Tar Ha'izsnsche Gourant ZaterdaR 23 Maart 1907. No. 4972. JDIES^IDE! BLAD. Binnenland. n. Het geheim van het Bosch. jemengde berichten. 7 K H de Prins begeeft zich Zaterdag- ochtend per Hollandsch spoor van 8, Unaar Vlissingen, ter bg woning van de DeRuyter fees-ten De Prins zal vergezeld zpn door den tTcLdmiran Ellis, H. M.'? gewonen dienst ea den tat. ter baron Van Asbeck, adjudant van ZK. M. H. M. de Koniugin zal ten paleize te Am sterdam een dejeuner aanbieden aan de buiten- andthe gezanten, welke in opdracht van hun- nerespective regeeringen tegenwoordrg znllen Sn bTdeplechtigheid in de Nieuwe Kerk en tevens aan de hen daarbp vergezellende depu- taties en aan de Kon. Ned. marine. Ttt-N-fttf&KN22 Maart 1907. Aan het bericbt in ons vorig nummer, over de te Breskens onder voorzitterschap van den beer Gerritsen, president—commissaris ddr stoomtrammaatschappij Breskens—Maldegliem gehouden vergadering,; tot het bespreken van een aan te leggen stoomtram Breskens— Ter- Neuzen, kan nog worden gemeld, dat deze ook werd bijgewoond door den directeur dier maat- schappij, den heer Nijsink, en den ingenieur, de heer Schotel. ZooaLs is gemeld, waren van de genoodigde gemeentebesturen tegenwoordig die van Ter Neuzen en Hoofdplaat, terwijl van Hoek en Biervliet bericht was ingekomen, dat zij de ver gadering niet zouden bijwonen. De Yoorzitter vond dit laatste zeer jammer, daar toch ten duidelijkste was te kennen ge- geven, dat de tegenwoordigheid der besturen te dier plaatse, tot niets zou binden. Uit de medegedeelde briefwisseling met den Minister van Waterstaat bleek, dat Z.Exc. met het oorspronkelijke ingezonden plan niet geheel instemde, en zelf daarop een gewijzigd plan inzond, tevens ook verklarende geneigd te zijn dit, door Z.Exc. gewijzigd plan financieel te steunen Zooals wij reeds meldden, is de baan geheel op vrij terrein ontworpen, van Breskens, langs Hoofdplaat, Biervliet, door den Angelinapolder, langs den Noordelijken dijk van den Stellepolder, en den Kanaalpolder, naar het Axelsche gat en Mauritsfort over Hoek naar Ter Neuzen. In verband met de richting is ook gerekend op het met beweegbare bruggen overbruggen van de vaargeul naar de Bouchautsche haven en het havenkanaal van Philippine. Alhier zou de tram komen over de brug over den nieuwen Westelijken kanaalarm, veidei langs den kanaaldijk tot aan eene tegeno\ei bastion Vll te maken nieuwe brug over den ouden Westelijken kanaalarm. Ten slotte is de weg ontworpen over den af te graven wal tot aan de brug over den Oostelij ken kanaalarm. Waar dit noodig mocht blijken zullen halten en zijsporen worden aangebracht, om het laden of lo'ssen van goedereu te vergemakkelijken. Wanueer de brug over den Oostelijken kanaal arm voldoende wordt versterkt, is het voornemen de tram ook daarover te leiden, opdat ten bate van het goederenvervoer aansluiting met het spoorwegstation wordt verkregen. Vrij bewerkt door AMO. 15) Het vaste voornemen bestaat, om aan dit plan voort te werken. Het is reeds zoovei gevorderd dat er spoedig aan kan begonnen worden, terwijl er van bekend is, dat het door de Regeering zal worden gesteund. Clinge, 20 Maart. In de lieden gehouden zitting van den gemeenteraad waren aanwezig de voorzitter, de secretaris en 9 le<ien- At- wezig de heeren A. van Duijse en rlh. Praet. De notulen der vorige vergadenng werden voorgelezen en goedgekeurd. Onder de ingekomen stukken was o. m. een schrijven der Atdeeling Hulst van den Volksbond, met verzoek in de bestekken der werken, uitgevoerd voor rekening van de ge- meente, bepalingen in te voeren omtrent mi- nimum-loon