Gemengde berichten.
miliciens, verlofgangers. landweermannen en
oud-miliciens, is een schrijven gezonden aau
den Minister van Oorlog, waarin er de aandacht
van Z. Exc. op gevestigd wordt, dat er in
Vooral in kleinere gemeenten is dit het geval.
Een groot aantal landweermannen, voornamelijk
zij die den 15 Mei zijn opgekomen, verkeert hier-
door in zeer geldelijke verlegenheid, wijl zij als
onderscheidene gemeenten nog geen spake schijnt
te zijn voor het uitkeeren der schadeloosstelling
als bedoeld in art. 15bis der landweerwet.
moetende van de eene week in de andere leven,
in niet weinige gevallen de week van opkomsthun
gezien op crediet hebben moeten laten leven.
Beleetd wordt verzocht die maatregel te willen
nemen, waardoor aan genoemde toestand een
einde wordt gemaakt en de hoop uitgedrukt,
dat het den Minister behagen moge, het verzoek
in te willigen.
Men schrijft uit Zeeuwsch-Ylaanderen
0. D.
Sinds eenigen tijd is al het water verdwenen
uit de polders, op 12 Maart overstroomd, maar
toch wordt nog steeds gewerkt aan verhooging
en verzwaring van zeedijken. Zoowel de dijken
aan den Van Alsteinpolder onder Graauw, als
die by den Wilhelmuspolder onder Walsoorden,
als die van den Isabellapolder onder Philippine
zullen aanzienlijk verzwaard worden. Ook bij
den Kruispolder onder Hontenisse zal de zee-
dijk over een lengte van ruim 2000 meter
worden opgehoogd.
De dijken zullen zoo hoog worden, dat zij bij
een vloed als die van 12 Maart jl. nog boven
water staan, want een dijk moge nogjzoo sterk
zijn, zoodra de vloed er met eenige kracht
overheen|slaat, brokkelt hij langs de binnenzijde
af en ontstaan er gaten.
Men berekent dat er dit jaar wel een mil-
iioen gulden noodig zal zijn voor herstel en
verbetering van zee- en binnendijken in Zeeuwsch-
Vlaanderen Oostelijk deel.
Hoek, 16 Juli. Heden werd alhier in het
cafe' van den heer F. Dieleman op de Knol,
door het Bestuur der vereeniging voorChriste-
lijk onderwijs (buurt De Knol) in perceelen en
in massa aanbesteedhet bouwen van twee
schoollokalen met onder wijzerswoning, en de
levering en plaatsing van de noodige meubelen
voor bovenhenoemde school.
Hiervoor werd ingeschreven als volgt
le perceel (metselwerk). P. J. Rijnberg,
voor f 3825, W. P. Nieuwelink en H. van der
Velden, voor 3570 en Gebr. Deij, voor 3490.
2e perceel (timmerwerk). J. A, Rijnberg
voor 4065, A. C. Rijnberg voor 3100,
A. Verlinde voor 2744,60, I. P. Casteleijn
voor 2654 en J. A. Meertens voor 2650.
3e perceel (schoolmeubelen). J. A. Rijnberg,
voor 697, A. C. Rijnberg voor 610, A.
Verlinde voor 560,75, I. P. Casteleijn voor
f 550, Kaijser en Wisse, te Zaamslag, voor
549 en J. A. Meertens voor f 535.
le en 2e perceel gecombineerd A. Verlinde
voor 6169,60, J. A. Meertens voor 6140,
en Kaijser Wisse te Zaamslag voor 5964.
Voor de massa A. Verlinde voor 6730,35,
I. P. Casteleijn voor 6690 en J. A. Meertens
voor /6675.
Zij bij wier naam geen woonplaats is ver-
meld wonen te Ter Neuzen.
Het werk is in perceelen gegund en wel het
le en 2e perceel aan Kaijser en Wisse en het
3e perceel aan J. A. Meertens.
(Reeds in een deel der oplaag van ons vorig
nummer vermeld.)
Axel, 17 Juli. In de heden alhier gehouden
jaarlijksche algemeene vergadering van leden
der //Eerste Nederlandsche Cooperatieve Beet-
wortelsuikerfabriek" te Sas van Gent werd de
heer B. C. Puijlaert van Zuiddorpe gekozen als
lid der financieele commissie, in plaats van het
aftredend lid J. van Hoeve tot plaatsvervangend
lid werd gekozen de heer W. Dieleman Pz. te
Axel, in plaats van den heer B. C. Puijlaert.
