de verkiezing, eene voor die verkiezing ter inlevering bestemde opgave bedoeld bij artikel 51, heeft onderteekend. Ter Neuzen, 8 Juli 1907. De Burgemeester voornoemd, J. A. P. GEILL. De Burgemeester van TER NEUZEN, Overwegende dat, als gevolg van de langdurige natte weersgesteldheid, de vrees voor brandgevaar door hooibroei dit jaar bijzonder groot is, indien bet hooi niet voldoende droog wordt binnengehaald wijst de belanghebbenden met nadruk op bedoeld gevaar, onder opmerking, dat artikel 158 van het Wetboek van btrafrecht straf bedreigt tegen hem, aan wiens schuld brand is te wijten. Ter Neuzen, 10 Juli 1907. De Burgemeester voornoemd, J. A. P. GEILL. De Amerikaansche vlootkwestie brengt weerheel wat pennen in beweging. Te Washington schijnt bij vele diplomaten en zee- officieren de opvatting te bestaan dat het zenden van een sterke Amerikaansche vloot naar den Stillen Oceaan voor Amerika de belangiijkste gebeurtenis is, waartoe sinds den Spaansch-Amerikaanschen oorlog werd be- sloten. De »New-Fork-Herald", het blad dat door zijn ge- vaarlijk drijven in de dagen voor het uitbrekes van den Spaansch-Amerikaanschen oorlog zooveel onheil heeft gesticht, windt ook dilmaal zijn lezers op. Het blad blijft volhonden, dat wat men in ambteiijke kringen ook moge beweren, het besluit om de slagschepen te zenden naar den Stilien Oceaan is genomen tenge- volge van iuternationale wrijving in verband met de kwesties van het Verre Oosten. Schout bij-nacht Evans daarentegen heeft in een inter view verklaard, dat het belachelijke, maar ook gevaar- lijke onzin was, den tocht van het slagschepen-eskader naar den Stillen Oceaan uit te leggen als een anti- Japansche betooging. JBehalye de plannen voor den aanleg van marine- versterkingen bij Olongapo, overweegt de Amerikaansche regeering den aanleg van een marine-station in Magda- lenabaai, aan de kust van Zuid-Californie. Ongeiukki- gerwijs ligt deze baai op Mexikaansch gebied, zoodat hier niets te beginnen zou wezen zonder medewerking van de Mexikaansche regeering. De New-Yorksche ,,Worid" teekent ten sterkste verzet aan tegen de uitzending van de slagvloot. Handelingen en woorden, zegt zij, die op de onderstelling gegrond zijn dat er oorlog zal komen, znllen een oorlog teweeg brengen. Zij doet een beroep op Roosevelt, om de schepen thuis te houden en daarmee de Jingoistische beweging den kop in te drukken. Het gerucht gaat, dat president Roosevelt in de eerst- voigende zitting van het Congres een groot krediet zal vragen voor het aanleggen van een versterkt marine- station te Olongapo, in de baai van Manilla. Gister kabelde Reuter nog het volgende telegram uit Oysterbay over: Admiraal Brownson verklaarde namens president Roosevelt, dat bij van plan was de wereld te doen opzien van hetgeen de Amerikaansche zeemacht in staat was te verrichten tot verdediging van beide kusten der Vereenigde Staten. Er was geen betere tijd voor znlk machtsvertoon dan juist thans, nu de Vereenigde Staten in volmaakten vrede ieven met iedere natie. De officieele tekst van Brownson's gezegde is gelukkig minder snoevend. Roosevelt heeft nl. enkel beweerd, dat Amerika de wereid zou overtuigen, dat de marine in staat was de geheele lcustiijn te beschermen. De vlootbeweging bedoelde dus geen machtsvertoon, maar alieen een oefeningstocht. Belangrijk is ook te vernemen, hoe de Japanners over de opzienbaremle vlootbeweging denken. De gevoeiens zijn er verdeeld. Sommigen weigeren eenvoudig, aan het bericht geloof te slaan. De voornaamste bladen nemen een afwachtende hou- ding aan. Alieen de //Nitsji Nitsji Sjinboem" schrijft er over, doch gematigd. Het blad' noemt de onberede- neerde zenuwuchtigheid der Amerikanen ongewettigd. Maar wel is de algemeene indrnk in Japan, dat de Amerikanen goed zouden doen, de gevoeiens der Japan ners wat meer te ontzien. Indertijd heeft ook Japan ufgezien van het zenden eener vloot naar de Amerikaansche wateren, om een dergelijke reden. lets wat de spanning tusschen de beide landen nog verergeren zai, is het gedaan geven, van de Japansche werklieden op deAmerikaansche marinewerven in Manilla. In de FranscJte Kamer Naspel van deonlustenin 't Zuiden. Men weet, dat de Kamer had besloten, de lichting 1903 vroeger naar huis te zenden, dan oorspronkelijk bepaald was. Onder deze gunstige bepaling zouden ook vallen de mniters van het 17e regiment, die thans in Tunis zijn. De regeering wilde evenwel als tuchtmaatregel, dat de mniters hnn geheeien tijd zouden uildienen Dit voor- stel nu kwam gister in'de Kamer. Natuurlijk was dit een schoone aanieiding om den boel nog eens flink op stelteu te zctten. De heer Laferre c. s. dienden dan ook een motie in, om het regeeringsvoorstel te verwerpen. Pastre, een der vc. s.", nam Clemenceau, nog eens even waai over een telefonisch gesprek tusschen den prefect van Narbonne en Clemenceau 't welk de laatste voor ouwaar verklaarde. Auge nam deze besckuldiging echter over en vroeg, den minister-president in staat van beschuldiging te stellen. Na heel wat rumoer ver- wici p de Kamer echter gisteravond laat de motie-Laferre met 385 tegen 166 stem men en keurde daarna het re geeringsvoorstel goed met 394 tegen 126 stem men. De burgemeester van Montpellier, die zijn ambtge- nooien oijeen riep, in de hoop, dat zij kun ontslag zouden intrekken, heeft zijn zin niet kunnen doorzetten, daar de vergadering het tegenovergestelde besloot. Van de 100 aanwezige burgemeesters stemden 95 voor en 4 tegen de handhaving van kun ontslag aanvraag. Zeven bleven buiten stemming.

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1907 | | pagina 1