en maximum-arbeidstijd. Wordt gesteld in handen van B. en W. ter afdoening. Aan de orde was nu benoeming onderwpzer(es) te Kapellebrug. De voordracht bestaat uit den heer A. van Waterschoot en de dames Ceelaert en De I auw. Met 8 van de 9 stemmen werd benoemd de heer Van Waterschoot met ingang van 1 Mei a. s. Verder werd besloten voor Kapellebrug eene onderwijzeres in de nuttige hand werken op te roepen tegen eene belooning van 75 in tjaar. Zich aan te melden voor 17 April. De jaarmarkt te Clinge wordt vastgesteid op Woensdag 24 April, die te Nieuw-Namen op Woensdag 29 Mei. Premien en prijzen blpven gelijk vorige jaren. Tot kenrmeesters worden aangewezen voor Clinge de heeren Jos. Yaal en Em. Plasschaert te St. Jansteen en C. Buijze van Graauw voor Nieuw-Namen de heeren J. Bauwens en L. Steijaert van Graauw en P. Buijsrogge van Stoppeldijk. Uit de raining van den hoofdelijken omslag blijkt, dat er 335 aangeslagenen in de gemeente zijn en de geheele aanslag 3174,89° bedraagt. De laagste aanslag is 0,62, dehoogste/ 125,08 De vergadering wordt hierna gesloten. Koewacht. De landbouwer Aug. de Saegher uit Boschdorp onder de aangrenzende gemeente Stekene had een paar beestjes verkocht en vlas geleverd. Een bedrag van circa duizend francs had hij in een doosje gedaan en dit onder vodden op zolder weggestopt. Toen hij deze week zijne schat wilde nazien, kwam hij tot de treunge ontdekking, dat het geld verdwenen was. Het bestuur der gemeente Moerbeke heeft in zijne vergadering van 14 Maart j. 1. besloten op 3 April a. s. op het Belgisch gedeelte dezer gemeente een veemarkt te houden, die dan gelijk valt met de jaarmarkt op het Hollandsch gedeelte. Er zijn verschillende premieen tot een gezamelijke waarde van 5 7 francs uitgeloold. Als marktm'eester werd benoemd de heer C. Slabbaert en als keurmeester de heeren Ed. Pisce, D. van Hooije en P. Mannens. admiraal. Maar nog grooter dan als zeeheld, was de Ruyter als mensch. Groot van karakter, rondborstig zeeman nederig en met een rem en kinderlijk gemoed, niet bedorven door het matrozenleven man met eenvoudigvromen geest, zijn grootste geluk vindend in den huiselijken iring, zoo was De Ruyter. Bezield met een diep en ernstig plichtsbesef, was De Ruyter onverbiddelijk streng in het eischen van plichtsvervulling van zijn minderen, hen voor elken zeeslag eenvoudig welsprekend, maar in korte zeemanstermen toesprekencl. Ilraaf huisvader ook was De Ruyterzijn kin- deren voorgaande in eerlijkheid, in handel en wandeldiep ernstig, statig ookeen vijand van vloeken en razen. Zelf stoer werker, eischte hij ook van anderen onvermoeiden arbeid, en hoezeer driftig een enkele maal, betoonde hij zich steeds en onder alle omstandigheden een strikt rechtvaardig rechter. Een menschelijk oorlogsman, den gevallen vijand eerend was De Ruyter. Niet zijn buitengewone bekwaaraheden, maar zijn hoog karakter maken hem tot een der meest geeerbiedigde mannen in onze geschiede- nis. Tegenover dezen man vergeet onze natie haar verdeeldheden, omdat noch op zijn aibeid, noch op zijn karakter smetten zijn aan te wijzen. Na deze inleiding gaf prof. Blok in bizonder- heden een levensschets van den grooten zeeheld, die niet aan zich zelf, maar aan /God's hulp en steun alleen" al zpn schitterende oveiwin- ningen toeschreef, en die, zoolang Neerland Neerland zal blijven, door ons volk zal geeerd worden als een van de edelste figuren, niet slechts in onze, maar in de wereldgeschiedenis. De Ruyter heeft ons zijn leven nagelaten als een lichten spoor, ons opwekkend tot eerbied en tot navolging. In verschillende