No. 4019. Ter Neuzenscfae Courant. Zaterdag* 17 November 1906. 46e Jaargang. Binnenland. Gemengde berichten. □T'WJSlIiiDIij BLAD. T W E E O E K A bYS E R. Yergadering van Donderdag. Indische Begrooting. De behandeling der begrooting wordt voort- gezet, waarbij de Minister van Kolonien weer- spreekt de grieven van den heer Van Kol, over misstanden bij de inning van de landrente in Besoeki. Die rente wordt inderdaad geind kort na den oogst, maar dat is in bet belang der bevolking, die op dat tijdstip over geld beschikt. De inning van de landrente gaat de Minister erkent dit een enkele maal gepaard met mishandeling en knevelarijen door de dessa- hoofden, die dan hun straf niet ontgaan. Op een klacht van den beer Van Deventer, antwoordt de Minister, dat de rente, door de Gouvernements pandbuizen gebeven, niet te boog is. Werkt de regie eerst op geheel Java, dan zal overwogen kunnen worden of de rente kan worden verlaagd. De beer Hubrecht wijst er op, dat de officieele prijscourant, welke als grondslag voor de heffing van invoerrecbten geldt, tal van artikelen bevat, waarvan de reeele waarde niet overeenkomt met die, aangegeven in de prijscourant. De Minister zal de zaak aan een nauwkeurig onderzoek onderwerpen, om, zoo noodig, tot een ander stelsel te komen. De beer Van Deventer wil verplicbtend stellen het toekennen van een gedeelte van de suiker- ondernemingen aan de grondverbuurders voorts rentelooze voorscbotten toekennen aan de suiker- verbouwende dessa-bevolkingen en afschaffen de suiker-premies voor de dessahoofden. De beer Van Kol wil tot bet tegengaan van de rietbranden evenals de beer Van Deventer de politie uitgebreid zien, in stede van den draconischen maatregel toe te passen, de geheele bevolking bij branden diensten op te leggen. De Minister acht het denkbeeld om den grond verbuurders een deel van de winsten in suiker- ondernemingen toe te kennen, niet uitvoerbaar. Het verleenen van rentelooze voorschotten aan de suikerverbouwende bevolkingen, zou tot grooten administratieven omslag leiden. Af- schaffing van de suikerpremies is ongewenscht. Zoo noodig zal, ter voorkoming van rietbranden, de politie worden uitgebreid. Het toekennen van een vertegenwoordigend karakter aan het syndicaat van suikerfabrikanten, heeft ook de instemming van den Gouverneur-Generaal. Den heer Van Deventer antwoordende, verklaart de Minister te bopen, bet volgend jaar te kunnen voorstellen uitbreiding van de opleidingsscholen voor inlandsche ambtenaren. De spoediger rang- opklimming van de ambtenaren van bet B. B. zal bevorderd worden door een met 1 Januari nieuw in te voeren stelsel, waardoor op Java en Madoera 5, op de buitenbezittingen jaarlijks 3 aspirant-residenten meer benoemd kunnen worden. De heer Pierson verdedigt namens de com- missie van rapporteurs een amendement, tot het brengen van een kredietpost van 25,000 op de begrooting voor het doen van opnemingen en taxatien ten behoeve van de terugbrenging van de particuliere landerijen in handen van den Staat. De heer Van Karnebeek is van oordeel, dat door dit amendement de Tweede Kamer niet vrij is in haar beslissing. Spr. stelt voor aan het amendement toe te voegen een zinsnede, waardoor de toegestane gelden ook gebezigd kunnen worden nten behoeve van bet op andere wijze verbeteren van op zulke landerijen heerschende misstanden". TEH NEUZEX, 16 November 1906. Heden morgen omstreeks 4 uur is de pont, waarmede het rij- en voertuigverkeer over het kanaal te Sluiskil onderbouden wordt, gezonken. Dit veroorzaakte natuurlpk een groot