De winst over het afgeloopen jaar bedroeg
473,58, welk bedrag in het reserve-fonds
zal worden gestort.
Boschkapelle. Een visscher kwam in den
Van Lijndenpolder, dicht bij een vischwater, op
een vreemdsoortige manier in 't bezit van een
paling. Op eenigen afstand hoorde hij een ge-
weld, alsof' een paar hanen aan't vechten waren,
en zag tot zijne verwondering, dat een reiger
met kop en pooten werkte, en ook met zijn
vleugels, om zich van een paling meester te
maken en er mee weg te vliegen. Deze was
daar niet mee ingenomen, ging druk tegen den
reiger in, en vandaar het geweld.
De visscher liep naar de vechtenden heen, en
de reiger was zoo op het lekkere hapje gesteld
dat hij pas wegvloog, toen de visscher hem
aR 't ware kon grijpen, die een paling van
bijna een pond zwaar mee naar huis kon nemen.
Koewacht. Dinsdagmorgen om circa halfdrie
trokken eenige smokkelaars met een Neder
landsche koehierover de Belgische grens. Niet ver
van Stekene ontmoetten zij een paar douanen, die
met den revolver in de hand hen het „tot hier
toe en niet verder" toeriepen. Onze smokke
laars kozen het hazenpad en de koe, die Maandag
in Hulst op de markt voor 200 gulden gekocht
was, werd door de ambtenaren in beslag geno-
men en zal nu ten voordeele van den Belgischen
Staat worden verkocht.
Hoilteuisse. Dinsdag had hier de stemming
plaats voor een lid van den gemeenteraad in
plaats van wijlen den heer P. A. Adriaansens,
die meer dan 40 jaren onafgebroken raadslid
geweest is.
Van de 724 kiezers waren er 443 opgeko
men. Onwaarde 7 stemmen. De heer A. Adri
aansensBuijsrogge verkreeg 307 stemmen, de
heer P. S. van Jole 129 stemmen; zoodat ge
kozen is de heer A. Adriaansens, zoon van
wijlen den heer P. A. Adriaansens.
Graauw. Bij de Dinsdag gehouden stemming
voor een lid van den gemeenteraad, stemden
218 van de 282 kiezers. Van onwaarde waren
7 brieves.
Gekozen werd de heer A. Staal met 134
stemmen de heer A. M. Plasschaert verkreeg 77
stemmen.
Biervliet. Tot ontvanger-griffier van den
Oranjepolder is bij loting benoemd de heer C.
B. Carpreau.
Maandagmorgen vervoegde zich op het
kantoor van den rijksbetaalmeester te Breda
juffrouw C., uit Terheijden, om het driemaan-
delijksch pensioen van haar man in ontvangst
te nemen.
Het geld werd haar voorgeteld, een bank-
biljet van f 60, een van 40, en nog wat
klein geld. Hoe 't mogelijk is geweest, valt
niet te begrijpen, doch een feit is het, dat, toen
de juffrouw 'tgeld wou opnemen, de beide briefjes
spoorloos verdwenen waren.
Ze heeft goed gezien, dat ze voor haar neer
werden gelegd, maar waar ze gebleven zijn, weet
ze niet. De mogelijkheid schijnt te bestaan,
dat een van de aanwezige personen, die pensioen
kwamen halen, de gelegenheid heeft gehad, zich
de beide bankbriefjes toe te eigenen.
In de duinen onder Wijk-aan-Duin is
Zondag-ochtend tusschen 3 uur en half 4 een
moordaanslag gepleegd op den jachtopziener
Benning, in dienst van jhr. Boreel.
B. was op surveillance met den rijksveld-
wachter Veen en de jachtopziener Deys.
Zekere J. G., die, als reeds meermalen was
gebeurd, op strooperij uit was, werd door B.
betrapt. Hij loste een schot en trof B. in de
hand. Niettegenstaande diens waarschuwing
om niet meer te schieten, volgde toch een
tweede schot, hetwelk B. in de heup trof, zoo
dat hij neerviel. De dader nam de vlucht.
Veen en Deys, die op de schoten afkwameu,
vonden B. liggen, die G. als den dader noemde.
Deze werd later te IJmuiden door Veen in
hechtenis genomen en naar Haarlem overge
bracht.
De toestand van B. werd niet erastig geacht.