onzer laatste nummeis is melding gemaakt van de wijze waarop men in de De Ruyterstad (Vlissingen) voornemens is dien dag te vieren. DE RUYTERFEESTERt. Op verschillende plaatsen van ons vaderland maakt men zich op om op morgen de herdenking van den 300sten geboortedag van onzen grooten vlootvoogd, min of meer luisterrijk te vieren. terwijl ook op verschillende plaatsen die ge- beurtenis reeds werd herdacht. In de vereeniging //Die Haghe" hield gister- avond Prof. Dr. J. Blok eene rede over Michiel Adriaansz. de Ruyter, die onder onze groote zeehelden de allereerste plaats inneemt, dooi geen hunner werd geevenaard. Herinneiende aan De Ruyter's schitterende overwinningen, schetste de geleerde spreker zijn verdiensten als Bij het graven van een welput aan den Laarderweg te Bussum had Dinsdag een zand- verschuiving plaats tengevolge waarvan twee werklieden, de een tot de schouders, de ander geheel, werden bedolven Een derde werkman wist zich intijds te redden en begon onmiddellijk aan de bevrijding zijner makkers, waa.rin hp na langdurigen arbeid mocht slagen. De Ruyters nakomelingschap Bij het herdenken van het leven en de daden des grooten admiraals komt onwillekeurig ook de vraag op, of onder on& tegenwoordig geslacht nog afstammelingen van hem leven. In de manneiijke lijn zeer zeker niet. De Ruyter's twee zonen zijn beiden ongehuwd ge- storven Adriaan op 18jarigen leeftijd als luite- nant ter zee en Engel op 33jangen leeftijd als vice-admiraal. Daarentegen zijn er nog verscheidene families in ons land, die afstammen van twee van De Ruyter's dochters Alida en Margareta. Alida de Ruyter, een kind uit zijn tweede huwelijk, aan wie hij den naam zijner moeder gaf, huwde met Johan Schorer. De eenig overge- bleven afstammelinge in het zesde geslacht uit dat huwelijk was Jacoba Maria Parker, die van vaderszijde af'stamde van den Zeeuwschen tak der inde Engelsche geschiedenis bekende fa- milie Parker, en wel van een der Parkers, die tijdens koningin Elisabeth's regeering naar de Nederlanden werd gezonden. Deze jonkvrouw Jacoba Maria Parker is tweemaal gehuwd ge- weest, 1°. met jhr. R. C. M. Rocher de la Resnays, en 2°. met Jacobus de Wildt. Dun 23 September 1817 verkregen bij Koninklijk besluit haar kinderen alsook haar tweede echtge- noot het recht om den naam en het wapen van admiraal De Ruyter bij hun vaderlijken geslachtsnaam en wapen te voegen. De oudste harer zonen, jhr. Mr. W. Parker de Ruyter Rocher de la Resnays, officier van justitie bij de toenmalige rechtbank te Hoorn, stierf kin- derloos, maar van de beide zonen uit haar tweede huwelijk (J. F. en J. W. de Ruyter de Wildt) bestaan nog verscheidene afstamme lingen. De thans levende oudste vertegenwoor- diger van de oudste dezer beide linies is de heer Mr. A. de Ruyter de Wildt, te Arnhem. De jongste der beide bovengenoemde heeren De Ruyter de Wildt liet 3 zoons en 4 dochters na. Yan afstammelingen bestaan thans in vier takken, nl. de families De Ruyter de Wildt Yan Aalst, Guepin en De Kruyff, die op hun beurt ieder wederom vertakkingen hebben. Behalve deze afstammelingen van De Ruyter's tweede dochter (van de oudste Cornelia zijn geen afstammelingen meer), zijn er ook nog van des admiraals dochter Margareta, die ge huwd was met den predikant Somer. lot haar afstammelingen behooren o. a. de familien Elias, Yan Boetselaar, Yan Tuyll van Seroos- kerken, De Ruyter van Stevenink, Hacke van Mynden, Van Tienhoven enz. Men meldt uit Arnhem aan het Vad. Eenige dagen geleden vervoegde zich op een avond aan de woning van een welgestelde dame te Arnhem een I5jarige