ongerief. Men was onmiddellijk met het leegpompen der pont aangevangen en te 11 uur des voormiddags was de pont weder in orde, waarna het overzetten weer geregeld plaats had. Eenige Zeeuwsche visschers zullen aan bet bestuur der Visscherijen op de Scbelde en Zeeuwsche Stroomen een adres zenden met verzoek, dat dit jaar de mosselbanken langer dan anders worden opengehouden voor het korren van mosselzaad. Zaamslag, 16 Nov. Den 4 Januari a. s. zal het 25 jaar geleden zijn, dat de beer A. Kok als hoofd der openbare school te Otbene in functie trad. Door de bewoners aldaar is reeds eene vergadering gehouden, om dezen dag niet ongemerkt te doen voorbijgaan. Velen welke den heer Kok vooral in zijn werkkring kennen, weten, dat een bewijs van welverdiende acbting bier zeer zeker op zijn plaats is. Boschkapelle. Bij den landbouwer G. van Dampen staan geen erwten in bloei, maar zijn uitgebloeid en dragen flinke peulen met flinke erwten er in. 't Zaakje is te zien op een per- ceel aan de Veerstraat. Op half November nog versche erwten op den kouden grond, 't gebeurt alle jaren niet. Hengstdijk. Een brutale diefstal bad hier Woensdag plaats. Terwijl vrouw Bloemen even de buurt op was en haar voordeur had gesloten, is de onbekende dader door den stal in huis gekomen en heeft er een horloge en 50 gulden gekaapt. Op klaarlichten dag Hengstdijk. Dezen zomer zijn verschillende hoofdwegen in den grooten Hengstdijk- en Rummersdijkpolder gekasseid. 't Groote werk is deze week gereedgekomen, door bet bestuur van den polder en den opzichter van de Prov. Waterstaat, den heer Eijke te Ter Neuzen, opge- nomen en in orde bevonden. St. Jansteen. Dezen zomer kocht bet kerk- bestuur een huis in de kom der gemeente vlak naast de kerk. Wie niet goed op de hoogte was meende toen, dat dit huis zou worden af- gebroken en dat er eene pastorie gesticht zou worden, terwijl de oude pastorie zou herschapen worden in eene jongensschool. Toen nu bet bovengenoemde huis verhuurd was en door twee gezinnen betrokken meenden sommigen, dat daarmede de sticbting der jongensschool vooreerst van de baan was. Wie echter beter ingelicht was, wist dat de plaats voor de jongensschool niet was bepaald bij de pastorie, die naast de nonnenscbool staat, maar geheel aan de andere zijde van het dorp in de Wilbelminastraat. Daar komt dus de li. K. jongensschool op de weide voorbij den klompenmaker Allefs, welke weide aan de Kerk in eigendom beboort en in gebruik is bij B. Ysebaert, landbouwer albier, alle jaren uit. Aan bet bouwen van eene nieuwe pastorie wordt nog geen aandacbt geschonken, wijl de pastoor in de oude woning wenscht te blijven. Vlissingen. In de heden (Vrijdag) gehouden zitting van den gemeenteraad werd overgelegd een zeer uitvoerig schrijven van den Minister vrni Waterstaat, naar aanleiding van een verzoek van den gemeenteraad om een subsidie van rijkswege te bevorderen voor Let watervrijmaken der gemeente, zulks in verband met den hoogen waterstand van 12 Maart. De Minister kennis genomen hebbende van de daarover uitgebracbte adviezen, verklaart het toekennen van een sub sidie niet te kunnen bevorderen. De bezwaren die hij daartegen heeft, werden breedvoerig uiteengezet. In de eerste plaats werd gezegd dat volgens bet oordeel van Ged. Staten de financieele toestand van Vlissingen niet van dien aard is, dat de gemeente de kosten van f 55000 niet zou kunnen dragen verder zou bet loodswezen en de scheepvaart, wijl er dan geen vluchthaven meer zou zijn voor visschers- \4artuigeu enz. van de uitvoering der werken