Men meldt uit Nieuwediep
Van het instructieschip Bellona, onder den
Texelschen wal schietoefeningen houdende, is
Dinsdag door het losschieten van een takel een
sloep uit de davits gevallen, juist op een be-
mande vlet van de kanonneerboot Hefring, die
er onder lag. De vlet werd gedeeltelijk ver-
brijzeld, terwijl van de zes inzittenden de ma-
troos eerste klasse R. werd gedood en de matroos
eerste klasse L. zwaar gekwetst werd. De overi-
gen konden uit het water worden gered. De
kanonneerboot is hier met den doode en den
gekwetste aangekomen.
Te Scheveningen is in de visschershaven
na een afwezigheid van vier weken terugge-
keerd een sloep, die door den reeder H. den
Dulk aldaar, ter haringvisscherij was uitge-
zonden. De bemanning bracht geen enkele
haring mede.
Ter haringvisscherij zijnde, beweerde het
grootste deel der equipage, dat het vaartuig
lek was, en weigerde ronduit den schipper te
gehoorzamen op zijn bevel om de netten buiten
boord te zetten. Men heeft den schipper ge-
dwongen weer huiswaarts te keeren.
Een deskundig onderzoek heeft nu plaats
gehad en van lekkage was niets bespeuren
de geheele vleet is o. a. kurkdtoog uit het
schip gelost.
Zondag is te Benningbroek (N.-H.) een
kind ten doop gehouden door dezelfde vrouw,
die. den vader en de grootinoeder van de kleine
ten doop hield.
Aanvaring van die „ls!e of CaSdy"
door- de Koning WiSlem S3".
Zaterdagavond vertrok van IJmuiden het
stoomschip //Koning Willem II" van de maat-
schappij Nederland. Zondagavond keerde dit
stoomschip weer terug. Het was in den nacht
van Zaterdag op Zondag, omstreeks 2 ure, in
botsing gekomen met de stoomboot ,/Isle of
Caldy", geladen met erts en op '■weg naar
Amsterdam. Eerstgenoemd stoomschip heeft 3
gaten aan stuurboordzijde, terwijl de //Isle of
Caldy" gezonken is.
Een der passagiers van de //Koning Willem
II" schrijft aan het Hbl.
//In den nacht van Zaterdag op Zondag om
streeks half drie werden we wakker geschrikt
door een vrij hevigen stoot. 't Geroep van//aan-
varing" weerklonk, waarop ieder naar het dek
vloog, zwemgordels mee. Op omstreeks 100 M
vertoonde zich voorwaarts aan stuurboordzijde
een schip in zinkenden toestand met een wit
en een rood licht. Dit was de //Isle of Caldy"
van Liverpool, een boot geladen met erts,
komende van Spanje, met bestemming voor
Amsterdam, welk schip in het midden, ter hoogte
van de machinekamer, was aangevaren door de
z/Koning Willem II."
Een hevige, plotseling opkomende mist, die
even spoedig weer optrok, was de oorzaak van
de ramp.
Twee der opvarenden van de Engelsche stoom
boot waren op de //Koning Willem II" over-
gesprongen en vertelden, dat de ertsboot bijna
was doormidden gesneden. Even daarna kwamen
2 sloepen aan bakboordzij met 13 man der
equipage, den Hollandschen loods en de vrouw
van den kapitein de 2e en 3e stoker man-
keerden.
Nadat de bemanning van de ertsboot nog
eens getracht had, hun ontbrekende makkers
te redden, sprong plotseling de ketel met hevigen
slag en verdwenen de lichten.
Geen spoor was meer te vinden van het schip,
dat een kwartier te voren rustig door het Kanaal
voer.
an de vermisten werd niets meer gevonden,
zoodat de kapitein van de //Koning Willem II,"
na eenige uren zoekens, besloot een Hollandsche
haven binnen te loopen, om de geleden schade
te laten herstellen. In de boeg aan stuurboord
zijde was een groot gat geslagen, waardoor het
water binnenstroomde in't voorschip gelukkig
hield het waterdichte schot zich goed.
Omstreeks 3 uur kwam de Hollandsche kust
weer in zicht, die den vorigen dag, naar wij
meenden voor zoovele jaren, aan ons oog ver
dweuen was.
Door het dochtertje van prof. Korteweg, uit
Leiden, dat de reis tot Genua meemaakte, werd
een collecte gehouden voor het personeel der
Engelsche boot.