knaap, die doornat van den regen om een boterham vroeg en mededeelde zijn moeder, die weduwe was en acht kinderen ten ba,ren laste had, verlaten te hebben ten einde in den vreemde voor zich den kost te zoeken. De dame, begaan met het lot van den jeugdigen zwerver, gaf hem een flink maal en bovendien onderdak in een loge- ment. Den volgenden dag zou het knaapje bij haar terug komen, om door haar tusschen- komst bij een patroon geplaatst te worden. De jongen komt werkelijk op den vastgestelden tijd bij haar terug en nadat hem geheel nieuwe boven- en onderkleeding verstrekt was, werd hij uitbesteed bp een schilderspatroon, die zeer met hem ingenomen was, daar hij vlptig werkte en flink zpn best deed. Nadat hem door zijn patroon zijn werkloon uitbetaald was en hij bovendien in een Zondags- pakje gestoken was, is de jongen plotseling verdwenen. Thans is gebleken, dat het geheele verhaal van den jongen verzonnen en de deug- niet vermoedelpk uit een opvoedingsgesticht ontvlucht is. Den volgenden morgen in de vroegte reisde hij af. Aan den cbllega, die zijn klasse over- nam, had hij alleen gezegd. dat dringende fanulie- aangelegenheden hem wegriepen, en zpn hos- pita geloofde dat eveneens. Met een gevoel van tevredenheid over zich zelven stapte hij in den trein. Hij twijfelde geen oogenblik, of zijn reis zou met een goeden uitslag bekroond worden, en vooruit genoot hij reeds bij de ge- dachte, dat hij Dora, het innig geliefde meisje zou kunnen verrassen met de mededeehng, dat haar vader z/Tannenrode Tweede klasse, met rooken Yliebig schrikte onaangenaam op. Zijn mis- noegdheid hierover was zoo groot, dat hij een lange poos uit het portier naar het eentonige landschap zat te kijken en van den ingestapten medereiziger volstrekt geen notitie nam. kin- delijk had dit lang genoeg geduurd. Zich om- keerende, ontmoette zijn blik dien van den persoon tegenover hem, wiens uiterlijk op hem een aangenamen indruk maakte, juist alsot hp hem reeds van vroeger had behouden. Terwpl hij zyn geheugen nog raadpleegde, lachte de ander en stak hem plotseling de hand toe. ,/Wel sapperloot, Johannes, ben ik dan zoo veranderd, dat je mij als een vreemde zit aan te kijken Aan de stem herkendeVliebigzijn medereiziger. z/Lutz Warempel, hij is het Daarom kwam het gelaat mij dadelijk zoo bekend voor, ondanks dien grooten baard," riep de candidaat nu verheugd, terwijl hij de hand van zijn vnend hartelijk drukte. ,/Zoo brengt het toeval ons samen, nadat wij jarenlang gescheiden waren Maar zeg, hoe kom je hier verzeild V" Het gelaat van Lutz Wollin betrok en hp antwoordde niet onmiddellijk. Het scheen of de vreugde van het wederzien zijn bekomme- rino-en had weggevaagd en dat die zich nu weer dubbel zwaar deden gevoelen. Vliebig merkte die verandering op en haaste zich te °zeggen ffNeen, Lutz, doe je zelven o*een geweld aan. Beschouw het maaialsof ik niets had gevraagd. Ik kon natuurlijk niet vermoeden, dat ,/Beste kerelbracht Wollin met moeite uit. //Ja, het is smartelijk, maar toch wil ik je de oorzaak mededeelen. Zooals je me hier ziet, ben ik dokter met een goede praktijk in een klein dorp bij Maagdenburg. Je weet, dat ik nog een klein kapitaaltje had overge- houden, al kostte de studie veel geld, daar bij heb ik een vaste jaarwedde en veel praktijk in uitzicHt. Ik zou dus heel tevreden kunnen zpn, als het mij niet aan een vrouw ontbra,k. Daarom ben ik hierheen gekomen, wel met o-eheel zeker van mijn zaak, maar toch vol hoop en ik ben afgewezen. Mijn bere- kening kwam verkeerd uit. Dat had ik niet verwacht na hetgeen Maar kom, ik zal het wel weer te