veel last kunnen ondervinden en ten slotte werden uit een sanitair oogpunt, met bet oog op de rioleering vonr een gedeelte der stad de werken niet ge wenscht acht. Bij Dinxperloo is een vreemd grenscon- flict voorgekomen. Twee Hollandsche Rijks- ambtenaren kwamen in Suaerwich op Prui- sisch grondgebied. Eenige arbeiders aldaar, die dit bemerkten, begonnen de ambtenaren zoo- danig te bemoeilijken en te bedreigen, dat de ambtenaren naar bet Hollandsch gebied moes- ten terugkeeren, tot de grens door de arbeiders achtervolgd. Woensdagmiddag te kwart na vijf brak er in het rijwielmagazijn van den heer J. M. Smits, Kerkstraat 198 te Amsterdam, een felle brand uit. Men schrijft de oorzaak toe aan een lek in de gasleiding. In een oogwenk stond de geheele winkel in licbtelaaie Het knechtje en de dienstbode vluchtten, maar de heer Smits holde naar boven, waarschijnlijk om geld en kostbaarheden te redden. Daarschijnt hij door den rook bedwelmd te zijn, althans de brandweer vond hem later dood op den grond uitgestrekt. De vlammen, die ook weldra de tweede verdieping en den daarboven gelegen zoider, benevens de vliering hadden aangetast, hadden het lijk voor een groot gedeelte ver- koold. Het stoffelijk overschot werd in een deken gewikkeld, en naar den stal van den heer Stephanus aan de overzijde der straat ge- dragen. Daar werd de identiteit vastgesteld. Met een brancard werden de overblijfselen van den jongen man hij was pl.m. 33 jaar naar het Binnen-Gasthuis vervoerd. De over- ledene laat een jonge vrouw en een kindje achter. Zij waren op het oogenblik van den brand buitenshuis, en ontkwamen dus aan het gevaar. De materieele schade wordt door ver- zekering gedekt. Bijgeloof. Het is tegenwoordig in Fries- land weer lang niet pluis, zoo schrijft men uit Friesland aan de N. Ct. De tsjoenderij toch, welke vroeger daar zooveel in zwang was, doet zich weer telkens voor in ons gewest. Gold het in den loop van het vorige jaar een zieke- lijk kind te Oosterlittens. thans geldt het een geval te Veenwouden. Daar werd zeer onlangs Gertrude nam plaats op den rand van het bed en in gedachten verdiept, liet zij haar blik rusten op het slapende meisje. wDe bestuurder mijns harten". Zij begreep haar kleine vrien- dinzij meende in haar hart te kunnen lezen. Hoe kwam het toch, dat zij haar nu begreep Eu dat haar nu heilig en ernstig zoorkwam, waf haar te voren beuzelarij had geschenen Den volgenden morgen ging de zoon van Thorbeeken de marsch in dat was een moei- lijke zware gang. Zijn houding had iets ver- moeids en zijn oogen waren meest naar den grond gericht. Toen hij een eindje geloopen had, keerde hij zich om en keek naar de dui- nen, naar het Witte Knee. Hij zag een hoo gen, steilen wand van geelwit zand, een groote wond in het dnin opengereten, en boven, dicht bij den rand van den afgrond stond de oude toren van den bouwval, de oude baak van de landstreek. En aan den voet daarvan in de diepte, werkten de menschen, stampten de paar- den, rolden de zandlorries, want Thorbeeken had een spoorweg laten leggen van het duin naar den dijk, waar het zand in schuiten werd geladen. Hans staarde met sombere blikken naar dien steilen wand. „Die is veel grooter ge worden en steiler hij is waarachtig nog meer dan honderd voet hoog het is ongehoord En toen kwam de angst bij hem boven „De arbeiders ver- keeren in het grootste gevaar en Trude Groode zit bij het boogvenster en droomtHij ziet dat alles en laat toch verder graven altijd verder -tot de toren instort en de naam Knee verdwenen is." een vrouw vrij