//tWas 'n schrik, meneer," vertelden ons
eenige ooggetujgen, die de aanvaring van het
eerste oogenblik af hebben gadegeslagen. //Het
zal ongeveer 22 mijl van IJmuiden geweest zijn,
kwart over twee in den nacht van Zaterdag op
Zondag, toen we door het gillen van de stoom
fluit werden gewaarschuwd, dat er iets onge
woons gaande was. Het miste zwaar en veel
te zien was er niet. Een oogenblik na dit sein
van ons schip voelden we een zwaren schok en
wij dachten, dat wij zelf naar den kelder zouden
gaan. Spoedig zagen we, wat er van aan was.
We hadden een Engelsch schip aangevaren,
waren er recht op ingestoomd en hadden den
Engelschman juist in de machinekamer geraakt.
Onmiddellijk alle man bij de booten, en een
oogenblik later roeiden onze mannen naar het
Engelsche schip, de //Isle of Caldy" met koper-
erts geladen, voor Amsterdam bestemd. De
Engelschman zonk snel, had zelfs geen tijd om
met eigen sloepen de bemanning in veiligheid
te brengen en twintig minuten later was van
het stoomschip niets meer te zien.
De bemanning, een 17tal personen, werd in
deerniswekkenden toestand bij ons aan boord
gebracht. Daar waren de Engelsche kapitein
met echtgenoote, die eveneens gered konden
worden. Het zonderlingst was wel de wijze,
waarop een van hun matrozen ons schip bereikte.
Op het ooaenblik van de aanvaring sprong hij
van het dek af op het bakboordsanker van de
//Willem II" en wonder boven wonder kon hij
zich daarop vasthouden, ofschoon deze levens-
gevaarlijke onderneming hem ernstige kneuzingen
aan armen en beenen bezorgde. We hoorden
hem eerst niet, en toen heeft hij het kunst-
stukje volbracht, zonder hulp naar boven te
klauteren. U kunt aan de bloedsporen nog
zien, waar hij zich heeft opgewerkt. Onbe-
grijpelijk is het, dat dit den man met al zijn
verwondingen toch gelukt is.
Twee man zijn met het Engelsche vaartuig
naar den kelder gegaan. Twee machinisten, de
oudste 30 jaar, de jongste 23. Zij laten beiden
een vrouw achter. Natuurlijk konden zij niet
tijdig genoeg aan dek komen, waarschijnlijk
ook, omdat de //Isle of Caldy" juist in de machine
kamer getroffen werd.
De anderen zijn veilig overgebracht al zijn
de meesten er niet zonder min of meer ernstige
verwondingen afgekomen. De arme menschen
waren natuurlijk van alles beroofd toen ze bij
ons aan boord kwamen. Wij hebben ze kleeren
moeten geven en hebben een collecte voor hen
gehouden, die f 94 ongeveer heeft opgebracht.
Te IJmuiden hebben we ze aan land gezet,
waar ze in het Tehuis voor Zeelieden onder dak
zijn.
En ja, wat de schade betreft, daar kunnen
wij natuurlijk niet over oordeelen. De uitwen-
dige schade, ziet u. Er zijn twee groote gaten
in den boeg aan stuurboordzijde en de wand
is niet onbelangrijk verbogen. Er moeten nog
meer gaten zijn en we hebben vier meter water
binnengekregen.
Den geheelen Zondag hebben we gewerkt om
de lading naar het achterschip te verplaatsen.
En nu zijn we maar blij, dat de //Willem II"
aan den steiger ligt, want we hebben oogen-
blikken van grooten angst doorgemaakt."
Prof. Ruitinga, uit Amsterdam, die evenals
prof. Blok en prof'. Korteweg uit Leiden tot
de passagiers behoorden zij waren op weg
naar Genua vertelde, dat hij zijn hut achter
in het schip had. Opeens werd hij wakker door
een schokhij draaide het electrisch licht in
zijn hut op, keek op zijn horloge en ziende dat
het twee uur in den nacht was, bevroede hij
dadelijk dat de schok was veroorzaakt door een
aanvaring.
Op hetzelfde oogenblik hoorde hij op het
dek lawaai en roepen //aanvaring Hij schoot
zich in de kleeren en begaf zich naar dek, doch
daar gekomen was er niets meer te zien.
De hoogleeraar zeide, dat er aan boord van
de //Koning Willem II" geen sprake was van
eenige paniek en alles kalm in zijn werk ging.
Later vernamen wij nog, dat de kapitein van
de //Isle of Caldy" alleen vergezeld was van
zijn echtgenoote en dat slechts een der veron-
gelukte machinisten een weduwe achterlaat. De
geredden kwamen inderdaad met twee eigen
sloepen naar de//Willem II". Een dier sloepen
is nog een halven dag op sleeptouw genomen,
doch raakte los door het afknappen van het
verbindingstouw en werd niet meer opgehaald.