boven komen. Het is maar goed, dat Coldewits zoo ver van hier ligt en wp elkaar dus niet meer zullen ontmoeten." Men bericht uit Delft Aan de Yischmarkt aldaar was Donderdag een heilbot aangevoerd van 48 kilo zwaarte. Het beest had veel bekijks en lag zoo waar met een sinaasappel tusschen de kaken gekneld, alsof 't een Paasch-visch was. Het reuzen- beest zou Vrijdagmiddag prijken op de tafel van het rijjooldiner der studenten alhier. Bij- zonderlijk voor deze gelegenheid is een steenen schaal gebakken, zoodat de visch in zijn oor- spronkelpken vorm werd opgebracht. Te Aarlen kwam een landbouwer dronken thuis. Hij maakte ruzie met zijn vrouw, greep de brandende lamp van de tafel en wierp die naar het hoofd van zijn zoon. De jongen wist den worp te mijden, maar dit maakte dat de lamp tegen den beddestijl in stukken vloog, en het bed in brand stak. stelde. En ik geven ik er nog verder nu zonder haar „Ben je afgewezen? Is dat meisje dan blind of wil zij hooger op?" vroeg Johannes toornig. ,/Is een dokter haar niet goed genoeg, al heeft zij een hart van goud Weet zij dan, wien zij afwees Kende zij je van naderbij Ik zou denken, wie Lutz kent, moet ook van hem houden." ,/Je vergeet een ding, Johannes Zij bemint mij niet, maar wel een ander. Ik was een dwaas, toen ik mij inbeeldde dat haar vriendschap liefde washaar voorkeur voor mij hield ik voor een onbewuste uiting van dezelfde liefde, die mijn hart naar haar trok. En het was niet anders dan het genoegen van mijn gezelschap en mijn vriendschap door haar vriendelpkheid wilde zij alleen toonen, dat zij die op prijs ik had mijn hartebloed willen maar het dient nergens toe over te spreken. Ik moet mij inriehten. Het is jammer, ik heb zoo'n lieve woning, aan den voet van den bouwval van het oude slot, omgeven door hooge beuken, een gezellig nestje voor een jong paar. Die laatste woorden trokken Vliebig's aan- dacht. „Hoe heet je woonplaats z/Coldewitz ,/Wat? Col... dewitz riep hij. //Jongen, dat is ook het doei van mijn reis." /Wilde jij mij dan gaan opzoeken En zeg je dat nu eerst ,/Helaas, dat is niet zoo, waarde Lutz Luister, dan zal ik je vertellen wat mij daarheen voert." En Vliebig vertelde, zonder dat zijn vriend hem met een enkel woord in de rede viel. Wanneer hij wat opmerkzamer was geweest, zou hij zeker de vreeselijke uitwerking van zijn woorden bespeurd hebben. Nu sprak hij echter ongedwongen voort. Alles wat hij zeide, getuigde van zijn liefde voor Dora, van het geluk dat hij hoopte te verwerven. Maar toen hp uitgesproken was en Lutz weer aankeek, ont- stelde hij toch. „Wat scheelt je „Niets niemendal. Maak je maar niet bezorgd. Ik denk nog te veel aan het blauwtje dat ik geloopen heb. z/Wil je me helpen bij mijn onderzoek in Coldewitz ,/Ja wel, zekerik woon er nog wel niet lang, maar toch zal ik je van dienst kunnen zijn". Na deze woorden ging Lutz aan de andere zijde van den canape bij het portier zitten en staarde naar buiten. Hij was ten doode toe bedroefd, als had men zijn hart uit zijn lichaam gerukt om hem zoo te laten dood- bloeden. Waarom had hij zijn geluk ook niet vroeger verzekerd. En dat het nu juist Johannes moest zijn, die hem de geliefde ontroofde Tegen zijn vriend kon en wilde hij niet om haar strijden, en dat juist smartte hem het meest. Hoeveel hij van Johannet; hield, bleek wel hieruit, dat hij hem volstrek niet wilde laten bemerken, hoeveel hij on hem leedneen, nooit zou hij hem zeggen dat hij deze minnepijn om zijnentwille ver droeg. j (Wordt vervolgd.) VAN ,.,U Hme

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1907 | | pagina 9