ernstig ziek. De ziekte ver- ergerde met den dag, totdat men op de ge- dachte kwam, dat de patient wel betsjoend zou kunnen zijn. Lang niet onmogelijk, zoo werd er geoordeeld, en daarom ging men de zaak maar aanstonds onderzoeken. De kussens werden opengemaakt, en jawel, daar kwam uit een van de veeren kussens te voorschijn een groot been of bot, waar aan het eene einde een veer uitstak. Onmiddellijk werd nu dit been met veer in het vuur geworpen. En ziet, nog nauwelpks brandde een en ander, of daar kwam een oude buurvrouw vragen, hoe het met de zieke was. Nu wist men wie de tsjoenster was: de vuurproef had dit duidelijk uitgewezenmen kon nu verder zijn rnaat- regelen nemen. En het gevolg was, dat de patient sedert reeds aanmerkelijk in beterschap is toegenomen. Donderdagmiddag is de 66jarige Willemina A., te Puttershoek, bij het waterscheppen in het Lorregat gevallen en ofschoon spoedig gered, is zij een uur na het ongeval overleden. (D. Ct.) Een oud gebruik. De vreemdeling, die zich Maandagavond in het dorp Hoevelaken had opgehouden, zou zich zeker wel verwonderd hebben, wanneer hij tal van mannen had gezien, oudere en jongere, met lange pijpen. Hier stonden enkelen kalm te praten, daar stapte een troepje bedaard huis- waarts, alien deftig rookende uit- de lange Gouwenaars, evenals de Hollanders uit de dagen van den Regententijd. Eenmaal in 'tjaar kan men die aloude ge- woonte daar zien, bij gelegenheid dat de vzaad- gelden" worden betaald. Die ,/zaadgelden" zijn de belastingpenningen, welke aan de N. H. Kerk te Hoevelaken moeten worden opgebracht. 'tis een heel oude belasting, waarvan de oor- sprong misschien moeilyk is na te gaan en stellig wel eeuwen oud. Zij dateert uit het tijdperk voor de Hervorming. Zeker is het, dat het geld vroeger schaars was en het viel den boeren moeilijk de kerk met geld te helpen en daarom stonden zij een gedeelte van hunnen oogst af. Wellicht hebben velen zich verbonden hun jaarlijksche gift ge regeld bij te dragen. Hoe het zij, deze belasting is een recht van de kerk geworden en eeuw in eeuw uit, tot op den huidigen dag blijven bestaan, algemeen bekend onder den naam //zaadgeld Bijna van alle landerijen in de gemeente Hoeve laken wordt zaadgeld geheven. In de archieven van de kerk berust een staat waarop is aangegeven hoeveel rogge ieder ver- schuldigd is te geven, uitgedrukt in schepel, kop en maatjes. Sedert lange tijden neemt de kerk echter geen rogge meer aan, doch men berekent de waaide van" het verschuldigde, waarbij men als koers aanneemt den prijs van de rogge in het begin van November. Toen Amersfoort nog een koren- markt had, nam men den prijs van de rogge op den laatsten markt dag voor de betaling der zaadgelden, welke op 11 November geschiedt. (Als dit geen Zondag is). Bij de afgelegen boerderijen wordt het geld door den koster gehaald, doch de rneeste boeren komen zelf betalen en men zou dit niet gaarne aan een ander overlaten. Men vindt er wat gezelligs in, misschien omdat men reeds jaren dezen tocht maakte (evenals de voorvaderen ook reeds deden) doch ook, omdat men op weg kennissen, buren en tamilieleden aantreft en Hij stampte met den voet op den grond. „Maar ik ben er nogdat heeft hp niet gedacht Die gedachte verruimde zijn borst; hp keek in het^rond en liet het oog over den vaderland- schen grond dwalen. Als rustte het oude on- recht als een zware wolk op gindsche duinen en op deze vruchtbare akkers, hij was hier ge komen om al dat onrecht uit den weg te ruimen. Sedert tieu jaar klonk er in zijn binnenste een stem: „Duld het onrecht niet! Steek de zee over en maak er een einde aanEn die stem had hij gevolgd en hij gevoelde in zich de kracht om naar het recht te handelen. Hij ging het vooorplein over naar de huis- deur.' Nog had hp den drempel niet bereikt, toen iemand hem bij de hand greep. In die vochtige oogen was ongehuichelde hartelijkheid te lezen bij de woorden /,Neef Hans, wat ben je groot en knap ge worden En het ernstige bruine gelaat van den jonkman verhelderde, toen hij zeide Dora! Ik dank je, dat je me begroetinhet huis mijner moeder Het meisje legde haar arm op den zijne. vIk heb hier eenzame, vervelende jaren doorgebrachtik hoop, dat je zonneschijn en geluk meebrengt." Ze keek hem aan, geslingerd tusschen hoop en vrees. vJe komt toch bij ons wonen en niet ginds bij de Knee's Twijfelend keek hij naar den grond en zweeg. (Wordt vervolgd.) FEUILLETON. 42) Von Knee richtte zich een weinig op. ,/Een geschenk van u De laatste redding der Knee's door een Thorbeeken Het gaat niet, Hans De j on km an wierp een blik op de jonge dame, die tegenover hem stond, een smeekende blik, een verzoek om hulp. Gertrude's gelaat verried haar ontroering. Wel riep een stem in haar binnenste Hij meent het oprecht, gij zoudt zelf ook zoo han delen maar een andere stem klonk '/Hij is een Thorbeeken Voor zijn vlammende oogen sloeg zij de hare neer, terwijl zij antwoordde: ,/Ik zou geen weldaad aannemen //Een weldaad?" herhaalde hij met oprechte veiontwaardiging. Oom, als nu de groote Hans voor u stond, zooals vroeger de kleine Hans en hij zeide tot u //Ik kom arm en ziek uit den vreemde," zou u mij dan van de deur jagen Of zou ik mij zelven vernederen en onteeren, wanneer ik een jaar lang gebruik maakte van uw gastvrijheid Het gelaat van mpnheer Von Knee helderde op, toen hij antwoordde: //Je weet. Hans, dat mijn zoontje stierf. toen hij juist drie jaar oud was geworden. Kort daarna kwam je op zekeren dag voor de eerste maal over den drempel van mijn huis. Je waart toen vijf jaar oud. Je mooie kleertjes hingen vol mos en heidebloemen, jp schoentjes waren vol zand. En je hadt ge- hoord, dat hier een kleine jongen was wegge- bracht en daarom vroeg je, of je hier nu en dan mocht komen en ons liefhebben, omdat die andere dat niet meer doen kon. Toen was je zeer grootmoedig, Hans en geloof je nu, dat ik je van mijn deur zou jagen?" Nu schitterden de oogen van Hans Thor beeken van vreugde hij legde beide handen op de schouders van zijn vriend. //Welnu, oom, neem mij dan op God weet hetik ben arm en ziek wat liefde betreft. Ik heb geen tehuis en mijn vader De invalide sloeg den arm om zijn hals en zei//Doe dan, Hans, wat je goeddunktje doet het voor mijn kinderen Ik ben een oude, gebroken man." Gertrude wendde zich afin het voorhuis bleef zij bij de trap, die naar de bovenverdiepiug leidde, staan, in gedachten verdiept. Waarom klopte haar hart toch zoo suel Waarom trilde telkens haar gansche lichaam Eindelijk ging zij de trap op. //Hij blijft, hij blijft!" Boven in haar kamer vond zij Frauke. Ver- moeid van het schreien was het meisje op haar bed gaan liggen en ingeslapen. Haar eene hand hing van het dek af en daaraan was een photographie ontvallen. Gertrude raapte die op en bekeek glimlachend de beeltenis van den knappen, slanken man met hooge laarzen en korte jas. In Frauke's minder fraai hand- schrift stond onder het portret//De bestuur- der m. h."

Krantenbank Zeeland

Ter Neuzensche Courant / Neuzensche Courant / (Algemeen) nieuws en advertentieblad voor Zeeuwsch-Vlaanderen | 1906 | | pagina 5