Nog ontvangt het Hbl. uit IJmuiden de vol-
gende bijzonderheden
Te Dungeness kreeg de Engelsche boot een
Hollandschen loods aan boord, die tijdens de
aanvaring op de brug was. Het was vrij helder
weer. Aan boord van de //Isle of Caldy" had
men de vuren en lichten van de //Willem II"
gezien. Plotseling volgde de aanvaring aan
bakboordzij de midscheeps en de //Isle of
Caldy" werd op enkele voeten na letterlijk
doorgesneden, zoo zelfs, dat de schoorsteen over
het dek viel.
De Engelschen gingen dadelijk naar hun
reddingsbooten, twee hunner sprongen eenvou-
dig aan boord van de //Willem II" over aan
stuurboordzijde. De kapitein, zijn vrouw en
de bemanning waren er zeer vlug bij om in
de bootjes over te gaan en moesten een heel
eind roeien naar de //Willem II", die achteruit-
stoomde en niet zoo spoedig scheen te kunnen
stoppen. Toen zij aankwamen. bijna alien onge-
kleed, bleek het, dat de //Willem II" nog geen
reddingsbooten had uitgezet. Alleen stonden
bemanning, detachement en passagiers bij de
booten klaar met de zwemvesten om. Aan
boord van de //Willem II" gekomen, bleek het
den Engelschen gezagvoerder Edwards, dat twee
man, de le en 2e machinist, ontbraken. Hij
ging met eigen boot en eigen mannen, nat en
ten deele gekleed als zij waren, naar het wrak
terug om te zoeken, doch hij vond niets.
De namen der slachtoffers zijn Berrow, ge-
huwd, doch kinderloos, en Jones, ongehuwd.
De //Isle of Caldy" zonk in ongeveer 10 minuten.
De bemanning van het Engelsche schip is zeer
slecht te spreken over de behandeling aan boord
van de mailboot ondervondenzij moesten let
terlijk om alles vragen, kleeding en voeding
alleen de linnenjuffrouw maakte een gunstige
uitzondering. Voor de passagiers hadden zij
niets dan woorden van lof.
De gezagvoerder Edwards wenschte zich niet
uit te laten over de mogelijk oorzaken van de
aanvaring en de schuldigen. Na heel lang
vragen, gelukte het eindelijk dit weinige nieuws
uit den kapitein te krijgen. De stuurlieden en
matrozen lieten zich in nog krasser termen uit.
Zondagavond kwam van Edam een pleizier-
boot door de Wehre te Purmerend. Ter hoogte
van de trambrug werd even gemeerd naast een
schip van Edzes aldaar, teneinde in een daar-
tegenover liggende vleeschhouwerij inkoopen te
doen. De schipper verkoos echter niet dat
eenige passagiers hun weg namen over zijn
vaartuig en duwde ze onzacht terughierdoor
ontstond een woordentwist, welke zoo hoog liep,
dat de beide broeders Edzes alles naar de boot
slingerden wat onder hun bereik was zelfs de
keien uit de straat werden opgebroken, met
't gevolg dat een heer aan't been getroffen werd
en ernstig gewond. Een juffrouw kreeg een
hard voorwerp tegen 't gezicht, waardoor 't neus^
been werd verbrijzeld.
Tegen de woestelingen is proces-verbaal
opgemaakt.
Uit Lobith meldt men
Aan de politie alhier werd Vrij dag uit Rotter
dam het telegrafische verzoek gericht hare me-
dewerking te willen verleenen tot aanhouding
van de verduisterde sleepboot The'odor Anton.
Die boot was 's nachts heimelijk van daar
vertrokken, niettegenstaande ze van i-echtswege
aan den ketting was gelegd, verzegeld en onder
bewaking gesteld.
Inderdaad zag men haar ook tegen den na-
middag in de verte den Rijn opkomen, en het
duurde niet lang, of de beide alhier gestation-
neerde veldwachters van rijk en gemeente voeren
haar in een gehuurd bootje tegemoet.
Toen depolitiemannen naderbij warengekomen
en den kapitein sommeerden bij te draaien, ver-
klaarde deze hen heelemaal niet te begrijpen,
hij heesch vervolgens de Duitsche vlag en wist,
door versnelling zijner vaart, nog juist zoo
tij dig op het gedeelte van de rivier, dat tot
het Duitsche grondgebied behoort. te komen,
dat vervolging niet meer mogelijk was.